Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2021095676 |
Gegevens van de aanvrager: | Jan en Jan Van den Eynde - Verheyen met als adres Albertstraat 19 te 2018 Antwerpen |
Ligging van het project: | Albertstraat 19 te 2018 Antwerpen |
Kadastrale gegevens: | afdeling 6 sectie F nrs. 0 en 1343C4 |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | verbouwen van een eengezinswoning |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 09/11/1901: toelating (1901#1612) voor het bouwen van 3 huizen;
- vaststelling (ID: 6394) van geheel van drie eclectische burgerhuizen als bouwkundig erfgoed.
Vergunde/vergund geachte toestand
- eengezinswoning;
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
Huidige toestand
- overeenkomstig vergund.
Gewenste toestand
- eengezinswoning;
- bouwvolume overeenkomstig vergunde toestand met uitzondering van:
- gevelafwerking overeenkomstig vergunde toestand met uitzondering van:
Inhoud van de aanvraag
- interne constructieve wijzigingen naar circulatie;
- wijzigen van de gevels;
- verharden van een deel van de tuin met uitbreiding souterrain, terras, trappen en zwembad.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Monumentenzorg | 11 juni 2021 | 29 juni 2021 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de binnenstad van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Leien en de Kleine Ring.
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:
- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;
- de eigen aard van het betrokken gebied;
- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af op de bepalingen van de bouwcode op volgend punt:
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
- BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
De bestaande en vergunde functie als eengezinswoning blijft behouden waardoor de functionele inpasbaarheid gegarandeerd blijft.
Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid
De aanvraag voorziet in een doorgedreven renovatie en herinrichting van de woning. Hierbij worden op elke verdieping nieuwe badkamers geplaatst en wordt het intern ruimtegebruik geoptimaliseerd. Naast de interne werken worden ingrepen voorzien die impact hebben op het vergunde volume. Zo wordt er aan de achterzijde in het dak een inpandig terras voorzien waarbij de dakvorm duidelijk leesbaar blijft. Deze ingrepen dragen bij tot een beter intern ruimtegebruik en vormen geen overschrijding van de draagkracht van het perceel waardoor ze positief geadviseerd kunnen worden.
Daarnaast wordt de kelderverdieping verruimd en wordt hier een buitentrap voorzien die als Engelse koer fungeert en zo natuurlijk licht tot in de slaapkamer brengt. Boven deze halve kelderverdieping wordt het verhoogde terras uitgebreid in de diepte. Op zich kunnen ook deze ingrepen gunstig beoordeeld worden. Echter wordt vastgesteld dat door deze bijkomende verharding van de tuinzone, in combinatie met de inrichting van een zwembad, de tuin voor bijna de helft verhard wordt. Dit is niet aanvaardbaar (bouwcode, art.27). De verharding dient beperkt te worden tot 1/3 van de tuin. Bijgevolg wordt het zwembad uitgesloten van vergunning.
Aan de voorzijde van het dak wordt ook een ruime dakkapel voorzien. Deze dakkapel wijkt qua grootte en qua verschijningsvorm af van het referentiebeeld (bouwcode, art. 6) en kan bijgevolg niet gunstig geadviseerd worden. Om alsnog een vergunning te kunnen verlenen wordt als voorwaarde opgenomen om 2 kleinere dakkapellen te voorzien (zie ook verder in het verslag).
Visueel-vormelijke elementen en cultuurhistorische aspecten
Het pand is opgenomen in de inventaris van het bouwkundig erfgoed waardoor advies werd gevraagd aan de stedelijke dienst Monumentenzorg. Dit advies is voorwaardelijk gunstig en laat zich als volgt lezen:
“Er was een plaatsbezoek en er werd preadvies ingewonnen. Het ontwerp volgt grotendeels de inhoud van het preadvies.
De dakkapel verstoort echter het evenwicht van het symmetrische ensemble van drie burgerhuizen dat als geheel op de inventaris is opgenomen. Het oorspronkelijke ontwerp dat besproken werd, was voorzien van kleine dakvensters. Twee kleine dakkapellen zoals op het nummer 23 zijn aanvaardbaar vanuit het standpunt van monumentenzorg.”
Het advies van de stedelijke dienst monumentenzorg wordt integraal bijgetreden. Aanvullend op het advies van Monumentenzorg wordt ook opgemerkt dat ook de materialisering van de nieuwe dakkapel niet gunstig kan beoordeeld worden. Dit wordt voorzien in bitumen en aluminium schrijnwerk in grijze kleur. Deze materialisatie contrasteert te sterk met de rest van de historisch waardevolle voorgevel. Als voorwaarde wordt daarom opgenomen om in plaats van 1 grote dakkapel, 2 kleine dakkapellen te voorzien, conform buurpand met huisnummer 23 en het oorspronkelijke ontwerp en dit zowel qua grootte, positie ten opzichte van de gevel, als materialisatie. Hiervoor zal wellicht ook een herschikking van het plan op de dakverdieping noodzakelijk zijn.
Verder blijft de voorgevel grotendeels ongewijzigd. Indien het buitenschrijnwerk wordt vernieuwd dient dit te gebeuren naar origineel model.
Aan de achtergevel wordt het nieuwe terras en de achtergevel van het souterrain uitgewerkt in een combinatie van arduin, glas en buitenschijnwerk in aluminium. De rest van de achtergevel blijft ongewijzigd. Ook hier wordt, waar nodig het buitenschrijnwerk vernieuwd naar origineel model. De voorgestelde materialen zijn duurzaam en in harmonie met de rest van het pand en de omgeving en kunnen bijgevolg positief geadviseerd worden.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De geplande ingrepen hebben een positieve impact op de woonkwaliteit van de eengezinswoning. De werken worden voorzien met respect voor de omgeving en bieden geen hinder naar de omwonenden waardoor de aanvraag positief geadviseerd kan worden.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021;
2. de dakkapel aan de voorzijde te vervangen door 2 dakkapellen waarbij de grootte en materialisatie ervan zijn afgestemd op deze van het buurpand nr. 23;
3. indien het schrijnwerk vervangen wordt, dient dit te gebeuren naar historisch model;
Uitsluitingen
4. het zwembad.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 31 mei 2021 |
Volledig en ontvankelijk | 11 juni 2021 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 10 augustus 2021 |
Verslag GOA | 20 juli 2021 |
naam GOA | Katrijn Apostel |
Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021;
2. de dakkapel aan de voorzijde te vervangen door 2 dakkapellen waarbij de grootte en materialisatie ervan zijn afgestemd op deze van het buurpand nr. 23;
3. indien het schrijnwerk vervangen wordt, dient dit te gebeuren naar historisch model;
Uitsluitingen
4. het zwembad.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.