Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2021055426 |
Gegevens van de aanvrager: | CVBA ABC met als adres Reinaartlaan 8 te 2050 Antwerpen |
Ligging van het project: | Kapelsesteenweg 261 te 2180 Ekeren (Antwerpen) |
Kadastrale gegevens: | afdeling 34 sectie E nrs. 0, 33L10, 33N13, 33C11 en 33A15 |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | slopen van bestaande bebouwing |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 15/12/1969: vergunning (803#3243) voor een voorgevelverandering.
Vergunde/geacht vergunde & huidige toestand
- 3 rijhuizen van 2 bouwlagen onder zadeldak, in gesloten bebouwing.
Gewenste toestand
- braakliggend terrein, in afwachting van nieuwbouwproject in latere fase.
Inhoud van de aanvraag
- slopen van 3 bestaande rijhuizen;
- het volume van de afbraakwerken bedraagt ± 5.065 m³.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Agentschap Wegen en Verkeer | 23 april 2021 | 17 mei 2021 | Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Vergunningen Milieu | 23 april 2021 | 12 mei 2021 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
- BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
De aanvraag vertoont 2 afwijkingen ten aanzien van de geldende regelgeving en voor 1 daarvan kunnen in het eindadvies voorwaarden worden opgenomen waardoor de uiteindelijke uitvoering alsnog zal voldoen aan betreffend artikel.
Inzake echter het principe van afbraak zonder nieuwbouwproject, met een ongewenste kaalslag in een bestaande bouwrij tot gevolg (waarvoor doorgaans geen gunstig advies wordt verleend), wordt in deze verwezen naar het advies vanwege de diensten van de stadsingenieur, waarbij eenduidig is vastgesteld dat een versnelde afbraak van de gebouwen te verkiezen is en dit in het kader van de algemene veiligheid, zowel ter hoogte van het openbaar domein als op de aanpalende privé-gronden. Dit kan slechts gegarandeerd worden indien de langere termijn van het voortraject van een nieuwbouw-gedeelte wordt overgeslagen.
Er wordt aan het college dan ook zonder meer geadviseerd betreffende afwijking als dusdanig te bekrachtigen.
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag beoogt het slopen van alle bebouwing op 3 aaneensluitende percelen, gesitueerd in een voldoende ontwikkeld woongebied, zonder evenwel nieuwbouw te voorzien. Principieel zal laatstgenoemde in een latere fase plaatsvinden, al kan heden geen uitspraak worden gedaan inzake de toekomstige bestemming daarvan.
Wezenlijk kan slechts geoordeeld worden dat het slopen in algemene zin getuigt van een correcte functionele inpasbaarheid, dit aangezien – los van de bestemming van het toekomstige project – sowieso voorafgaandelijk steeds een afbraak vereist zal zijn.
Het oordeel inzake bestemmingsgrond is bijgevolg eenduidig gunstig.
Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid
De aanvraag beoogt louter afbraak, zodat geen nieuwe volumetrie wordt voorzien – het advies inzake schaal en ruimtegebruik is, in afwachting van een nieuwbouwproject op de site, dan ook zonder meer gunstig.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de inhoud van de aanvraag geen impact heeft op de parkeerbehoefte.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. het terrein dient na afbraak te worden afgesloten in overeenstemming met de richtlijnen van artikel 20 van de Antwerpse bouwcode, namelijk door middel van een levende afsluiting, een muur of een schutting met een hoogte van 2,60 m die ondoorzichtig wordt uitgevoerd en voorzien wordt van 1 (afsluitbare) toegangsdeur met een maximale breedte van 1,20 m. Een andere optie is het onbebouwde perceel een tijdelijke publiektoegankelijke groene invulling te geven.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 29 maart 2021 |
Volledig en ontvankelijk | 23 april 2021 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 22 juni 2021 |
Verslag GOA | 3 juni 2021 |
naam GOA | Gerd Cryns |
De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Schriftelijke bezwaarschriften | Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften | Petitielijsten | Digitale bezwaarschriften |
0 | 1 | 0 | 0 |
Bespreking van de bezwaren
Er werd binnen de looptermijn van de bevraging van de aanpalende buureigenaars 1 digitaal bezwaarschrift ingediend, dat zich als volgt laat samenvatten:
Beoordeling:
Betreffend aspect is louter van burgerrechterlijke aard, is de uitsluitende verantwoordelijkheid van de in het dossier aangestelde ingenieur en maakt derhalve geen onderwerp uit van de ruimtelijke beoordeling van de aanvraag.
Het bezwaar is ongegrond.
Beoordeling:
Betreffend aspect is louter van burgerrechterlijke aard en maakt derhalve geen onderwerp uit van de ruimtelijke beoordeling van de aanvraag.
Het bezwaar is ongegrond.
Beoordeling:
Het al dan niet rooien van de op het terrein aanwezige bomen/groen kan in dit dossier niet beoordeeld worden aangezien dat aspect van het project geen deel uitmaakt van de huidige aanvraag, noch dient het daar wettelijk in se deel van uit te maken.
Het bezwaar is ongegrond.
Beoordeling:
Betreffend aspect is louter van burgerrechterlijke aard en maakt derhalve geen onderwerp uit van de ruimtelijke beoordeling van de aanvraag.
Het bezwaar is ongegrond.
Beoordeling:
Betreffend werken zijn in se vrijgesteld van vergunning, zijn louter van burgerrechterlijke aard en maken derhalve geen onderwerp uit van de ruimtelijke beoordeling van de aanvraag.
Het bezwaar is ongegrond.
Beoordeling:
Het is correct te stellen dat het dossier niet voldoet aan artikel 20 van de Antwerpse bouwcode, inzake het op een degelijke wijze afsluiten van onbebouwde terreinen. Er zal in de eindvoorwaarden van het finale advies dan ook worden opgenomen dat het project na uitvoering alsnog zal moeten voldoen aan betreffend artikel.
Het bezwaar is gegrond.
Beoordeling:
Het voorzien van een al dan niet voldoende grote open ruimte in het nieuwbouwproject kan in dit dossier niet beoordeeld worden aangezien dat aspect van het project geen deel uitmaakt van de huidige aanvraag, noch dient het daar – op basis van de algemene veiligheid en het verslag dienaangaande van de aangestelde stadsingenieur – deel van uit te maken.
Het bezwaar is ongegrond.
Het college sluit zich integraal aan bij:
- de bespreking van de ingediende bezwaren zoals geformuleerd in het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt deze beoordeling tot zijn eigen standpunt;
- het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. het terrein dient na afbraak te worden afgesloten in overeenstemming met de richtlijnen van artikel 20 van de Antwerpse bouwcode, namelijk door middel van een levende afsluiting, een muur of een schutting met een hoogte van 2,60 m die ondoorzichtig wordt uitgevoerd en voorzien wordt van 1 (afsluitbare) toegangsdeur met een maximale breedte van 1,20 m. Een andere optie is het onbebouwde perceel een tijdelijke publiektoegankelijke groene invulling te geven.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.