Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2021033447 |
Gegevens van de aanvrager: | NV Van Mossel Trucks Belgium met als adres Noordersingel 19 te 2140 Antwerpen |
Gegevens van de exploitant: | NV Van Mossel Trucks Belgium (0744778074) met als adres Noordersingel 19 te 2140 Antwerpen |
Ligging van het project: | Bisschoppenhoflaan 279 te 2100 Deurne (Antwerpen) |
Kadastrale gegevens: | afdeling 27 sectie A nr. 177N |
Inrichtingsnummer: | 20210317-0113 (Van Mossel Trucks Belgium) |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen, Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten |
Voorwerp van de aanvraag: | Het wijzigen van de voorgevel, doorvoeren van interne wijzigingen, instandhoudingswerken, het plaatsen van een HS-cabine en het exploiteren van een herstelwerkplaats voor vrachtwagens |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 27/30/2009: vergunning (2009271) voor het uitbreiden bedrijfspand; overdekte werkplaats;
- 30/06/1986: vergunning (19868529) voor bergplaats, verfspuitcabine;
- 22/10/1984: vergunning (19841665) voor kantoorgebouw, herstelwerkplaats - 15.10.1984;
- 06/02/1984: vergunning (19841664) voor industriehal met kantoren - 31.1.1984.
Vergunde/vergund geachte toestand
- functie:
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
- inrichting:
Huidige toestand
- functie idem vergunde toestand;
- bouwvolume idem vergunde toestand uitgezonderd van:
- gevelafwerking:
- beigekleurige baksteen met donkerblauw buitenschrijnwerk;
- lichtgrijze sandwichpanelen voor het bovendakse bouwvolume.
- inrichting idem vergunde toestand met:
- verharde buitenruimte van waterdoorlatende klinkers met een plantzone vooraan de Bisschoppenhoflaan;
- 9 autostalplaatsen;
- circa 4,2 m hoog spijlenhekwerk als perceelafsluiting met de Merksemsesteenweg en de linker en rechter aangrenzende percelen;
- circa 3 m hoog draadhekwerk als perceelafsluiting met de Bisschoppenhoflaan;
- geen perceelafsluiting met het driehoekige deel van het openbaar domein;
- een hoge verlichtingspaal vooraan, rechts aan de Bisschoppenhoflaan.
Gewenste toestand
- functie:
- bouwvolume idem vergunde toestand uitgezonderd van:
- gevelafwerking:
- zilverkleurige (RAL9006) sandwichpanelen met:
- zwartkleurige (RAL 7021) sandwichpanelen met donkerblauw buitenschrijnwerk;
- zilverkleurige (RAL 9001) sandwichpanelen voor het bovendakse bouwvolume;
- lichtgrijze betonpanelen met lichtgrijs aluminium buitendeur, dakrand en rooster.
- inrichting idem vergunde toestand uitgezonderd van:
Inhoud van de aanvraag
- het wijzigen van de voorgevel;
- het doorvoeren van interne wijzigingen;
- het plaatsen van een hoogspanningscabine op eigen terrein;
- het herinrichten van de onbebouwde ruimte.
Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Inhoud van de aanvraag
Het project omvat de exploitatie van een verkoop- en herstelwerkplaats voor vrachtwagens.
Aangevraagde rubrieken
Rubriek | Omschrijving | Gevraagd voor |
3.4.1°a) | het lozen van maximaal 2 m³/uur bedrijfsafvalwater zonder gevaarlijke stoffen in concentraties hoger dan de indelingscriteria, vermeld in artikel 3 van bijlage 2.3.1 van Vlarem II; | 0,20 m³/uur |
6.4.1° | opslagplaatsen voor brandbare vloeistoffen met een totale opslagcapaciteit van 200 liter tot en met 50.000 liter uitgezonderd de gezamenlijke opslag van minder dan 5 ton gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige brandstoffen bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt; | 13.800,00 liter |
12.2.1° | transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van 100 kVA tot en met 1.000 kVA; | 1x 630,00 kVA |
15.1.1° | al dan niet overdekte ruimte voor het stallen van 3 tot en met 25 motorvoertuigen of aanhangwagens, die geen personenwagens, bromfietsen, motorfietsen of spoorvoertuigen zijn; | 25 voertuigen |
15.2. | andere werkplaatsen voor het nazicht, het herstellen en het onderhouden van motorvoertuigen (met inbegrip van carrosseriewerkzaamheden) dan de werkplaatsen, vermeld in rubriek 15.3; | 1 werkplaats |
15.4.1° | niet-huishoudelijke inrichtingen voor het wassen van voertuigen en hun aanhangwagens, wanneer volledig gelegen in industriegebied; | 1 wasplaats |
16.3.2°a) | koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioninginstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW; | 31,00 kW |
17.3.2.2.1° | ontvlambare vloeistoffen van gevarencategorie 1 en 2 met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 50 kg tot en met 2 ton; | 1.355,00 kg |
17.3.6.1°a) | opslagplaatsen voor schadelijke vloeistoffen en vaste stoffen op basis van etikettering gekenmerkt door het gevarenpictogram GHS07 met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 200 kg tot en met 20 ton als de inrichting volledig is gelegen in industriegebied; | 3,02 ton |
17.3.7.1°a) | opslagplaatsen voor vloeistoffen en vaste stoffen die op lange termijn gezondheidsgevaarlijk zijn (gevarenpictogram GHS08) met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton, als de inrichting volledig is gelegen in industriegebied; | 4,66 ton |
17.4. | opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter; | 1.000,00 liter |
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Agentschap Wegen en Verkeer | 30 april 2021 | 26 mei 2021 | Voorwaardelijk gunstig |
Brandweerzone Antwerpen-Zwijndrecht - Hulpverleningszone 1 (Antwerpen) | 30 april 2021 | 21 mei 2021 | Voorwaardelijk gunstig |
Lokale Politie/ Verkeerspolitie | 30 april 2021 | 8 juni 2021 | Gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Stadsontwikkeling/ Beheer en Operaties | 30 april 2021 | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
Stadsontwikkeling/ Mobiliteit | 30 april 2021 | 7 mei 2021 |
Stadsontwikkeling/ Publieke Ruimte | 30 april 2021 | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de stedelijke agglomeratie van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Kleine Ring en respectievelijk de reservatiestrook voor de aanleg van lijninfrastructuur (de A102) tussen Merksem en Wommelgem, de R11 tussen Wommelgem en Mortsel, de oostelijke grens van Mortsel en Hove en de reservatiestrook voor pijpleidingen tussen Hove/Kontich en Hemiksem.
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:
- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;
- de eigen aard van het betrokken gebied;
- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen).Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een industriegebied.Deze zijn bestemd voor de vestiging van industriële of ambachtelijke bedrijven. Ze omvatten een bufferzone. Voor zover zulks in verband met de veiligheid en de goede werking van het bedrijf noodzakelijk is, kunnen ze mede de huisvesting van het bewakingspersoneel omvatten.Tevens worden in deze gebieden complementaire dienstverlenende bedrijven ten behoeve van de andere industriële bedrijven toegelaten, namelijk: bankagentschappen, benzinestations, transportbedrijven, collectieve restaurants, opslagplaatsen van goederen bestemd voor nationale of internationale verkoop.(Artikel 7 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de verordening toegankelijkheid.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de bouwcode.
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
- BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag is functioneel inpasbaar. De aanvraag heeft betrekking op een bestaande vergund bedrijfsgebouw deels gesitueerd binnen industriegebied en deels binnen woongebied. Het bedrijf maakt deel uit van de bedrijvenzone langs de zuidelijke zijde van het Albertkanaal.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
De schaal en het ruimtegebruik van de aanvraag is in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening. De aanvraag bevat geen wijzigingen aan het bestaande vergunde volume van de werkplaats en het kantoorvolume.
Om reden van de uitbreiding van de technieken is er behoefte naar een hoger elektrisch vermogen. Om die reden wordt er een hoogspanningscabine geplaatst op eigen terrein naast de bestaande toegangspoort die uitgeeft op de Bisschoppenhoflaan.
De groenstrook langs de Bisschoppenhoflaan blijft behouden. De oorspronkelijk vergunde groenstrook langs de Merksemsesteenweg werd nooit uitgevoerd. Het voorliggende inplantingsplan toont een groenstrook van circa 3,15 meter. Deze ingreep wordt geapprecieerd.
Visueel-vormelijke elementen
De aanvraag heeft betrekking op het opnieuw bekleden en afwerken van de gevels. In de gevel die uitgeeft op de Merksemsesteenweg worden 3 bijkomende toegangspoorten toegevoegd en de 3 bestaande poorten worden vervangen en verkleind. De bestaande grijze kleur van de poorten blijft behouden.
De werkplaats wordt van een nieuwe gevelbekleding voorzien in zilverkleurige sandwichpanelen. Het kantoorvolume wordt afgewerkt met een zwarte aluminium beplating. Gezien het industriële karakter van de omgeving wordt het gebruik van deze gevelmaterialen gunstig beoordeeld.
Het bovendaks volume op het kantoorgebouw (liftuitloop) wordt eveneens zwart ingekleurd op de gevelplannen. In de legende wordt echter aangegeven dat dit volume bekleed wordt met zilverkleurige (RAL 9001) sandwichpanelen naar analogie met de werkplaats en de bestaande toestand. Een zilverkleurige uitvoering verdient dan ook de voorkeur. Omdat de geveltekeningen en de legende elkaar tegenspreken wordt de zilverkleurige gevelbekleding opgelegd voor de uitvoering van de liftuitloop.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
Het gaat enkel over het doorvoeren van interne wijzigingen en het plaatsen van een HS-cabine. De parkeerparagraaf is niet van toepassing.
Er is op eigen terrein ruimte voor het parkeren van de vrachtwagens die hersteld moeten worden. 7 plaatsen voor vrachtwagens met aanhanger en 10 plaatsen voor vrachtwagens zonder aanhanger.
Op het terrein was in de vergunde toestand geen fietsstalplaats voorzien. Er wordt nu een fietsenberging voorzien onder de luifel tussen de spuitcabine en het magazijn voor 24 fietsen en 2 bakfietsen. Deze ingreep wordt geapprecieerd.
Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu
Van Mossel Trucks Belgium wenst op een bedrijfsterrein op de hoek van de Bisschoppenhoflaan en de Merksemsesteenweg te Deurne een truckgarage uit te baten met kantoren, magazijnruimte en een herstelwerkplaats. Op het terrein met een oppervlakte van 9.400 m² staat een bedrijfsgebouw van circa 3.250 m². Volgende ingedeelde inrichtingen of activiteiten worden aangevraagd:
- het lozen van bedrijfsafvalwater;
- een truckwash;
- de opslag van verschillende oliën;
- een hoogspanningscabine;
- het stallen van voertuigen;
- een herstelwerkplaats met zeven schouwputten of hefbruggen;
- een compressor en airconditioninginstallaties;
- de opslag gevaarlijke producten in vaste houders, vaten en kleine verpakkingen.
Het gebouw wordt opgedeeld in een zone voor administratie (kantoren, vergaderruimte, sanitair), magazijnruimte en een werkplaats.
In totaal worden zeven hefbruggen of schouwputten voorzien in een werkplaats met een vloeistofdichte ondergrond. In een afgezonderd lokaal met een brandweerstandklasse EI60, worden volgende gevaarlijke producten opgeslagen:
- 4.800 liter afvalolie in een dubbelwandige bovengrondse houder;
- 3 x 3.000 liter motorolie in dubbelwandige bovengrondse houders;
- 2,535 ton versnellingsolie in een dubbelwandige bovengrondse houder (3.000 liter);
- 1,688 ton koelvloeistof in IBC’s (1.500 liter);
- 1,355 ton ruitensproeier in IBC’s (1.500 liter);
- 0,434 ton remvloeistof in vaten (2 x 200 liter);
- 1.000 liter of kg opslag in kleine verpakkingen.
De IBC’s en de remvloeistof zullen op een lekbak geplaatst worden. De gevaarlijke producten in kleine verpakkingen worden opgeslagen in een veiligheidskast. Keuringsattesten van de houders die de lekdichtheid van de houders en de goede werking van de lekdetectie en overvulbeveiliging aantonen, zijn niet aan het dossier toegevoegd. Ten laatste voor het moment van de ingebruikname worden deze overgemaakt aan het college.
De exploitant geeft aan tot vijf vrachtwagens per dag te reinigen. De truckwash wordt niet commercieel uitgebaat, reiniging gebeurt enkel in functie van de verkoop en herstelling. De vrachtwagens worden gewassen onder de luifel op een vloeistofdichte ondergrond. Afkomstig van de wasplaats wordt tot 200 liter per uur afvalwater geloosd. Dit is de hoeveelheid water die gebruikt zal worden voor het reinigen van een truck. Er wordt maximaal één vrachtwagen per uur gewassen. Het afvalwater wordt via een koolwaterstofafscheider geloosd in de openbare riolering, die is aangesloten op het rioolwaterzuiveringsstation van Deurne.
In het dossier wordt niet gespecifieerd welke waterbronnen aangewend worden. Artikel 5.15.0.9.§2 legt het gebruik van hemelwater op voor het wassen van voertuigen indien mogelijk. Gelet op de beschikbare dakoppervlakte en het voorziene verbruik wordt als voorwaarde opgelegd dat hemelwateropvang voorzien wordt en dat hemelwater primair als waterbron gebruikt wordt.
In het luik stedenbouwkundige handelingen van het aanvraagdossier is een plan van de riolering toegevoegd dat niet overeenstemt met het plan opgenomen in het luik IIOA. Op het stedenbouwkundig plan wordt de nieuwe KWS-afscheider niet weergegeven en bevindt de interne riolering zich op een andere locatie. Het water dient geloosd te worden via een bezinkput en een koolwaterstofafscheider. De bezinkput wordt niet getekend op het uitvoeringsplan en niet vermeld in het dossier. De exploitant dient een aangepast plan in met de exacte locatie van de bezinkput, de KWS-afscheider en de ligging van de interne riolering.
In openlucht zijn zeven plaatsen voor vrachtwagens met aanhanger en tien plaatsen voor vrachtwagens zonder aanhanger voorzien. Gelet op de ligging in industriegebied en de afstand tot de dichtste bewoning, wordt geen hinder verwacht van de motoren van de vrachtwagens. Het betreft hier bovendien geen opslagmagazijn waar vrachtwagens al vroeg laad- en losactiviteiten uitvoeren. De activiteiten zullen zich afspelen tijdens de normale werkuren.
De hoogspanningscabine met een vermogen van 630 kVA wordt voorzien naast de toegangspoort aan de Bisschoppenhoflaan, in de zuidoostelijke hoek van het perceel. De cabine is ingekuipt om bij lekkage van de isolatieolie verontreiniging van de bodem te vermijden.
Op de stedenbouwkundige plannen is in de noordoostelijke hoek van het perceel een vergunde ruimte aangeduid als ‘spuitcabine’. Aangezien deze niet opgenomen wordt in de rubriekenlijst, de technische details hierover ontbreken en niet op het uitvoeringsplan IIOA voorkomt, wordt ervan uitgegaan dat deze geen deel uitmaakt van het voorliggende project of niet ingedeeld is volgens Vlarem II Bijlage 1, rubriek 4.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
2. de bijgevoegde voorwaarden van het Agentschap Wegen en Verkeer strikt na te leven;
3. het bovendaks volume van het kantoorgebouw (liftuitloop) moet bekleed worden met zilverkleurige sandwichpanelen.
Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten
De verwachte risico’s en effecten voor mens en milieu worden als gevolg van de geplande exploitatie mits naleving van de algemene, sectorale en bijzondere voorwaarden als aanvaardbaar beoordeeld.
Geadviseerde rubrieken
Rubriek | Omschrijving | Geadviseerd voor |
3.4.1°a) | het lozen van maximaal 2 m³/uur bedrijfsafvalwater zonder gevaarlijke stoffen in concentraties hoger dan de indelingscriteria, vermeld in artikel 3 van bijlage 2.3.1 van Vlarem II; | 0,20 m³/uur |
6.4.1° | opslagplaatsen voor brandbare vloeistoffen met een totale opslagcapaciteit van 200 liter tot en met 50.000 liter uitgezonderd de gezamenlijke opslag van minder dan 5 ton gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige brandstoffen bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt; | 13.800,00 liter |
12.2.1° | transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van 100 kVA tot en met 1.000 kVA; | 1x 630,00 kVA |
15.1.1° | al dan niet overdekte ruimte voor het stallen van 3 tot en met 25 motorvoertuigen of aanhangwagens, die geen personenwagens, bromfietsen, motorfietsen of spoorvoertuigen zijn; | 25 voertuigen |
15.2. | andere werkplaatsen voor het nazicht, het herstellen en het onderhouden van motorvoertuigen (met inbegrip van carrosseriewerkzaamheden) dan de werkplaatsen, vermeld in rubriek 15.3; | 7 hefbruggen of schouwputten |
15.4.1° | niet-huishoudelijke inrichtingen voor het wassen van voertuigen en hun aanhangwagens, wanneer volledig gelegen in industriegebied; | 1 wasplaats |
16.3.2°a) | koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioninginstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW; | 31,00 kW |
17.3.2.2.1° | ontvlambare vloeistoffen van gevarencategorie 1 en 2 met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 50 kg tot en met 2 ton; | 1.355,00 kg |
17.3.6.1°a) | opslagplaatsen voor schadelijke vloeistoffen en vaste stoffen op basis van etikettering gekenmerkt door het gevarenpictogram GHS07 met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 200 kg tot en met 20 ton als de inrichting volledig is gelegen in industriegebied; | 3,02 ton |
17.3.7.1°a) | opslagplaatsen voor vloeistoffen en vaste stoffen die op lange termijn gezondheidsgevaarlijk zijn (gevarenpictogram GHS08) met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton, als de inrichting volledig is gelegen in industriegebied; | 4,66 ton |
17.4. | opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter; | 1.000,00 liter |
Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarden
1. | De exploitant dient een aangepast plan in met de exacte locatie van de bezinkput, de KWS-afscheider, de ligging van de interne riolering en de hemelwaterput (p/a milieuvergunningen@antwerpen.be met referentienummer OMV_2021033447). |
2. | Hemelwater van het dakoppervlak wordt opvangen en het hemelwater wordt primair als waterbron gebruikt voor het reinigen van de vrachtwagens. De hemelwaterput wordt gedimensioneerd in functie van het verbruik en de beschikbare oppervlakte maar heeft een minimale inhoud van 10 m³. |
3. | Ten laatste voor het moment van de ingebruikname worden de keuringsattesten van de vaste houders, de overvulbeveiliging en de lekdetectie overgemaakt aan het college ((p/a milieuvergunningen@antwerpen.be met referentienummer OMV_2021033447). |
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 2 april 2021 |
Volledig en ontvankelijk | 30 april 2021 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 29 juni 2021 |
Verslag GOA | 11 juni 2021 |
naam GOA | Katrijn Apostel en Bieke Geypens |
Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
2. de bijgevoegde voorwaarden van het Agentschap Wegen en Verkeer strikt na te leven;
3. het bovendaks volume van het kantoorgebouw (liftuitloop) moet bekleed worden met zilverkleurige sandwichpanelen.
Bijzondere milieuvoorwaarden
1. | De exploitant dient een aangepast plan in met de exacte locatie van de bezinkput, de KWS-afscheider, de ligging van de interne riolering en de hemelwaterput (p/a milieuvergunningen@antwerpen.be met referentienummer OMV_2021033447). |
2. | Hemelwater van het dakoppervlak wordt opvangen en het hemelwater wordt primair als waterbron gebruikt voor het reinigen van de vrachtwagens. De hemelwaterput wordt gedimensioneerd in functie van het verbruik en de beschikbare oppervlakte maar heeft een minimale inhoud van 10 m³. |
3. | Ten laatste voor het moment van de ingebruikname worden de keuringsattesten van de vaste houders, de overvulbeveiliging en de lekdetectie overgemaakt aan het college (p/a milieuvergunningen@antwerpen.be met referentienummer OMV_2021033447). |
Brandweervoorwaarden
de brandweervoorwaarden uit het verslag met referentie BW/HS/2021/G.00519.DE.0003 die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.
De vergunning omvat thans volgende rubriek(en):
Rubriek | Omschrijving | Gecoördineerd |
3.4.1°a) | het lozen van maximaal 2 m³/uur bedrijfsafvalwater zonder gevaarlijke stoffen in concentraties hoger dan de indelingscriteria, vermeld in artikel 3 van bijlage 2.3.1 van Vlarem II; | 0,20 m³/uur |
6.4.1° | opslagplaatsen voor brandbare vloeistoffen met een totale opslagcapaciteit van 200 liter tot en met 50.000 liter uitgezonderd de gezamenlijke opslag van minder dan 5 ton gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige brandstoffen bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt; | 13.800,00 liter |
12.2.1° | transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van 100 kVA tot en met 1.000 kVA; | 1x 630,00 kVA |
15.1.1° | al dan niet overdekte ruimte voor het stallen van 3 tot en met 25 motorvoertuigen of aanhangwagens, die geen personenwagens, bromfietsen, motorfietsen of spoorvoertuigen zijn; | 17 voertuigen |
15.2. | andere werkplaatsen voor het nazicht, het herstellen en het onderhouden van motorvoertuigen (met inbegrip van carrosseriewerkzaamheden) dan de werkplaatsen, vermeld in rubriek 15.3; | 7 hefbruggen of schouwputten |
15.4.1° | niet-huishoudelijke inrichtingen voor het wassen van voertuigen en hun aanhangwagens, wanneer volledig gelegen in industriegebied; | 1 wasplaats |
16.3.2°a) | koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioninginstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW; | 31,00 kW |
17.3.2.2.1° | ontvlambare vloeistoffen van gevarencategorie 1 en 2 met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 50 kg tot en met 2 ton; | 1.355,00 kg |
17.3.6.1°a) | opslagplaatsen voor schadelijke vloeistoffen en vaste stoffen op basis van etikettering gekenmerkt door het gevarenpictogram GHS07 met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 200 kg tot en met 20 ton als de inrichting volledig is gelegen in industriegebied; | 3,02 ton |
17.3.7.1°a) | opslagplaatsen voor vloeistoffen en vaste stoffen die op lange termijn gezondheidsgevaarlijk zijn (gevarenpictogram GHS08) met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton, als de inrichting volledig is gelegen in industriegebied; | 4,66 ton |
17.4. | opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter; | 1.000,00 liter |
Het college beslist dat de omgevingsvergunning geldig is voor onbepaalde duur.