Terug
Gepubliceerd op 21/06/2021

2021_CBS_05088 - Politieverordening COVID-19 - Opheffing Politieverordening van 1 september 2020 betreffende diverse lokale maatregelen in de strijd tegen het coronavirus COVID-19 - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 18/06/2021 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2021_CBS_05088 - Politieverordening COVID-19 - Opheffing Politieverordening van 1 september 2020 betreffende diverse lokale maatregelen in de strijd tegen het coronavirus COVID-19 - Goedkeuring 2021_CBS_05088 - Politieverordening COVID-19 - Opheffing Politieverordening van 1 september 2020 betreffende diverse lokale maatregelen in de strijd tegen het coronavirus COVID-19 - Goedkeuring

Motivering

Argumentatie

Het Ministerieel besluit van 28 oktober 2020 houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken, zoals laatst gewijzigd op 4 juni 2021 bevat net zoals de Politieverordening van 1 september 2020 betreffende diverse lokale maatregelen in de strijd tegen het coronavirus COVID-19 voorschriften met betrekking tot onder meer de mond-neusmaskerplicht, de verkoop van alcohol voor meeneem-gebruik, de opening van feestzalen en het gebruik van waterpijpen.

De epidemiologische situatie evolueert gunstig. Intussen heeft een steeds groter deel van de bevolking reeds één vaccinatie ontvangen en zijn velen reeds volledig gevaccineerd. Testing vindt plaats op veel grotere schaal. Hoewel het virus nationaal en lokaal blijft circuleren en het risico op besmetting nog steeds reëel is, geven de epidemiologische resultaten (daling reproductiegetal en aantal patiënten op intensieve zorg) aan dat versoepelingen van de maatregelen mogelijk zijn.  

Dit leidde ertoe dat overeenkomstig de laatste wijziging van het Ministerieel besluit van 28 oktober 2020 houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken, horeca-inrichtingen en feestzalen terug mogen openen, op voorwaarde dat de door het Ministerieel besluit opgelegde maatregelen en bijhorende protocollen, waaronder specifieke openingsuren opgenomen in de artikelen 6, 13° en 8, 9°, gerespecteerd worden. De verkoop van alcohol voor meeneem-gebruik kan plaatsvinden overeenkomstig de voorgeschreven openingsuren voor de horecasector (artikel 6, §1).

Recente verklaringen van de WHO geven aan dat het aantal besmettingen en doden daalt, maar dat waakzaamheid geboden blijft. 

Noch testing, noch toediening van vaccins is een vervanging voor het naleven van de maatregelen zoals het bewaren van afstand en het dragen van mond-neusmaskers op bepaalde plaatsen.

Zo verplicht artikel 25 van het Ministerieel besluit van 28 oktober 2020 houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken, zoals laatst gewijzigd op 4 juni 2021, nog steeds iedereen ouder dan 12 jaar om een mond-neusmasker, of elk alternatief in stof, te dragen wanneer het onmogelijk is om de naleving van de regels van social distancing te garanderen. Daarnaast blijft het bovendien verplicht om een mond-neusmasker te dragen op volgende plaatsen: 

1° de winkels en de winkelcentra;
2° de conferentiezalen;
3° de auditoria;
4° de gebouwen der eredienst en de gebouwen bestemd voor de openbare uitoefening van de niet-confessionele morele dienstverlening;
5° de bibliotheken, de spelotheken en de mediatheken;
6° de winkelstraten, de markten, en elke private of publieke druk bezochte plaats, bepaald door de bevoegde lokale overheid en afgebakend met een aanplakking die de tijdstippen preciseert waarop de verplichting van toepassing is;
7° de inrichtingen en plaatsen waar horeca-activiteiten toegelaten zijn, zowel de klanten als het personeel, tenzij gedurende het eten, drinken, of aan tafel zitten.
8° bij verplaatsingen in de publieke en niet-publieke delen van de gerechtsgebouwen, alsook in de zittingszalen bij elke verplaatsing en, in de andere gevallen, overeenkomstig de richtlijnen van de kamervoorzitter.
9° tijdens de evenementen, culturele en andere voorstellingen, en professionele sportieve wedstrijden en sporttrainingen en congressen;
10° tijdens de handelsbeurzen, met inbegrip van de salons.

De voorschriften van artikel 25 van het Ministerieel besluit van 28 oktober 2020 houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken, zoals laatst gewijzigd op 4 juni 2021, zijn ruimer dan de federale voorschriften met betrekking tot de mond-neusmaskerplicht die golden op het ogenblik van de invoering van de Politieverordening van 1 september 2020 betreffende diverse lokale maatregelen in de strijd tegen het coronavirus COVID-19. De Politieverordening van 1 september 2020 betreffende diverse lokale maatregelen in de strijd tegen het coronavirus COVID-19 voorziet een uitdrukkelijke mond-neusmaskerplicht voor containerparken. Thans kan er voor deze plaatsen echter op basis van artikel 25, 6° van het Ministerieel besluit een mond-neusmasker verplicht worden, zodat het voorschrift in de Politieverordening van 1 september 2020 betreffende diverse lokale maatregelen in de strijd tegen het coronavirus COVID-19 niet behouden moet worden.

Ook het collectief gebruik van waterpijpen blijft overeenkomstig artikel 7 van het Ministerieel besluit van 28 oktober 2020 houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken, zoals laatst gewijzigd op 4 juni 2021, verboden in voor het publiek toegankelijke plaatsen. 

Gelet op deze federale maatregelen, de gunstige epidemiologische evolutie en de toenemende vaccinatiegraad dienen er op dit ogenblik geen aanvullende maatregelen voor het grondgebied van de stad Antwerpen behouden te blijven teneinde de veiligheid en gezondheid van iedereen in de stad Antwerpen te kunnen verzekeren en een verdere verspreiding van het virus tegen te gaan, rekening houdende met de specifieke stedelijke context. 

De bestaande Politieverordening van 1 september 2020, die de verordeningen van 24 juli 2020 en 27 juli 2020 opgeheven heeft en vervangen, kan dan ook opgeheven worden.   

De huidige maatregelen voorgeschreven door het Ministerieel besluit van 28 oktober 2020 houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken, zoals laatst gewijzigd op 4 juni 2021 blijken op dit ogenblik afdoend om de openbare veiligheid en gezondheid te vrijwaren.

Juridische grond

Artikel 135 §2 Nieuwe Gemeentewet.

De gemeenten hebben ook tot taak het voorzien, ten behoeve van de inwoners, in een goede politie, met name over de zindelijkheid, de gezondheid, de veiligheid en de rust op openbare wegen en plaatsen en in openbare gebouwen. 

Meer bepaald, en voor zover de aangelegenheid niet buiten de bevoegdheid van de gemeenten is gehouden, worden de volgende zaken van politie aan de waakzaamheid en het gezag van de gemeenten toevertrouwd: 

1. Alles wat verband houdt met een veilig en vlot verkeer op openbare wegen, straten, kaden en pleinen, hetgeen omvat de reiniging, de verlichting, de opruiming van hindernissen, het slopen of herstellen van bouwvallige gebouwen, het verbod om aan ramen of andere delen van gebouwen enig voorwerp te plaatsen dat door zijn val schade kan berokkenen, of om wat dan ook te werpen dat voorbijgangers verwondingen of schade kan toebrengen of dat schadelijke uitwasemingen kan veroorzaken; voor zover de politie over het wegverkeer betrekking heeft op blijvende of periodieke toestanden, valt zij niet onder de toepassing van dit artikel.

2. Het tegengaan van inbreuken op de openbare rust, zoals vechtpartijen en twisten met volksoploop op straat, tumult verwekt in plaatsen van openbare vergadering, nachtgerucht en nachtelijke samenscholingen die de rust van de inwoners verstoren. 

3. Het handhaven van de orde op plaatsen waar veel mensen samenkomen, zoals op jaarmarkten en markten, bij openbare vermakelijkheden en plechtigheden, vertoningen en spelen, in drankgelegenheden, kerken en openbare plaatsen. 

4. Het toezicht op een juiste toemeting bij het slijten van waren (waarvoor meeteenheden of meetwerktuigen gebruikt worden) en op de hygiëne van openbaar te koop gestelde eetwaren. 

5. Het nemen van passende maatregelen om rampen en plagen, zoals brand, epidemieën en epizoötieën te voorkomen en het verstrekken van de nodige hulp om ze te doen ophouden. 

6. Het verhelpen van hinderlijke voorvallen waartoe rondzwervende kwaadaardige of woeste dieren aanleiding kunnen geven. 

7. Het nemen van de nodige maatregelen, inclusief politieverordeningen, voor het tegengaan van alle vormen van openbare overlast.

Regelgeving: bevoegdheid 

Artikel 119 Nieuwe Gemeentewet: de gemeenteraad maakt de gemeentelijke reglementen van inwendig bestuur en de gemeentelijke politieverordeningen. 

 

Aanleiding en context

Het coronavirus COVID-19 is sinds 11 maart 2020 door de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) gekwalificeerd als een pandemie. Naar aanleiding van de zeer snelle verspreiding van het coronavirus COVID-19 in België en de naburige landen werd op 13 maart 2020 beslist om in België dringende maatregelen te nemen, die ondertussen zowel verstrengd als versoepeld werden. 

De maatregelen werden getroffen om de verspreiding van de epidemie tegen te gaan teneinde de openbare gezondheid zo veel als mogelijk te beschermen en te waarborgen. Door het invoeren van diverse Ministeriële besluiten houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken, daalden de cijfers van het aantal besmettingen met COVID-19 gestaag. 

De besmettingen met het coronavirus COVID-19 namen echter in juli 2020 opnieuw toe. In eerste instantie stegen deze het snelst in de provincie Antwerpen. Ten gevolge van deze evolutie en om een verdere toename van het aantal besmettingen zo snel mogelijk in te dijken werden in de stad Antwerpen op 24 juli 2020, op 27 juli 2020 en op 1 september 2020 hoogdringende politieverordeningen uitgevaardigd in aanvulling op de federale maatregelen. 

Ook de gouverneur van de provincie Antwerpen vaardigde verschillende politieverordeningen uit betreffende aanvullende maatregelen in de strijd tegen het coronavirus COVID-19 uit, welke van toepassing waren voor de hele provincie. De aanvullende maatregelen opgenomen in deze provinciale politieverordeningen stemden deels overeen met de maatregelen vervat in de gemeentelijke politieverordeningen. Onder andere omwille van de gunstige evolutie van de algemene epidemiologische situatie binnen de provincie Antwerpen besloot de gouverneur op 11 juni 2021 om de extra maatregelen op provinciaal niveau op te heffen. 

De maatregelen, voorgeschreven door het Ministerieel besluit van 28 oktober 2020 houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken, zoals laatst gewijzigd op 4 juni 2021 blijven nog wel van toepassing. 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen legt het volgende voor aan de gemeenteraad:

"De gemeenteraad beslist om de Politieverordening van 1 september 2020 betreffende diverse lokale maatregelen in de strijd tegen het coronavirus COVID-19 met onmiddellijke ingang op te heffen."

Artikel 2

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.