Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2021045686 |
Gegevens van de aanvrager: | BVBA XL SERVICESTATIONS met als adres Harelbeeksestraat 120 te 8520 Kuurne |
Gegevens van de exploitant: | BVBA XL SERVICESTATIONS (0840931701) met als adres Harelbeeksestraat 120 te 8520 Kuurne |
Ligging van het project: | Vogelzanglaan 15 te 2020 Antwerpen |
Kadastrale gegevens: | afdeling 9 sectie I nr. 2170B11 |
Inrichtingsnummer: | 20200327-0026 (Antwerpen 3 Car- 261) |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen, Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten |
Voorwerp van de aanvraag: | hernieuwing van de vergunning van een tankstation, een shop en een carwash (wasstraat) |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 05/03/2021: weigering (20203054) voor de hernieuwing van de vergunning van een tankstation, een shop en een carwash (wasstraat);
- 13/08/2003: vergunning (86#8720012) voor het plaatsen van een nieuwe deur in shopgevel van het servicestation;
- 10/09/1984: vergunning (18#67250 ) voor verbouwen carwash;
- 24/01/1983: vergunning (18#62450) voor verbouwen carwash;
- 10/10/1983: vergunning (18#63489) voor uitbreiden luifel;
- 23/08/1974: vergunning (18#56311) voor een luifel;
- 30/07/1971: vergunning (18#53900) Esso-motor hotel.
Vergunde/vergund geachte toestand
- functie: site met servicestation, shop en carwash;
- bouwvolume: vrijstaand volume van één bouwlaag;
- inrichting: terrein grotendeels verhard, voorzien met pompeneiland en parkeerplaatsen;
- gevelafwerking servicestation en shop:
Gewenste toestand
- functie: ongewijzigd;
- bouwvolume:
- inrichting: herinrichting parking met oplaadpunten elektrische wagens en voorbehouden plaatsen mindervaliden ter hoogte van de straatzijde aan de Vogelzanglaan;
- gevelafwerking:
- de carwash maakt geen deel uit van het stedenbouwkundig luik.
Inhoud van de aanvraag
- het intern vergroten van de shopruimte en het doorvoeren van interne constructieve werken;
- het wijzigen van de winkeltoegang en gevelmaterialen en het aanbrengen van zaakgebonden publiciteit;
- het herinrichten van de omliggende parking;
- het plaatsen van een losstaand bijgebouw en infrastructuur (hoogspanningscabine en fietsenstalling);
- de carwash maakt geen deel uit van het stedenbouwkundig luik.
Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Voorgeschiedenis
De exploitant beschikt over een basisvergunning verleend door de deputatie in 2001 (referentie MLAV1/01-259) oorspronkelijk op naam van Esso bvba, verstrijkend op 31 oktober 2021. In 2010 besliste de deputatie de uitbreiding met een carwash te vergunnen (referentie MLAV1/10-289) eveneens verstrijkend op 31 oktober 2021. In beroep werd deze beslissing bevestigd door de bevoegde minister (AMV/00045870/1007), enkele bijzondere voorwaarden werden gewijzigd.
Een aanvraag tot hervergunning (op 2 oktober 2020 volledig verklaard) werd door het college op 5 maart 2021 geweigerd om procedurele redenen (OMV_2020041176 (20203054)).
Inhoud van de aanvraag
De aanvraag behelst de verdere exploitatie van een bestaand tankstation, met shop en carwash.
Aangevraagde rubrieken
Rubriek | Omschrijving | Gevraagd voor |
3.2.2°a) | het lozen van meer dan 600 m³/jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan; | 10,00 m³/uur (+9,98 m³/uur) |
3.4.2° | het lozen van meer dan 2 m³/uur tot maximaal 100 m³/uur bedrijfsafvalwater; | 7,80 m³/uur (+7,25 m³/uur) |
3.6.3.1°b) | afvalwaterzuiveringsinstallaties, met inbegrip van het lozen van het effluentwater en het ontwateren van de bijhorende slibproductie voor de behandeling van bedrijfsafvalwater, waarbij het effluentwater één of meer gevaarlijke stoffen bevat in concentraties hoger dan de indelingscriteria, vermeld in artikel 3 van bijlage 2.3.1 van Vlarem II., met een effluent tot en met 5 m³/uur; | 0,40 m³/uur |
6.5.2° | brandstofverdeelinstallaties voor motorvoertuigen, namelijk installaties voor het vullen van brandstoftanks van motorvoertuigen met vloeibare koolwaterstoffen, bestemd voor de voeding van de erop geïnstalleerde motor(en) met meer dan twee verdeelslangen; | 36 verdeelslangen |
12.2.1° | transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van 100 kVA tot en met 1.000 kVA; | 1 x 630,00 kVA +380,00 kVA) |
15.4.2°b) | niet-huishoudelijke inrichtingen voor het wassen van 10 en meer motorvoertuigen en hun aanhangwagens per dag, volledig of gedeeltelijk gelegen in een ander gebied dan industriegebied; | 120 motorvoertuigen en hun aanhangwagens/dag |
16.3.2°a) | koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioninginstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW; | 54,00 kW |
17.3.2.1.1.2° | opslagplaatsen voor ontvlambare vloeistoffen (gevarenpictogram GHS02) van gevarencategorie 3 (gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen) met een vlampunt lager dan of gelijk aan 55°C en gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 20 ton tot en met 500 ton; | 50,40 ton |
17.3.2.2.2°c) | opslagplaatsen voor ontvlambare vloeistoffen (GHS02) van gevarencategorie 1 met een totale opslagcapaciteit van 2 ton tot en met 30 ton niet gelegen in industriegebied voor de opslag in bovengrondse houders of een combinatie van bovengrondse en ondergrondse houders; | 28,80 ton |
17.4. | opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter; | 2.000,00 liter (-2.000,00 liter) |
Aangevraagde bijstelling bijzondere milieuvoorwaarden in afwijking van algemene of sectorale voorwaarden
1. | Bij te stellen voorwaarde: Afwijking lozingsnormen LP1 - wasstraat (afwijking via artikel 4.2.3.1 Vlarem II)
Voorgesteld alternatief/aanvulling: Volgende lozingsnormen worden aangevraagd (conform lozingsnormen gangbaar in de sector, de gebruikte detergenten voldoen aan de Verordening (EG) nummer 648/2004): • totaal fosfor: 10 mg/liter • anionische oppervlakte-actieve stoffen: 2 mg/liter • niet-ionogene en kationische oppervlakte-actieve stoffen: 20 mg/liter. |
2. | Bij te stellen voorwaarde: Meetgoot LP2-tankstation (afwijking artikel 4.2.5.1 Vlarem II)
Voorgesteld alternatief/aanvulling: Er wordt een afwijking aangevraagd voor de plaatsing van een meetgoot. Het bedrijfsafvalwater betreft hier potentieel verontreinigd hemelwater waardoor piekdebieten vergund worden. Er is als alternatief voor een meetgoot een controleput aanwezig voor het geloosde afvalwater. |
3. | Bij te stellen voorwaarde: Afwijking exploitatie-uren carwash (afwijking artikel 5.15.0.6.§1 Vlarem II)
Voorgesteld alternatief/aanvulling: Er wordt gevraagd om de wasstraat te openen elke dag (ook zaterdag en zon- en feestdagen) tussen 7.00 uur en 22.00 uur. |
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Agentschap voor Natuur en Bos | 9 april 2021 | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag | Geen tijdig advies ontvangen waardoor het geacht wordt gunstig te zijn |
Agentschap Wegen en Verkeer | 9 april 2021 | 27 mei 2021 | Voorwaardelijk gunstig |
Brandweerzone Antwerpen-Zwijndrecht - Hulpverleningszone 1 (Antwerpen) | 9 april 2021 | 12 mei 2021 | Voorwaardelijk gunstig |
Fluvius System Operator | 9 april 2021 | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag | Geen tijdig advies ontvangen waardoor het geacht wordt gunstig te zijn |
Vlaamse Milieumaatschappij | 9 april 2021 | 20 april 2021 | Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Autonoom gemeentebedrijf voor vastgoed en stadsprojecten in Antwerpen | 9 april 2021 | 27 april 2021 |
Ondernemen en Stadsmarketing/ Business en Innovatie | 9 april 2021 | 19 april 2021 |
Stadsbeheer/ Groen en Begraafplaatsen | 9 april 2021 | 23 april 2021 |
Stadsbeheer/ Vastgoed/ Ontwikkeling/ Bouwprojecten | 9 april 2021 | 27 april 2021 |
Stadsontwikkeling/ Mobiliteit | 9 april 2021 | 22 april 2021 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een parkgebied. De parkgebieden moeten in hun staat bewaard worden of zijn bestemd om zodanig ingericht te worden, dat ze, in de al dan niet verstedelijkte gebieden, hun sociale functie kunnen vervullen (Artikel 14 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het gewestplan op volgend punt:
Artikel 4.4.16 Het verbouwen van een bestaande zonevreemde functie, niet zijnde woningbouw in een volgens het gewestplan gelegen parkgebied.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de verordening toegankelijkheid.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de bouwcode.
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving besluit de toegevoegde project-MER-screeningsnota dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn. De nota wordt aanvaard.
Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
- BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
Het servicestation met shop bevindt zich op een locatie die volgens het gewestplan is ingekleurd als parkgebied en is bijgevolg zonevreemd.
Als vermeld in artikel 4.4.16 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke ordening geldt dat in alle bestemmingsgebieden de vigerende bestemmingsvoorschriften op zichzelf geen weigeringsgrond vormen bij de beoordeling van een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het verbouwen van een bestaande zonevreemde constructie, niet zijnde woningbouw.
Aangezien het een vergund servicestation betreft en de werken gebeuren binnen het bestaande volume is de afwijking te verantwoorden.
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag omvat geen functiewijziging. De functie van servicestation met shop blijft behouden waardoor de functionele inpasbaarheid gegarandeerd wordt. Het gedeelte carwash blijft ongewijzigd en maakt geen deel uit van de aanvraag.
Er werd advies gevraagd aan de stedelijke dienst Ondernemen en Stadsmarketing/Business en Innovatie. Het advies luidt als volgt:
“De aanvraag voorziet in de herinrichting en vernieuwing van een tankstationsite met onder meer: verbouwen van het shopgebouw, bouwen van een hoogspanningscabine, bouwen van een fietsenstalling, plaatsen van 4 parkeerplaatsen voor elektrische wagens, herpositioneren van enkele bestaande parkeerplaatsen met een zo minimale ingreep op de site en publiciteit.
Voor het dossier werd een bouw- en milieuluik toegevoegd.
De carwash maakt geen deel uit van de bouwaanvraag wel van de milieuaanvraag.
Het milieuluik gaat over het ganse tankstation, de hoogspanningscabine en het pompeneiland en de carwash. Voor dit gedeelte kan gunstig advies gegeven worden daar er weinig verschil is met de bestaande toestand en de hinder alzo beperkt blijft voor de omgeving.
Het bouwluik gaat over de shop, de hoogspanningscabine en de herinrichting van de site. Ook hier kan een gunstig advies voor gegeven worden. Het gaat over een beperkt aantal ingrepen op de site. Er is geen wijziging van de bestaande in/uitritten van de site. Voor het dossier kan dan ook een gunstig advies gegeven worden.”
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
De huidige shopruimte wordt vergroot binnen het bestaande volume waardoor de stockageruimte (voor tijdelijke opslag van food en non–food producten in functie van verkoop) kleiner wordt.
Het gabarit van het huidige gebouw blijft ongewijzigd.
Op de site wordt er een nieuwe hoogspanningscabine voorzien aangezien de huidige cabine niet meer voldoet aan de wetgeving. Bovendien wenst men de site van voldoende elektriciteit te voorzien voor de laadstations van elektrische wagens. Deze hoogspanningscabine heeft afmetingen van 3,12 meter x 2,32 meter x 2,54 meter. Naast de hoogspanningscabine wordt een fietsenstalling in houten constructie geplaatst. Deze voorziet ruimte voor 6 fietsen. De afmetingen van deze fietsenstalling zijn 4,40 meter x 2,31 meter x 2,60 meter.
De fietsenparking is bedoeld voor het personeel van de shop.
Voor het overige wordt de parking heringericht met onder andere 4 parkeerplaatsen voor elektrische wagens en worden er enkele bestaande parkeerplaatsen geherpositioneerd. De inplanting van de oplaadpunten voor elektrische wagens zijn ten opzichte van het vorig ontwerp (20203054) verplaatst naar de straatzijde Vogelzanglaan.
Momenteel zijn er 31 parkeerplaatsen op de site aanwezig, deze worden uitgebreid naar 36 parkeerplaatsen waarvan 4 voor elektrische wagens. Er worden ook 3 voorbehouden plaatsen ingericht grenzend aan de ingang van het shopgebouw.
De bestaande in- en uitrit op de site blijft behouden en ongewijzigd.
De aanvraag is in overeenstemming met de vergunde functie en de ruimtelijke context van de site en is bijgevolg stedenbouwkundig aanvaardbaar.
Visueel-vormelijke elementen
Het tankstation op de hoek van de Gerard Le Grellelaan met de Vogelzanglaan maakt, samen met het naastgelegen hotel, deel uit van de samenhangende ontwikkeling waarvan Leon Stynen de planner en ontwerper was, maar werd niet opgenomen op de vastgestelde inventaris van het bouwkundig erfgoed.
Het gebouw onderging reeds verschillende verbouwingen, waardoor het oorspronkelijk opzet reeds aangetast werd en de architecturale waarde verminderde. Dit wordt betreurd. Het aanvraagdossier bevat ook weinig informatie over de bouwgeschiedenis van het tankstation en de manier waarop er in deze aanvraag mee omgegaan wordt. Aan de hand van de plannen kan wel vastgesteld worden dat er zowel aan interieur als exterieur heel wat bouwkundige ingrepen doorgevoerd worden en schrijnwerk vernieuwd of aangepast wordt.
In functie van de uitgebreide shopruimte worden enkele gesloten delen in de gevel opengewerkt en voorzien van ramen, andere geveldelen worden toegewerkt. De inkom tot de shop wordt verplaatst. Voor- en rechterzijgevel bestaan uit een bruine gevelsteen, grijs schrijnwerk en omlijsting in beige sandwichpanelen. De overige gevels (zijgevel links en achtergevel) zijn bepleisterd. In de huidige aanvraag wordt de bruine gevelsteen van de voorgevel wit geschilderd, gecombineerd met wit schrijnwerk (materiaal niet gekend). De rechterzijgevel, waar zich de inkom van de shop bevindt, wordt afgewerkt met een antracietkleurige beplating in combinatie met grijs schrijnwerk. Extern wordt er een portaal toegevoegd in zwarte kunststofbeplating met een hoogte van 4,50 meter. De publiciteit op de gevel wordt aangepast naar twee logo’s van Breakpoint, deze worden uitgevoerd in acrylaat en zijn intern verlicht. Omwille van de naamsverandering van de shop van Esso naar Breakpoint verandert ook de publiciteit. De Essopubliciteit op de shop wordt vervangen door Breakpointpubliciteit. Deze publiciteit is zaakgebonden en hoort bij het shopgebouw. Op het dak worden PV panelen voorzien. De hoogspanningscabine wordt voorzien in prefab beton. De visuele aanpassingen zijn blijvend inpasbaar op de site.
Het agentschap Wegen en Verkeer adviseert voorwaardelijk gunstig onder volgende voorwaarden:
De inritten langsheen de Vogelzanglaan moeten conform de voorwaarden ingericht worden.
Voormelde voorwaarden van het Agentschap Wegen en Verkeer worden integraal opgenomen bij deze vergunning.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de inhoud van de aanvraag geen impact heeft op de parkeerbehoefte.
Het gaat niet om een functiewijziging, de parkeerparagraaf is niet van toepassing.
Er zijn geen opmerkingen op de herinrichting van de parking.
Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu
De aanvraag omvat de verdere exploitatie van een tankstation met carwash gelegen op het hoekperceel Gerard le Grellelaan/Vogelzanglaan, de naaste buren zijn de stedelijke camping en het Crowne Plaza hotel.
Het gaat om een groot tankstation met ruime shop en 6 pompeilanden met in totaal 36 verdeelslangen. De brandstoffen worden opgeslagen in ondergrondse dubbelwandige houders. De stalen houders beschikken over een permanent lekdetectiesysteem en een kathodische bescherming. De tankpiste is uitgevoerd met een vloeistofdichte verharding onder een luifel. De afvoergoot is aangesloten op een koolwaterstofafscheider. De verdeelinstallaties zijn uitgerust met een damprecuperatiesysteem en een overvulbeveiliging. De vulpistolen voor benzine zijn voorzien van een dampretoursysteem (damprecuperatie fase 2).
Naast het tankstation omvat de aanvraag ook de verdere exploitatie van een automatische carwash (type wasstraat) voor personenwagens. De gevraagde capaciteit bedraagt 120 voertuigen per dag. Volgens gegevens uit de aanvraag wordt het proceswater grotendeels hergebruikt. Het afvalwater afkomstig van de carwash wordt verzameld in een slibvangput waar het bezinkbaar materiaal achterblijft en het water gebufferd wordt. Via een overloop komt het water in een waterrecuperatieput met beluchting terecht. Vanuit de recuperatieput wordt het water naar twee parallelle kiezel-zandfilters geleid. Het gezuiverde waswater wordt opgeslagen in een voorraadtank van waaruit het water terug naar de carwashinstallatie wordt gepompt. Het gerecupereerde water kan gebruikt worden voor het voorspoelen en benevelen en voor de hogedruksproeiers. Voor een aantal processtappen moet evenwel nog steeds vers leidingwater worden gebruikt (schuimwas, nabeneveling, osmosewater en wax).
Het waterverbruik ligt volgens de gegevens in de voorliggende aanvraag tussen 109 en 179 liter (afhankelijk van het wasprogramma) per wasbeurt. Van dit water zou slechts maximaal 22 liter vers leidingwater zijn (tussen 5 en 22 liter afhankelijk van het wasprogramma). Deze cijfers zijn opmerkelijk omdat de installaties sinds de vergunningsaanvraag van 2010 niet zijn gewijzigd (wat werd bevestigd door de vertegenwoordiger van de indiener) en in de oorspronkelijke aanvraag werd aangenomen dat het verbruik in de buurt lag van 400 tot 500 liter. Dit werd later bijgesteld naar 315 liter per wasbeurt met een aandeel van vers leidingwater van 25%. Men is er dus blijkbaar in geslaagd de performantie van de installatie fel te verbeteren zonder dat er wijzigingen aan de installaties zijn doorgevoerd en zo te voldoen aan artikel 5.15.0.9 van Vlarem II inzake vers waterverbruik.
De carwash beschikt over een eigen KWS-afscheider.
De stofzuigerinstallatie, die in het verleden wel eens voor hinder zorgde, is niet langer aanwezig.
In de aanvraag is een tikfout geslopen bij de toepasselijke rubriek voor de opslag van ontvlambare vloeistoffen, de correcte rubricering is 17.3.2.2.2.a in plaats van 17.3.2.2.2.c, dit zal worden aangepast in het besluit.
De aanvraag omvat 3 vragen tot afwijking op de algemene en sectorale voorwaarden. Het gaat om aangepaste lozingsnormen (carwash), het niet hoeven plaatsen van een meetgoot (tankstation) en aangepaste openingsuren (carwash).
De exploitant wenst te kunnen exploiteren tussen 7.00 uur in de ochtend en 22.00 uur in de avond, ook op zon- en feestdagen. Op dit verzoek kan worden ingegaan, de gevraagde openingsuren zullen slechts een marginale invloed hebben op potentiële hinder. Het is wellicht beter in de bijzondere voorwaarde de periode aan te duiden tijdens dewelke niet mag geëxploiteerd worden, in casu na 22.00 uur en voor 7.00 uur, tenslotte kan de exploitant zelf kiezen welke openingsuren er worden gehanteerd binnen het toegelaten tijdskader.
Wat betreft de meetgoot en de lozingsnormen wordt voorgesteld het gunstig advies van de VMM te volgen.
Voor zover nog relevant worden tevens de bijzondere voorwaarden uit het beroepsbesluit van de minister hernomen.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.
2. De voorwaarden uit het advies van het Agentschap Wegen en Verkeer zijn strikt na te leven en de voorwaarde omtrent ontsluiting moet vooraf met het Agentschap opgenomen worden.
3. De voorwaarden uit het advies van de Vlaamse Milieumaatschappij, afvalwater en lucht zijn strikt na te leven.
Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Vanuit milieutechnisch oogpunt wordt voorgesteld de gevraagde vergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde rubrieken
Rubriek | Omschrijving | Geadviseerd voor |
3.2.2°a) | het lozen van meer dan 600 m³/jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan; | 10,00 m³/uur |
3.4.2° | het lozen van meer dan 2 m³/uur tot maximaal 100 m³/uur bedrijfsafvalwater; | 7,80 m³/uur |
3.6.3.1°b) | afvalwaterzuiveringsinstallaties, met inbegrip van het lozen van het effluentwater en het ontwateren van de bijhorende slibproductie voor de behandeling van bedrijfsafvalwater, waarbij het effluentwater één of meer gevaarlijke stoffen bevat in concentraties hoger dan de indelingscriteria, vermeld in artikel 3 van bijlage 2.3.1 van Vlarem II., met een effluent tot en met 5 m³/uur; | 0,40 m³/uur |
6.5.2° | brandstofverdeelinstallaties voor motorvoertuigen, namelijk installaties voor het vullen van brandstoftanks van motorvoertuigen met vloeibare koolwaterstoffen, bestemd voor de voeding van de erop geïnstalleerde motor(en) met meer dan twee verdeelslangen; | 36 verdeelslangen |
12.2.1° | transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van 100 kVA tot en met 1.000 kVA; | 1 x 630,00 kVA |
15.4.2°b) | niet-huishoudelijke inrichtingen voor het wassen van 10 en meer motorvoertuigen en hun aanhangwagens per dag, volledig of gedeeltelijk gelegen in een ander gebied dan industriegebied; | 120 motorvoertuigen en hun aanhangwagens/dag |
16.3.2°a) | koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioninginstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW; | 54,00 kW |
17.3.2.1.1.2° | opslagplaatsen voor ontvlambare vloeistoffen (gevarenpictogram GHS02) van gevarencategorie 3 (gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen) met een vlampunt lager dan of gelijk aan 55°C en gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 20 ton tot en met 500 ton; | 50,40 ton |
17.3.2.2.2°a) | opslag van ontvlambare vloeistoffen van gevarencategorie 1 en 2 met een gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 2 ton tot en met 90 ton in uitsluitend ondergrondse houders; | 28,80 ton |
17.3.2.2.2°c) | opslagplaatsen voor ontvlambare vloeistoffen (GHS02) van gevarencategorie 1 met een totale opslagcapaciteit van 2 ton tot en met 30 ton niet gelegen in industriegebied voor de opslag in bovengrondse houders of een combinatie van bovengrondse en ondergrondse houders; | zonder voorwerp |
17.4. | opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter; | 2.000,00 liter |
Gecoördineerde rubrieken
Rubriek | Omschrijving | Gecoördineerd |
3.2.2°a) | het lozen van meer dan 600 m³/jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan; | 10,00 m³/uur |
3.4.2° | het lozen van meer dan 2 m³/uur tot maximaal 100 m³/uur bedrijfsafvalwater; | 7,80 m³/uur |
3.6.3.1°b) | afvalwaterzuiveringsinstallaties, met inbegrip van het lozen van het effluentwater en het ontwateren van de bijhorende slibproductie voor de behandeling van bedrijfsafvalwater, waarbij het effluentwater één of meer gevaarlijke stoffen bevat in concentraties hoger dan de indelingscriteria, vermeld in artikel 3 van bijlage 2.3.1 van Vlarem II., met een effluent tot en met 5 m³/uur; | 0,40 m³/uur |
6.5.2° | brandstofverdeelinstallaties voor motorvoertuigen, namelijk installaties voor het vullen van brandstoftanks van motorvoertuigen met vloeibare koolwaterstoffen, bestemd voor de voeding van de erop geïnstalleerde motor(en) met meer dan twee verdeelslangen; | 36 verdeelslangen |
12.2.1° | transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van 100 kVA tot en met 1.000 kVA; | 1 x 630,00 kVA |
15.4.2°b) | niet-huishoudelijke inrichtingen voor het wassen van 10 en meer motorvoertuigen en hun aanhangwagens per dag, volledig of gedeeltelijk gelegen in een ander gebied dan industriegebied; | 120 motorvoertuigen en hun aanhangwagens/dag |
16.3.2°a) | koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioninginstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW; | 54,00 kW |
17.3.2.1.1.2° | opslagplaatsen voor ontvlambare vloeistoffen (gevarenpictogram GHS02) van gevarencategorie 3 (gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen) met een vlampunt lager dan of gelijk aan 55°C en gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 20 ton tot en met 500 ton; | 50,40 ton |
17.3.2.2.2°a) | opslag van ontvlambare vloeistoffen van gevarencategorie 1 en 2 met een gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 2 ton tot en met 90 ton in uitsluitend ondergrondse houders; | 28,80 ton |
17.4. | opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter; | 2.000,00 liter |
Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarden
1. | De exploitant dient in afwijking van artikel 4.2.5.1.1.§1 van Vlarem II geen meetgoot te plaatsen (tankstation), een controle-inrichting bestaande uit een controleput wordt voldoende geacht. |
2. | De exploitant garandeert steeds een vrije doorgang naar de parking van het naburige hotel voor zowel hulpdiensten als voor leveranciers van het hotel. Hiertoe brengt de exploitant een goed zichtbare wegmarkering aan met aanduiding van parkeerverbod. |
3. | De exploitatie van de carwash is verboden van 22.00 uur tot 7.00 uur. |
4. | De exploitant sluit tijdens het wasproces steeds de poorten van de wasstraat. |
5. | Volgende bijzondere lozingsnormen zijn van kracht: • Ni (totaal): 0,3 mg/liter • P (totaal): 10 mg/liter • anionische oppervlakte-actieve stoffen: 2 mg/liter • niet-ionogene en kationische oppervlakte actieve stoffen: 20 mg/liter. |
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 12 maart 2021 |
Volledig en ontvankelijk | 9 april 2021 |
Start openbaar onderzoek | 19 april 2021 |
Einde openbaar onderzoek | 18 mei 2021 |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 23 juli 2021 |
Verslag GOA | 2 juli 2021 |
naam GOA | Gerd Cryns en Bieke Geypens |
De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum | Einddatum | Schriftelijke bezwaar-schriften | Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften | Petitie-lijsten | Digitale bezwaar-schriften |
19 april 2021 | 18 mei 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.
2. De voorwaarden uit het advies van het Agentschap Wegen en Verkeer zijn strikt na te leven en de voorwaarde omtrent ontsluiting moet vooraf met het Agentschap opgenomen worden.
3. De voorwaarden uit het advies van de Vlaamse Milieumaatschappij, afvalwater en lucht zijn strikt na te leven.
Bijzondere milieuvoorwaarden
1. | De exploitant dient in afwijking van artikel 4.2.5.1.1.§1 van Vlarem II geen meetgoot te plaatsen (tankstation), een controle-inrichting bestaande uit een controleput wordt voldoende geacht. |
2. | De exploitant garandeert steeds een vrije doorgang naar de parking van het naburige hotel voor zowel hulpdiensten als voor leveranciers van het hotel. Hiertoe brengt de exploitant een goed zichtbare wegmarkering aan met aanduiding van parkeerverbod. |
3. | De exploitatie van de carwash is verboden van 22.00 uur tot 7.00 uur. |
4. | De exploitant sluit tijdens het wasproces steeds de poorten van de wasstraat. |
5. | Volgende bijzondere lozingsnormen zijn van kracht: • Ni (totaal): 0,3 mg/liter • P (totaal): 10 mg/liter • anionische oppervlakte-actieve stoffen: 2 mg/liter • niet-ionogene en kationische oppervlakte actieve stoffen: 20 mg/liter. |
Brandweervoorwaarden
de brandweervoorwaarden uit het verslag met referentie BW/YS/2021/G.00218.A2.0003.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.
De vergunning omvat thans volgende rubriek(en):
Rubriek | Omschrijving | Gecoördineerd |
3.2.2°a) | het lozen van meer dan 600 m³/jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan; | 10,00 m³/uur |
3.4.2° | het lozen van meer dan 2 m³/uur tot maximaal 100 m³/uur bedrijfsafvalwater; | 7,80 m³/uur |
3.6.3.1°b) | afvalwaterzuiveringsinstallaties, met inbegrip van het lozen van het effluentwater en het ontwateren van de bijhorende slibproductie voor de behandeling van bedrijfsafvalwater, waarbij het effluentwater één of meer gevaarlijke stoffen bevat in concentraties hoger dan de indelingscriteria, vermeld in artikel 3 van bijlage 2.3.1 van Vlarem II., met een effluent tot en met 5 m³/uur; | 0,40 m³/uur |
6.5.2° | brandstofverdeelinstallaties voor motorvoertuigen, namelijk installaties voor het vullen van brandstoftanks van motorvoertuigen met vloeibare koolwaterstoffen, bestemd voor de voeding van de erop geïnstalleerde motor(en) met meer dan twee verdeelslangen; | 36 verdeelslangen |
12.2.1° | transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van 100 kVA tot en met 1.000 kVA; | 1 x 630,00 kVA |
15.4.2°b) | niet-huishoudelijke inrichtingen voor het wassen van 10 en meer motorvoertuigen en hun aanhangwagens per dag, volledig of gedeeltelijk gelegen in een ander gebied dan industriegebied; | 120 motorvoertuigen en hun aanhangwagens/dag |
16.3.2°a) | koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioninginstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW; | 54,00 kW |
17.3.2.1.1.2° | opslagplaatsen voor ontvlambare vloeistoffen (gevarenpictogram GHS02) van gevarencategorie 3 (gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen) met een vlampunt lager dan of gelijk aan 55°C en gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 20 ton tot en met 500 ton; | 50,40 ton |
17.3.2.2.2°a) | opslag van ontvlambare vloeistoffen van gevarencategorie 1 en 2 met een gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 2 ton tot en met 90 ton in uitsluitend ondergrondse houders; | 28,80 ton |
17.4. | opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter; | 2.000,00 liter |
Het college beslist dat de omgevingsvergunning geldig is voor onbepaalde duur.