Terug
Gepubliceerd op 31/05/2021

2021_CBS_04168 - Omgevingsvergunning - OMV_2021043447. Veltwijcklaan 242-244. District Ekeren - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 28/05/2021 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Jinnih Beels, schepen; Serge Muyters, korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2021_CBS_04168 - Omgevingsvergunning - OMV_2021043447. Veltwijcklaan 242-244. District Ekeren - Goedkeuring 2021_CBS_04168 - Omgevingsvergunning - OMV_2021043447. Veltwijcklaan 242-244. District Ekeren - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2021043447

Gegevens van de aanvrager:

zie exploitant

Gegevens van de exploitant:

Danny De Laet met als contactadres Hensbergelei 26B bus B te 2930 Brasschaat

Ligging van het project:

Veltwijcklaan 242-244 te 2180 Ekeren (Antwerpen)

Kadastrale gegevens:

afdeling 35 sectie F nr. 241F5

Inrichtingsnummer:

20210310-0014 (Bemaling Veltwijcklaan 242, 2180 Ekeren)

Vergunningsplichten:

Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Voorwerp van de aanvraag:

het exploiteren van een bemaling ten behoeve van de aanleg van een ondergrondse verdieping

 

Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten

 

Inhoud van de aanvraag

De aanvraag betreft de exploitatie van een bronbemaling voor de aanleg van een ondergrondse parkeergarage met bergplaatsen bij een nieuwbouwproject aan de Veltwijcklaan 242 – 244 te Ekeren. Klasse 2 rubriek 53.2.2.b.2 wordt gevraagd voor een debiet van 56.178 m³/jaar. De duur van de bemaling wordt geschat op 100 dagen.

 

Aangevraagde rubrieken

 

 

Rubriek

Omschrijving

Gevraagd voor

53.2.2°b)2°

bronbemaling, met inbegrip van terugpompingen van onbehandeld en niet-verontreinigd grondwater in dezelfde watervoerende laag, die technisch noodzakelijk is voor ofwel de verwezenlijking van bouwkundige werken, ofwel de aanleg van openbare nutsvoorzieningen gelegen in een ander gebied dan de gebieden vermeld in punt 1 met een netto opgepompt debiet van meer dan 30.000 m³ per jaar en de verlaging van het grondwaterpeil bedraagt meer dan vier meter onder het maaiveld;

56.178,00 m³/jaar

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Vlaamse Milieumaatschappij, grondwaterbeheer

6 april 2021

19 mei 2021

Voorwaardelijk gunstig

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

De aanvraag betreft een tijdelijke bemaling die noodzakelijk is voor de uitvoering van eerder vergunde stedenbouwkundige handelingen. Deze stedenbouwkundige handelingen werden reeds eerder getoetst aan de verenigbaarheid met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening. De bemaling zelf is slechts tijdelijk van aard en noodzakelijk voor de uitvoeringsfase van de bouw. Het project kan beschouwd worden als verenigbaar met de omgeving en goede ruimtelijke ordening.

Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu

 

De uitgraafdiepte voor de kelder bedraagt 3 m-mv, voor de liftputten is dat 4,20 m-mv. Met een veiligheidsmarge van 0,5 meter wordt dit respectievelijk een uitgraafdiepte van 3,50 en 4,70 m-mv. Op basis van geplaatste peilbuizen en sonderingen wordt uitgegaan van een grondwaterpeil van circa 0,50 m-mv. Het debiet van de bemaling wordt berekend op maximaal 817 m³/dag en gemiddeld 562 m³/dag. Dit resulteert in een jaardebiet van 56.178 m³/jaar. Er wordt voorgesteld te lozen in de RWA (regenwaterafvoer) van de straatriolering (Bist). Hier werd recent een gescheiden stelsel aangelegd. De RWA-riool sluit meer zuidelijk uiteindelijk aan op de Donkse Beek. Weliswaar is er een groenzone tussen de spoorweg en het projectperceel. Deze is echter eigendom van NMBS/Infrabel en helt af naar de straatkant of privaat domein waardoor deze niet in aanmerking komt voor infiltratie. De invloedzone van de bemaling strekt zich uit over een afstand van 325 meter rondom de werf.

De bemaling werd ontworpen als een traditionele vacuümbemaling aangezet in de tertiaire zandlagen tot circa 7 meter. Voor de liftput wordt in een tweede fase een bemaling ter hoogte van de keldervloer voorzien. Het grondwater wordt tot minimum 4,70 meter onder het maaiveld gebracht, een verlaging van minimum 4,20 meter dus. De berekende zettingen onder de aanpalende gebouwen blijven onder de grens van 20 millimeter. De zettingen op de dichtst gelegen woning (Bist 3) werden berekend op 6 millimeter, bij de spoorweg is dat 3 millimeter.

OVAM-dossiers gelegen binnen de invloedstraal van de bemaling, werden niet onderzocht in de bemalingsnota. In deze nota wordt gesteld dat het belangrijk is om op voorhand de bodemverontreinigingen in kaart te brengen om de potentiële invloed van een bronbemaling op de bestaande bodemvervuilingen in te schatten. Tevens wordt echter gezegd: “Op het geoloket van OVAM kan men de ligging van gekende milieudossiers terugvinden. De dossiers zelf moeten echter (tegen betaling) opgevraagd worden bij OVAM of bij de eigenaar van het terrein en worden bij voorkeur onderzocht door een erkend bodemsaneringsdeskundige. Dit maakt immers geen onderdeel uit van deze studie.”

Tegenover de projectsite, aan de overkant van de Veltwijcklaan, werd in 2007 een oriënterend bodemonderzoek uitgevoerd (Leerhoeklaan 2). Op dit perceel was in het verleden een tankstation aanwezig. In de OVAM-databank wordt een aanmaning tot het opmaken van een beschrijvend bodemonderzoek teruggevonden. Dit wijst toch op een risico tot het oppompen van verontreinigd grondwater. Als bijzondere voorwaarde wordt dan ook opgelegd dat bij de start van de bemaling eerst een analyse van het bemalingswater zal moeten uitgevoerd worden. De bemaling wordt stilgelegd tot de resultaten van de analyse gekend zijn. Indien nodig dient de exploitant een zuiveringsinstallatie te plaatsen en een nieuwe omgevingsvergunningsaanvraag in te dienen alvorens de bemaling kan verdergezet worden. Bij een dergelijke nieuwe omgevingsvergunningsaanvraag zal ook het verplichte advies van VMM dienst Afvalwater gevraagd worden. Na opstart van de bemaling blijft een regelmatige staalname noodzakelijk. Bij vaststelling van aantrekking van de verontreiniging dient het lozingswater gezuiverd te worden alvorens verder kan geloosd worden op de hemelwaterafvoer.

Voorliggend project is niet MER-plichtig. Het aanvraagdossier werd tijdens het ontvankelijk- en volledigheidsonderzoek getoetst  aan de criteria van bijlage II van het Decreet Algemene Bepalingen Milieubeleid aangezien de aanvraag betrekking heeft op een activiteit die voorkomt op de lijst van bijlage III (besluit van de Vlaamse Regering van 1 maart 2013 inzake de nadere regels van de project-m.e.r.-screening).

 

De vergunningverlenende overheid is verplicht om een advies in te winnen bij het Agentschap Onroerend Erfgoed als de vergunningsaanvraag betrekking heeft op ingedeelde inrichtingen of activiteiten in of aan: een beschermde archeologische site, een beschermd monument, een beschermd cultuurhistorisch landschap of een beschermd stads- of dorpsgezicht (decreet van 12 juli 2013 betreffende het onroerend erfgoed artikel 6.4.4§3). Dat is hier niet het geval.

Een bijkomend wateradvies is niet vereist en de vergunningsaanvraag voldoet aan de doelstellingen van artikel 5 van het decreet integraal waterbeleid. Dit blijkt uit de toepassing van de beoordelingsschema’s van de watertoets.

 

Advies aan het college

 

Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Mits voldaan wordt aan de algemene, sectorale en bijzondere vergunningsvoorwaarden, is deze aanvraag in overeenstemming met de VLAREM wetgeving. Vanuit milieutechnisch oogpunt wordt voorwaardelijk positief advies gegeven de vergunning te verlenen.

 

Geadviseerde rubrieken

  

Rubriek

Omschrijving

Geadviseerd voor

53.2.2°b)2°

bronbemaling, met inbegrip van terugpompingen van onbehandeld en niet-verontreinigd grondwater in dezelfde watervoerende laag, die technisch noodzakelijk is voor ofwel de verwezenlijking van bouwkundige werken, ofwel de aanleg van openbare nutsvoorzieningen gelegen in een ander gebied dan de gebieden vermeld in punt 1 met een netto opgepompt debiet van meer dan 30.000 m³ per jaar en de verlaging van het grondwaterpeil bedraagt meer dan vier meter onder het maaiveld;

56.178,00 m³/jaar

 

Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarden

 

1.

Minstens twee weken vóór opstart van de bemaling wordt de startdatum van de bemaling doorgegeven aan de dienst Omgeving (milieuvergunningen@antwerpen.be) en de dienst Milieutoezicht (mi@antwerpen.be) van de stad Antwerpen en de dienst Grondwater van VMM (grondwater.ant@vmm.be) met vermelding van het referentienummer OMV_2021043447. De einddatum van de bemaling wordt op dezelfde manier gemeld.

2.

Ten laatste op de startdag van de bemaling wordt een peilput geplaatst zodat het grondwaterpeil kan gemonitord worden en er niet meer water opgepompt wordt dan strikt noodzakelijk is.

3.

Het debiet van de bemaling wordt gemeten door middel van correct werkende debietmeters en bijgehouden in een logboek dat op de werf ter inzage ligt van de toezichthoudende overheid.

4.

Het bemalingswater moet gecontroleerd worden op eventuele verontreiniging. Op het moment dat de bemaling wordt opgestart (na circa 30 minuten), dient er een staal genomen te worden van het bemalingswater. Na de eerste staalname wordt de bemaling stilgelegd tot de resultaten van de analyse bekend zijn. De te analyseren parameters zijn die van het standaardanalysepakket zoals beschreven in bijlage 3 van de standaardprocedure voor een oriënterend bodemonderzoek (OVAM, 01/04/2020). Indien er geen overschrijdingen van de milieukwaliteitsnormen voor oppervlaktewater zijn, mag de bemaling verdergezet worden. Tweewekelijks wordt een nieuwe analyse uitgevoerd. De analyseresultaten worden steeds bezorgd aan de dienst Omgeving van de stad Antwerpen (milieuvergunningen@antwerpen.be) met vermelding van referentienummer OMV2021043447.

5.

Indien de analyse een verontreiniging van het bemalingswater aantoont, wordt ofwel het bemalingswater opgevangen en afgevoerd ofwel wordt er een waterzuiveringsinstallatie geplaatst en een nieuwe omgevingsvergunning aangevraagd alvorens de bemaling kan verdergezet worden.

6.

De bemaling kan geëxploiteerd worden gedurende 100 dagen na de start der werken.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

11 maart 2021

Volledig en ontvankelijk

6 april 2021

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

5 juni 2021

Verslag GOA

20 mei 2021

naam GOA

Bieke Geypens 

 

Onderzoek

Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Bijzondere milieuvoorwaarden

1.

Minstens twee weken vóór opstart van de bemaling wordt de startdatum van de bemaling doorgegeven aan de dienst Omgeving (milieuvergunningen@antwerpen.be) en de dienst Milieutoezicht (mi@antwerpen.be) van de stad Antwerpen en de dienst Grondwater van VMM (grondwater.ant@vmm.be) met vermelding van het referentienummer OMV_2021043447. De einddatum van de bemaling wordt op dezelfde manier gemeld.

2.

Ten laatste op de startdag van de bemaling wordt een peilput geplaatst zodat het grondwaterpeil kan gemonitord worden en er niet meer water opgepompt wordt dan strikt noodzakelijk is.

3.

Het debiet van de bemaling wordt gemeten door middel van correct werkende debietmeters en bijgehouden in een logboek dat op de werf ter inzage ligt van de toezichthoudende overheid.

4.

Het bemalingswater moet gecontroleerd worden op eventuele verontreiniging. Op het moment dat de bemaling wordt opgestart (na circa 30 minuten), dient er een staal genomen te worden van het bemalingswater. Na de eerste staalname wordt de bemaling stilgelegd tot de resultaten van de analyse bekend zijn. De te analyseren parameters zijn die van het standaardanalysepakket zoals beschreven in bijlage 3 van de standaardprocedure voor een oriënterend bodemonderzoek (OVAM, 01/04/2020). Indien er geen overschrijdingen van de milieukwaliteitsnormen voor oppervlaktewater zijn, mag de bemaling verdergezet worden. Tweewekelijks wordt een nieuwe analyse uitgevoerd. De analyseresultaten worden steeds bezorgd aan de dienst Omgeving van de stad Antwerpen (milieuvergunningen@antwerpen.be) met vermelding van referentienummer OMV2021043447.

5.

Indien de analyse een verontreiniging van het bemalingswater aantoont, wordt ofwel het bemalingswater opgevangen en afgevoerd ofwel wordt er een waterzuiveringsinstallatie geplaatst en een nieuwe omgevingsvergunning aangevraagd alvorens de bemaling kan verdergezet worden.

6.

De bemaling kan geëxploiteerd worden gedurende 100 dagen na de start der werken.

 

Artikel 3

De vergunning omvat thans volgende rubriek(en):

 

Rubriek

Omschrijving

Gecoördineerd

53.2.2°b)2°

bronbemaling, met inbegrip van terugpompingen van onbehandeld en niet-verontreinigd grondwater in dezelfde watervoerende laag, die technisch noodzakelijk is voor ofwel de verwezenlijking van bouwkundige werken, ofwel de aanleg van openbare nutsvoorzieningen gelegen in een ander gebied dan de gebieden vermeld in punt 1 met een netto opgepompt debiet van meer dan 30.000 m³ per jaar en de verlaging van het grondwaterpeil bedraagt meer dan vier meter onder het maaiveld;

56.178,00 m³/jaar


Artikel 4

Het college beslist dat de omgevingsvergunning geldig is voor 100 dagen, vanaf start van de werken.

Artikel 5

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.