Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2020151797 |
Gegevens van de aanvrager: | de heer Feigi Mandel met als adres Breughelstraat 11 te 2060 Antwerpen |
Ligging van het project: | Vleerakkerstraat 29-31 te 2100 Deurne (Antwerpen) |
Kadastrale gegevens: | afdeling 31 sectie B nrs. 368B2 en 368A2 |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | verbouwen van een eengezinswoning naar een meergezinswoning met 5 entiteiten |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 25/09/2020: weigering (20202402) voor het verbouwen van een eengezinswoning naar een meergezinswoning met 5 entiteiten;
- 29/09/1994: weigering (629#1827) voor een uitbreiding;
- 25/01/1967: vergunning (627#24196) voor het bouwen van een woning;
- 19/12/1962: vergunning (627#21467) voor het oprichten van bergplaatsen;
- 20/04/1962: weigering (627#20995) voor het bouwen van een dubbel appartementsgebouw.
Vergunde/vergund geachte toestand
- functie: eengezinswoning met bruto vloeroppervlakte van circa 333 m²;
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
- inrichting (enkel te zien op het grondplan van vergunning 1962 en niet ingetekend op het inplantingsplan van 1967): garage en magazijn achteraan het perceel met ontsluiting via doorgang aan rechterzijde op buurperceel.
Huidige toestand
- functie: eengezinswoning;
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
- inrichting: perceel in achtertuin vrij van bebouwing.
Gewenste toestand
- functie: meergezinswoning met 5 entiteiten:
- met betrekking tot de nieuwe wooneenheden zijn volgende gegevens beschikbaar:
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
- inrichting:
Inhoud van de aanvraag
- verbouwen van een eengezinswoning naar een meergezinswoning;
- vermeerderen van het aantal woongelegenheden van 1 naar 5 entiteiten;
- uitbreiden van het volume in de diepte en hoogte;
- constructief wijzigen van de interne indeling;
- wijzigen van de scheimuren;
- wijzigen van de voorgevel;
- voorzien van een onderdoorrit;
- bouwen van een fietsenstalplaats op achterliggend perceel.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
AQUAFIN NV | 22 december 2020 | 20 januari 2021 | Ongunstig |
brandweer/ risicobeheer/ preventie | 22 december 2020 | 8 januari 2021 | Voorwaardelijk gunstig |
Fluvius System Operator | 22 december 2020 | 28 december 2020 | Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Onafhankelijke Diensten/ dienst Strategische Coördinatie/ Loketwerking/ Stadsloketten/ Huisnummeringsteam | 22 december 2020 | 22 december 2020 |
stadsontwikkeling/ mobiliteit | 22 december 2020 | 5 januari 2021 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de stedelijke agglomeratie van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Kleine Ring en respectievelijk de reservatiestrook voor de aanleg van lijninfrastructuur (de A102) tussen Merksem en Wommelgem, de R11 tussen Wommelgem en Mortsel, de oostelijke grens van Mortsel en Hove en de reservatiestrook voor pijpleidingen tussen Hove/Kontich en Hemiksem.
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:
- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;
- de eigen aard van het betrokken gebied;
- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:
het ontwerp biedt geen harmonisch geheel met de omliggende omgeving qua volume en inrichting. De omliggende panden zijn voorzien van 3 bouwlagen, het ontwerp voorziet een extra daklaag;
er werd geen gemeenschappelijke ruimte voor afvalverzameling voorzien op het perceel (op achterliggend perceel);
het volume voor fietsen is verschillend van afmeting op het inplantingsplan en op de constructieplannen. Het is onduidelijk welk volume gewenst is. De uitrijlengte achter de fietsen is geen 1,7 m. De fietsen staan op minder dan 60 cm van elkaar;
de parkeerplaatsen in het binnengebied zijn te smal.
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen.
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
- BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen wordt betrokken bij de beoordeling van de verenigbaarheid van de aanvraag met de goede ruimtelijke ordening.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag betreft het grondig omvormen en uitbreiden van een eengezinswoning tot een meergezinswoning met achterliggende garages. Dit is op zich functioneel inpasbaar in woongebied.
Schaal – ruimtegebruik – bouwdichtheid
Het gebouw heeft een bouwdiepte van 19m op het gelijkvloers en +/-15 m op de verdiepingen. Deze bouwdieptes zijn gangbaar in het bouwblok en stedenbouwkundig aanvaardbaar.
Er wordt een teruggetrokken dakverdieping bovenop de 2de verdieping geplaatst op 5,70 m achter de voorgevel en 3,34 m van de achtergevel. Hoewel dit extra volume nergens voorkomt in het straatbeeld is een dergelijke ophoging te overwegen, want de straat heeft hiervoor voldoende breedte. Dit moet echter gebeuren binnen een duidelijk kader: de terugsprongen lijken hier willekeurig te zijn vastgelegd door de ontwerper terwijl het is aangewezen dat voor alle mogelijke uitbreidingen in de toekomst een bouwlijn wordt vastgelegd op bv. 4 m achter de voor- en achtergevellijn.
De dakverdieping wijkt bovendien met 1 m terug ten opzichte van de zijdelingse perceelsgrenzen. Dit hypothekeert de uitbreidingsmogelijkheden voor de aanpalenden. Het is niet duidelijk waar de ontwerper naartoe wil met deze terugsprong.
Doordat het ontwerp enkel gericht is op de eigen uitbreiding en geen rekening houdt met eventuele bouwmogelijkheden in de rest van de straat is het strijdig met artikel 6 (harmonie en draagkracht) van de bouwcode.
Bij de realisatie van een meergezinswoning moet optimaal gestreefd worden naar ondergronds parkeren binnen het bouwvolume. Dit is de uitgelezen kans om de groene tuinzone te ontdoen van storend autoverkeer. Het aanleggen van onderdoorgangen en lange doorritten door achtertuinen naar achtergelegen (onvergunde) garages is niet duurzaam, onveilig en onleefbaar, en stamt uit een verleden waar het niet zo nauw werd genomen met het belang van de groene open ruimte, ontharding en leefkwaliteit. De aanleg van parkeerplaatsen achteraan het perceel en de lange onderdoorrit is dan ook niet te verantwoorden in de huidige context en strijdig met artikel 30 §3, 2° van de bouwcode waarin ondergronds parkeren vooropgesteld wordt. Bovendien blijkt uit het mobiliteitsadvies dat de parkeerplaatsen niet nuttig te gebruiken zijn en de fietsenstalling te klein is.
Woninggrootte
De stad telt heel wat eengezinswoningen, herenhuizen en tal van grondgebonden woningen. Echter worden deze woningen steeds vaker opgedeeld in kleinere woonentiteiten. Ook zijn er steeds minder vergunningen voor de bouw van eengezinswoningen. Om gezinnen in de stad te kunnen blijven aantrekken en behouden is het nodig om de eengezinswoningen te beschermen. De grootste woongelegenheid in het project wordt op het gelijkvloers voorzien naast de onderdoorrit en bedraagt circa 126,82 m² netto. De woongelegenheid biedt onvoldoende woonkwaliteit en onvoldoende oppervlakte om een groot gezin te herbergen.
Visueel-vormelijke elementen
De gevels zijn opgebouwd uit rood gevelmetselwerk met natuurkleurige aluminium ramen. Deze materiaalkeuze is typisch voor het straatbeeld. De gevelopbouw is vlak en inspiratieloos.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Het advies van de brandweer is voorwaardelijk gunstig en moet strikt worden nageleefd. Ook de adviezen van Aquafin en Fluvius System Operator zijn voorwaardelijk gunstig. Aquafin vermeldt een aantal tekortkomingen en legt hiervoor strikte voorwaarden op.
De plaatsing van de onderdoorrit naast het appartement op het gelijkvloers is niet aanvaardbaar. Zowel de ingang naar de appartementen als de ramen van keuken en berging geven rechtstreeks uit in deze doorrit. Behalve lawaaihinder voor de aanpalende en bovengelegen appartementen levert dit ook ernstige veiligheidsrisico’s op voor bewoners en bezoekers die binnen- of buitenkomen door de inkomdeur. Hieromtrent werd tijdens het openbaar onderzoek een bezwaar ingediend.
De appartementen zijn op zich ruim genoeg en voorzien van de nodige buitenruimten. De terrassen van units 2 en 3 op de eerste verdieping zijn vreemd gepositioneerd ten opzichte van elkaar wat leidt tot privacyhinder en een moeilijke dimensionering van het terras van unit 2.
Er is op het perceel een afvalberging voorzien conform artikel 26 van de bouwcode. Deze berging is echter achteraan het perceel gelegen wat niet gebruiksvriendelijk is.
Mobiliteitsimpact
Toetsing parkeerbehoefte
Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen het beoordelingskader voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 5 parkeerplaatsen.
De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding van het aantal wooneenheden. De bestaande eengezinswoning wordt ingericht als meergezinswoning met 5 appartementen. Bij projecten tot 5 wooneenheden is de parkeernorm 1. Bij de beoordelingselementen staat dat er achteraan een garage aanwezig is. Deze verdwijnt. Er verdwijnt door de verbouwing 1 parkeerplaats. Deze wordt bijgeteld bij de parkeerbehoefte. De werkelijke parkeerbehoefte is 5 (4 + 1).
|
De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.
Er worden in het binnengebied 6 parkeerplaatsen voorzien die te bereiken zijn via een onderdoorgang. De haakse parkeervakken zijn te smal, deze moeten minstens 2,50 m breed zijn.
|
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 5.
Zoals hoger uiteengezet zijn de parkeerplaatsen stedenbouwkundig onaanvaardbaar. Er dient in dit geval ondergronds geparkeerd te worden. Het plan voorziet niet in (minstens) het aantal te realiseren plaatsen. Er dient gezocht naar een oplossing op eigen terrein.
|
Fietsvoorzieningen
Voor de 4 bijkomende wooneenheden moeten er 10 fietsparkeerplaatsen voorzien worden:
- 2 appartementen met 1 slaapkamer = 2 x 2 (1 slaapkamer + 1 extra) = 4
- 2 appartementen met 2 slaapkamers = 2 x 3 (2 slaapkamers + 1 extra) = 6
Er worden in het binnengebied 8 fietsstalplaatsen voorzien, dat zijn er 2 te weinig. Achter elke fiets in een fietsstalplaats moet een vrije ruimte zijn van 1,70 m. Die ruimte is er, maar dan kom je wel op de groenzone terecht.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te weigeren, omwille van onverenigbaarheden met stedenbouwkundige voorschriften en een goede ruimtelijke ordening.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 26 november 2020 |
Volledig en ontvankelijk | 22 december 2020 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 20 februari 2021 |
Verslag GOA | 28 januari 2021 |
naam GOA | Katrine Leemans |
De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Schriftelijke bezwaarschriften | Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften | Petitielijsten | Digitale bezwaarschriften |
0 | 1 | 0 | 0 |
Bespreking van de bezwaren
Er werd 1 bezwaarschrift ingediend dat kan worden samengevat als volgt:
1. De extra bouwlaag geeft geen meerwaarde in het straatbeeld, verstoort de harmonie en geeft aanzet tot wildgroei. Dit is strijdig met artikel 16 van de bouwcode: een technische ruimte mag max. 2,50m boven het dak uitsteken.
Beoordeling: De aanvraag is niet gelegen in een RUP of BPA of verkaveling waar bouwvolumes werden vastgelegd. De aanvraag moet dus worden beoordeeld op de goede ruimtelijke ordening. Er moet op basis hiervan worden geoordeeld of een extra bouwlaag stedenbouwkundig mogelijk en wenselijk is. Er is dan geen sprake van een technische ruimte maar van een bouwlaag. Elke aanvraag moet ook bekeken worden vanuit het oogpunt van de gebouwde omgeving en niet enkel op perceelsniveau. Rekening houdend met de configuratie van het bouwblok en de breedte van de straat kan geoordeeld worden dat een terugspringende bouwlaag aanvaardbaar is. Dit moet dan wel gebeuren binnen een vooraf bepaald richtkader zodat in de toekomst andere bouwheren weten waaraan zich te houden en er geen wildgroei aan uitbreidingen ontstaat. Het bezwaar is gedeeltelijk gegrond.
2. De bouwdiepte sluit niet aan op de achtergevel van nummer 33-35. De terrassen geven inkijk.
Beoordeling: De terrassen komen inderdaad voorbij het aanpalend gebouw rechts, maar vallen nog binnen het gabarit van de linkerbuur. Ten opzichte van de rechterbuur wordt een afstand van 1,90m gerespecteerd zoals opgelegd in het burgerlijk wetboek en ook ten opzichte van de achtergevel van de gelijkvloerse achterbouw wordt een afstand van +/-1m genomen zodat geen rechtstreekse inkijk mogelijk is. Dit bezwaar is niet gegrond.
3. Overtreding van de bouwcode verstoort de harmonie en geeft waardevermindering voor eigenaars die wel de regels volgen.
Beoordeling: Eventuele afwijkingen op de bouwcode of andere voorschriften worden geval per geval op hun merites beoordeeld. Soms is een gemotiveerde afwijking nodig om een beter resultaat te bekomen. Een afwijking mag nooit leiden tot een minder kwaliteitsvol resultaat. Daarom moeten afwijkingen op de voorschriften telkens met de nodige omzichtigheid beoordeeld worden. Dit bezwaar is niet gegrond.
4. Omvormen van een eengezinswoning naar 5 appartementen heeft impact op verkeer, veiligheid en rust in de straat.
Beoordeling: In de straat komen meer meergezinswoningen voor. Het wijzigen van een eengezinswoning naar een meergezinswoning zal dan ook geen zware impact hebben op de omgeving, op voorwaarde dat de parkeerdruk wordt opgevangen op het eigen perceel ondergronds binnen het bouwvolume. In dit project schuilt inderdaad een veiligheidsrisico doordat de doorrit naar de parking achteraan rakelings langs de inkomdeur passeert. Ook de leefbaarheid van de buurt komt in het gedrang doordat autoverkeer naar de tuinzone wordt getrokken. Dit bezwaar is gedeeltelijk gegrond.
Het college sluit zich integraal aan bij:
- de bespreking van de ingediende bezwaren zoals geformuleerd in het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt deze beoordeling tot zijn eigen standpunt;
- het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning te weigeren.
De plannen waarvan het overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, maken integraal deel uit van dit besluit.