Terug
Gepubliceerd op 28/06/2021

2021_CBS_05122 - Omgevingsvergunning - OMV_2021064371. Kribbestraat 12. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 25/06/2021 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Glenn Verspeet, plaatsvervangend korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2021_CBS_05122 - Omgevingsvergunning - OMV_2021064371. Kribbestraat 12. District Antwerpen - Goedkeuring 2021_CBS_05122 - Omgevingsvergunning - OMV_2021064371. Kribbestraat 12. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2021064371

Gegevens van de aanvrager:

de heer Olivier Reijnhoudt met als contactadres Mikhof 9 te 2930 Brasschaat en YUCATAN BV met als contactadres Mikhof 9 te 2930 Brasschaat

Ligging van het project:

Kribbestraat 12 te 2000 Antwerpen

Kadastrale gegevens:

afdeling 2 sectie B nrs. 0 en 45W4

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

herinrichten van een recreatiecentrum en gedeeltelijke functiewijziging naar kantoren

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          24/12/2020: weigering (20203374) voor het herinrichten van een recreatiecentrum en functiewijziging van recreatie naar kantoren voor de derde verdieping;

-          07/02/2020: vergunning (20193853) voor het verbouwen van een recreatiecomplex en aanbrengen nieuwe raamopeningen in scheimuur;

-          13/06/2019: weigering (20183678) voor het regulariseren van een woongelegenheid in het dakvolume (loft 4.03);

-          31/5/2018: vergunning (20173421) voor het herinrichten van een recreatiecentrum met horeca;

-          7/12/2018: voorwaardelijke vergunning (20182797) voor het regulariseren van een wooneenheid onder het dakvolume zijde Kribbestraat (loft 4.02).

Vergunde/vergund geachte toestand

-          vaststelling (ID: 7237) van The Antwerp Grainwork Company als bouwkundig erfgoed;

-          complex Pirateneiland in voormalig pakhuis in het midden van bouwblok Kribbestraat en Bordeauxstraat;

-          pirateneiland (dagrecreatie)  op gelijkvloerse en 1ste tot en met 3de verdieping;

-          horecazaken langs beide straten op de gelijkvloerse verdieping;

-          loftappartementen op de 4de verdieping;

-          toegang tot Pirateneiland in beide straten;

-          binnenkoer;

-          5 bouwlagen onder schuin dak.

Huidige toestand

-          conform laatst vergunde toestand.

Gewenste toestand

-          heringerichte kelderverdieping: bergingen en meterlokalen gewijzigd en fietsenberging heringericht;

-          kleine wijzigingen op het gelijkvloers plus plaatsing van 2 technische schachten;

-          nieuwe technische ruimtes en sanitair op de 1ste en 2de verdieping;

-          de derde verdieping wordt ingericht met twee landschapskantoorruimtes;

-          aangepaste technische ruimtes op de 4de verdieping plus inrichting van 2 toegangen voor loft 4.01;

-          de straatgevels blijven ongewijzigd;

-          in de linkse zijgevel van de Bordeauxstraat worden drie nieuwe ramen voorzien en worden de roosters iets vergroot.

Inhoud van de aanvraag

-          interne constructieve werken;

-          functiewijziging naar kantoor op de 3de verdieping;

-          wijzigen van gevels, de straatgevels blijven ongewijzigd.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Brandweerzone Antwerpen-Zwijndrecht - Hulpverleningszone 1 (Antwerpen)

6 mei 2021

2 juni 2021

Voorwaardelijk gunstig

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Ondernemen en Stadsmarketing/ Business en Innovatie

6 mei 2021

21 mei 2021

Ondernemen en Stadsmarketing/ Klantencontacten en Dienstverlening/ Loket Thema Wonen - huisnummering

6 mei 2021

17 mei 2021

Stadsontwikkeling/ Mobiliteit

6 mei 2021

18 mei 2021

Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Archeologie

6 mei 2021

17 mei 2021

Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Monumentenzorg

6 mei 2021

15 juni 2021

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Eilandje, goedgekeurd op 1 september 2011. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: zone voor wonen-art. 1-bestaand weefsel en zone voor publiek domein-art. 7.

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen het ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de verordening toegankelijkheid. 

 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • artikel 24 Minimale lichtinval en minimale luchttoevoer: 
    De lichtdoorlatende oppervlakte van de ramen is kleiner dan 10% van de netto vloeroppervlakte van de achterliggende kantooroppervlakte, de vergaderlokalen grenzen niet aan de gevel en kunnen niet verlucht worden.

 

Sectorale regelgeving

- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)

-          BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag voorziet in een aantal technische aanpassingen op verschillende verdiepingen en een functiewijziging op de derde verdieping. Deze wordt omgevormd van recreatie naar 2 kantoren met een gezamenlijke bruto oppervlakte van +/- 1000 m².

De voorgestelde functiewijziging past binnen de visie van de beleidsnota ruimtelijke economie en kan gunstig beoordeeld worden.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De aanpassingen worden voorzien binnen het bestaande volume. 

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Strijdig met de bouwcode is de oppervlakte van de ramen niet in verhouding tot de oppervlakte van de achterliggende kantoorruimte (bouwcode, art. 24).

Ten eerste wordt opgemerkt dat het omwille van de cultuurhistorische waarde niet mogelijk is het volume en of de raamopeningen aan te passen. Ten tweede is de kantoorruimte opgevat als een landschapskantoor waarbij de vergaderruimtes (niet permanent gebruikte ruimtes) centraal worden voorzien waardoor de permanent gebruikte kantoorplekken zich aan de ramen kunnen vestigen. De vergaderruimtes worden maximaal beglaasd en voorzien van mechanische verluchting. Om bovenstaande reden kan er een afwijking worden toegestaan.

 

Cultuurhistorische aspecten 

Het pand is vastgesteld als bouwkundig erfgoed (ID: 7237). Het betreft de voormalige gebouwen van "The Antwerp Grain Work Company", een natie die is ontstaan in 1904 door samenvoeging van vijf oudere naties. Het kantoorgebouw van de natie werd opgericht in 1880 (zie gevelsteen). Bij de samenvoeging van de naties in 1904 werd de site uitgebreid in de Kribbe –en Bordeauxstraat met bijhorende magazijnen, stallingen en dienstwoningen in 1904. 

 

Aan de zijde van de Kribbestraat bevinden zich art-nouveau geïnspireerde gevels. Een lijstgevel van respectievelijk negen en tien traveeën en drie en een halve of vier en een halve bouwlaag onder zadeldak. Baksteenbouw met kleurige baksteenbanden, boven de puilijst gemarkeerd door lisenen onderling verbonden door segmentbogen, hogerop aflijnend geprofileerd kordon en houten kroonlijst. Markante, hoger opgaande gevelbekroningen met natuurstenen art-nouveau-ornamenten en panelen met opschrift "1904 The Antwerp Grain Work Company". Rechthoekig en segmentboogvensters, eerstgenoemde voor dienstwoningen en mezzaninoverdieping. Begane grond met segmentboog- en rechthoekige poorten.

 

Omwille van de erfgoedwaarde van het pand is de dienst monumentenzorg om haar advies gevraagd. Zij stellen dat het complex beeldbepalend is omdat de stedenbouwkundig, architecturale en esthetische waarde hoog is. De interne wijzigingen zijn beperkt en doen geen wezenlijke afbreuk aan de erfgoedwaarde van het pand. 

 

Ook op basis van het advies van Monumentenzorg wordt gesteld dat het vervangen en het plaatsen van bijkomend schrijnwerk naar oorspronkelijk model (materiaal, detaillering, profilering) dient te gebeuren. Geadviseerd wordt om dit voorafgaandelijk aan de productie voor te bespreken met de dienst Monumentenzorg. Op basis van een foto-inventaris van het bestaande schrijnwerk (aan te leveren door de aanvrager) kunnen zij adviseren naar welk voorbeeld het schrijnwerk hermaakt moet worden. Vervolgens dienen er detailtekeningen van het nieuwe schrijnwerk aangeleverd te worden. Hierbij is het belangrijk mee te geven dat het schrijnwerk niet overal uniform is. Het is dan ook belangrijk om zich er van te gewisse dat er vanuit het juiste schrijnwerk vertrokken wordt. De bijkomende openingen of aanpassingen zijn aanvaardbaar voor zover ze worden voorzien in eenzelfde vormgeving en voor zover het gevelparement opnieuw wordt aan- of ingevuld conform de bestaande gevels (speklagen dan opnieuw speklagen, juiste keuze baksteen….).

 

Archeologische aspecten

Omwille van de plaatsing van de septische put werd de aanvraag ter advies voorgelegd aan de dienst Archeologie. Zij stellen het volgende:

“Het projectgebied bevindt zich binnen een archeologisch vastgestelde zone. Het projectgebied is gelegen binnen een woon- en recreatiefgebied met een oppervlakte boven de 300 m² (1 374 m²) en een ingreep onder 100 m² (ca. 28 m² aan keldertrap). Volgens het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013, artikel 5.4.1 is hiervoor geen archeologienota verplicht. 

 

Het projectgebied situeert zich echter in een archeologisch interessant gebied, nl. de historische binnenstad, waardoor er een hoge verwachting is naar archeologische restanten in de ondergrond. Indien de bouwheer restanten van muren aansnijdt, waarvan hij redelijkerwijs vermoedt dat ze archeologische waardevol zijn, dient hij deze te melden onder de vondstmeldingsplicht.”

 

Dit wordt opgenomen als voorwaarde van de vergunning.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

 

Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 11 parkeerplaatsen.

 

De parkeerbehoefte wordt bepaald op de functiewijziging op de 3de verdieping naar kantoren. Op de overige verdiepingen zijn enkel kleine wijziging aan bergingen, sanitair… die geen effect hebben op de parkeerbehoefte:

-          1087 m² kantoren met parkeernorm 1,1/100 m² : 11,9 parkeerplaatsen

 

Bijstelling mobiliteit in functie van RUP Eilandje:

In het RUP Eilandje is een maximum parkeernorm van 1/100m² opgenomen voor kantoren: 1087 m² x 1/100 m² = 10,87 parkeerplaatsen.

 

De werkelijke parkeerbehoefte van de functiewijziging naar kantoren is 11.

 

De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen. 

 

Er zijn parkeerplaatsen in de buurt van de eigenaar Yucatan die gebruikt kunnen worden door de huurders.

Deze plaatsen worden niet mee geteld als nuttige plaatsen volgens het POET-principe (parkeren op eigen terrein). 

 

Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0.

 

In een aantal gevallen genereert een aanvraag een werkelijke parkeerbehoefte maar kunnen de plaatsen om stedenbouwkundige redenen niet gerealiseerd worden. Dit is het geval in voorliggende aanvraag die betrekking heeft op een gebouw dat is opgenomen in de inventaris van bouwkundig erfgoed. Indien de werkelijke parkeerbehoefte op het perceel moet gerealiseerd worden, zou de erfgoedwaarde van het gebouw teniet worden gedaan. 

 

Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 11.

Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 11 plaatsen.

 

 

Fietsvoorzieningen

Voor de kantoorruimte moeten 14 bijkomende fietsenstallingen voorzien worden (1087m² x 1,25/100m² = 13,6).

De bestaande fietsenberging in de kelder wordt uitgebreid zodat er 27 fietsen gestald kunnen worden. Dit aantal volstaat.

 

Laden en lossen: 

Laden en lossen gebeurt op bestaande laad- en loszones in de omgeving.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2.      de bouwheer meldt 2 weken voor aanvang de start van de werken aan de stedelijke dienst archeologie (archeologie@stad.antwerpen.be);

3.      de bouwheer laat werfcontroles toe door stadsarcheologen;

4.      de bouwheer is verplicht om eventuele vondsten waarvan hij redelijkerwijs vermoedt dat ze archeologisch relevant zijn, deze te melden onder de vondstmeldingsplicht (Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013, artikel 5.1.4). De dienst archeologie kan de waarde steeds komen inschatten;

5.      er dient een foto-inventaris van het bestaande schrijnwerk aangeleverd te worden, zodat de stedelijke dienst Monumentenzorg kan adviseren naar welk voorbeeld het schrijnwerk hermaakt kan worden. Voorafgaandelijk aan de productie dienen detailtekeningen van het nieuwe schrijnwerk aangeleverd te worden ter advies bij de dienst Monumentenzorg;

6.      laden en lossen gebeurt op bestaande laad- en loszones in de omgeving.

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

12 april 2021

Volledig en ontvankelijk

6 mei 2021

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

5 juli 2021

Verslag GOA

18 juni 2021

naam GOA

Katrijn Apostel

 

Onderzoek

Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2.      de bouwheer meldt 2 weken voor aanvang de start van de werken aan de stedelijke dienst archeologie (archeologie@stad.antwerpen.be);

3.      de bouwheer laat werfcontroles toe door stadsarcheologen;

4.      de bouwheer is verplicht om eventuele vondsten waarvan hij redelijkerwijs vermoedt dat ze archeologisch relevant zijn, deze te melden onder de vondstmeldingsplicht (Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013, artikel 5.1.4). De dienst archeologie kan de waarde steeds komen inschatten;

5.      er dient een foto-inventaris van het bestaande schrijnwerk aangeleverd te worden, zodat de stedelijke dienst Monumentenzorg kan adviseren naar welk voorbeeld het schrijnwerk hermaakt kan worden. Voorafgaandelijk aan de productie dienen detailtekeningen van het nieuwe schrijnwerk aangeleverd te worden ter advies bij de dienst Monumentenzorg;

6.      laden en lossen gebeurt op bestaande laad- en loszones in de omgeving.

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.