Terug
Gepubliceerd op 22/03/2021

2021_CBS_02163 - Omgevingsvergunning. Advies hogere overheid. Gunstig advies - OMV_2021001873. Scheldelaan 420. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 19/03/2021 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Karim Bachar, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Serge Muyters, korpschef

Verontschuldigd

Peter Wouters, schepen

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2021_CBS_02163 - Omgevingsvergunning. Advies hogere overheid. Gunstig advies - OMV_2021001873. Scheldelaan 420. District Antwerpen - Goedkeuring 2021_CBS_02163 - Omgevingsvergunning. Advies hogere overheid. Gunstig advies - OMV_2021001873. Scheldelaan 420. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 24 en 42 van het Omgevingsvergunningsdecreet heeft het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar de bevoegdheid advies uit te brengen voor de vergunningsaanvragen op haar grondgebied waarvoor de deputatie, de Vlaamse regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar de bevoegde overheid is, tenzij:

 

1.      de aanvraag ingediend is door het betrokken college;

2.      de aanvraag louter betrekking heeft op mobiele of verplaatsbare ingedeelde inrichtingen of activiteiten.

 

Het college heeft op 17 november 2017 (jaarnummer 2017_CBS_08858) beslist om de adviesbevoegdheid op te nemen.

Aanleiding en context

Er werd bij de deputatie een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend. De aanvraag wordt behandeld volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

De deputatie verzoekt het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar om advies uit te brengen.

 

Projectnummer:

OMV_2021001873

Gegevens van de aanvrager:

zie exploitant

Gegevens van de exploitant:

NV LANXESS (0867573542) met als contactadres Scheldelaan 420 te 2040 Antwerpen

Ligging van het project:

Scheldelaan 420 te 2040 Antwerpen

Kadastrale gegevens:

afdeling 16 sectie D nrs. 81/2 A, 81/2 N, 81/2 E, 81/2 L, 81/2 D, 81/2 B, 81/2 V, 82/2 D, 82/2 C, 85C, sectie F nrs. 234G2, 234H2, 234L2, 234N2, 234P2, 234S2, 234R2, 241C3, 241G2 en 241N2

Inrichtingsnummer:

20180109-0004 (LANXESS nv)

Vergunningsplichten:

Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Voorwerp van de aanvraag:

Chemisch bedrijf: verandering door wijziging

 

Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten

 

Voorgeschiedenis

Stedenbouwkundige voorgeschiedenis

De steiger en de opslagtanks die gebruikt zullen worden voor de overslag van oleum zijn stedenbouwkundig vergund of vergund geacht.

 

Voorgeschiedenis milieu

Op 31 maart 2016 werd door de deputatie van de provincie Antwerpen een milieuvergunning verleend voor het verder exploiteren na verandering van een chemisch bedrijf, voor een termijn verstrijkend op 31 maart 2036. Nadien werden er nog diverse vergunningen verleend voor veranderingen.

 

Inhoud van de aanvraag

Het voorwerp van de aanvraag betreft de lossing van oleum met schepen.

 

Aangevraagde rubrieken

 

Rubriek

Omschrijving

Gevraagd voor

17.2.2.

VR-plichtige inrichting waar gevaarlijke producten in hoeveelheden die gelijk zijn aan of groter zijn dan de hoeveelheid, vermeld in bijlage 5, deel 1 en 2, kolom 3, bij dit besluit, aanwezig zijn, in voorkomend geval gebruikmakend van de sommatieregel, vermeld in noot 4 bij bijlage 5, deel 1 en deel 2 (hogedrempel Seveso-inrichting).

wijziging in aanvoerproces

 

Argumentatie

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Havenbedrijf Antwerpen, subadvies milieu

22 februari 2021

3 maart 2021

Gunstig

 







Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het goed is gelegen in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Afbakening zeehavengebied Antwerpen (Besluit van de Vlaamse regering van 30 april 2013), binnen de afbakeningslijn.

De gebieden binnen de afbakeningslijn behoren tot het zeehavengebied Antwerpen.

Met uitzondering van de deelgebieden waarvoor in dit plan voorschriften werden vastgelegd, blijven de op het ogenblik van de vaststelling van dit plan bestaande bestemmings- en inrichtingsvoorschriften onverminderd van toepassing.

 

Het goed is volgens voornoemd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan bestemd als Gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven.

Zulk gebied is bestemd om te functioneren als Vlaams havengebied als onderdeel van de haven van Antwerpen. Het is bestemd voor zeehavengebonden en zeehavengerelateerde industriële en logistieke activiteiten en distributie-, opslag- en overslagactiviteiten die gebruikmaken van en aangewezen zijn op de zeehaveninfrastructuur.

Alle handelingen die nodig of nuttig zijn voor de realisatie van de bestemming en voor de exploitatie van de haven en de bedrijven zijn toegelaten.

Daartoe worden ook de volgende werken, handelingen, voorzieningen, en wijzigingen gerekend:

- de aanleg en het onderhoud van infrastructuur die nodig is voor de toegankelijkheid of voor verbindingen langs de waterzijde en langs de landszijde;

- het laguneren of op een andere wijze bergen of verwerken van baggerspecie.

Daarnaast is de ontwikkeling, het herstel en de instandhouding van tijdelijke ecologische infrastructuur toegelaten.

In het gebied zijn eveneens gebouwen of lokalen voor bewakingspersoneel toegelaten.

In het gebied zijn kantoorgebouwen niet toegelaten, tenzij ze noodzakelijk zijn voor en een inherent onderdeel zijn van de exploitatie van haven en industriële activiteiten. De bestaande kantoorgebouwen kunnen behouden blijven binnen het bestaande bouwvolume op het moment van definitieve vaststelling van dit gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan. Uitbreidingen zijn niet toegelaten.

 

De aanvraag dient beoordeeld te worden aan de hand van de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan.

De aanvraag is in overeenstemming met de bestemming en de voorschriften van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Voor een straal van 500 meter rond het project is het voormelde GRUP tevens van toepassing. Hier gelden voornamelijk de bestemmingsvoorschriften Gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven en – voor het Hansadok, het Kanaaldok B1 en de Boudewijnsluis – Gebied voor waterweginfrastructuur. Voor de Scheldelaan en de Kruisschansweg geldt het bestemmingsvoorschrift Gebied voor verkeers- en vervoersinfrastructuur. De Scheldedijk heeft als bestemming Zone voor permanente ecologische infrastructuur ‘met medegebruik’. Ten zuiden van het project en parallel met de Scheldelaan en de Kruisschansweg lopen overdrukken met als aanduiding Leidingstraat.

 

Op circa 270 meter ten westen van het project is het gewestplan Antwerpen nog van toepassing met als bestemmingen Natuurgebied, Bijzonder natuurgebied en Bestaande waterweg.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Het voorwerp van de aanvraag betreft de overslag van oleum vanuit schepen in bestaande opslagtanks. Voor het lossen vanuit de schepen zal gebruik gemaakt worden van een bestaande steiger. De ingedeelde inrichting of activiteit is vanuit stedenbouwkundig oogpunt hoofdzakelijk vergund. Het lijkt wel dat er een nieuwe losleiding tussen de bestaande steiger en de opslagtanks aangelegd wordt. Deze leiding komt voor vrijstelling van stedenbouwkundige vergunningsplicht in aanmerking indien het aan de algemene en concrete randvoorwaarden van het Besluit van de Vlaamse regering (BVR) tot bepaling van stedenbouwkundige handelingen waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is, voldoet (meer bepaald artikels 4.1 en 4.4 en artikels 1.2 tot en met 1.6 van het BVR). Dit betekent onder andere een grondoppervlakte kleiner dan 200 m² en een hoogte lager dan 20 meter.

De aanvraag is verenigbaar met de ruimtelijke context van het havengebied waarbinnen deze aanvraag is gesitueerd. Er is geen bezwaar vanuit stedenbouwkundig oogpunt.

 

Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen en activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu

 

Lanxess produceert caprolactam in de Antwerpse haven. De installaties die verbonden zijn aan de productie van caprolactam zijn ondergebracht in het zwavelzuurbedrijf, het hydraminebedrijf, het anonbedrijf, het caprolactambedrijf, de ammoniumsulfaatinstallatie en het hoofdtankenpark Zuid. Een deel van het caprolactam wordt verwerkt tot polyamide in het polyamidebedrijf.

 

Onderhavige aanvraag werd opgesteld met het oog op de beoogde aanvoer (en lossing) van oleum met schepen. De externe aanvoer zal dienst doen als back-up voor de eigen productie. Voor de scheepslossingen wordt gebruik gemaakt van de bestaande steiger. De maximale aanvoer zal 50.000 ton/jaar bedragen.

 

Oleum is een mengsel van zwaveltrioxide (SO3) opgelost in geconcentreerd zwavelzuur. Oleum zal worden opgeslagen in 2 bestaande houders. Tijdens losoperaties worden de dampen vanuit deze houders via de gaswassing op een andere tank afgeleid voor het uitwassen van de SO3 ter vorming van zwavelzuur. De afgassen kunnen volledig door één gaswasser verwerkt worden. Er is een tweede gaswasser als back-up.

 

Het betreft een hogedrempel Seveso-inrichting. Het aanvraagdossier bevat een veiligheidsnota opgesteld door een erkende VR-deskundige. De veiligheidsnota werd op 8 januari 2021 goedgekeurd door het team Externe veiligheid van het departement Omgeving.

 

In de veiligheidsnota wordt geconcludeerd dat de mogelijke relevante effecten in de omgeving beperkt blijven tot het eigen bedrijfsterrein en het dok. Dit betekent dat er geen belangrijke populatie bereikt wordt en er geen (aanzienlijk) bijkomend extern risico voor de mens optreedt. De maatregelen uit het eerder opgestelde omgevingsveiligheidsrapport voor de beheersing van de milieurisico’s blijven geldig. Meer bepaald gaat het over de noodzaak van opvangmogelijkheden voor accidentele vrijzettingen buiten de zones die voorzien zijn van een vloeistofdichte opvang.

 

Gelet op de aard van de voorliggende beperkte verandering wordt er geen bijkomend risico voor de mens of het milieu verwacht, bovendien wordt er geoordeeld dat de hinder niet significant vergroot ten opzichte van de vergunde situatie.

 

Advies van het college

Gunstig advies te verlenen voor de aanvraag tot omgevingsvergunning.

 

Geadviseerde rubrieken

 

Rubriek

Omschrijving

Geadviseerd voor

17.2.2.

VR-plichtige inrichting waar gevaarlijke producten in hoeveelheden die gelijk zijn aan of groter zijn dan de hoeveelheid, vermeld in bijlage 5, deel 1 en 2, kolom 3, bij dit besluit, aanwezig zijn, in voorkomend geval gebruikmakend van de sommatieregel, vermeld in noot 4 bij bijlage 5, deel 1 en deel 2 (hogedrempel Seveso-inrichting).

wijziging in aanvoerproces

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Ontvangst adviesvraag

18 februari 2021

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste adviesdatum

20 maart 2021

 

Onderzoek

De aanvraag moet niet onderworpen worden aan een openbaar onderzoek.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college beslist een gunstig advies, zoals geformuleerd in de argumentatie, te geven op de aanvraag.

Artikel 2

Het college geeft opdracht aan:

Dienst
Taak
SW/VHet advies college te bezorgen aan de dienst die advies gevraagd heeft.

Artikel 3

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.