Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2021023532 |
Gegevens van de aanvrager: | de heer Ives Bonte met als adres Bunderbeeklaan 18 te 9150 Kapellen (B) |
Ligging van het project: | Groot Hagelkruis ZN te 2180 Ekeren (Antwerpen) |
Kadastrale gegevens: | afdeling 35 sectie F nrs. 0, 707T, 707Z en 708P |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | Omvormen van een hobbyruimte met berging tot een eengezinswoning |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 12/12/2008: vergunning (20085584) voor de regularisatie van het verbouwen van een schuur (waarbij de werken slechts gedeeltelijk werden uitgevoerd).
Vergunde/vergund geachte toestand
- functie: hobbyruimte met berging;
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
Huidige toestand
- bescherming (ID: 11361) van Steeg Werfken als bouwkundig erfgoedelement;
- functie: hobbyruimte met berging;
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
Gewenste toestand
- functie: zelfstandige eengezinswoning (studio) met een netto-vloeroppervlakte van 35 m2;
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
Inhoud van de aanvraag
- omvormen van een hobbyruimte met berging tot een zelfstandige eengezinswoning (als studio);
- wijzigen van de gevels;
- doorvoeren van interne constructieve werken;
- afbreken van een bestaande luifelconstructie;
- bouwen van een nieuwe luifel;
- bouwen van een vrijstaande tuinberging.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
AQUAFIN NV | 10 maart 2021 | 6 april 2021 | Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Ondernemen en Stadsmarketing/ Klantencontacten en Dienstverlening/ Loket Thema Wonen - huisnummering | 10 maart 2021 | 16 maart 2021 |
Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Monumentenzorg | 10 maart 2021 | 23 april 2021 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied dat op de kaart welke de bestemmingsgebieden omschrijven bruinomrand en met het Romeinse cijfer III overdrukt is.
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:
- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;
- de eigen aard van het betrokken gebied;
- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het bijzonder plan van aanleg BPA nr. 1-3A Hagelkruis en omgeving, goedgekeurd bij ministerieel besluit van 12 mei 1993. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: zone a voor woningen.
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Bijzondere plannen van aanleg (BPA's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het bijzonder plan van aanleg op volgende punten:
- Deel 1 – Hoofdgebouwen:
5. – welstand van gebouwen
B) gevels en muren
3) gevelmaterialen
a. gevels zichtbaar vanaf de openbare weg, het openbaar domein en de voor het publiek toegankelijke plaatsen:
- Deel 2 – Binnenplaatsen en tuinen:
3. – binnenplaatsen en tuinen
b. bijgebouwen en constructies
c. plaatsing van bijgebouwen
1. op niet-hoekpercelen
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend punt:
DWA en RWA worden niet gescheiden aangeboden ter hoogte van de rooilijn.
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
- BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen wordt betrokken bij de beoordeling van de verenigbaarheid van de aanvraag met de goede ruimtelijke ordening.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
De aanvraag vertoont een aantal strijdigheden met de geldende voorschriften en voor een aantal daarvan kunnen in het eindadvies voorwaarden worden opgenomen waardoor het project in uitvoering alsnog aan betreffende artikels zal voldoen.
Het is voor bepaalde aspecten echter verantwoord af te wijken; zo is er sprake van een verhardings-/bebouwingsgraad die de voorschriften overschrijdt en bevindt het bijgebouw zich op te beperkte afstand van het hoofdgebouw.
Gelet echter op de zeer beperkte omvang van het perceel, de niet rechtlijnige vorm ervan en het feit dat slechts beperkt (47 m² in plaats van het minimum van 60 m²) wordt afgeweken van de richtlijn, kan gefundeerd geoordeeld worden dat de bebouwingsgraad aanvaardbaar is, ook aangezien een deel van de zijtuinstrook onbebouwd gebleven is en deze niet in bovenstaande berekening werd meegenomen. Het tuinhuis is bovendien van een zodanig beperkte omvang en staat daarenboven, door de L-vorm van het perceel, niet eens eenduidig achter de woning, zodat geen nadelige impact te verwachten is van deze “foute” plaatsing. Ook de verminderde afstand ervan ten opzichte van de perceelsgrenzen is aanvaardbaar, aangezien een minimum van 1 m behouden blijft, hetgeen een degelijk onderhoud rondom garandeert.
Bijkomend blijkt een deel van de materialisatie af te wijken, in die zin dat een deel van het metselwerk geschilderd werd uitgevoerd. Gelet echter op de zeer beperkte omvang van dit gebouwdeel, de onbestaande zichtbaarheid van het gebouw vanop het openbaar domein en het geheel gunstige advies van de bevoegde dienst monumentenzorg, kan in deze eveneens gefundeerd afgeweken worden.
Op basis van bovenstaande wordt dan ook aan het college zonder meer geadviseerd betreffende afwijkingen als dusdanig te bekrachtigen.
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag beoogt de omvorming van een bijgebouw (als hobby-/bergruimte) naar zelfstandige eengezinswoning en gelet op de overeenstemming van laatstgenoemde functie met de specifieke bestemmingsvoorschriften van het van kracht zijnde Bijzonder Plan van Aanleg, is er in deze dan ook effectief sprake van een correcte functionele inpasbaarheid.
Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid
De geplande volumetrie van het gebouw is nagenoeg identiek aan die van de vergunde toestand; enkel de luifel wordt verkleind en er wordt een tuinberging voorzien. De verkleinde luifel zorgt voor een vergroting van de open ruimte, hetgeen de woonkwaliteit ten goede komt, en het tuinhuis is qua omvang in verhouding tot de grootte van zowel woning als perceel en tuinoppervlakte.
Het advies inzake schaal en ruimtegebruik is bijgevolg eenduidig gunstig.
Visueel-vormelijke elementen
De voorziene materialen, rode en grijs geschilderde gevelsteen en natuurkleurig houten beplanking, zijn grotendeels in overeenstemming met de specifieke richtlijnen dienaangaande van het van kracht zijnde Bijzonder Plan van Aanleg. Enkel inzake de geschilderde gevelsteen is er sprake van een afwijking maar gelet op de argumentatie in de bovenstaande eerste paragraaf wordt geoordeeld dat deze kan aanvaard worden.
Het advies voor dit deelaspect van de aanvraag is dan ook zonder meer gunstig.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 1 parkeerplaats.
Voor projecten tot en met 5 wooneenheden is de parkeerbehoefte 1 plaats per eenheid. Gelet op het feit dat het hier de omvorming betreft van een bijgebouw tot 1 afzonderlijke eengezinswoning, is de werkelijke parkeerbehoefte hier dus 1 plaats.
|
De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.
|
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0.
In een aantal gevallen genereert een aanvraag een werkelijke parkeerbehoefte maar kunnen de plaatsen om volgende stedenbouwkundige redenen niet (volledig) gerealiseerd worden:
‘Voorliggende aanvraag heeft betrekking op een pand met een perceelsbreedte van minder dan of gelijk aan 8 m. Volgens artikel 12, §3, 1° (Levendige plint) van de bouwcode is een toegangspoort voor een autobergplaats niet toegelaten. ’
‘De voorliggende aanvraag heeft betrekking op een gebouw dat is opgenomen in de inventaris van bouwkundig erfgoed of ligt in een beschermd stad- en dorpsgezicht. Indien de werkelijke parkeerbehoefte op het perceel moet gerealiseerd worden, zou de erfgoedwaarde van het gebouw teniet worden gedaan. Daarom mogen geen parkeerplaatsen voorzien worden.’
|
Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 1 – 1 = 0.
Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 1 – 0 = 1. Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.
Voor vergunningsaanvragen voor nieuwbouw van eengezinswoningen kan echter afgeweken worden van de berekening van de parkeerbehoefte zoals vermeld in bovenstaande tabel, indien realisatie van de parkeerplaatsen niet mogelijk is. Dit geldt tevens voor eengezinswoningen die boven winkelpanden ingericht worden. Het bijgestelde aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 1 – 1 = 0. |
Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 0 plaatsen.
|
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. de afvoerleidingen van regen- en afvalwater dienen gescheiden te worden aangeboden, zodat voldaan wordt aan artikel 41 van de Antwerpse bouwcode;
2. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 10 februari 2021 |
Volledig en ontvankelijk | 10 maart 2021 |
Start openbaar onderzoek | 22 maart 2021 |
Einde openbaar onderzoek | 20 april 2021 |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 23 juni 2021 |
Verslag GOA | 4 juni 2021 |
naam GOA | Gerd Cryns |
De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum | Einddatum | Schriftelijke bezwaar-schriften | Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften | Petitie-lijsten | Digitale bezwaar-schriften |
22 maart 2021 | 20 april 2021 | 1 | 0 | 0 | 0 |
Bespreking van de bezwaren
Er werd binnen de looptermijn van het openbaar onderzoek 1 digitaal bezwaarschrift ingediend, dat zich als volgt laat samenvatten:
Beoordeling:
Er is hier zonder meer sprake van een foute lezing van de plannen, hoogstwaarschijnlijk op basis van het omgevingsplan dat een arcering van het gehele terrein voorziet en waaruit mogelijks de conclusie werd getrokken dat het gehele terrein – tot tegen de aanpalende scheidsmuren – zou worden dichtgebouwd. In realiteit wordt er slechts 1 beperkt nieuw volume voorzien, een tuinberging van 3,50 x 2 m, dat nergens tegen de perceelsgrenzen aan zal worden voorzien. Er is dan ook geen sprake van enig hypothekeren van bouwmogelijkheden op aanpalende terreinen.
Het bezwaar is ongegrond.
Het college sluit zich integraal aan bij:
- de bespreking van de ingediende bezwaren zoals geformuleerd in het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt deze beoordeling tot zijn eigen standpunt;
- het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. de afvoerleidingen van regen- en afvalwater dienen gescheiden te worden aangeboden, zodat voldaan wordt aan artikel 41 van de Antwerpse bouwcode;
2. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.