Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2021075963 |
Gegevens van de aanvrager: | de heer Ronald Buijsen met als adres Neerhoflaan 6 te 2950 Kapellen |
Ligging van het project: | Van Daelstraat 31 te 2140 Borgerhout (Antwerpen) en Van Daelstraat 33 te 2140 Borgerhout (Antwerpen) |
Kadastrale gegevens: | afdeling 24 sectie A nrs. 0, 363B5 en 363K9 |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | opdelen van een ruime eengezinswoning in twee aparte eengezinswoningen |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- huisnummer 31:
- huisnummer 33:
Vergunde toestand/Geacht vergunde toestand
- huisnummer 31:
- huisnummer 33:
- doorgang halverwege tussen beide helften.
Huidige toestand
- huisnummer 31:
- huisnummer 33:
- perceelsbrede luifel over beide achtergevels.
Gewenste toestand
- huisnummer 31:
- huisnummer 33:
- afbraak luifel;
- tuinmuur tussen percelen;
- dichtgemaakte opening in scheidingsmuur.
Inhoud van de aanvraag
- opsplitsen van een grote eengezinswoning in 2 eengezinswoningen;
- wijzigen van de voorgevel (garagepoort naar raam met borstwering);
- verwijderen van een luifel achteraan;
- bouwen van een scheidingsmuur in de tuin;
- regulariseren van het slopen van dragende muren in huisnummer 31;
- optrekken van het schuine dak naar plat dak achteraan huisnummer 33.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Ondernemen en Stadsmarketing/ Klantencontacten en Dienstverlening/ Loket Thema Wonen - huisnummering | 28 mei 2021 | 16 juni 2021 |
Stadsontwikkeling/ Mobiliteit | 28 mei 2021 | 1 juni 2021 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de binnenstad van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Leien en de Kleine Ring.
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:
- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;
- de eigen aard van het betrokken gebied;
- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:
de ruimtes onder het hellend dak van huisnummer 31 hebben een maximale hoogte van 2,30 m en worden ingericht met slaapkamers;
huisnummer 33 wordt voorzien van een nieuwe septische put met een inhoud van 1.500 liter. De inhoud van de septische put moet minstens 2.000 liter bedragen.
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen.
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
- BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen wordt betrokken bij de beoordeling van de verenigbaarheid van de aanvraag met de goede ruimtelijke ordening.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
In voorliggende aanvraag worden de in 1994 samengevoegde huisnummers 31 en 33 terug gesplitst tot twee afzonderlijke eengezinswoningen. De woonfunctie blijft daarbij behouden waardoor de aanvraag functioneel inpasbaar blijft in de omgeving.
Schaal – ruimtegebruik – bouwdichtheid
De vergunde eengezinswoning omvat de in 1994 samengevoegde huisnummers 31 en 33.
In de vergunde toestand omvat huisnummer 31 een hoofdbouw van 2 bouwlagen onder een hellend dak. De hoofdbouw is aangevuld met een achterbouw van 1 tot 2 bouwlagen onder een plat dak met een bouwdiepte van 15,40 m aan de linker zijde en 13,20 m aan de rechterzijde. Achter de aanbouw is een overdekte koer aanwezig tot een bouwdiepte van circa 17 m.
Het vergunde bouwvolume van huisnummer 33 omvat een hoofdbouw van 3 bouwlagen onder een plat dak met aan de achterzijde een schuin aflopend dak en een perceelsbrede achterbouw tot een bouwdiepte van 17 m.
In de bestaande toestand werd de overdekte koer van huisnummer 31 bij de binnenruimte betrokken waardoor de achtergevels van beide huisnummers in hetzelfde gevelvlak liggen. Aanvullend werd aan de achterzijde een perceelsbrede luifel voorzien die doorloopt over de 2 huisnummers.
In voorliggende aanvraag wenst men de eengezinswoning opnieuw te splitsen in 2 afzonderlijke eengezinswoningen. De opening in de scheimuur wordt daarbij opnieuw gedicht en er wordt een tuinmuur geplaatst op de perceelsgrens waardoor opnieuw twee afzonderlijke tuinen ontstaan. Voor huisnummer 31 wenst men de perceelsbrede luifel te laten regulariseren. Bij huisnummer 33 wordt de luifel afgebroken en wordt een perceelsbrede pergola voorzien tegen de achterste perceelsgrens. Tot slot wordt er ook een dakuitbouw voorzien in het achterste dakvlak.
De geplande werken zijn ruimtelijk aanvaardbaar. Na de uitbreiding blijft er nog voldoende ruimte over op het gelijkvloerse om een kwalitatieve tuin te behouden.
Visueel-vormelijke elementen
De bestaande voorgevel van huisnummer 31 in rood gevelmetselwerk met een plint in blauwe hardsteen en houten buitenschrijnwerk blijft in voorliggende aanvraag ongewijzigd.
De vergunde voorgevel van huisnummer 33 in wit gevelpleisterwerk is in de bestaande toestand roze geschilderd. In voorliggende aanvraag wordt de gevel opnieuw geschilderd in een witte kleur. De garagepoort wordt vervangen door een raam dat net zoals de andere ramen in de voorgevel wordt voorzien in hout.
De lichte kleurstelling van de gevel is gunstig te adviseren omwille van de stedelijke opwarming, de beeldkwaliteit en de inpassing in het straatbeeld.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
In voorliggende aanvraag worden de ruimtes onder het hellend dak van huisnummer 31 ingericht als slaapkamers. De slaapkamers voldoen echter niet aan artikel 21 (minimale hoogte van ruimten) en artikel 24 (minimale lichtinval en minimale luchttoevoer) van de bouwcode. Artikel 21 van de bouwcode legt een minimale vrije hoogte voor verblijfsruimtes op van 2,60 m. De slaapkamers hebben echter een maximale hoogte die beperkt is tot 2,30 m.
Daarnaast is de lichtdoorlatende oppervlakte van de dakvlakvensters onvoldoende groot om de slaapkamers te voorzien van voldoende licht en lucht conform artikel 24 van de bouwcode. Dit artikel stelt dat voldoende daglichttoetreding, gecombineerd met uitzicht en voldoende ventilatie van de woning met verse lucht basisvoorwaarden zijn voor de gezondheid van de bewoners en voor een minimum verblijfskwaliteit van elke woning.
Omwille van bovenstaande redenen wordt het gebruik van de ruimtes onder het hellend dak als verblijfsruimtes uitgesloten uit de vergunning zoals in rood aangeduid op de plannen.
De luifel die zich achter de achterbouw van huisnummer 31 bevindt en men wenst te regulariseren, sluit niet op een kwalitatieve manier aan op de bestaande scheimuur. Hierdoor is de luifel zichtbaar vanuit de tuin van de linkerbuur. De luifel wordt bijgevolg uitgesloten uit de vergunning.
Tot slot wordt opgemerkt dat de nieuwe septische put die wordt voorzien voor huisnummer 33 onvoldoende groot is. Conform artikel 43 van de bouwcode moet de septische put een minimale inhoud van 2.000 liter hebben. Dit wordt opgenomen als voorwaarde voor vergunning.
Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoen de eengezinswoningen aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.
Mobiliteitsimpact
Toetsing parkeerbehoefte
Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen het beoordelingskader voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 2 parkeerplaatsen.
De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding met 1 wooneenheid. Bij projecten tot 5 wooneenheden is de parkeernorm 1. Er verdwijnt door de verbouwing 1 parkeerplaats en deze wordt opgeteld bij de parkeerbehoefte. De werkelijke parkeerbehoefte is 2.
|
De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.
|
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0.
Voorliggende aanvraag heeft betrekking op panden met een perceelsbreedte van minder dan of gelijk aan 8 m. Volgens artikel 12 §3, 1° (Levendige plint) van de bouwcode is een toegangspoort voor een autobergplaats niet toegelaten.
|
Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 2.
Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 2 – 0 = 2. Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.
|
Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 2 plaatsen.
|
Fietsvoorzieningen
Voor dit project dienen er 2 overdekte, afsluitbare fietsstalplaatsen voorzien te worden. Deze werden ingetekend op het gelijkvloers van huisnummer 33.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. een septische put met een minimale inhoud van 2.000 liter te plaatsen voor huisnummer 33;
2. na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
Uitsluitingen
1. het gebruik van de ruimtes onder het hellend dak van huisnummer 31 als verblijfsruimtes wordt uitgesloten uit de vergunning, zoals in rood aangeduid op de plannen;
2. de luifel achter de aanbouw van huisnummer 31 wordt uitgesloten uit de vergunning zoals in rood aangeduid op de plannen.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 27 april 2021 |
Volledig en ontvankelijk | 28 mei 2021 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 25 juli 2021 |
Verslag GOA | 5 juli 2021 |
naam GOA | Katrine Leemans |
De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Schriftelijke bezwaarschriften | Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften | Petitielijsten | Digitale bezwaarschriften |
0 | 0 | 0 | 0 |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. een septische put met een minimale inhoud van 2.000 liter te plaatsen voor huisnummer 33;
2. na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
Uitsluitingen
1. het gebruik van de ruimtes onder het hellend dak van huisnummer 31 als verblijfsruimtes wordt uitgesloten uit de vergunning, zoals in rood aangeduid op de plannen;
2. de luifel achter de aanbouw van huisnummer 31 wordt uitgesloten uit de vergunning zoals in rood aangeduid op de plannen.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.