Terug
Gepubliceerd op 31/05/2021

2021_CBS_03790 - Omgevingsvergunning - OMV_2021010062. Zonnestroomstraat 2. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 28/05/2021 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Jinnih Beels, schepen; Serge Muyters, korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2021_CBS_03790 - Omgevingsvergunning - OMV_2021010062. Zonnestroomstraat 2. District Antwerpen - Goedkeuring 2021_CBS_03790 - Omgevingsvergunning - OMV_2021010062. Zonnestroomstraat 2. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Onderzoek

De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Startdatum

Einddatum

Schriftelijke bezwaar-schriften

Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften

Petitie-lijsten

Digitale bezwaar-schriften

28 februari 2021

29 maart 2021

0

0

0

0

 

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2021010062

Gegevens van de aanvrager:

NV Congé met als contactadres D'Herbouvillekaai 19 te 2020 Antwerpen

Gegevens van de exploitant:

de heer Thomas Wijnen met als adres Lange Leemstraat 284 te 2018 Antwerpen

Ligging van het project:

Zonnestroomstraat 2 te 2020 Antwerpen

Kadastrale gegevens:

afdeling 9 sectie I nr. 2909D

Inrichtingsnummer:

20210120-0052 (Plein Publiek)

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen, Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Voorwerp van de aanvraag:

bouwen en exploiteren van een tijdelijke circulaire hub met horeca- en sportvoorzieningen en mogelijkheid tot (bedrijfs)evenementen

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

Inhoud van de aanvraag

-          bouwen en het exploiteren van een tijdelijke circulaire hub met horeca- en sportvoorzieningen en mogelijkheid tot (bedrijfs)evenementen.

 

Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten

 

Aangevraagde rubrieken

 

 

Rubriek

Omschrijving

Gevraagd voor

3.2.2°a)

het lozen van meer dan 600 m³ per jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan;

12.450,00 m³/jaar

12.1.2.1°b)

inrichtingen die gelijkspanning opwekken, met een geïnstalleerd totaal elektrisch vermogen van 150 kW tot en met 200 kW als de inrichting volledig of gedeeltelijk in een ander gebied dan een industriegebied ligt;

150,00 kW

16.3.2°a)

koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioninginstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW;

7,00 kW

17.3.1.1°

opslagplaatsen voor ontploffingsgevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen (gevarenpictogram GHS01) met een gezamelijke opslagcapaciteit van 10 kg tot en met 100 kg;

30,00 kg

17.4.

opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter;

50,00 liter

32.1.1°

feestzalen en andere publiek toegankelijke lokalen waar muziek geproduceerd wordt met een geluidsniveau van hoger dan 85 dB(A) LAeq,15min en lager of gelijk aan 95 dB(A) LAeq,15min;

85,00 dB(A)LAeq,15min

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

AQUAFIN NV

19 februari 2021

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

Geen tijdig advies ontvangen waardoor het geacht wordt gunstig te zijn

brandweer/ risicobeheer/ preventie

19 februari 2021

1 april 2021

Voorwaardelijk gunstig

De Vlaamse Waterweg nv

19 februari 2021

2 april 2021

Gunstig

Departement Omgeving - seveso

19 februari 2021

6 april 2021

Geen bezwaar

Fluvius System Operator

19 februari 2021

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

Geen tijdig advies ontvangen waardoor het geacht wordt gunstig te zijn

FOD Binnenlandse Zaken - ASTRID veiligheidscommissie

19 februari 2021

9 maart 2021

Gunstig

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

autonoom gemeentebedrijf vastgoed en stadsprojecten Antwerpen

18 februari 2021

22 februari 2021

Onafhankelijke Diensten/ dienst Strategische Coördinatie/ Loketwerking/ Stadsloketten/ Huisnummeringsteam

18 februari 2021

19 februari 2021

ondernemen en stadsmarketing/ business en innovatie

18 februari 2021

10 maart 2021

stadsbeheer/ vastgoed/ ontwikkeling/ bouwprojecten

18 februari 2021

22 februari 2021

stadsontwikkeling/ mobiliteit

18 februari 2021

9 maart 2021

stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ archeologie

18 februari 2021

8 maart 2021

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: gebied voor stedelijke activiteiten, gemengd regionaal bedrijventerrein en specifiek regionaal bedrijventerrein met watergebonden karakter.

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het gewestplan op volgend punt:

-          Het project huisvest werkruimte voor startende circulaire ondernemers, reca, dansavonden en (bedrijfs)evenementen en sportvoorzieningen. Dit komt niet overeen met de toegelaten hoofdactiviteiten voor gemengd regionaal bedrijventerrein, namelijk productie, opslag en verwerking van goederen, productie van energie, onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten, open overslag, voorraadbeheer, groepage, fysieke distributie en groothandel en afvalverwerking met inbegrip van recyclage.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening hemelwater op volgend punt:

  • Er wordt geen infiltratie- of buffervoorziening geplaatst op het terrein. De overloop van de opvang regenwater loopt door een gracht verder door en wordt geloosd in de voorziene bufferzone.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening toegankelijkheid op volgende punten:

  • Artikel 6 Publiek toegankelijke verblijfsruimten: er kan een afwijking worden toegestaan op het toegankelijk maken van de rooftopbar op de tweede verdieping op voorwaarde dat dezelfde functies worden aangeboden in de bar op het gelijkvloers;
  • Artikel 14 Breedte van een looppad (niet tussen binnenmuren): het pad van de hoofdingang naar de fietsenstalling (circa 1,25 m) heeft geen breedte van 1,50 m of er worden geen vrije en vlakke draairuimtes om de 10 m voorzien;
  • Artikel 18 Algemene bepalingen: de verdiepingen zijn enkel via trappen bereikbaar terwijl niveauverschillen van meer dan 0,18 m moeten overbrugd worden, ofwel met een trap in combinatie met een helling, ofwel met een trap in combinatie met een lift, ofwel met een helling in combinatie met een lift;
  • Artikel 22 Algemene bepalingen: de inkomdeur van multifunctionele ruimte 1.1 heeft een breedte van 0,86 m < minstens 0,90 m;
  • Artikel 29/2 Publiek toegankelijke toiletten en doucheruimtes: er wordt enkel een aangepast toilet bij de heren voorzien;
  • Artikel 30 Afmetingen sanitaire cellen: het aangepaste toilet heeft als afmetingen 1,65 m x 2,11 m terwijl deze minstens 1,65 m x 2,20 m dienen te bedragen en bij deze minimale maten dient de deur in de korte zijde aangebracht te worden terwijl deze in de aanvraag in de lange zijde gesitueerd is;
  • Artikel 31 Afwijking artikel 30: er is naast de toiletpot geen vrije transferzone van minstens 0,90 m breed, de afstand van de voorzijde van de toiletpot tot tegen de achterliggende wand bedraagt circa 0,55 m < minstens 0,70 m en er is geen wastafel geplaatst in de ruimte.

 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • Artikel 12 Levendige plint: vooral de zijde aan de hoofdingang is niet levendig ingericht naar de straatzijde toe;
  • Artikel 24 Minimale lichtinval en minimale luchttoevoer: de multifunctionele containers op het gelijkvloers en de eerste verdieping, de keuken en bar op het gelijkvloers en atelier 1.3 op de eerste verdieping hebben geen rechtstreekse openingen om licht en lucht toe te laten, de polyvalente ruimte en de serre hebben te weinig of te kleine openingen om voldoende licht en lucht binnen te laten;
  • Artikel 26 Afvalverzameling: de afvalberging wordt in open lucht georganiseerd;
  • Artikel 27 Open ruimte: er wordt circa 2.264 m² verhard > 1/3 van de totale tuinoppervlakte (= circa 1.128 m²) en de toegangspaden zijn breder dan 1,50 m;
  • Artikel 29 Fietsstalplaatsen en fietsparkeerplaatsen: zie advies mobiliteit;
  • Artikel 30 Autostalplaatsen en autoparkeerplaatsen: zie advies mobiliteit;
  • Artikel 43 Septische putten: de septische put van 12.500 liter is te klein, deze dient minimaal 22.550 liter te bevatten.

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Voor het aspect gewijzigd overstromingsregime wordt verwezen naar het advies van de waterbeheerder.

-          Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

-          Archeologienota: overeenkomstig artikel 5.4.1 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 moet aan bepaalde aanvragen een archeologienota worden toegevoegd waarvan akte werd genomen
Van de archeologienota werd akte genomen door het agentschap Onroerend Erfgoed op 31 mei 2017.
De nota toont gemotiveerd aan dat er geen verder archeologisch onderzoek moet plaatsvinden.

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)

-          BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

De stad Antwerpen wenst de Blue Gate Antwerp site te ontwikkelen volgens duurzame principes. Deze zijn opgenomen in het Strategisch Masterplan Blue Gate Antwerp. Hoewel dit strategisch masterplan geen bindend, noch verordenend karakter heeft, geeft het duiding omtrent de duurzame ambities bij de ontwikkeling van de site.

 

Volgens het GRUP is de site gelegen in een gemengd regionaal bedrijventerrein, met als hoofdactiviteiten productie, opslag en verwerking van goederen, productie van energie, onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten, open overslag, voorraadbeheer, groepage, fysieke distributie en groothandel en afvalverwerking met inbegrip van recyclage.

 

Het project huisvest een circulaire hub met werkruimte voor startende circulaire ondernemers in een containerstructuur. In de serre op het binnenplein is ruimte voor horeca en (bedrijfs)evenementen. Daarnaast zijn er sportvoorzieningen voor de werknemers van Blue Gate en andere gebruikers. Naast een ondernemershub is het project dus ook een ontmoetingsplaats voor zowel de aanwezige bedrijven en haar werknemers als voor stadsbewoners.

 

Gelet op de aard van de aanvraag, werd er advies gevraagd aan de dienst Ondernemen en Stadsmarketing dat als volgt kan worden samengevat:

“Op basis van de toelichtingsnota is de circulaire hub de hoofdactiviteit van het project. Een daadwerkelijke circulaire hub met een aantal economische functies en diensten die complementair zijn voor het bedrijventerrein BGA, kan zeker positief benaderd worden. Maar de plannen en oppervlaktetabel, wijzen eerder op een hoofdactiviteit reca en recreatie en dat de circulaire hub slechts een kleine fractie uitmaakt van het project. Op basis van het dossier, zal het dus beoordeeld worden met als hoofdactiviteit reca en recreatie en niet als circulaire hub.”
 

Volgens deze interpretatie zou de hoofdactiviteit reca/recreatie zijn, wat niet is toegestaan in dit gebied. Ook de openingstijden en drukteverdeling wijzen volgens het advies in die richting. Daarnaast zou de aanvraag niet passen binnen de goedgekeurde beleidsnota ruimtelijke economie, maar past deze wel binnen de visieteksten van de werkgroep Nightlife mits een evenwichtig aanbod geboden wordt:

“Het innemen van paarse ruimte door verweefbare functies (zelfs tijdelijk) past niet binnen het goedgekeurd beleid. De activiteit is niet hinderlijk waardoor er geen noodzaak is om op het bedrijventerrein een vestiging te nemen.”

“Vanuit de werkgroep nachtleven wordt er positief gekeken naar de vestiging van de aanvrager op Blue Gate. Het is wenselijk het aanbod van dergelijk initiatief in de stad te bestendigen voor de jeugd, jongeren en overige bezoekers. Naast het nachtprogramma moet er een evenwichtig pakket aan activiteiten plaatsvinden tijdens de dag en op weekdagen zoals co-working spaces, creatieve ateliers, recreatie, restaurant en bedrijfsdagevenementen.”
 

De dienst stelt zich ook vragen omtrent de nabijheid van een SEVESO inrichting (Alca Petroleum). Hier wordt later op teruggekomen.

 

Er werd advies gevraagd aan AG VESPA. Het advies luidt als volgt:

“Plein Publiek (PP) heeft de intentie om zich op BGA te vestigen, bij aanvang onder vorm van een pop-up en later ook definitief. PP wil daarbij een netwerk creëren van bedrijven, onderwijsinstellingen en voorzieningen die elkaar aanvullen en versterken. Door het toevoegen van een publiekstrekkende functie wil PP functies in het gebied vermengen en verbinden.

De komst van PP naar BGA zal inderdaad de levendigheid en stedelijkheid van het gebied ten goede komen. PP kan een ontmoetingsplek worden voor de aanwezige bedrijvigheid, maar ook voor omwonenden, toevallige passanten en recreanten. Ook kan PP bewegingen van, naar en op de site teweegbrengen op momenten dat de bedrijvigheid op een laag pitje staat (avonden en weekends) en op die manier de sociale veiligheid verhogen.

De wens van PP om een positieve impact te hebben op ecologische, economische en sociale uitdagingen, sluit aan bij de duurzaamheidsambities van BGA.

PP wil ruimte maken om te experimenteren onder vorm van proeftuinen voor de ontwikkeling van innovatieve ontspannings- en werkconcepten. De tijdelijke pop-up versie van PP kan door experimenteren en onderzoeken uitgroeien tot een definitieve vestiging die zich optimaal inpast in BGA.  De komst van PP naar BGA als verbindende factor tussen bedrijvigheid en stedelijkheid is volgens AG Vespa gezien bovenstaande zeer wenselijk.”

 

De combinatie van een circulaire hub met bedrijfsgebonden nevenactiviteiten wordt positief onthaald. Het project kan een rol spelen als ontmoetings- en ontspanningsruimte voor (werknemers van) bedrijven en stadsbewoners, wat een meerwaarde is voor de activiteit op het terrein en ondersteunend werkt voor de aanwezige bedrijven.

Bedrijvigheid en ontspanning kunnen naast elkaar bestaan en qua tijdsgebruik afwisselen. Dat de locatie een publiekstrekker kan zijn, wordt als een pluspunt gezien, zowel voor Blue Gate zelf als voor de omgeving. Zo kan het project werken als een incubator voor andere bedrijvigheid, en de site van Blue Gate mee helpen activeren.

De aanwezigheid van een SEVESO bedrijf werd mee in beschouwing genomen in het veiligheidsrapport van 2011, waaruit blijkt dat er geen bezwaar is tegen het beoogde project.

 

Na afweging van deze adviezen wordt daarom geoordeeld dat het project voldoet op het vlak van functionele inpasbaarheid en beantwoordt aan de ambities van Blue Gate Antwerp mits een voldoende evenwichtig programma aangeboden wordt, zoals verwoord in het advies van de dienst Ondernemen en Stadsmarketing: “Naast het nachtprogramma moet er een evenwichtig pakket aan activiteiten plaatsvinden tijdens de dag en op weekdagen zoals co-working spaces, creatieve ateliers, recreatie, restaurant en bedrijfsdagevenementen.”

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

Het gebouw voldoet qua schaal, volumetrie en inplanting aan de principes van het beeldkwaliteitsplan en is ruimtelijk inpasbaar binnen de site van Blue Gate Antwerpen.

 

Visueel-vormelijke elementen

Het concept met gestapelde zeecontainers past binnen de context van een industrieel bedrijventerrein dat grenst aan de Schelde. Hoewel de materialisatie atypisch is in de stad, is het robuuste karakter en de ruwe industriële vormgeving aanvaardbaar voor een tijdelijke constructie op het terrein van Blue Gate Antwerp.

 

Beoordeling afwijkingen van de voorschriften

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  > Artikel 12 Levendige plint: vooral de zijde aan de hoofdingang is niet levendig ingericht naar de straatzijde toe;

Een container aan de straat zorgt voor een duidelijke zichtbaarheid van de functie vanaf de straatzijde. Het is eigen aan het concept met containers dat de openheid beperkt is. Dit is echter vooral het geval langsheen de Olieweg, de padelvelden die grenzen aan zowel de Maria Telkestraat, als aan de Zonnestroomstraat hebben dan weer veel interactie met het openbaar domein. Globaal gezien kan voorgesteld worden dat de aanvraag voldoende tegemoet komt aan artikel 12 van de bouwcode.

  > Artikel 24 Minimale lichtinval en minimale luchttoevoer: de multifunctionele containers op het gelijkvloers en de eerste verdieping, de keuken en bar op het gelijkvloers en atelier 1.3 op de eerste verdieping hebben geen rechtstreekse openingen om licht en lucht toe te laten, de polyvalente ruimte en de serre hebben te weinig of te kleine openingen om voldoende licht en lucht binnen te laten;

In de containers dienen voldoende raamopeningen voorzien te worden om te voldoen aan de minimum oppervlaktes volgens artikel 24 van de bouwcode. Dit wordt in een voorwaarde opgenomen.

  > Artikel 26 Afvalverzameling: de afvalberging wordt in open lucht georganiseerd;

De afvalberging is gepositioneerd in een open ruimte tussen containers. Deze dient voorzien te worden in een gesloten ruimte. Dit wordt in een voorwaarde opgenomen.

  > Artikel 27 Open ruimte: er wordt circa 2264 m² verhard > 1/3 van de totale tuinoppervlakte (= circa 1128 m²) en de toegangspaden zijn breder dan 1,50 m;

Omwille van de functies (o.m. fietsenberging en toegangspaden, padelvelden) is de verharde oppervlakte groter dan de volgens de bouwcode toegelaten 1/3 van de totale tuinoppervlakte. De toegangspaden dienen in een waterdoorlatende verharding voorzien te worden, de fietsenstallingen in waterdoorlatende verharding met groen karakter (grasdals). Alle overige niet bestemde ruimte moet met groen in volle grond aangelegd worden. Dit wordt als een voorwaarde opgenomen in de vergunning.

  > Artikel 43 Septische putten: de septische put van 12.500 liter is te klein, deze dient minimaal 22.550 liter te bevatten.

Het voorzien van een septische put van minimaal 22.550 liter wordt als een voorwaarde opgenomen in de vergunning.

 

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening toegankelijkheid op volgende punten:

-          Artikel 6 Publiek toegankelijke verblijfsruimten: er kan een afwijking worden toegestaan op het toegankelijk maken van de rooftopbar op de tweede verdieping op voorwaarde dat dezelfde functies worden aangeboden in de bar op het gelijkvloers;

-          Artikel 14 Breedte van een looppad (niet tussen binnenmuren): het pad van de hoofdingang naar de fietsenstalling (circa 1,25 m) heeft geen breedte van 1,50 m of er worden geen vrije en vlakke draairuimtes om de 10 m voorzien; het pad dient te voldoen aan artikel 14;

-          Artikel 18 Algemene bepalingen: de verdiepingen zijn enkel via trappen bereikbaar terwijl niveauverschillen van meer dan 0,18 m moeten overbrugd worden, ofwel met een trap in combinatie met een helling, ofwel met een trap in combinatie met een lift, ofwel met een helling in combinatie met een lift; : er kan een afwijking worden toegestaan op voorwaarde dat dezelfde functies worden aangeboden op het gelijkvloers

-          Artikel 22 Algemene bepalingen: de inkomdeur van multifunctionele ruimte 1.1 heeft een breedte van 0,86 m < minstens 0,90 m; dit wordt opgenomen in de voorwaarden;

-          Artikel 29/2 Publiek toegankelijke toiletten en doucheruimtes: er wordt enkel een aangepast toilet bij de heren voorzien; dit toilet mag niet enkel op die manier bereikbaar zijn;

-          Artikel 30 Afmetingen sanitaire cellen: het aangepaste toilet heeft als afmetingen 1,65 m x 2,11 m terwijl deze minstens 1,65 m x 2,20 m dienen te bedragen en bij deze minimale maten dient de deur in de korte zijde aangebracht te worden terwijl deze in de aanvraag in de lange zijde gesitueerd is; dit dient aangepast om te voldoen aan de voorwaarden;

-          Artikel 31 Afwijking artikel 30: er is naast de toiletpot geen vrije transferzone van minstens 0,90 m breed, de afstand van de voorzijde van de toiletpot tot tegen de achterliggende wand bedraagt circa 0,55 m < minstens 0,70 m en er is geen wastafel geplaatst in de ruimte; dit dient eveneens te voldoen aan de voorwaarden.

 

Bodemreliëf

Het projectgebied bevindt zich buiten een archeologisch vastgestelde zone en buiten een woon- en recreatiegebied. Het betreft een omgevingsvergunning met een perceelsoppervlakte van het projectgebied van boven 3.000 m² (13.532 m²) en een vergunningsplichtige ingreep onder 5.000 m² (circa 2.750 m²). De aanvrager is niet publiekrechtelijk. Volgens het Onroerenderfgoeddecreet van 2 juli 2013, artikel 5.4.1 is hiervoor geen archeologienota verplicht.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Gelet op de aard van de aanvraag werd er advies gevraagd aan De Vlaamse Waterweg. Het advies is gunstig en kan als volgt worden samengevat:

“Er wordt voldaan aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwater aangezien er in het project voldoende maatregelen voorzien worden om het effect op de afstromingshoeveelheid van het watersysteem te voorkomen, te beperken of te compenseren. Er worden geen schadelijke effecten door een wijziging van de afstromingshoeveelheid verwacht.

Het project ligt op voldoende afstand van de waterkering.”

 

Er werd advies gevraagd aan het Departement Omgeving – Seveso. Er is geen bezwaar tegen het project:

“De site van Plein Publiek ligt in de consultatiezone van 3 Seveso-inrichtingen, m.n. Alca Petroleum te Antwerpen en ARLANXEO Belgium en 3M Belgium te Zwijndrecht. Op basis van de kennis van het externe mensrisico van deze inrichtingen heeft het Team Externe Veiligheid geen bezwaar tegen de voorziene ontwikkeling van Plein Publiek.”

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

 

Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 100 parkeerplaatsen.

 

De parkeerbehoefte wordt bepaald op het bouwen van een tijdelijke circulaire hub met horeca en sportvoorzieningen.

Het gaat om de verplaatsing van Plein Publiek van D’Herbouvillekaai naar de site van Blue Gate.  We kijken voor het aantal parkeerplaatsen naar de vergunning voor Plein Publiek 2.0 (2020719).

Voor de horecazaak wordt op piekmomenten (zaterdag) een maximale bezetting verwacht van 800 à 1.000 bezoekers verspreid over een dag. Dit zal eerder uitzonderlijk zijn. Er wordt uitgegaan van maximaal 100 tot 150 wagens met een gemiddelde van 3 personen per wagen. Er moeten dus minstens 100 parkeerplaatsen voorzien worden.

Men neemt ook aan dat de drukste momenten van de horecazaak niet samenvallen met de kantoortijden.

De plannen voorzien in 194 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Het project kan gebruik maken van de tijdelijke maaiveldparkings op de site Blue Gate Antwerp. De dichtstbijzijnde is deze op perceel K6 ten noorden van de vestiging van DHL Express (op 180 meter), dewelke vergund werd op 22 januari met 194 plaatsen (OMV_2020123692).

 

Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 100.

 

Op de tijdelijke maaiveldparking op de site Blue Gate zijn 194 parkeerplaatsen beschikbaar. Dit aantal is toereikend.

 

Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 0.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0.

Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 0 plaatsen.

 

 

 

Fietsvoorzieningen

Er worden 200 fietsstalplaatsen voorzien. Dit aantal bleek voldoende te zijn op de vorige locatie en wordt bijgevolg ook nu zo beoordeeld. De fietsenstalling zal esthetisch en groen geïntegreerd worden.

 

Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu

 

Plein publiek wenst op deze nieuwe locatie een tijdelijke circulaire hub te huisvesten. Het project voorziet o.a. startende circulaire ondernemers in werk- en ontmoetingsruimtes. Deze ruimtes zullen opgebouwd worden uit zeecontainers op “twee verdiepingen” ,  rond een binnenplein met serre. Milieutechnisch zijn de beoogde ingedeelde inrichtingen of activiteiten louter en alleen in de derde klasse ingedeeld. Het omvat onder meer de exploitatie van een polyvalente /feestzaal,  een bar met keuken en verschillende ateliers. In de rubriekentabel werd weergegeven dat rubriek 32.1.1 werd aangevraagd voor een geluidsniveau van 85 dB(A)LAeq,15min, voor dit geluidsniveau dient geen melding te gebeuren. In de beschrijvende nota wordt echter weergegeven dat dansavonden zullen worden georganiseerd tot een geluidsniveau van 95 dB(A), wat dan ook het gewenste geluidsniveau is. Verder blijkt uit het dossier dat was- en kuisproducten ook onder de Vlarem-rubriek 17.3.1.1. worden gemeld. Een indeling onder rubriek 17.4 volstaat ruimschots.

 

Uit de evaluatie van de te verwachte milieueffecten blijkt het volgende:

  • Afvalwater: tijdens de exploitatie zal er enkel huishoudelijk afvalwater geloosd worden. Het betreft afvalwater afkomstig uit de sanitaire installaties en van de keuken. Het afvalwater uit de keuken en sanitair verloopt respectievelijk via een vetafscheider en een septische put, alvorens te lozen in de openbaar riolering.
  • Geluid en trillingen: Er zullen dansavonden plaatsvinden met een geluidsniveau van maximaal 95 dB(A). Deze zullen plaatsvinden in de Serre. Aangezien de Serre omringd is door de containers zal het geluid in grote mate gedempt worden. De Serre is gemaakt uit dubbelglas met een geluidsdempingswaarde van 29 dB.

Een dempingswaarde van circa 30 dB is eerder pover om de milieukwaliteitsnormen voor geluid in openlucht na te leven. Het specifieke geluid uit de inrichting , gemeten aan de perceelgrens, dient gedempt te worden voor de avond- en nachtperioden tot onder de 50 dB(A). Een dempingswaarde van minimum 40 dB is wenselijk. Wij adviseren in het voorkomend geval het emissieniveau van het geluid aan de bron te beperken of de serre uit te rusten met een andere soort beglazing. Op de markt zijn er verschillende beglazingen met een hogere geluidsdempingswaarde .

 

 

Er wordt voldaan aan artikel 5.4.3, §3 van het DABM betreffende verbods- en afstandsregels.

 

De gemelde exploitatie is meldingsplichtig en niet verboden.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2.      er dienen voldoende raamopeningen voorzien te worden zodat voldaan wordt aan artikel 24 van de bouwcode voor wat betreft licht en luchtname;

3.      de afvalberging dient in een gesloten volume voorzien te worden zodat voldaan wordt aan artikel 26 van de bouwcode;

4.      de toegangspaden dienen in een waterdoorlatende verharding voorzien te worden, en de fietsenstalling in een waterdoorlatende en grasdoorgroeibare verharding.  Alle overige niet bestemde ruimte moet met groen in volle grond aangelegd worden, zodat maximaal tegemoetgekomen wordt aan de eisen van artikel 27 van de bouwcode;

5.      er dient een septische put van minimaal 22.500 liter voorzien te worden zodat voldaan wordt aan artikel 43 van de bouwcode;

6.      het project dient te voldoen aan de verordening toegankelijkheid:

-          het pad van de hoofdingang naar de fietsenstalling dient te voldoen aan artikel 14;

-          de inkomdeur van multifunctionele ruimte 1.1 moet een breedte van minstens 0,90 m hebben;

-          het aangepaste toilet mag niet enkel vanuit het heren-sanitair bereikbaar zijn;

-          het aangepaste toilet moet minstens 1,65 m x 2,20 m groot zijn en bij deze minimale maten dient de deur in de korte zijde aangebracht te worden;

-          het aangepaste toilet moet naast de toiletpot een vrije transferzone van minstens 0,90 m breed hebben, de afstand van de voorzijde van de toiletpot tot tegen de achterliggende wand moet minstens 0,70 m bedragen en er moet een wastafel geplaatst worden in de ruimte;

 

Geldigheidsduur

7.       de handelingen waarvoor vergunning is verleend, mogen niet langer dan 2 jaar na de datum waarop de huidige vergunning een definitief en niet langer voor administratief beroep vatbaar karakter verkrijgt, in stand blijven. Na het verstrijken van de geldigheidsduur van de vergunning moet de begunstigde het terrein herstellen in de staat waarin het zich bevond vóór de tenuitvoerlegging van de vergunning van bepaalde duur.

 

Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Aan het college wordt geadviseerd de omgevingsvergunning voorwaardelijk te verlenen.

 

Geadviseerde rubrieken

 

 

Rubriek

Omschrijving

Geadviseerd voor

3.2.2°a)

het lozen van meer dan 600 m³ per jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan;

12.450,00 m³/jaar

12.1.2.1°b)

inrichtingen die gelijkspanning opwekken, met een geïnstalleerd totaal elektrisch vermogen van 150 kW tot en met 200 kW als de inrichting volledig of gedeeltelijk in een ander gebied dan een industriegebied ligt;

150,00 kW

16.3.2°a)

koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioninginstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW;

7,00 kW

17.3.1.1°

opslagplaatsen voor ontploffingsgevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen (gevarenpictogram GHS01) met een gezamelijke opslagcapaciteit van 10 kg tot en met 100 kg;

zonder voorwerp

17.4.

opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter;

80,00 liter

32.1.1°

feestzalen en andere publiek toegankelijke lokalen waar muziek geproduceerd wordt met een geluidsniveau van hoger dan 85 dB(A) LAeq,15min en lager of gelijk aan 95 dB(A) LAeq,15min;

95,00 dB(A)LAeq,15min

 

Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarden

 

1.

Het geluidsniveau in de serre wordt afgesteld in functie van de geluidsdemping  van de beglazing, zodat de milieukwaliteitsnormen voor geluid in open lucht nageleefd worden.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

25 januari 2021

Volledig en ontvankelijk

18 februari 2021

Start openbaar onderzoek

28 februari 2021

Einde openbaar onderzoek

29 maart 2021

Beslissing aanvaarding wijzigingsaanvraag

12 april 2021

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

3 juni 2021

Verslag GOA

6 mei 2021

naam GOA

Gerd Cryns en Bieke Geypens

Wijzigingsverzoeken

De aanvrager heeft een of meerdere verzoeken ingediend om zijn oorspronkelijke dossier te wijzigen.

Minstens een van die verzoeken werd aanvaard, waardoor de aanvaarde wijzigingen mee beoordeeld worden.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2.      er dienen voldoende raamopeningen voorzien te worden zodat voldaan wordt aan artikel 24 van de bouwcode voor wat betreft licht en luchtname;

3.      de afvalberging dient in een gesloten volume voorzien te worden zodat voldaan wordt aan artikel 26 van de bouwcode;

4.      de toegangspaden dienen in een waterdoorlatende verharding voorzien te worden, en de fietsenstalling in een waterdoorlatende en grasdoorgroeibare verharding.  Alle overige niet bestemde ruimte moet met groen in volle grond aangelegd worden, zodat maximaal tegemoetgekomen wordt aan de eisen van artikel 27 van de bouwcode;

5.      er dient een septische put van minimaal 22.500 liter voorzien te worden zodat voldaan wordt aan artikel 43 van de bouwcode;

6.      het project dient te voldoen aan de verordening toegankelijkheid:

-          het pad van de hoofdingang naar de dient te voldoen aan artikel 14;

-          de inkomdeur van multifunctionele ruimte 1.1 moet een breedte van minstens 0,90 m hebben;

-          het aangepast toilet mag niet enkel vanuit het heren-sanitair bereikbaar zijn;

-          het aangepaste toilet moet minstens 1,65 m x 2,20 m groot zijn en bij deze minimale maten dient de deur in de korte zijde aangebracht te worden;

-          het aangepast toilet moet naast de toiletpot een vrije transferzone van minstens 0,90 m breed hebben, de afstand van de voorzijde van de toiletpot tot tegen de achterliggende wand moet minstens 0,70 m bedragen en er moet een wastafel geplaatst worden in de ruimte;

 

Geldigheidsduur

7.      de handelingen waarvoor vergunning is verleend, mogen niet langer dan 2 jaar na de datum waarop de huidige vergunning een definitief en niet langer voor administratief beroep vatbaar karakter verkrijgt, in stand blijven. Na het verstrijken van de geldigheidsduur van de vergunning moet de begunstigde het terrein herstellen in de staat waarin het zich bevond vóór de tenuitvoerlegging van de vergunning van bepaalde duur.

 

Bijzondere milieuvoorwaarden


1.

Het geluidsniveau in de serre wordt afgesteld in functie van de geluidsdemping  van de beglazing, zodat de milieukwaliteitsnormen voor geluid in open lucht nageleefd worden.

 

Brandweervoorwaarden

de brandweervoorwaarden uit het verslag met referentie BW/SVE/2021/G.00630.A2.0002 die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

 

De vergunning omvat thans volgende rubriek(en):

 

Rubriek

Omschrijving

Geadviseerd voor

3.2.2°a)

het lozen van meer dan 600 m³ per jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan;

12.450,00 m³/jaar

12.1.2.1°b)

inrichtingen die gelijkspanning opwekken, met een geïnstalleerd totaal elektrisch vermogen van 150 kW tot en met 200 kW als de inrichting volledig of gedeeltelijk in een ander gebied dan een industriegebied ligt;

150,00 kW

16.3.2°a)

koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioninginstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW;

7,00 kW

17.4.

opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter;

80,00 liter

32.1.1°

feestzalen en andere publiek toegankelijke lokalen waar muziek geproduceerd wordt met een geluidsniveau van hoger dan 85 dB(A) LAeq,15min en lager of gelijk aan 95 dB(A) LAeq,15min;

95,00 dB(A)LAeq,15min


Artikel 4

Het college beslist dat de omgevingsvergunning geldig is voor een periode van 2 jaar.

Artikel 5

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.