Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2021053572 |
Gegevens van de aanvrager: | zie exploitant |
Gegevens van de exploitant: | NV DURABRIK BOUWBEDRIJVEN - DURABRIK ENTREPRISES DE CONSTRUCTION (0427979341) met als contactadres Landegemstraat 10 te 9031 Gent |
Ligging van het project: | Bosstraat zn, 2040 Berendrecht-Zandvliet-Lillo |
Kadastrale gegevens: | afdeling 19 sectie C nrs. 62Z2, 63A, 70A, 74F en 74C |
Inrichtingsnummer: | 20210323-0100 (Bemaling appartementsgebouw) |
Vergunningsplichten: | Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten |
Voorwerp van de aanvraag: | de exploitatie van een bronbemaling voor het uitvoeren van bouwkundige werken |
Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Inhoud van de aanvraag
Huidig verzoek betreft een omgevingsvergunningaanvraag voor een grondwaterbemaling dieper dan 4m-mv.
Aangevraagde rubrieken
Rubriek | Omschrijving | Gevraagd voor |
3.4.2 | het lozen van meer dan 2 m³/uur tot maximaal 100 m³/uur bedrijfsafvalwater; | 71 m³/uur |
53.2.2.b.2 | bronbemaling, met inbegrip van terugpompingen van onbehandeld en niet-verontreinigd grondwater in dezelfde watervoerende laag, die technisch noodzakelijk is voor ofwel de verwezenlijking van bouwkundige werken, ofwel de aanleg van openbare nutsvoorzieningen gelegen in een ander gebied dan de gebieden vermeld in punt 1 met een netto opgepompt debiet van meer dan 30.000 m³ per jaar en de verlaging van het grondwaterpeil bedraagt meer dan vier meter onder het maaiveld. | 300.000 m³/jaar |
Aangevraagde bijstelling bijzondere milieuvoorwaarden in afwijking van algemene of sectorale voorwaarden
1. | Bij te stellen voorwaarde: 1) Er wordt een bijstelling gevraagd van Artikel 4.2.3.1 - bijzondere lozingsvoorwaarden voor gevaarlijke stoffen in het geloosde afvalwater worden gevraagd. 2) Artikel 4.2.5.1.1: voor debieten van meer dan 50 m³/uur is de plaatsing van debietsmeet- en bemonsteringsapparatuur nodig volgens de in bijlage 4.2.5.1 bij dit besluit bijgevoegde omschrijving en gestelde eisen. 3) Artikel 4.2.5.2.1§3: monsternames in het kader van het zelfcontroleprogramma worden uitgevoerd met apparatuur als vermeld in bijlage 4.2.5.1 en volgens de methode vermeld in bijlage 4.2.5.2.
Voorgesteld alternatief/aanvulling: 1) Voor lozing op de gemengde riolering worden volgende lozingsnormen aangevraagd: - arseen: 50 µg/l (10 x indelingscriterium) - cadmium: 3 µg/l (drempelwaarde grondwaterlichaam). 2) De debietsmeet- en bemonsteringsapparatuur wordt vervangen door een staalnamekraan en debietmeter, geplaatst conform afdeling 5.53.3 van Vlarem II. 3) De debietsmeet- en bemonsteringsapparatuur wordt vervangen door een staalnamekraan en debietmeter, geplaatst conform afdeling 5.53.3 van Vlarem II. |
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Vlaamse Milieumaatschappij Grondwater | 19 april 2021 | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag | Geen tijdig advies ontvangen waardoor het geacht wordt gunstig te zijn |
Vlaamse Milieumaatschappij Afvalwater en lucht | 19 april 2021 | 10 mei 2021 | Voorwaardelijk gunstig |
Water-link | 19 april 2021 | 11 mei 2021 | Geen bezwaar |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Stadsontwikkeling/Omgeving/ Vergunningen Stedenbouw | 19 april 2021 | 3 juni 2021 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
(Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Op basis van het dossier is het project verenigbaar met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening.
Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu
In het kader van een residentieel bouwproject dat zal worden uitgevoerd ter hoogte van de Bosstraat te Berendrecht wordt een ondergrondse verdieping (parking) voorzien. Hiervoor is grondwaterbemaling noodzakelijk. Huidig verzoek betreft een omgevingsvergunningsaanvraag voor een grondwaterbemaling dieper dan 4m-mv. Het gesimuleerde (netto) bemalingsvolume bedraagt circa 300.000 m³ (na 8 maanden bemalen) met een netto debiet van maximaal circa 71 m³/uur.
Voor de uitgraving van de bouwput (van circa 91 bij 22 meter) is een grondwaterverlaging van 2 meter noodzakelijk. Voor de uitgraving van de liftputten is er lokaal en tijdelijk een grondwaterverlaging van 3,1 meter noodzakelijk. Volgens de bijgevoegde waterstudie kan de bemaling worden uitgevoerd met dieptebronnen die worden aangezet op 13 m-mv met een filterstelling van 6 meter. Een deel van het bemalingswater zal worden geretourneerd op het projectgebied aan de hand van een retourbemaling. De retourbronnen moeten worden aangezet op een diepte van 30 m-mv met een filterstelling van 15 meter. De liftputten kunnen tijdelijk en lokaal worden drooggezet met een lokaal filterkader.
Het stationair opgepompt bemalingsdebiet bedraagt in de eerste en derde tijdstap circa 111 m³/uur. Tijdens de diepere bemaling voor de liftputten stijgt het debiet tot 129 m³/uur.
Bij een bemalingstermijn van 8 maanden zal het cumulatieve opgepompte bemalingsvolume circa 661.300 m³ bedragen. Tijdens de fase van de liftputten zal het geretourneerde debiet iets hoger liggen en bedraagt het circa 64 m³/uur. In het totaal zal er circa 361.300 m³ bemalingswater geretourneerd worden.
Hierdoor wordt een netto debiet van circa 50 m³/uur bekomen in de eerste en derde tijdsstap. In de fase van de liftputten (tweede tijdsstap) bedraagt het netto debiet circa 65 m³/uur. Het maximale netto debiet zal circa 71 m³/uur bedragen. In het totaal wordt er een netto cumulatief volume opgepompt van circa 300.000 m³.
Wegens plaatsgebrek voor bijkomende retourbronnen, zal een deel van het bemalingswater op de gemengde riolering geloosd worden.
Verder voldoet het grondwater aan de grondwaterkwaliteitsnormen. Het bemalingswater is bijgevolg geschikt voor retour of infiltratie. Voor arseen en cadmium overschrijdt het resultaat echter wel het indelingscriterium in één peilbuis (PB2 volgens de studie). De verhoogde concentraties arseen zijn te wijten aan de regionaal verhoogde arseenconcentraties in de omgeving van Antwerpen. Voor arseen wordt een verhoogde lozingsnorm van 50 µg/l aangevraagd (10*IC). Ook cadmium vertoont in PB2 verhoogde concentraties (1,8 µg/l). In de andere peilbuis is de concentratie cadmium (0,5 µg/l) boven de detectielimiet, maar onder het indelingscriterium (0,8 µg/l). Hier ook wordt aangenomen dat cadmium regionaal verhoogd voorkomt in het grondwater. Voor cadmium wordt de drempelwaarde voor waterlichamen aangevraagd, zijnde 3 µg/l. Er zijn geen bezwaren om de gevraagde lozingsnormen voor arseen en cadmium goed te keuren.
Naast de afwijking op de lozingsnormen wordt er ook een afwijking op de meetgoot gevraagd. Mits de plaatsing van een debietmeter en een staalnamepunt is de meetgoot niet vereist.
Er werden enkele oriënterende bodemonderzoeken uitgevoerd in de omgeving van de geplande bouwput. Er werden geen relevante grondwaterverontreinigingen (meer) aangetroffen in OVAM-dossier 50504 en 63446. De bemaling zal bijgevolg geen impact hebben op deze OVAM-dossiers.
Het VEN-gebied Beneden-Schelde ligt op een afstand van circa 700 meter van de bouwput en valt niet binnen de invloedstraal van de bemaling. De bemaling zal bijgevolg geen negatieve impact hebben op dit VEN-gebied.
Tenslotte vermeldt de studie voorzieningen die getroffen moeten worden in droogteperiodes (code oranje). Het voorziet een buffervat van minimaal 1.000 liter met een verloop naar het lozingspunt.
Er wordt voorgesteld deze aftapmogelijkheid systematisch te voorzien om buurtbewoners de mogelijkheid te bieden kosteloos gebruik te maken van het opgepompte water.
Advies aan het college
Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Mits voldaan wordt aan de algemene, sectorale en bijzondere bepalingen, wordt vanuit milieutechnisch oogpunt positief advies gegeven de vergunning te verlenen voor een periode van 8 maanden na de start van de werken, alsook de gevraagde afwijking toe te staan.
Geadviseerde rubrieken
Rubriek | Omschrijving | Geadviseerd voor |
3.4.2 | het lozen van meer dan 2 m³/uur tot maximaal 100 m³/uur bedrijfsafvalwater; | 71 m³/uur |
53.2.2.b.2 | bronbemaling, met inbegrip van terugpompingen van onbehandeld en niet-verontreinigd grondwater in dezelfde watervoerende laag, die technisch noodzakelijk is voor ofwel de verwezenlijking van bouwkundige werken, ofwel de aanleg van openbare nutsvoorzieningen gelegen in een ander gebied dan de gebieden vermeld in punt 1 met een netto opgepompt debiet van meer dan 30.000 m³ per jaar en de verlaging van het grondwaterpeil bedraagt meer dan vier meter onder het maaiveld. | 300.000 m³/jaar |
Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarden
1. | de lozingsnorm voor arseen en cadmium wordt vastgesteld op:
| ||||||
2. | een meetgoot is niet vereist; | ||||||
3. | de lozing is enkel toegestaan na uitdrukkelijke schriftelijke toelating van Aquafin; | ||||||
4. | conform het advies VMM, dient het niet geretourneerde bemalingswater geloosd te worden in de gemengde riolering van de Gansrijdersstraat; | ||||||
5. | er dient een buffervat voorzien te worden om het opgepompte water ter beschikking te stellen aan de buurtbewoners; | ||||||
6. | op het buffervat dient een aftapkraantje voorzien te worden dat hergebruik eenvoudig en kosteloos mogelijk maakt voor derden; | ||||||
7. | er dient op elk moment een vrije toegang te zijn vanop de openbare weg naar het buffervat, waarbij de veiligheid van gebruikers van het water gegarandeerd is; | ||||||
8. | op het buffervat dient duidelijk, in waterbestendig materiaal, aangegeven te worden dat het water niet geschikt is voor consumptie en dat elk gebruik op eigen risico is; | ||||||
9. | de exploitant afficheert de beschikbaarheid van water op een duidelijke manier, zichtbaar vanop de openbare weg van zodra er water ter beschikking is. | ||||||
10. | de startdatum van de bemaling wordt ten minste twee weken voor de start gemeld aan de stad Antwerpen. Hiervoor stuurt u een mail aan de dienst Vergunningen (milieuvergunningen@antwerpen.be) en de dienst Milieu-Interventie (mi@antwerpen.be) met vermelding van het dossiernummer, de contactgegevens van de werfverantwoordelijke en de start- en einddatum. |
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 24 maart 2021 |
Volledig en ontvankelijk | 19 april 2021 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 18 juni 2021 |
Verslag GOA | 4 juni 2021 |
naam GOA | Bieke Geypens |
Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Bijzondere milieuvoorwaarden
1. | de lozingsnorm voor arseen en cadmium wordt vastgesteld op:
| ||||||
2. | een meetgoot is niet vereist; | ||||||
3. | de lozing is enkel toegestaan na uitdrukkelijke schriftelijke toelating van Aquafin; | ||||||
4. | conform het advies VMM, dient het niet geretourneerde bemalingswater geloosd te worden in de gemengde riolering van de Gansrijdersstraat; | ||||||
5. | er dient een buffervat voorzien te worden om het opgepompte water ter beschikking te stellen aan de buurtbewoners; | ||||||
6. | op het buffervat dient een aftapkraantje voorzien te worden dat hergebruik eenvoudig en kosteloos mogelijk maakt voor derden; | ||||||
7. | er dient op elk moment een vrije toegang te zijn vanop de openbare weg naar het buffervat, waarbij de veiligheid van gebruikers van het water gegarandeerd is; | ||||||
8. | op het buffervat dient duidelijk, in waterbestendig materiaal, aangegeven te worden dat het water niet geschikt is voor consumptie en dat elk gebruik op eigen risico is; | ||||||
9. | de exploitant afficheert de beschikbaarheid van water op een duidelijke manier, zichtbaar vanop de openbare weg van zodra er water ter beschikking is; | ||||||
10. | de startdatum van de bemaling wordt ten minste twee weken voor de start gemeld aan de stad Antwerpen. Hiervoor stuurt u een mail aan de dienst Vergunningen (milieuvergunningen@antwerpen.be) en de dienst Milieu-Interventie (mi@antwerpen.be) met vermelding van het dossiernummer, de contactgegevens van de werfverantwoordelijke en de start- en einddatum. |
De vergunning omvat thans volgende rubrieken:
Rubriek | Omschrijving | Gecoördineerd |
3.4.2 | het lozen van meer dan 2 m³/uur tot maximaal 100 m³/uur bedrijfsafvalwater; | 71 m³/uur |
53.2.2.b.2 | bronbemaling, met inbegrip van terugpompingen van onbehandeld en niet-verontreinigd grondwater in dezelfde watervoerende laag, die technisch noodzakelijk is voor ofwel de verwezenlijking van bouwkundige werken, ofwel de aanleg van openbare nutsvoorzieningen gelegen in een ander gebied dan de gebieden vermeld in punt 1 met een netto opgepompt debiet van meer dan 30.000 m³ per jaar en de verlaging van het grondwaterpeil bedraagt meer dan vier meter onder het maaiveld. | 300.000 m³/jaar |
Het college beslist dat de omgevingsvergunning 8 maanden geldig is vanaf de start van de werken.