Terug
Gepubliceerd op 08/03/2021

2021_CBS_01755 - Omgevingsvergunning - OMV_2020115324. Van Nevelestraat 109-111. District Deurne - Weigering

college van burgemeester en schepenen
vr 05/03/2021 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Glenn Verspeet, plaatsvervangend korpschef

Verontschuldigd

Jinnih Beels, schepen; Claude Marinower, schepen

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2021_CBS_01755 - Omgevingsvergunning - OMV_2020115324. Van Nevelestraat 109-111. District Deurne - Weigering 2021_CBS_01755 - Omgevingsvergunning - OMV_2020115324. Van Nevelestraat 109-111. District Deurne - Weigering

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2020115324

Gegevens van de aanvrager:

NV SYMIM met als adres Du Chastellei 64 te 2170 Merksem (Antwerpen)

Ligging van het project:

Van Nevelestraat 109-111 te 2100 Deurne (Antwerpen)

Kadastrale gegevens:

afdeling 28 sectie A nrs. 55S7 en 55W2

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

afbreken van een bestaande eengezinswoning en bouwen van een meergezinswoning met 3 appartementen

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          20/11/2020: weigering (20203097) voor het slopen van de huidige woning en het oprichten van een meergezinswoning met vijf wooneenheden;

-          braakliggend perceel (nr. 109) – 01/01/1939: toelating(329#16404) voor het verbouwen van een burgerhuis in een winkelhuis.

Vergunde/vergund geachte toestand

-          voor het braakliggend perceel (nr. 109) kan op basis van Google Street View afgeleid worden dat hier in 2009 een eengezinswoning aanwezig was. Dit blijkt ook zo uit de bouwtoelating uit 1939;

-          voor de eengezinswoning met adres Van Nevelestraat 111 werden geen vergunningen teruggevonden in onze archieven.

Huidige toestand

-          nr. 109: braakliggend perceel;

-          nr. 111: leegstaande, te beschermen eengezinswoning met een bruto-vloeroppervlakte van circa 200 m²;

-          verder is de huidige toestand niet relevant gezien de aanvraag handelt over een sloop en nieuwbouw.

Gewenste toestand

-          meergezinswoning in gesloten bebouwing met drie woonentiteiten;

  • 3 tweeslaapkamerappartement met een netto vloeroppervlakte van circa 93 m² (gelijkvloers) en circa 105 m² en 106 m² (duplexappartementen bovenliggende verdiepingen);
  • de gemiddelde netto vloeroppervlakte bedraagt circa 101 m²;

-          bouwvolume:

  • 3 bouwlagen en een plat groendak;
  • maximale bouwdiepte van circa 14 m;

-          gevelafwerking:

  • rood-bruine gevelsteen die doorbroken wordt met verticaal geplaatste baksteenstroken;
  • bruin-grijs aluminium schrijnwerk.

Inhoud van de aanvraag

-          slopen van een bestaande eengezinswoning (nr. 111);

-          bouwen van een meergezinswoning met 3 wooneenheden.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

brandweer/ risicobeheer/ preventie

14 januari 2021

10 februari 2021

Voorwaardelijk gunstig

Fluvius System Operator

14 januari 2021

20 januari 2021

Voorwaardelijk gunstig

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

stadsontwikkeling/ mobiliteit

14 januari 2021

25 januari 2021

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de stedelijke agglomeratie van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Kleine Ring en respectievelijk de reservatiestrook voor de aanleg van lijninfrastructuur (de A102) tussen Merksem en Wommelgem, de R11 tussen Wommelgem en Mortsel, de oostelijke grens van Mortsel en Hove en de reservatiestrook voor pijpleidingen tussen Hove/Kontich en Hemiksem.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:

- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

- de eigen aard van het betrokken gebied;

- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup.  Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

 

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)


De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.


-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)


De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Algemene bouwverordeningen

 

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)


De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

 

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)


De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • artikel 6 Harmonie en draagkracht

Zowel het hoofdgebouw als de uitsprongen (erkers, zonneweringen, …) en aanbouwen dienen qua vorm, grootte, materiaalkeuze, plaatsing en kleur afgestemd te zijn op de architectuur van de totale constructie als op de omgeving.
De ramen op de verschillende verdiepingen zijn onvoldoende op elkaar afgestemd. De plint varieert in hoogte;

  • artikel 24: Minimale lichtinval en minimale luchttoevoer

het raam van de slaapkamer op de gelijkvloerse verdieping heeft een lichtdoorlatende oppervlakte van circa  1 m², de slaapkamer heeft een nettovloeroppervlakte van circa 11,5 m². Dit is minder dan de voorgeschreven 10%;

  • artikel 29: Fietsstalplaatsen en fietsparkeerplaatsen

er worden onvoldoende fietsenstalplaatsen voorzien;

  • artikel 30: Autostalplaatsen en autoparkeerplaatsen

er worden geen parkeerplaatsen voorzien op eigen terrein;

  • artikel 34: Stabiliteit en scheidingsmuren

het gedeelte van de scheidingsmuur met de linkerbuur heeft geen opstand van minimaal 0,3 m t.o.v. het hoogst aangrenzende dakvlak.

 

Sectorale regelgeving

 

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.


Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.


-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.


Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.


-          Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)

De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

 

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
 

Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
 

 

Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)

 

-          BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
 

De BGO Wonen wordt betrokken bij de beoordeling van de verenigbaarheid van de aanvraag met de goede ruimtelijke ordening.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag is functioneel inpasbaar in de omgeving. De bestaande woonfunctie blijft behouden en blijft verenigbaar met de omgeving die gekenmerkt wordt door wonen.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De volumetrie van de aanvraag is verenigbaar met de goede ruimtelijke ordening. De woningen in de Van Nevelestraat worden gekenmerkt door een bouwdiepte op het gelijkvloers van gemiddeld 17 meter met twee, soms drie bouwlagen. Zowel platte daken als hellende daken komen voor. Het linkeraanpalende perceel omvat een woning met twee bouwlagen over een bouwdiepte van circa 16 meter, het rechteraanpalende perceel een woning met drie bouwlagen over een bouwdiepte van circa 18 meter. De meergezinswoning heeft een bouwdiepte van 14 meter over 3 bouwlagen en past zich in in het kenmerkende gabarit.

 

Zowel de reeds gesloopte woning als de bestaande woning worden beschouwd als te beschermen eengezinswoningen. Om gezinnen in de stad te kunnen blijven aantrekken en blijven laten wonen is het nodig om eengezinswoningen te behouden of te vervangen door grote nieuwbouwwoningen, met een gelijkaardige woonkwaliteit als een eengezinswoning. Bij vervangende nieuwbouw van te beschermen eengezinswoningen moet er daarom per gesloopte te beschermen eengezinswoning een woonentiteit voorzien  worden met een netto vloeroppervlakte van minstens 130m² en een buitenruimte van 15m². De aanvraag voorziet in 3 twee-slaapkamerappartementen met een respectievelijke vloeroppervlakte van circa 93 m² (gelijkvloers) en circa 105 m² en 106 m² (duplexappartementen). De duplexappartementen hebben daarenboven een buitenruimte kleiner dan 15m² (ca. 9m²). De nieuwe woningen voldoen bijgevolg niet aan de minimale kwaliteitseisen om de eengezinswoningen te kunnen vervangen.

De aanvraag moet om die reden geweigerd worden.

 

De aanvrager merkt op in de beschrijvende nota dat men zich bewust is dat het ontwerp afwijkt van de Beleidsrichtlijn Wonen, maar motiveert dat het ontwerp voorziet in 3 ruime, leefbare en kwalitatieve wooneenheden die het bestaande braakliggend perceel en de leegstaande, verkrotte woning vervangen. De aanvrager stelt dat door de oppervlakte van de wooneenheden te beperken, deze financieel toegankelijk blijven voor een ruime doelgroep. Tevens wordt gesteld dat er een grotere diversiteit aan wooneenheden aangeboden in de buurt die hoofdzakelijk gekenmerkt wordt door eengezinswoningen. Deze motivatie wordt niet aanvaard. De Van Nevelestraat wordt gekenmerkt door grondgebonden eengezinswoningen. In de onmiddellijke omgeving is een voldoende divers aanbod met andere woontypologieën (appartementen langs de Bisschoppenhoflaan).

Bijgevolg wordt geoordeeld dat een vervangende nieuwbouw door twee eengezinswoningen het meest geschikte antwoord biedt op het braakliggende perceel en de leegstaande, verkrotte woning. 

 

Visueel-vormelijke elementen

De voorgevel is qua materiaalgebruik visueel inpasbaar in de omgeving. De gevel wordt opgetrokken uit roodbruine baksteen naar analogie van de meeste woningen in de straat. Ter hoogte van de raamopeningen wordt een ander metselwerkverband voorzien, als een hedendaagse variant op de gekleurde baksteenstroken van de oorspronkelijke woningen in de Van Nevelestraat.

Deze straat wordt gekenmerkt door eengezinswoningen met een perceelsbreedte van 5 meter. De aanvraag beslaat 2 percelen. De pandsgewijze opbouw blijft echter behouden door de kenmerkende arrière corps in het midden van de gevel te voorzien. Dit aspect wordt geapprecieerd.

Om de harmonie in de gevel verder te versterken dient de gevelopbouw rekening te houden met volgende voorwaarden:

-          de gelijkvloerse plint dient over de volledige gevelbreedte op eenzelfde hoogte te worden voorzien. Deze hoogte komt ofwel overeen met de hoogte van de plint aan de linkerzijde van de gevel, ofwel net hoger dan de vensterbanken van de gelijkvloerse ramen, conform de plinten van de gebouwen rechts van de aanvraag;

-          de ramen op de verschillende bouwlagen, ter hoogte van de rechterhelft van het gebouw, onderling beter op elkaar uitlijnen;

-          het verticale metselwerkverband op het gelijkvloers over de volledige gevelbreedte op gelijke hoogte te voorzien. Bijkomend dient onderzocht te worden of het verticale metselverband op de bovenliggende verdiepingen niet beter over de volledige gevelbreedte wordt doorgetrokken.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

 

Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 3 parkeerplaatsen.

 

De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding en of functiewijziging.

 

Bij projecten tot 5 wooneenheden is de parkeernorm 1. Voor de 3 nieuwe woningen bedraagt de parkeerbehoefte 3.

 

De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Er werden geen parkeervoorzieningen aangelegd op eigen terrein.

 

Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 3.

 

Het plan voorziet niet in het aantal te realiseren plaatsen. Er dient gezocht naar een oplossing op eigen terrein, binnen het bouwvolume.

 

 

Fietsvoorzieningen

Er is een fietsparkeerbehoefte van 10 fietsparkeerplaatsen. Deze worden voorzien in een fietsberging met verticaal parkeren. Verticaal parkeren is echter niet gewenst omwille van het gebrekkige comfort. Minstens de helft van de fietsenstallingen moet voorzien worden als een gewone, gelijkvloerse stalling.

Ook de deur naar de fietsenberging moet voldoende breed zijn (>1m) die bij voorkeur automatisch opengaat om zo problemen te voorkomen bij het in- en uitrijden van de berging.

Geconcludeerd wordt dat de fietsenberging onvoldoende gebruiksvriendelijk is en niet voldoet aan artikel 29 van de bouwcode. Om in aanmerking te kunnen komen van een vergunning dient een fietsenberging voorzien te worden conform de inrichtingsprincipes van de bouwcode.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te weigeren, omwille van onverenigbaarheden met stedenbouwkundige voorschriften en een goede ruimtelijke ordening.

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

18 december 2020

Volledig en ontvankelijk

14 januari 2021

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

15 maart 2021

Verslag GOA

23 februari 2021

naam GOA

Katrijn Apostel

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning te weigeren.

Artikel 3

De plannen waarvan het overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, maken integraal deel uit van dit besluit.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.