Terug
Gepubliceerd op 07/06/2021

2021_CBS_04347 - Omgevingsvergunning. Advies hogere overheid. Ongunstig advies - OMV_2021029821. Krijgsbaan 1 - 1A. District Deurne - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 04/06/2021 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Serge Muyters, korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2021_CBS_04347 - Omgevingsvergunning. Advies hogere overheid. Ongunstig advies - OMV_2021029821. Krijgsbaan 1 - 1A. District Deurne - Goedkeuring 2021_CBS_04347 - Omgevingsvergunning. Advies hogere overheid. Ongunstig advies - OMV_2021029821. Krijgsbaan 1 - 1A. District Deurne - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 24 en 42 van het Omgevingsvergunningsdecreet heeft het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar de bevoegdheid advies uit te brengen voor de vergunningsaanvragen op haar grondgebied waarvoor de deputatie, de Vlaamse regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar de bevoegde overheid is, tenzij:

 

  1. de aanvraag ingediend is door het betrokken college;
  2. de aanvraag louter betrekking heeft op mobiele of verplaatsbare ingedeelde inrichtingen of activiteiten.

 

Het college heeft op 17 november 2017 (jaarnummer 2017_CBS_08858) beslist om de adviesbevoegdheid op te nemen.

Aanleiding en context

Er werd bij de deputatie een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend. De aanvraag wordt behandeld volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

De deputatie verzoekt het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar om:

- een openbaar onderzoek te houden;

- advies uit te brengen.

 

Projectnummer:

OMV_2021029821

Gegevens van de aanvrager:

NV MAKRO CASH & CARRY BELGIUM met als contactadres Nijverheidsstraat 70 te 2160 Wommelgem

Gegevens van de exploitant:

NV MAKRO CASH & CARRY BELGIUM (0406952018) met als contactadres Nijverheidsstraat 70 te 2160 Wommelgem en

NV OILINMOTION (0864564463) met als adres Wiedauwkaai 75 te 9000 Gent

Ligging van het project:

Krijgsbaan 1 - 1A te 2100 Deurne (Antwerpen)

Kadastrale gegevens:

sectie B nrs. 49G2, 52M2, afdeling 31 135/2 B, 136C, 136D, 140F, 142E, 145/2 , 146E en 146D

Inrichtingsnummer:

20190212-0061 (Makro & Oilinmotion), 20200915-0032 (Makro NV (Deurne)) en 20200915-0033 (Oilinmotion NV (Deurne))

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen, Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Voorwerp van de aanvraag:

Groothandel met tankstation: hernieuwing na verandering

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

 

-     12/06/2015 vergunning (2015936) voor het inrichten van een afgesloten verkoopruimte in de bestaande drive-in;

-     21/01/2011: vergunning (20106677) voor het uitbreiden van de drive-in en aanpassing van de parking.

 

Vergunde/vergund geachte toestand

 

-     site Makro (groothandel);

-     Makrofiliaal met aansluitend restaurant en afhaalmagazijn (workcenter);

-     ingericht parkeerterrein;

-     overdekte verkoopzone met aansluitend leeggoed zone en magazijn, overdekte fietsenstalling;

-     tankstation;

-     drive-in.

 

Huidige toestand

 

-     overeenkomstig vergunde toestand uitgezonderd luifel tussen restaurant en workcenter.

 

Gewenste toestand

 

-     herinrichting parking met parkeerplaatsen 90 graden gedraaid;

-     nieuwe omheining rondom afhaalmagazijn (workcenter) en overdekte verkoopzone;

-     sloop leeggoedmagazijn en overdekte fietsenstalling;

-     uitbreiding afhaalmagazijn (workcenter) met aansluitend luifel.

 

Inhoud van de aanvraag

 

-     herinrichten van de parking en wijzigen van de parkeerplaatsen;

-     aanpassen van de parkeerbelijning;

-     uitbreiden van het volume ter hoogte van het afhaalmagazijn (workcenter);

-     slopen van  leeggoedmagazijn en overdekte fietsenstalling;

-     plaatsen van een nieuwe omheining.

 

Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten

 

Voorgeschiedenis

Op 15 maart 2001 werd door de deputatie van de provincie Antwerpen een milieuvergunning klasse 1 verleend aan Makro NV voor de exploitatie van een zelfbedieningsgroothandel met servicestation (MLAV1/00-410). De vergunning was geldig tot 15 maart 2021. Op 24 februari 2005 werd een wijziging van het tankstation vergund (MLAV1/04-422). In 2019 werd een gedeelte (tankstation) van de vergunning overgenomen door Oilinmotion (OMOV/2019-0021).

 

Inhoud van de aanvraag

De aanvraag omvat de exploitatie van een groothandel en een tankstation. De laatste milieuvergunning verliep op 15 maart 2021. Het betreft dus een aanvraag voor een nieuwe inrichting. De vroegere milieuvergunning stond op naam van twee exploitanten. Met voorliggende aanvraag wensen de exploitanten een afzonderlijke vergunning te bekomen. De omgevingsvergunning wordt gevraagd voor onbepaalde duur.

 

Aangevraagde rubrieken


OILINMOTION NV

Rubriek

Omschrijving

Gevraagd voor

3.4.2°

het lozen van meer dan 2 m³/uur tot maximaal 100 m³/uur bedrijfsafvalwater;

5,91 m³/uur

6.5.2°

brandstofverdeelinstallaties voor motorvoertuigen, namelijk installaties voor het vullen van brandstoftanks van motorvoertuigen met vloeibare koolwaterstoffen, bestemd voor de voeding van de erop geïnstalleerde motor(en) met meer dan twee verdeelslangen;

80 stuks

17.3.2.1.1.1°b)

opslag van gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen met een vlampunt hoger dan of gelijk aan 55°C met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton als de inrichting niet hoort bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt;

1 ton

17.3.2.1.1.2°

opslagplaatsen voor ontvlambare vloeistoffen (gevarenpictogram GHS02) van gevarencategorie 3 (gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen) met een vlampunt lager dan of gelijk aan 55°C en gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 20 ton tot en met 500 ton;

124,95 ton

17.3.2.2.3°a)

opslagplaatsen voor ontvlambare vloeistoffen van gevarencategorie 1 en 2 met een gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 90 ton voor opslag in uitsluitend ondergrondse houders;

93 ton

MAKRO NV

Rubriek

Omschrijving

Gevraagd voor

3.2.2°a)

het lozen van meer dan 600 m³ per jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan;

20.000 m³/jaar

3.4.1°a)

het lozen van maximaal 2 m³/uur bedrijfsafvalwater zonder gevaarlijke stoffen in concentraties hoger dan de indelingscriteria, vermeld in artikel 3 van bijlage 2.3.1 van Vlarem II;

2 m³/uur

6.4.1°

opslagplaatsen voor brandbare vloeistoffen met een totale opslagcapaciteit van 200 liter tot en met 50.000 liter uitgezonderd de gezamenlijke opslag van minder dan 5 ton gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige brandstoffen bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt;

1.500 liter

12.1.1.2°b)

inrichtingen die wisselspanning opwekken, met een geïnstalleerd totaal elektrisch vermogen van meer dan 200 kVA tot en met 10.000 kVA als de inrichting volledig of gedeeltelijk in een ander gebied dan een industriegebied ligt;

262,50 kVA

12.2.1°

transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van 100 kVA tot en met 1.000 kVA;

3 x 1.000 kVA

12.3.2°

accumulatoren (gebruik van): vaste inrichtingen voor het laden van accumulatoren door middel van toestellen met een geïnstalleerd totaal vermogen van meer dan 10 kW;

65 kW

15.1.2°

al dan niet overdekte ruimte voor het stallen van meer dan 25 motorvoertuigen of aanhangwagens, die geen personenwagens, bromfietsen, motorfietsen of spoorvoertuigen zijn;

30 stuks

15.2.

andere werkplaatsen voor het nazicht, het herstellen en het onderhouden van motorvoertuigen (met inbegrip van carrosseriewerkzaamheden) dan de werkplaatsen, vermeld in rubriek 15.3;

 

16.3.1°

koelinstallaties, warmtepompen en airconditioninginstallaties, met een gezamenlijke hoeveelheid van meer dan 2.000 ton CO2–equivalent;

8.920 ton CO2–equivalent

16.3.2°b)

koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioninginstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van meer dan 200 kW;

922 kW

17.1.2.2.1°

opslagplaatsen voor gevaarlijke gassen in vaste reservoirs met een gezamen­lijk water­inhoudsvermogen tot 3.000 liter;

196 liter

17.4.

opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter;

5.000 kg

19.6.2°d)

opslagplaatsen van hout (hout, houtschors, riet, vlas (houtachtig gedeelte), stro of soortgelijke producten), met uitzondering van de opslagplaatsen, vermeld in rubriek 48, met een capaciteit van als de inrichting volledig of gedeeltelijk is gelegen in een ander gebied dan industriegebied meer dan 800 m³ in openlucht;

1.000 m³

28.1.f)1°

opslagplaatsen van kunstmest, andere dan deze bedoeld in rubriek 17 en 48, met een opslagcapaciteit van meer dan 20 ton tot en met 100 ton;

32 ton

31.1.1°b)

stationaire motoren en gasturbines met een totaal nominaal thermisch ingangsvermogen van 300 kW tot en met 500 kW, als de inrichting volledig of gedeeltelijk is gelegen in een ander gebied dan industriegebied;

332,00 kW

41.5.

opslagplaats voor textiel en voor textielwaren met een capaciteit van meer dan 10 ton;

65,00 ton

43.1.1°b)

het stoken in installaties, met uitzondering van stationaire motoren en gasturbines, met een totaal nominaal thermisch ingangsvermogen van 300 kW tot en met 2.000 kW, als de inrichting volledig of gedeeltelijk gelegen is in een ander gebied dan industriegebied en gestookt wordt met aardgas;

960,00 kW

45.4.d)

verkooppunten van vlees, vis en gevogelte;

1 verkoopafdeling

45.4.e)1°

opslagplaatsen voor producten van dierlijke oorsprong met uitzondering van de producten vermeld in rubriek 48, van 1 ton tot en met 50 ton;

50 ton

45.8.1°b)

inrichtingen voor het bereiden van voedingsproducten op basis van plantaardige melen (brood, banket, koek, biscuit, deegwaren, enzovoort) of op basis van suiker of cacao, met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 100 kW, als de inrichting volledig of gedeeltelijk is gelegen in een ander gebied dan industriegebied.

71,69 kW

 

Aangevraagde bijstelling bijzondere milieuvoorwaarden in afwijking van algemene of sectorale voorwaarden

1.

Bij te stellen voorwaarde:

Er wordt een afwijking gevraagd voor artikel 4.2.5.1.1.§1 van Vlarem II voor het plaatsen van een meetgoot.

 

Voorgesteld alternatief/aanvulling:

Het artikel laat de mogelijkheid voor een afwijking op het plaatsen van een meetgoot. Deze afwijking wordt ook aangevraagd, omdat: 

-     Het bedrijfsafvalwater gescheiden afgevoerd wordt na een controleput; 

-     Het debiet is berekend via de hoeveelheid opgevangen hemelwater. Daarom wordt gesteld dat het debiet niet significant zal afwijken van het aangevraagde debiet.

 

Argumentatie

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

AQUAFIN NV

4 mei 2021

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

Geen tijdig advies ontvangen waardoor het geacht wordt gunstig te zijn

Elia Asset nv

4 mei 2021

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

Geen tijdig advies ontvangen waardoor het geacht wordt gunstig te zijn

Lokale Politie/ Centrale Preventie

4 mei 2021

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

Geen tijdig advies ontvangen waardoor het geacht wordt gunstig te zijn

Vlaamse Vervoermaatschappij - De Lijn

4 mei 2021

11 mei 2021

Gunstig

 



















Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Ondernemen en Stadsmarketing/ Business en Innovatie

4 mei 2021

17 mei 2021

Stadsbeheer/ Groen en Begraafplaatsen

4 mei 2021

12 mei 2021

Stadsontwikkeling/ Mobiliteit

4 mei 2021

6 mei 2021

stadsontwikkeling/ publieke ruimte

4 mei 2021

7 mei 2021

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Regiostelplaats Antwerpen-Oost, goedgekeurd op 23 november 2007. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: artikel 2. gebied voor wegeninfrastructuur.

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Bestaand regionaal bedrijf Makro, goedgekeurd op 30 maart 2007. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: artikel 5 woongebied, artikel 4 gebied voor gemengde stedelijke activiteiten en artikel 1 bedrijventerrein voor bestaand regionaal bedrijf.

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Ruggeveld-Silsburg, goedgekeurd op 26 maart 2009. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: zone voor publiek domein-art. 10.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een gebied voor grootwinkelbedrijven. Gebieden hoofdzakelijk bestemd voor de vestiging van grootwinkelbedrijven. In deze gebieden kunnen tevens een of meer kleine of middelgrote ondernemingen worden gevestigd.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een groengebied. De groengebieden zijn bestemd voor het behoud, de bescherming en het herstel van het natuurlijk milieu. In de groengebieden geldt een principieel bouwverbod. In principe worden enkel de werken toegelaten die gericht zijn op of verenigbaar zijn met het behoud, de bescherming en het herstel van het natuurlijk milieu.

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.) De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gemeentelijk  ruimtelijk uitvoeringsplan genaamd bestaand regionaal bedrijf  Makro.

 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

 

-     Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)


De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

 

  • artikel 18 Groenbescherming bij uitvoering van de werken:
    bij het herinrichten van de parking wordt er groen verwijderd;
  • artikel 29 Fietsstalplaatsen en fietsparkeerplaatsen:
    er wordt een fietsenstalling voor personeel gesloopt;
  • artikel 38 Groendaken:
    het is verplicht nieuwe daken van vergunningsplichtige constructies aan te leggen als groen dak.

 

Sectorale regelgeving

 

-     Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex wonen van 2021”)


De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
 

-     Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen.
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)


Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)

 

-     BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)


De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

 

Voorliggende aanvraag betreft sloop- en uitbreidingswerken bij het bedrijf Makro alsook enkele te regulariseren werken.

 

De stadsdienst Ondernemen en Stadsmarketing/ Business en Innovatie adviseert het aangevraagde gunstig. Het advies laat zich als volgt samenvatten:

 

“De aanvraag omvat enkele onderdelen en heeft betrekking op de uitbreiding van het bestaande gebouw ter hoogte van het workcenter, het slopen van 2 gebouwen en 1 bijgebouw, de realisatie van een nieuwe overdekte zone met omheining en de regularisatie van reeds uitgevoerde werken (plaatsing luifel tussen restaurant en workcenter).

Het project bevindt zich binnen de zone van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan “Bestaand regionaal bedrijf – Makro te Antwerpen”. Dit gebied is bestemd voor het behoud en de uitbreiding van de huidige bestaande regionale bedrijfsactiviteiten. Het project voldoet aan de aanvraag.

Op basis van het dossier is er geen impact op de bestaande kleinhandelsvergunning (SEV). Wel wordt de milieuvergunning volledig herbekeken en geactualiseerd in functie van de huidige bedrijfsvoering.”

 

Schaal – ruimtegebruik – bouwdichtheid

 

In voorliggende aanvraag worden het volume waarin een magazijn en leeggoedmagazijn zijn ondergebracht en de fietsenstalling gesloopt. In plaats hiervan wordt een nieuwe luifel geplaatst om een overdekte zone te kunnen voorzien. Deze overdekte zone heeft een oppervlakte van circa 1.075 m².

 

Verder wordt het workcenter uitgebreid met een nieuw volume dat een grondoppervlakte van circa 750 m² heeft en een hoogte van 7,67 m. Ter hoogte van de in- en uitgang voor de werknemers wordt tevens een nieuwe luifel voorzien.

 

Tussen het restaurant en het workcenter werd zonder voorafgaandelijke vergunning reeds een luifel gerealiseerd over een oppervlakte van circa 172 m². Deze luifel wenst de aanvrager met voorliggende aanvraag te regulariseren.

 

Vanuit stedenbouwkundig oogpunt kan ingestemd worden met de volumes van de gebouwen en luifels zoals voorgesteld. Door de uitbreiding van het workcenter wordt de draagkracht van de site niet overschreden.

 

Daarnaast wordt ook de omheining rondom de drive-in uitgebreid tot aan het workcenter.

Vermits het om een privéeigendom gaat, geeft de stadsdienst Ontwerp en Uitvoering/ Publieke Ruimte advies op de aansluiting van privégebied aan het openbaar domein. Er zijn geen opmerkingen.

 

Tot slot wordt opgemerkt dat bij het herinrichten van de parking groen verwijderd wordt. De stadsdienst Groen en Begraafplaatsen adviseert het aangevraagde gunstig. Er wordt geadviseerd om in de groenzones op de parking naar een mengeling te gaan van verschillende boomsoorten. Sommige vakken zijn groot genoeg om er een grote waardevolle boom te planten (categorie 1A) met wat kleinere boomsoorten ernaast (categorie 2 of 3). Een aantal grote inheemse exemplaren zijn zeker een meerwaarde gezien de nabijheid van belangrijke waardevolle groengebieden zoals het park Groot Schijn.

 

Visueel-vormelijke elementen

 

De voorgestelde kleurstelling en materialen van het nieuwe volume en de luifels zijn in harmonie met de bestaande en vergunde volumes op de site. Vanuit stedenbouwkundig standpunt worden ze gunstig geadviseerd.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot

 

De platte daken van de nieuwe volumes en luifels moeten worden uitgevoerd als groendak conform artikel 38 van de Bouwcode. Vanuit duurzaamheid heeft een groendak een aantal belangrijke voordelen ten opzichte van een gewoon dak. Ze zorgen voor een kleinere hoeveelheid afgevoerd regenwater en beperken gelijktijdig het piekdebiet bij stortbuien. Ook verminderen ze het “urban heat island” effect en werken ze als (extra) dakisolatie tegen oververhitting. Omwille van dit positief effect is het verplicht om alle nieuwe platte daken ten minste als extensief groendak aan te leggen.

 

Mobiliteitsimpact

 

Toetsing parkeerbehoefte

 

Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen het beoordelingskader voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

 

Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 83 parkeerplaatsen.

 

De aanvraag betreft het uitbreiden van het workcenter van Makro met een vloeroppervlakte van 750 m². Er worden een aantal (bij)gebouwen gesloopt aan het drive-in gedeelte.

 

De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding en of functiewijziging. Het workcenter wordt uitgebreid met 750 m². Voor deze uitbreiding wordt de norm van een bouwmarkt uit CROW gehanteerd: 750m² bouwmarkt met parkeernorm 1,45/100 m²: 750 m² x 1,45/100 m² = 11.

Er verdwijnen door de verbouwing 72 parkeerplaatsen. Deze worden bijgeteld bij de parkeerbehoefte. Bestaande parkeerplaatsen moeten maximaal behouden worden.

 

De werkelijke parkeerbehoefte is 83.

 

De plannen voorzien in 1.154 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Volgens de plannen in vergunde toestand zijn er 1.339 parkeerplaatsen op het terrein. De belijning van de parking is echter niet zoals op de vergunde plannen. De parkeerplaatsen zijn breder en langer gemaakt (2,70 m x 5,20 m) waardoor het parkeren vlotter en comfortabeler kan gebeuren. Het aantal parkeerplaatsen wordt hierdoor gereduceerd tot 1.154. Uit tellingen die in het verleden zijn gemaakt in het kader van een samenwerking met de stad over een mogelijke park & ride voor de aanwezige tramhalte, kwam volgende parkeerbezetting naar voren:

- 65% bezetting van de parking in de piekperiodes;

- 50-55% tijdens de soldenperiodes;

- 45% tijdens de normale zaterdagen van het jaar.

Hieruit kan besloten worden dat het aantal parkeerplaatsen ruimschoots volstaat voor de huidige functies en de uitbreiding.

 

Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 1.154.

 

Het aantal voorziene parkeerplaatsen is toereikend. Het plan voorziet in ruim voldoende parkeerplaatsen op eigen terrein. Het verdwijnen van 83 parkeerplaatsen zal nauwelijks invloed hebben op de parkeerbezetting en is dus aanvaardbaar.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen bedraagt dan 0.

 

 

Ontsluiting

 

De ontsluiting en bereikbaarheid van de site blijft ongewijzigd.

 

Fietsvoorzieningen

 

De fietsenstalling van 56 m² nabij het drive-in gedeelte wordt gesloopt volgens de plannen. Dit betreft een afgesloten fietsenstalling voor personeel en een aantal fietsbeugels voor klanten. Deze moeten terug voorzien worden zo dicht mogelijk bij de ingang. De fietsenstalling voor personeel moet opnieuw overdekt zijn en afgesloten kunnen worden.

 

Veiligheid in het algemeen

 

Voor het aangevraagde werd het advies ingewonnen van de brandweerzone Antwerpen-Zwijndrecht. Dit advies is ongunstig omwille van het ontbreken van digitale plannen die voldoen aan de richtlijnen van het normenboek waardoor er essentiële informatie ontbreekt met betrekking tot de brandveiligheid. Gezien de vele opmerkingen dient de aanvrager het dossier eerst voor te bespreken met de brandweer vooraleer het opnieuw in te dienen.

Omwille van het belang van de brandveiligheid wordt voorgesteld de aanvraag te weigeren.

 

Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen en activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu

 

Makro is een zelfbedieningsgroothandel voor particulieren, consumenten en eindverbruikers. Er zijn geen productieprocessen, enkel verkoop. Goederen worden aangeleverd, tentoongesteld aan de klant en verkocht in de winkel. Er is zowel een “Food” als een “non-Food” afdeling. Makro Cash & Carry Belgium ressorteert onder Metro Cash & Carry, een onderdeel van Metro Group.

 

Makro wil met voorliggende aanvraag zijn vergunning hernieuwen en actualiseren. Rubriek 16.3.1 (koelinstallaties, warmtepompen en airconditioningsinstallaties met een gezamenlijke hoeveelheid van meer dan 2.000 ton CO2-equivalent), gevraagd voor 8.920 ton CO2-equivalent, maakt dit dossier tot een klasse 1 vergunningsaanvraag. Uitbreiding is er voornamelijk voor de koelinstallaties waarvan het vermogen van 603,5 kW verhoogt tot 922 kW. Nieuw is de opslag van kunstmest en de opslag van hout in openlucht. Verder betreft de aanvraag voornamelijk actualisaties van vermogens en hoeveelheden.

 

De grondoppervlakte waar IIOA’s plaatsvinden is volledig verhard. Emissiemetingen van de twee stookinstallaties met een vermogen groter dan 300 kW werden bij de aanvraag gevoegd. Verder wordt er zeer weinig informatie teruggevonden over de maatregelen die genomen worden om te kunnen voldoen aan de algemene en sectorale milieuvoorwaarden. Keuringsattesten van de stookinstallaties ontbreken. De grootste uitbreiding binnen deze aanvraag betreft de koelinstallaties. Er worden geen geluidsemissies meegegeven.

 

Er wordt enkel leidingwater gebruikt. Omdat het bedrijf een HACCP-bedrijf is en elk risico voor de voedselveiligheid wenst te voorkomen, gebruikt het bedrijf geen regenwater binnen de inrichting, ook niet voor het sanitair. Er is geen gescheiden rioleringsstelsel aanwezig op de site. Een deel van het hemelwater afkomstig van de parking wordt geloosd in een gracht (August Van De Wielelei), het andere deel wordt geloosd in de gemengde riolering. Ter hoogte van de drive-in is er een vertragingsbuffer van 60.000 liter aanwezig. Een deel van het hemelwater afkomstig van het hoofdgebouw wordt opgevangen in een ondergrondse hemelwaterput van 7.500 liter met een overloop naar een buffer van 62 m³. Deze buffer mondt uit in de riolering. Voor de nieuwe stedenbouwkundige handelingen die in voorliggende aanvraag opgenomen zijn, wordt een infiltratievoorziening gepland.

 

Ook Oilinmotion wil met voorliggende aanvraag zijn vergunning hernieuwen en actualiseren. Tevens wordt er een bijstelling gevraagd op de sectorale voorwaarden van Vlarem II.

 

Het tankstation beschikt over 80 verdeelslangen. Er is opslag van 124.950 kilogram (150.000 liter) diesel in drie ondergrondse tanks (2 x 60.000 liter en 1 x 30.000 liter) en 93.000 kilogram (120.000 liter) benzine in drie ondergrondse tanks (2 x 30.000 liter en 1 x 60.000 liter). Het lozen van bedrijfsafvalwater wordt gevraagd voor een debiet van 5,91 m³/uur, 15,18 m³/dag en 316,2 m³/jaar. Er wordt een bijstelling gevraagd op artikel 4.2.5.1.1§1 van Vlarem II dat bepaalt dat er een meetgoot dient geplaatst te worden vanaf een (bedrijfsafvalwater)lozingsdebiet van meer dan 2 m³/uur. Gezien de onduidelijkheid betreffende de afvalwaterstromen (zie hieronder) wordt deze bijstelling – voorlopig – ongunstig geadviseerd.

 

De grondoppervlakte waar IIOA’s plaatsvinden is volledig verhard. De afwatering van het tankstation gebeurt via een KWS-afscheider met coalescentiefilter, slibvangput en geïntegreerde monsternameput. De KWS-afscheider wordt regelmatig nagekeken en geledigd. Lozing van het bedrijfsafvalwater gebeurt, via een ingebuisde gracht, in de gemengde riolering. Verder wordt er zeer weinig informatie teruggevonden over de maatregelen die genomen worden om te kunnen voldoen aan de algemene en sectorale milieuvoorwaarden. Keuringsattesten van de tanks zijn niet in het aanvraagdossier aanwezig maar zouden nog aangeleverd worden tijdens de procedure? Een analyse van het bedrijfsafvalwater is evenmin aanwezig.

 

Eigenlijk is er in voorliggende aanvraag te weinig informatie aanwezig om te kunnen beoordelen of beide exploitanten kunnen voldoen aan de algemene en sectorale voorwaarden van Vlarem II. De uitspraak dat “alle noodzakelijke preventieve maatregelen zullen genomen worden om effecten te vermijden” of dat “de beleidsvoering oordeelkundig gebeurt” of dat “er zal voldaan worden aan de voorwaarden opgenomen in Vlarem II”, zegt niets over welke maatregelen dan precies genomen worden en of deze voldoende zijn. Deze informatie zou eventueel nog kunnen aangeleverd worden door middel van termijnverlenging. Voor het tankstation zouden minstens de keuringsattesten van de zes tanks aanwezig moeten zijn, vooraleer een omgevingsvergunning van onbepaalde duur verleend kan worden.

 

Een twintigtal jaar geleden werd door het Vlaams Gewest opdracht gegeven aan Aquafin om in dit gebied een RWA-as aan te leggen met buffering. Er werd de mogelijkheid voorzien voor de twee grootste bedrijven in deze buurt (Makro en Wijnegem Shopping Center) om mee in dit project te stappen voor toekomstige regenwaterafvoer. Het doel van dit project is de overstort op het Schijn te verminderen en zo het behalen van de waterkwaliteitsdoelstellingen te bevorderen. Vandaag de dag is dit project nog steeds niet gerealiseerd en werd enkel een doorsteek onder de tramlijn naar het toekomstige bufferbekken aangelegd. Het realiseren van dit project werd gehinderd door een aantal moeilijkheden waaronder de complexe eigendomsstructuur van de locatie, de zoektocht naar een geschikte locatie voor een bufferbekken maar ook de beperkte medewerking van beide bedrijven. Hoewel dit project strikt genomen buiten de voorliggende omgevingsvergunningsaanvraag valt, blijken zowel Makro als Aquafin te wachten op de inhoud van de te verlenen vergunning en de daarbij horende op te leggen bijzondere voorwaarden om actie te ondernemen.

 

Wat uit voorliggende aanvraag en bijhorend overleg op 26 mei 2021 alvast blijkt, is dat Makro geen volledig en sluitend overzicht heeft van de verschillende door het bedrijf gegenereerde afvalwaterstromen en de lozing hiervan. Ook het totaal debiet aan hemelwater dat per jaar op het volledige terrein van Makro terechtkomt, is niet geweten of wordt niet opgenomen in de vergunningsaanvraag. Het lijkt er alleszins op dat alle afvalwaterstromen momenteel geloosd worden in de gemengde riolering (ook deze via gracht en bufferbekkens).

 

Momenteel wordt er op de site geen hemelwater opgevangen. Makro zegt hierover in de aanvraag: “De bestaande gebouwen en verhardingen werden vergund en gebouwd in een periode waarin er minder aandacht uitging naar opvang, buffering en infiltratie van hemelwater op eigen terrein. De situatie is zo opgebouwd dat het moeilijk is om hemelwater en afvalwater te scheiden in de bestaande vergunde gebouwen.” Toch kan er bij de aanvraag voor een nieuwe omgevingsvergunning voor onbepaalde duur verwacht worden dat de situatie betreffende afvalwaterstromen, lozingen en hemelwater gekend en duidelijk in kaart gebracht is. Dit is hier echter niet het geval. Nochtans is een duidelijk, helder en actueel overzicht van de stand van zaken een onmisbare basis om naar de toekomst toe actie te ondernemen en haalbare verbeteringen aan de huidige toestand uit te werken. De stad Antwerpen wenst daarom twee bijzondere voorwaarden aan deze omgevingsvergunning te koppelen:

 

  • Makro Cash & Carry en Oilinmotion leveren een studie aan waarin alle afvalwaterstromen én alle hemelwaterstromen geanalyseerd worden evenals het traject dat deze doorlopen vanaf de bron tot de lozing in de gemengde riolering. Van elke stroom wordt het correcte en volledige debiet weergegeven. Bij eventuele termijnverlenging wordt deze informatie binnen de termijnverlenging aangeleverd. Indien geen termijnverlenging wordt toegekend, wordt deze informatie uiterlijk drie maanden na vergunningverlening bezorgd aan de stad Antwerpen (omgevingsvergunning@antwerpen.be) met vermelding van het dossiernummer.
     
  • Makro Cash & Carry en Oilinmotion beslissen uiterlijk één jaar na vergunningverlening of ze mee instappen in het Aquafinproject voor de afkoppeling en buffering van het hemelwater of dat ze het hemelwater opvangen en bufferen op eigen terrein. Deze beslissing wordt uiterlijk één jaar na vergunningverlening overgemaakt aan de stad Antwerpen (omgevingsvergunning@antwerpen.be) met vermelding van het dossiernummer.

 

Mits de gevraagde informatie (keuringsattesten van de stookinstallaties, keuringsattesten van de tanks, informatie over de maatregelen die genomen worden om aan de algemene en sectorale voorwaarden te voldoen, waterstudie) nog aangeleverd wordt binnen een termijnverlenging, zou deze aanvraag in overeenstemming kunnen zijn met de VLAREM wetgeving. Vanuit milieutechnisch oogpunt wordt voorwaardelijk positief advies gegeven de vergunning te verlenen.

 

Advies van het college

Ongunstig advies te verlenen voor de aanvraag tot omgevingsvergunning, omwille van het ongunstig advies van de brandweer. Bij de opmaak van een nieuw dossier dienen de opmerkingen zoals geformuleerd bij de beoordeling van de aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen en activiteiten eveneens mee onderzocht te worden


Geadviseerde rubrieken

 

OILINMOTION NV

Rubriek

Omschrijving

Geadviseerd voor

3.4.2°

het lozen van meer dan 2 m³/uur tot maximaal 100 m³/uur bedrijfsafvalwater;

5,91 m³/uur

6.5.2°

brandstofverdeelinstallaties voor motorvoertuigen, namelijk installaties voor het vullen van brandstoftanks van motorvoertuigen met vloeibare koolwaterstoffen, bestemd voor de voeding van de erop geïnstalleerde motor(en) met meer dan twee verdeelslangen;

80 stuks

17.3.2.1.1.1°b)

opslag van gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen met een vlampunt hoger dan of gelijk aan 55°C met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton als de inrichting niet hoort bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt;

1,00 ton

17.3.2.1.1.2°

opslagplaatsen voor ontvlambare vloeistoffen (gevarenpictogram GHS02) van gevarencategorie 3 (gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen) met een vlampunt lager dan of gelijk aan 55°C en gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 20 ton tot en met 500 ton;

124,95 ton

17.3.2.2.3°a)

opslagplaatsen voor ontvlambare vloeistoffen van gevarencategorie 1 en 2 met een gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 90 ton voor opslag in uitsluitend ondergrondse houders;

93 ton

MAKRO NV

Rubriek

Omschrijving

Geadviseerd voor

3.2.2°a)

het lozen van meer dan 600 m³ per jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan;

20.000 m³/jaar

3.4.1°a)

het lozen van maximaal 2 m³/uur bedrijfsafvalwater zonder gevaarlijke stoffen in concentraties hoger dan de indelingscriteria, vermeld in artikel 3 van bijlage 2.3.1 van Vlarem II;

2 m³/uur

6.4.1°

opslagplaatsen voor brandbare vloeistoffen met een totale opslagcapaciteit van 200 liter tot en met 50.000 liter uitgezonderd de gezamenlijke opslag van minder dan 5 ton gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige brandstoffen bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt;

1.500 liter

12.1.1.2°b)

inrichtingen die wisselspanning opwekken, met een geïnstalleerd totaal elektrisch vermogen van meer dan 200 kVA tot en met 10.000 kVA als de inrichting volledig of gedeeltelijk in een ander gebied dan een industriegebied ligt;

262,50 kVA

12.2.1°

transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van 100 kVA tot en met 1.000 kVA;

3 x 1.000 kVA

12.3.2°

accumulatoren (gebruik van): vaste inrichtingen voor het laden van accumulatoren door middel van toestellen met een geïnstalleerd totaal vermogen van meer dan 10 kW;

65 kW

15.1.2°

al dan niet overdekte ruimte voor het stallen van meer dan 25 motorvoertuigen of aanhangwagens, die geen personenwagens, bromfietsen, motorfietsen of spoorvoertuigen zijn;

30 stuks

15.2.

andere werkplaatsen voor het nazicht, het herstellen en het onderhouden van motorvoertuigen (met inbegrip van carrosseriewerkzaamheden) dan de werkplaatsen, vermeld in rubriek 15.3;

 

16.3.1°

koelinstallaties, warmtepompen en airconditioninginstallaties, met een gezamenlijke hoeveelheid van meer dan 2.000 ton CO2–equivalent;

8.920 ton CO2–equivalent

16.3.2°b)

koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioninginstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van meer dan 200 kW;

922 kW

17.1.2.2.1°

opslagplaatsen voor gevaarlijke gassen in vaste reservoirs met een gezamen­lijk water­inhoudsvermogen tot 3.000 liter;

196 liter

17.4.

opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter;

5.000 kg

19.6.2°d)

opslagplaatsen van hout (hout, houtschors, riet, vlas (houtachtig gedeelte), stro of soortgelijke producten), met uitzondering van de opslagplaatsen, vermeld in rubriek 48, met een capaciteit van als de inrichting volledig of gedeeltelijk is gelegen in een ander gebied dan industriegebied meer dan 800 m³ in openlucht;

1.000 m³

28.1.f)1°

opslagplaatsen van kunstmest, andere dan deze bedoeld in rubriek 17 en 48, met een opslagcapaciteit van meer dan 20 ton tot en met 100 ton;

32 ton

31.1.1°b)

stationaire motoren en gasturbines met een totaal nominaal thermisch ingangsvermogen van 300 kW tot en met 500 kW, als de inrichting volledig of gedeeltelijk is gelegen in een ander gebied dan industriegebied;

332 kW

41.5.

opslagplaats voor textiel en voor textielwaren met een capaciteit van meer dan 10 ton;

65 ton

43.1.1°b)

het stoken in installaties, met uitzondering van stationaire motoren en gasturbines, met een totaal nominaal thermisch ingangsvermogen van 300 kW tot en met 2.000 kW, als de inrichting volledig of gedeeltelijk gelegen is in een ander gebied dan industriegebied en gestookt wordt met aardgas;

960 kW

45.4.d)

verkooppunten van vlees, vis en gevogelte;

1 verkoopafdeling

45.4.e)1°

opslagplaatsen voor producten van dierlijke oorsprong met uitzondering van de producten vermeld in rubriek 48, van 1 ton tot en met 50 ton;

50 ton

45.8.1°b)

inrichtingen voor het bereiden van voedingsproducten op basis van plantaardige melen (brood, banket, koek, biscuit, deegwaren, enzovoort) of op basis van suiker of cacao, met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 100 kW, als de inrichting volledig of gedeeltelijk is gelegen in een ander gebied dan industriegebied.

71,69 kW

 

Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarden

 

1.

Makro Cash & Carry en Oilinmotion leveren een studie aan waarin alle afvalwaterstromen én alle hemelwaterstromen geanalyseerd worden evenals het traject dat deze doorlopen vanaf de bron tot de lozing in de gemengde riolering. Van elke stroom wordt het correcte en volledige debiet weergegeven. Bij eventuele termijnverlenging wordt deze informatie binnen de termijnverlenging aangeleverd. Indien geen termijnverlenging wordt toegekend, wordt deze informatie uiterlijk drie maanden na vergunningverlening bezorgd aan de stad Antwerpen (omgevingsvergunning@antwerpen.be) met vermelding van het dossiernummer.

2.

Makro Cash & Carry en Oilinmotion beslissen uiterlijk 6 maanden na vergunningverlening of ze mee instappen in het Aquafinproject voor de afkoppeling en buffering van het hemelwater of dat ze het hemelwater opvangen en bufferen op eigen terrein. Deze beslissing wordt uiterlijk één jaar na vergunningverlening overgemaakt aan de stad Antwerpen (omgevingsvergunning@antwerpen.be) met vermelding van het dossiernummer. 

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Ontvangst adviesvraag

15 april 2021

Start openbaar onderzoek

25 april 2021

Einde openbaar onderzoek

24 mei 2021

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste adviesdatum

4 juni 2021

 

Onderzoek

De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Startdatum

Einddatum

Schriftelijke bezwaar-schriften

Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften

Petitie-lijsten

Digitale bezwaar-schriften

25 april 2021

24 mei 2021

0

0

0

0

 

Informatievergadering

Een informatievergadering was niet vereist en werd niet gehouden.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college beslist een ongunstig advies, zoals geformuleerd in de argumentatie, te geven op de aanvraag.

Artikel 2

Het college geeft opdracht aan:

DienstTaak
SW/Vergunningenhet advies college te bezorgen aan de instantie die advies gevraagd heeft

Artikel 3

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.