2021_CBS_02847 - Omgevingsvergunning. Advies hogere overheid. Gunstig advies - OMV_2020171758. Adolf Greinerstraat 14. District Hoboken - Goedkeuring

Het verzoek werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

Bespreking van de bezwaren

1. Bezwaren en bezorgdheid werden geuit over de uitstoot van lood en de effecten hiervan op de gezondheid van omwonenden in het algemeen en van kinderen in het bijzonder.

Het bezwaar is niet gegrond. Deze aanvraag gaat enkel over de aanpassing van de parameter SO2 voor één emissiepunt en heeft geen invloed op de uitstoot van zware metalen door Umicore. Het bezwaar kan in dit dossier niet mee in overweging genomen worden.

2. Het toestaan van de emissienorm is voor het milieu en de gezondheid van de omwonenden een (bijkomende) belasting die niet mag worden toegestaan. Emissievoorwaarden werden in wetgeving voorzien om nageleefd te worden.

Het bezwaar is deels gegrond. De jaargemiddelde SO2-concentratie bedraagt 125 mg/Nm³, ruim lager dan de emissienorm. Slechts sporadisch zal het dag- of uurgemiddelde de grenswaarde overschrijden. Deze zullen geen significant effect hebben op de achtergrondwaarden van SO2 in de buitenlucht. Er is evenmin sprake van een bijkomende uitstoot van SO2, maar over het correct vergunnen van de bestaande situatie. De wetgever voorziet gevallen waarbij van de emissienorm van 350 mg/Nm³ afgeweken kan worden. Uit het dossier blijkt dat aan deze voorwaarden voldaan wordt. Daarnaast moet het bedrijf blijvend inspanningen leveren om de uitstoot te beperken, op zoek gaan naar de oorzaken van de emissiepiekwaarden die sporadisch optreden en deze wegwerken.

3. Infrabel laat weten geen bezwaar te hebben tegen de omgevingsvergunning.

4. Fluxys vraagt een lijst met aardgasvervoersinstallaties in de nabijheid, de wettelijke erfdienstbaarheden, algemene en specifieke voorschriften en veiligheidsmaatregelen liggingsgegevens van de aardgasvervoersinstallaties op te nemen in de vergunning. Alhoewel ingediend in het kader van het openbaar onderzoek, is dit eerder een advies dan een bezwaar. Het wordt aan de vergunningsverlener overgelaten dit al dan niet op te nemen in het vergunningsbesluit.

Informatievergadering

Een informatievergadering was niet vereist en werd niet gehouden.

Conform artikel 24 en 42 van het Omgevingsvergunningsdecreet heeft het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar de bevoegdheid advies uit te brengen voor de vergunningsaanvragen op haar grondgebied waarvoor de deputatie, de Vlaamse regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar de bevoegde overheid is, tenzij:

1. de aanvraag ingediend is door het betrokken college;
2. de aanvraag louter betrekking heeft op mobiele of verplaatsbare ingedeelde inrichtingen of activiteiten.

Het college heeft op 17 november 2017 (jaarnummer 2017_CBS_08858) beslist om de adviesbevoegdheid op te nemen.

Er werd bij de deputatie een verzoek tot bijstelling van vergunningsvoorwaarden ingediend. Het verzoek wordt behandeld volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

De deputatie verzoekt het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar om:

- een openbaar onderzoek te houden;

- advies uit te brengen.

Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Voorgeschiedenis

De inrichting beschikt over een basisvergunning in 2014 verleend door de deputatie en in beroep bevestigd door de Vlaamse minister van Milieu met als vervaldatum 17 april 2034 (kenmerk MLAV1/13-520, AMV/00070/1073/B).

Inhoud van de aanvraag

De exploitant vraagt een bijstelling van de sectorale milieuvoorwaarde over de emissiegrenswaarde van SO₂ in de afgassen van bron 1.4.5 Convector.

Aangevraagde bijstelling bijzondere milieuvoorwaarden in afwijking van algemene of sectorale voorwaarden

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een parkgebied. De parkgebieden moeten in hun staat bewaard worden of zijn bestemd om zodanig ingericht te worden, dat ze, in de al dan niet verstedelijkte gebieden, hun sociale functie kunnen vervullen. (Artikel 14 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een industriegebied. Deze zijn bestemd voor de vestiging van industriële of ambachtelijke bedrijven. Ze omvatten een bufferzone. Voor zover zulks in verband met de veiligheid en de goede werking van het bedrijf noodzakelijk is, kunnen ze mede de huisvesting van het bewakingspersoneel omvatten. Tevens worden in deze gebieden complementaire dienstverlenende bedrijven ten behoeve van de andere industriële bedrijven toegelaten, namelijk: bankagentschappen, benzinestations, transportbedrijven, collectieve restaurants, opslagplaatsen van goederen bestemd voor nationale of internationale verkoop. (Artikel 7 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)Het verzoek ligt niet in een verkaveling.

Omgevingstoets

Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen en activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu

Artikel 3.10.5.1.12 van Vlarem III legt een emissiegrenswaarde op van 350 mg/Nm³ voor SO2, waarvan in de omgevingsvergunning afgeweken kan worden als natte gaswassers niet toepasbaar zijn. Een maximale emissiegrenswaarde van 500 mg/Nm³ is dan mogelijk. De exploitant vraagt voor de emissies afkomstig van de schouw ‘hygiënegassen convector’ of emissiepunt 1.4.5 (EP) de emissiegrenswaarde te versoepelen tot:

• daggemiddelde SO2: 500 mg/Nm³;

• maandgemiddelde SO2: 350 mg/Nm³.

Op 1 augustus 2019 werd voor EP 1.4.4 (loodhoogoven) een daggemiddelde emissiegrenswaarde voor SO2 van 500 mg/Nm³ en maandgemiddelde van 350 mg/Nm³ als voorwaarden opgelegd door de deputatie (kenmerk OMV_2019022359). De aanpassing van de vergunningsvoorwaarden kwam er naar aanleiding van een toetsing aan de BBT conclusies van de BREF Non-ferrous Metals Industries en de bijhorende BREF Anorganische Bulkchemicaliën (LVIC), geïnitieerd door het departement Omgeving – Afdeling G.O.P. Milieu. De gevraagde afwijking voor EP 1.4.5 is gelijkaardig.

Het restgas van de convector bevat een hoge concentratie SO2. Het gas wordt behandeld door middel van een contactprocédé met vier trappen:

- drie opeenvolgende katalysetrappen;

- tussenabsorptie;

- een vierde katalysetrap;

- eindabsorptie.

De laatste katalysetrap is uitgerust met een cesiumgedopeerde katalysator. Het procedé haalt een omzettingsgraad van minstens 99,7%, wat overeenkomt met de BREF LVIC. Het zwavelzuur wordt verwijderd in kaarsfilters. Een peroxidewasser, die een lagere uitstoot SO2 zou kunnen realiseren, vergt een hoge investering. De toepassing van een natte wasser zorgt door de hoge afgasdebieten voor grotere hoeveelheden afval en afvalwater en een groter verbruik van water, grondstoffen en energie. Een verschuiving van de milieubelasting van het compartiment lucht naar andere compartimenten zal optreden waardoor er weinig milieuwinst zal zijn. Hierdoor wordt voldaan aan de beperkte toepasbaarheid zoals omschreven in BBT 100 van BREF Non-ferrous Metals Industries.

Het jaargemiddelde SO2-concentraties afkomstig van de convector bedraagt 125 mg/Nm³. Er komen echter zeer sterke schommelingen voor in de emissie, waardoor de emissiegrenswaarde van 350 mg/Nm³ soms kan overschreden worden.

Volgens artikel 4.4.4.5.4° van Vlarem II wordt bij continue metingen voldaan aan de emissiegrenswaarden als uit de evaluatie van alle resultaten voor de bedrijfsduur tijdens een kalenderjaar blijkt dat:

- geen daggemiddelde boven de emissiegrenswaarde ligt;

- 97% van de uur- of halfuurgemiddelden niet hoger ligt dan 120% van de emissiegrenswaarde;

- geen enkel uur- en halfuurgemiddelde hoger ligt dan het dubbel van de emissiegrenswaarde.

Umicore vraagt voor de toetsing van de uur-, halfuur- en daggemiddelden een emissiegrenswaarde van 500 mg/Nm³ in plaats van 350 mg/Nm³. Deze laatste blijft wel gelden voor het maandgemiddelde.

Advies van het college

De gevraagde versoepeling voor emissiepunt 1.4.5 Convector van de emissiegrenswaarde voor SO2,  is gelet op de hoge investeringskost en de beperkte milieuwinst van de installatie van een natte gaswassen, aanvaardbaar. Er wordt gunstig advies gegeven de afwijking op de sectorale voorwaarde te verlenen.

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.