Terug
Gepubliceerd op 14/06/2021

2021_CBS_04602 - Omgevingsvergunning - OMV_2021023236. Duinstraat 144. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 11/06/2021 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Serge Muyters, korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2021_CBS_04602 - Omgevingsvergunning - OMV_2021023236. Duinstraat 144. District Antwerpen - Goedkeuring 2021_CBS_04602 - Omgevingsvergunning - OMV_2021023236. Duinstraat 144. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2021023236

Gegevens van de aanvrager:

NV WINVEST Holding met als adres Jordaenskaai 25 te 2000 Antwerpen

Ligging van het project:

Duinstraat 144 te 2060 Antwerpen

Kadastrale gegevens:

afdeling 5 sectie E nrs. 0 en 470B13

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

verbouwen en uitbreiden van een meergezinswoning en vermeerderen van het aantal entiteiten van 2 naar 3

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          23/07/1901: toelating (1901#1066) voor uitstalraam vervangen door twee ramen (niet uitgevoerd);

-          01/10/1888: toelating (1888#1326) voor het veranderen van een uitstalraam in een venster.

Vergunde/vergund geachte toestand

-          functie: meergezinswoning met 2 entiteiten;

-          bouwvolume: geen referenties in toelatingen

  • 3 bouwlagen in gesloten bebouwing;

-          gevelafwerking:

  • gele gevelsteen met sierbanden in polychrome gevelsteen;
  • segmentbogen boven raam-en deuropeningen;
  • buitenschrijnwerk in hout.

Huidige toestand

-          functie: meergezinswoning met 3 entiteiten;

-          bouwvolume:

  • 3 bouwlagen onder plat dak;
  • bouwdiepte hoofdvolume tot circa 9m;
  • uitbreiding van één bouwlaag onder plat dak en achteraan schuin dak tot circa 17m;
  • uitbreiding onder plat dak op verdieping 1 aan linkerzijde tot circa 15,2m;

-          gevelafwerking:

  • gele gevelsteen met sierbanden in polychrome gevelsteen;
  • segmentbogen boven raam-en deuropeningen;
  • buitenschrijnwerk in hout.

Gewenste toestand

-          functie: meergezinswoning met 3 entiteiten;

  • vermeerderen van het aantal wooneenheden van 2 naar 3. Met betrekking tot de wooneenheden zijn volgende gegevens beschikbaar:
    • 1 nieuw duplex twee-slaapkamerappartement met een netto vloeroppervlakte van circa 60m²;
    • 2 bestaande één-slaapkamerappartementen met netto vloeroppervlaktes van 45m² en 46,5m²;

-          bouwvolume:

  • 3 bouwlagen met een mansardedak;
  • perceelsbreed, gelijkvloers volume tot circa 15m;
  • verdieping 1 met volume aan linkerzijde tot circa 15m;

-          gevelafwerking:

  • gevelopbouw overeenkomstig bestaand;
  • buitenschrijnwerk in antracietkleurig pvc;
  • mansarde bekleed met leien en voorzien van twee dakkapellen. 

Inhoud van de aanvraag

-          vermeerderen van het aantal woonentiteiten van 2 naar 3;

-          vergroten van de tuin;

-          uitbreiden van het volume met een mansardedak;

-          slopen van een deel van de bebouwing tot op 15m bouwdiepte;

-          wijzigen van het buitenschrijnwerk.

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Brandweerzone Antwerpen-Zwijndrecht - Hulpverleningszone 1 (Antwerpen)

9 maart 2021

7 april 2021

Voorwaardelijk gunstig

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Ondernemen en Stadsmarketing/ Klantencontacten en Dienstverlening/ Loket Thema Wonen - huisnummering

9 maart 2021

15 maart 2021

Stadsontwikkeling/ Mobiliteit

9 maart 2021

23 maart 2021

Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Vergunningen Stedenbouw/ vergund geacht

9 maart 2021

9 maart 2021

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP 2060, goedgekeurd op 20 december 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: artikel 1 zone voor wonen - (wo).

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan op volgend  punt:

-          artikel 1.2.1 Bouwdiepte:  er wordt 4,5 meter afstand gehouden van de achterste perceelsgrens.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):

  • artikel 34 Stabiliteit en scheidingsmuren:

de scheimuren van de uitbreiding zijn niet voorzien van een dakopstand van 30cm tov het hoogst aangrenzende dakvlak. 

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-          Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)

-          BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen wordt betrokken bij de beoordeling van de verenigbaarheid van de aanvraag met de goede ruimtelijke ordening.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

Er dient opgemerkt dat de snedes en grondplannen niet overeenkomen met de werkelijke bouwdiepte op de verdiepingen in aansluiting met nummer 146 zoals aangegeven door de bezwaarindiener. Het is echter niet duidelijk welke diepte (huisnummer 144 of 166) incorrect werd weergegeven. Gezien hier echter geen wijzigingen in bouwdiepte zullen plaats vinden (uitgezonderd het isoleren van de gevel en het optrekken van deze wand ter hoogte van de daklijn) ten opzichte van de bestaande toestand stelt er zich geen probleem. De bestaande achtergevellijn (uitgezonderd de isolatie) wordt tenslotte niet gewijzigd.

In voorwaarde wordt opgenomen dat de bestaande achtergevellijn met de rechterbuur behouden dient te blijven uitgezonderd de isolatie.

 

Vanuit stedenbouwkundig oogpunt kan ingestemd worden met het volume en het programma zoals voorgesteld. Door het uitbreiden van het woonprogramma met 1 woonentiteit wordt de draagkracht van de site niet overschreden. Het voorgestelde project komt inzake het aantal bouwlagen en dakvorm overeen met de algemene configuratie van de aanwezige bebouwing in de omgeving. De geplande werken zijn niet storend voor de omgeving en in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening van de plaats.

 

De aanvraag is strijdig met artikel 1.2.1 van het RUP 2060.  Zo wordt er bij het vergroten van de tuin geen 5 meter afstand gehouden van de achterste perceelsgrens. De opgegeven maten staan echter een logische structurele afbraak van het gebouw in de weg. Zo houdt de bovenliggende bestaande entresolstructuur eveneens geen 5 meter afstand  van de achterste perceelsgrens waardoor een afwijking kan worden toegestaan.

 

Visueel-vormelijke elementen

Het voorgestelde materiaalgebruik, antraciet PVC buitenschrijwerk en antraciet imitatieleien voor het mansarsdedak, past zich in in de omgeving.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Om het ruimtecomfort van een woning te bewaken is het belangrijk dat het aantal slaapkamers in verhouding staat met het aantal beschikbare vierkante meters leefruimte per bewoner. Dit is niet het geval in het voorliggend project, waardoor de duplexwoning onvoldoende wooncomfort biedt.

Op een oppervlakte kleiner dan 80 m² wordt onvoldoende woonkwaliteit gerealiseerd voor een twee-slaapkamerappartement. Deze oppervlakte (vanaf 60 m² netto vloeroppervlakte) kan hoogstens een één-slaapkamerappartement herbergen.

In voorwaarde wordt opgelegd slaapkamer 2 onder het dak te voorzien als open leefruimte/bureau naar de hal.

 

Voor het overige voldoet de aanvraag aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruikersgenot. De geplande werken zijn mits naleven van de voorwaarden niet storend voor de omgeving en in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

 

Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 1 parkeerplaats.

 

De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding van het aantal wooneenheden.

De meergezinswoning met 2 appartementen wordt verbouwd tot 3 appartementen.

Bij projecten tot 5 wooneenheden is de parkeernorm 1

1 bijkomende wooneenheid : parkeerbehoefte = 1

De werkelijke parkeerbehoefte is 1

 

De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0.

 

Voorliggende aanvraag heeft betrekking op een pand met een perceelsbreedte van minder dan of gelijk aan 8 m. Volgens artikel 12, §3, 1° (Levendige plint) van de bouwcode is een toegangspoort voor een autobergplaats niet toegelaten.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 1.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 1.

Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 1 plaats.

 

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2.      het gedeelte van de scheidingsmu(u)r(en) dat geen opstand heeft van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, te voorzien van een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand;

3.      slaapkamer 2 onder het dak te voorzien als leefruimte/bureau;

4.      geen wand te voorzien tussen leefruimte/bureau onder het dak en de hal;

5.      de bestaande achtergevellijn van de achtergevel met de rechterbuur te behouden (uitgezonderd de isolatie);

6.      de scheimuren en afvoerkanalen en uitlaten van gassen te voorzien conform de bepalingen van artikel 34 en 35 van de bouwode;

7.      na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

9 februari 2021

Volledig en ontvankelijk

9 maart 2021

Start openbaar onderzoek

19 maart 2021

Einde openbaar onderzoek

17 april 2021

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

22 juni 2021

Verslag GOA

2 juni 2021

naam GOA

Wim Van Roosendael

 

Onderzoek

De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Startdatum

Einddatum

Schriftelijke bezwaar-schriften

Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften

Petitie-lijsten

Digitale bezwaar-schriften

19 maart 2021

17 april 2021

1

0

0

0

 

Bespreking van de bezwaren

  1. Bouwdiepte: Bezwaarindiener meldt dat het verschil in bouwdiepte met de rechterbuur van het hoofdvolume, niet circa 157cm is, zoals op de plannen aangegeven, maar slechts circa 50cm.

Evaluatie: Het is correct dat het verschil, zichtbaar op de snedes en gronplannen, niet overeenkomt met het werkelijke verschil zoals aangegeven door de bezwaarindiener.

Het is echter niet duidelijk uit het bezwaar op te maken welke bouwdiepte (huisnummer 144 of 166) niet correct werd weergegeven waardoor dit ontstaat.

Gezien in voorliggende aanvraag geen wijzigingen in bouwdiepte worden aangevraagd (uitgezonderd het isoleren van de gevel en het optrekken van deze wand ter hoogte van de daklijn), wordt bij een eventuele vergunning ook geen vergunning verleend voor het vergroten van het huidige verschil. De bestaande achtergevellijn (uitgezonderd de isolatie) wijzigt dus niet.

In voorwaarde wordt opgenomen dat de bouwdiepte van het hoofdvolume niet kan worden vergroot.

Het bezwaar is deels gegrond.

 

  1. Gemene muur: Bezwaarindiener meldt nog een aantal onvolledigheden, onduidelijkheden en tegenstrijdigheden omtrent de (gemene) scheimuur. Alsook de bedenking of hier geen overeenkomst gesloten dient te worden tussen de betrokken eigenaars, voorafgaand aan de start van de werken.

Evaluatie: Het klopt dat bepaalde elementen niet helemaal correct, onvolledig, onduidelijk en tegenstrijdig zijn weergegeven. Deze elementen zijn grotendeels allemaal een uitvoeringstechnische aangelegenheid die los staat van de stedenbouwkundige beoordeling van voorliggende aanvraag door de vergunningverlenende overheid.

En het klopt ook dat een eventuele vergunning de titularis van de vergunning niet ontslaat om het nodige bouwrecht te bekomen.

In beginsel mag de vergunningverlenende overheid geen rekening houden met burgerrechtelijke aspecten bij het beoordelen van aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning. Anderzijds doet een stedenbouwkundige vergunning deze rechten niet teniet. Indien zou blijken dat de aanvraag strijdig is met een contractuele verbintenis, dan blijft de vergunning onwerkzaam.

In voorwaarde wordt opgenomen de scheimuren en schouwen te voorzien conform de bepalingen van de bouwcode.

Het bezwaar is deels gegrond.

 

  1. Bijkomende woongelegenheid: Bezwaarindiener meldt een bijkomende woongelegenheid niet opportuun is in een wijk met een zeer hoge bevolkings- en parkeerdruk.

Evaluatie: Het klopt dat de wijk een zeer hoge bevolkings- en parkeerdruk heeft. Het is echter onduidelijk uit het bezwaar op te maken waarom het voorgestelde het aanvaardbare overschrijdt.

Er is een tekort van 1 parkeerplaats met voorliggende aanvraag, waardoor deze parkeerbehoefte afgewenteld dient te worden op openbaar domein. Gelet op het geringe tekort, blijft de bijkomende druk op het openbaar domein beperkt en valt dit binnen de aanvaardbare marge.

Voor de ontbrekende parkeerplaatsen zal een belasting worden opgelegd waarvan de inkomsten geïnvesteerd worden in buurtparkings.

Het bezwaar is deels gegrond.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij:

 

-          de bespreking van de ingediende bezwaren zoals geformuleerd in het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt deze beoordeling tot zijn eigen standpunt;

-          het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

 

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2.      het gedeelte van de scheidingsmu(u)r(en) dat geen opstand heeft van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, te voorzien van een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand;

3.      slaapkamer 2 onder het dak te voorzien als leefruimte/bureau;

4.      geen wand te voorzien tussen leefruimte/bureau onder het dak en de hal;

5.      de bestaande achtergevellijn van de achtergevel met de rechterbuur te behouden (uitgezonderd de isolatie);

6.      de scheimuren en afvoerkanalen en uitlaten van gassen te voorzien conform de bepalingen van artikel 34 en 35 van de bouwode;

7.      na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.