Conform artikel 24 en 42 van het Omgevingsvergunningsdecreet heeft het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar de bevoegdheid advies uit te brengen voor de vergunningsaanvragen op haar grondgebied waarvoor de deputatie, de Vlaamse regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar de bevoegde overheid is, tenzij:
1. de aanvraag ingediend is door het betrokken college;
2. de aanvraag louter betrekking heeft op mobiele of verplaatsbare ingedeelde inrichtingen of activiteiten.
Het college heeft op 17 november 2017 (jaarnummer 2017_CBS_08858) beslist om de adviesbevoegdheid op te nemen.
Er werd bij de Vlaamse Regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar een verzoek tot bijstelling van vergunningsvoorwaarden ingediend. Het verzoek wordt behandeld volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
De gewestelijke omgevingsvergunningscommissie verzoekt het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar om:
- een openbaar onderzoek te houden;
- advies uit te brengen.
Projectnummer: | OMV_2020140289 |
Gegevens van de aanvrager: | Departement Mobiliteit en Openbare Werken met als adres Thonetlaan 102 bus 2 te 2050 Antwerpen |
Gegevens van de exploitant: | Departement Mobiliteit en Openbare Werken met als adres Thonetlaan 102 bus 2 te 2050 Antwerpen |
Ligging van het project: | Kattendijkdok 46 / Oosterweelsteenweg 3 / Siberiastraat 1 / Sloepenweg 13 te 2030 Antwerpen |
Kadastrale gegevens: | afdeling 7 sectie G nrs. 1329B, 1330D, 1330/2 , 1331Y, 1331Z, 1332/29 L, 1332/30 E, 1332/31 K, 1332/59 , 1332/19 B, 1332/30 F, 1332/58 , 1332/31 H, 1338/27 B, 1338/5 V, 1338/9 , 1338/25 A, 1338/12 A, 1338/14 A, 1338/11 , 1338/5 X, 1338/20 A, 1338/5 S, 1338/5 Y, 1338/22 E, 1338/5 R, 1338/7 C, 1338/13 A, 1338/5 W, 1338/23 A, 1350C, 1352/3 , 1352/22 , 1352/21 , 1352/18 , 1352/20 A, 1352/19 A, 1352/7 K, 1352/7 H, 1455/13 F, 1455/13 E, 1455G, 1455/7 C, 1455/14 , 1467/3 N, 1467/11 C, 1467/11 D, 1476, 1479/3 C, 1479/3 D, 1479Z, 1479Y, 1479/8 , 1479A2, 2416F, 2416E, 2419A, 2419D en 2419B |
Inrichtingsnummer: | 20180205-0073 (Renovatie Royerssluis Antwerpen) |
Vergunningsplichten: | Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten |
Voorwerp van het verzoek: | een bijstelling van de bijzondere milieuvoorwaarden |
Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Voorgeschiedenis
Op 7 mei 2020 verleende de Vlaams minister voor Omgeving een omgevingsvergunning voor de exploitatie van een werf verbonden aan de infrastructuurwerken in het kader van de renovatie van een sluis, voor een termijn verstrijkend op 31 december 2026, en voor de exploitatie van een sluis voor een termijn van onbepaalde duur.
Inhoud van de aanvraag
Het voorwerp van de aanvraag betreft een bijstelling van milieuvoorwaarden.
Aangevraagde bijstelling bijzondere milieuvoorwaarden uit vergunning of meldingsakte
1. | Bij te stellen voorwaarde: Bijzondere voorwaarde 7: Tijdens graafwerkzaamheden mogen maximaal volgende machines simultaan in werking zijn: 2 hydraulische kranen, 1 wiellader, 1 graafkraan op ponton (baggerwerkzaamheden) en 6 dumpers.
Voorgesteld alternatief/aanvulling: Deze beperking geldt alleen in de in het MER beschreven zone ter hoogte van de toegangsgeul. |
2. | Bij te stellen voorwaarde: Bijzondere voorwaarde 8, 3e streepje in de opsomming: Bij inzetten van een diesel- of hydraulische hei-installatie wordt er gebruik gemaakt van een geluidsisolerende mantel rond heiblok of paal.
Voorgesteld alternatief/aanvulling: Schrappen van deze bijzondere voorwaarde. |
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Havenbedrijf Antwerpen, subadvies milieu | 23 december 2020 | 19 januari 2021 | Gunstig |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het goed is gedeeltelijk – de directe omgeving van de bestaande Royerssluis en aanhorigheden - gelegen in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Afbakening zeehavengebied Antwerpen (Besluit van de Vlaamse regering van 30 april 2013), binnen de afbakeningslijn.
De gebieden binnen de afbakeningslijn behoren tot het zeehavengebied Antwerpen.
Met uitzondering van de deelgebieden waarvoor in dit plan voorschriften werden vastgelegd, blijven de op het ogenblik van de vaststelling van dit plan bestaande bestemmings- en inrichtingsvoorschriften onverminderd van toepassing.
De Royerssluis zelf is volgens voornoemd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan bestemd als Gebied voor Waterweginfrastructuur.
Dit gebied is bestemd voor waterweginfrastructuur en aanhorigheden. In dit gebied zijn alle handelingen toegelaten voor de aanleg, het functioneren of de aanpassing van die waterweginfrastructuur en aanhorigheden. Daarnaast zijn toegelaten: - alle handelingen met het oog op de ruimtelijke inpassing, buffers, ecologische verbindingen, kruisende infrastructuren, leidingen, telecommunicatie infrastructuur, lokaal openbaar vervoer, lokale dienstwegen, waterwegennetwerk en paden voor niet-gemotoriseerd verkeer; - het bergen van baggerspecie in onderwatercellen. Na aanleg van de infrastructuur kunnen voor het gedeelte van de zone dat voorlopig niet werd benut, de voorschriften van de naastliggende bestemming toegepast worden.
Het sluisplateau ten westen van de sluis is bestemd als Gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven. Het plateau ten oosten van de sluis is bestemd als Grensgebied met het grootstedelijk gebied – omgeving Royerssluis.
Het goed is gedeeltelijk - de omgeving ten westen van de sluis - gelegen in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Oosterweelverbinding - wijziging (Besluit van de Vlaamse regering van 20 maart 2015).
De omgeving ten westen van de sluis is volgens dit voornoemd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan bestemd als Gebied voor wegeninfrastructuur.
Dit gebied is bestemd voor wegeninfrastructuur en aanhorigheden.
In dit gebied zijn alle werken, handelingen en wijzigingen toegelaten voor de aanleg, het functioneren en de aanpassing van deze wegeninfrastructuur en aanhorigheden. Daarnaast zijn alle werken, handelingen, en wijzigingen in functie van de ruimtelijke inpassing, geluids - en visuele buffering van de infrastructuur, ecologische verbindingen, kruisende infrastructuren, leidingen, telecommunicatie infrastructuur, lokaal openbaar vervoer, lokale dienstwegen en paden voor niet-gemotoriseerd verkeer toegelaten. Gronden die niet voor de inrichting of het functioneren van de wegeninfrastructuur gebruikt worden, worden op een kwaliteitsvolle manier geïntegreerd in de omgeving.
In dit gebied zijn eveneens toegelaten:
- alle handelingen, werken en wijzigingen i.f.v. tolheffing en verkeershandhaving;
- alle handelingen voor de aanleg, het functioneren of de aanpassing van waterweginfrastructuur en aanhorigheden;
- voor zover in overeenstemming met of aangewezen in de passende beoordeling, alle werken, handelingen, en wijzigingen in functie van het behoud, de vervanging of de ontwikkeling van natuurwaarden in de speciale beschermingszone voor kwetsbare vogelsoorten, andere diersoorten of planten of van het beperken van de milieu-impact;
voor zover in overeenstemming met of aangewezen in de watertoets, alle werken, handelingen en wijzigingen in functie van de optimalisatie van de waterhuishouding, het beheersen van de waterproblematiek en het voorkomen van wateroverlast toegelaten voor zover de technieken van de natuurtechnische milieubouw gehanteerd worden.
Het goed is gedeeltelijk - de omgeving ten oosten van de sluis - gelegen in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen (Besluit van de Vlaamse regering van 30 april 2009), binnen de afbakeningslijn.
De gebieden binnen de afbakeningslijn behoren tot het grootstedelijk gebied Antwerpen.
Met uitzondering van de deelgebieden waarvoor in dit plan voorschriften werden vastgelegd, blijven de op het ogenblik van de vaststelling van dit plan bestaande bestemmings- en inrichtingsvoorschriften onverminderd van toepassing. De bestaande voorschriften kunnen daar door voorschriften in nieuwe gewestelijke, provinciale en gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen of BPA’s worden vervangen.
Bij de vaststelling van die plannen en bij overheidsprojecten binnen de grenslijn gelden de relevante bepalingen van de ruimtelijke structuurplannen, conform de decretale bepalingen in verband met de verbindende waarde van die ruimtelijke structuurplannen.
Het goed is gedeeltelijk - het gedeelte ten oosten van de huidige sluis - gelegen in het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Droogdokkeneiland’ van de stad Antwerpen (Besluit van de deputatie van 28 november 2013).
De aanvraag is in overeenstemming met de bestemming en de voorschriften van deze ruimtelijke uitvoeringsplannen.
Het planelement ‘Waterlink’ is weliswaar gesitueerd tot in het deelgebied ‘buitendijkse natuur’, doch het aanleggen, herstellen of verplaatsen van openbare wegen en nutsleidingen is toegestaan volgens de stedenbouwkundige voorschriften van het gemeentelijk RUP met uitzondering van de aanleg van verkeerswegen voor gemotoriseerd verkeer dewelke in het slikken- en schorrengebied niet is toegestaan.
Het planelement ‘Werfinrichting’, met een andere functie dan ‘groen’ of ‘centrumfunctie’ is weliswaar gesitueerd tot in het deelgebied ‘binnendijks park’, doch betreft het een tijdelijke situatie voor de uitvoering van de werken, dewelke van openbaar belang zijn.
Omgevingstoets
Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen en activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu
In de omgevingsvergunning voor de renovatie en exploitatie van de Royerssluis werden enkele bijzondere milieuvoorwaarden opgenomen om de milieueffecten van de renovatiewerken te beperken. De exploitant vraagt met onderhavig verzoek tot bijstelling om een bijstelling van volgende bijzondere voorwaarden:
1. Tijdens graafwerkzaamheden mogen maximaal volgende machines simultaan in werking zijn: 2 hydraulische kranen, 1 wiellader, 1 graafkraan op ponton (baggerwerkzaamheden) en 6 dumpers.
2. Bij inzetten van een diesel- of hydraulische hei-installatie wordt er gebruik gemaakt van een geluidsisolerende mantel rond heiblok of paal.
1. Simultaan gebruik van machines
In het MER bij de vergunningsaanvraag voor de renovatie van de Royerssluis werd aangetoond dat het voor de werfzone in de nabijheid van de Zeevaartschool aangewezen is om de in te zetten werktuigen te beperken tot 2 hydraulische kranen, 1 wiellader, 1 graafkraan op ponton (in functie van de baggerwerkzaamheden) en 6 dumpers. In dat geval wordt sporadisch en in een beperkte periode van de realisatiefase een specifiek geluidsniveau berekend van 62 dB(A) aan de voorgevel van de Zeevaartschool, op het ogenblik dat alle gespecifieerde geluidsbronnen tegelijk in werking zouden zijn en de 2 hydraulische kranen op de kortst mogelijke afstand tot de Hogere Zeevaartschool zijn gepositioneerd.
De milieukwaliteitsnorm van 60 dB(A) voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen (gebied waarin de Zeevaartschool is gelegen) kan voor de Zeevaartschool tijdelijk worden overschreden in het geval de werkzaamheden op korte afstand plaatsvinden met meerdere werktuigen gelijktijdig in werking. In de vergunning werd de exploitant gewezen op het feit dat de geluidsnormen steeds gerespecteerd moeten worden.
In de bijzondere voorwaarden werd de beperking van het aantal simultaan in te zetten voertuigen in een specifieke deelzone rondom de Hogere Zeevaartschool doorgetrokken naar de volledige werfzone. Deze maatregelen zijn echter enkel van toepassing in de onmiddellijke omgeving van de Zeevaartschool. Volgens de exploitant is de werf immers niet uitvoerbaar indien de maatregel over de gehele werfzone in voege is. De exploitant argumenteert verder dat voor de werken die zich op grotere afstand van de Zeevaartschool afspelen het aantal simultaan in te zetten machines wel kan toenemen zonder afbreuk te doen aan de milieukwaliteitsnorm voor geluid.
De exploitant vraagt in de voorwaarde rond het beperken van het simultaan gebruik van machines te specifiëren dat deze beperking alleen geldt in de in het MER beschreven zone ter hoogte van de toegangsgeul.
2. Gebruik van een geluidsisolerende mantel
Voor de constructie van wanden en palen zijn heiwerkzaamheden nodig waarbij geluidsdrukniveaus tot maximum 110 dB(A) kunnen voorkomen. Bij toepassing van een geluidsisolerende mantel rond heiblok of paal kunnen de maximale geluidsniveaus tot 12 dB(A) lager liggen op 15 meter afstand. Het gebruik van dergelijke mantel werd om die reden opgenomen als bijzondere milieuvoorwaarde.
In het verzoek tot bijstelling argumenteert de exploitant dat de heimantel het zicht van de heiers op het raakvlak tussen paal een heihamer verhindert. Dit heeft al tot meerdere ongevallen geleid waardoor ze in Nederland niet meer worden gebruikt. Bovendien gaat het voor de Royerssluis dan nog om zeer zwaar heiwerk waarbij heimantels omwille van veiligheidsredenen zeker niet gebruikt kunnen worden. De heimantel is ook erg gevoelig voor wind waardoor ze alleen bij zeer lage windsnelheden (dus een beperkt aantal dagen) kunnen gebruikt worden. Bij de minste windvlaag vormt er zich een veiligheidsrisico. De exploitant stelt tenslotte nog dat heimantels niet meer op de markt verkrijgbaar zijn.
Omwille van bovenstaande redenen vraagt men om de bijzondere voorwaarde te schrappen.
De gevraagde bijstellingen kunnen verleend worden.
Advies van het college
Gunstig advies te verlenen voor de gevraagde bijstelling.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap | Datum |
Ontvangst adviesvraag | 22 december 2020 |
Start openbaar onderzoek | 27 december 2020 |
Einde openbaar onderzoek | 25 januari 2021 |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste adviesdatum | 10 februari 2021 |
Het verzoek werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek. In het omgevingsloket werd aangegeven dat de affiche werd uitgehangen op 28 december 2020.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum | Einddatum | Schriftelijke bezwaar-schriften | Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften | Petitie-lijsten | Digitale bezwaar-schriften |
27 december 2020 | 25 januari 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Informatievergadering
Een informatievergadering was niet vereist en werd niet gehouden.
Het college beslist een gunstig advies, zoals geformuleerd in de argumentatie, te geven op het verzoek.
Het college geeft opdracht aan:
Dienst | Taak |
SW/V/ | Het advies te bezorgen aan de instantie die advies gevraagd heeft. |