Terug
Gepubliceerd op 27/09/2021

2021_CBS_07631 - Omgevingsvergunning - OMV_2021086112. Pastoor De Conincklaan 59. District Wilrijk - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 24/09/2021 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg; Tom Meeuws, schepen; Karin De Craecker

Afwezig

Serge Muyters, korpschef; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Karin De Craecker

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2021_CBS_07631 - Omgevingsvergunning - OMV_2021086112. Pastoor De Conincklaan 59. District Wilrijk - Goedkeuring 2021_CBS_07631 - Omgevingsvergunning - OMV_2021086112. Pastoor De Conincklaan 59. District Wilrijk - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2021086112

Gegevens van de aanvrager:

de heer Rik Hannes met als adres Pastoor De Conincklaan 59 te 2610 Wilrijk (Antwerpen)

Ligging van het project:

Pastoor De Conincklaan 59 te 2610 Wilrijk (Antwerpen)

Kadastrale gegevens:

afdeling 42 sectie B nr. 201/2 D2

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

aanleggen van verharding in de voor- en achtertuin en het plaatsen van een draaipoort en een siervijver

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          9/08/2019: voorwaardelijke vergunning (20191649) voor het plaatsen van een veranda;

-          1/09/1969: vergunning (222#2406) voor het bouwen van een villa;

-          24/05/1965: vergunning (196537) voor een nieuwe verkaveling.

Vergunde toestand/Geacht vergunde toestand

-          eengezinswoning van 2 bouwlagen onder mansardedak in halfopen bebouwing met een bouwdiepte van circa 13 m en een veranda op het gelijkvloers aan de linkerzijde tot een bouwdiepte van circa 16,17 m;

-          garage met tuinberging achteraan links met een grootte van circa 7,7 m op circa 5,6 m en een kroonlijsthoogte van circa 2,5 m.

Huidige toestand

-          verharding vooraan en rechts van de woning tot aan de achtergevelbouwlijn met een breedte van circa 3 m en een oppervlakte van circa 65 m²;

-          terras aansluitend aan de veranda met een oppervlakte van circa 43 m²;

-          twee rijsporen tot achteraan het perceel met elk een breedte van circa 0,45 m;

-          verharding voor de garage met een oppervlakte van circa 35 m²;

-          overkapping aansluitend aan de garage met een grootte van circa 5,6 m op circa 2,7 m.

Gewenste toestand

-          regulariseren van de overkapping achteraan de garage;

-          heraanleggen van de verhardingen in de achtertuin en het plaatsen van een siervijver;

-          plaatsen van een nieuwe aluminium toegangspoort rechts van de woning met een hoogte van circa 1,8 m.

Inhoud van de aanvraag

-          regulariseren van de overkapping achteraan de garage;

-          aanleggen van verharding in de voor- en achtertuin;

-          plaatsen van een draaipoort;

-          plaatsen van een siervijver.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het bijzonder plan van aanleg BPA nr. 3 Heistraat en omgeving, goedgekeurd bij ministerieel besluit van 29 juni 1992. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: zone d voor woningen.

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Bijzondere plannen van aanleg (BPA's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

De aanvraag ligt in de verkaveling WI/1965/V/0008, goedgekeurd op 24 mei 1965, meer bepaald in lot(en) 26.

 

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het bijzonder plan van aanleg op volgende punten:

-          artikel 4 Zone D voor woningen, Hoofdstuk II Bebouwingsvoorschriften, Deel 2 Binnenplaatsen en tuinen (inbegrepen voor- en zijtuinen), 3.- Binnenplaatsen en tuinen, d) Plaatsing van de bijgebouwen en constructies, 1) op niet hoekpercelen:

de nieuwe overdekte constructie achter de bestaande tuinberging komt tot op minder dan 4 m van de achterste perceelsgrens;

-          artikel 4 Zone D voor woningen, Hoofdstuk II Bebouwingsvoorschriften, Deel 2 Binnenplaatsen en tuinen (inbegrepen voor- en zijtuinen), 3.- Binnenplaatsen en tuinen, b) Bijgebouwen en constructies:

de gezamelijke oppervlakte van de bijgebouwen en constructies in de tuinzone bedraagt meer dan 10% van de totale perceelsoppervlakte.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de bouwcode.
 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.

Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-          Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)

-          BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag. 

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

Voorliggende aanvraag omvat geen functiewijziging.  De bestaande functie van eengezinswoning blijft behouden en is daarmee in harmonie met de kenmerkende woonfuncties in de Pastoor De Conincklaan.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De geplande werken beperken zich tot het aanleggen van verhardingen, het regulariseren van een constructie in de achtertuin en het plaatsen van een siervijver.

 

De bestaande oprit van de woning heeft een breedte van 3m en loopt tot aan de achtergevel van de hoofdbouw van de woning. Daar gaat de oprit over in een karrespoor dat leidt tot aan de garage die zich achteraan het perceel bevindt. In voorliggende aanvraag wordt het karrespoor verwijderd en wordt de groene aanplanting in de tuin doorgetrokken. De bestaande oprit wordt in de voortuin beperkt verbreed tot 3,63. Het verwijderen van het karrespoor en het herstellen van de groene aanplanting in de tuinzone wordt gunstig beoordeeld.

 

Daarnaast wordt het bestaande terras aan de achterzijde van de woning heraangelegd en ook de verhardingen die zich naast de garage en tuinberging bevinden worden vernieuwd. Ook wordt er een siervijver met een breedte van 1,7m en een lengte van 4,20m voorzien. Conform de voorschriften van het BPA nr.3 Heistraat en omgeving mag de gezamelijke oppervlakte van de constructies en bijgebouwen in de tuinzone niet meer bedragen dan 10% van de perceelsoppervlakte. In deze oppervlakte worden de verhardingen die een toegangsweg zijn niet meegeteld. In de tuinzone bedraagt de totale oppervlakte van constructies en verhardingen (die geen toegangsweg zijn) 106m2. Dit is meer dan 10% van de totale perceelsoppervlakte waardoor de aanvraag in strijd is met bovenstaand artikel.

 

Achter de in 1969 vergunde garage en tuinberging werd nog een afdak geplaatst zonder dat hiervoor een vergunning werd bekomen. Het afdak grenst aan de rechter perceelsgrens maar sluit niet aan bij de achterste perceelsgrens. Volgens de voorschriften van het BPA moeten bijgebouwen of constructies worden voorzien op de perceelsgrens of op een afstand van minstens 4m van de perceelsgrens. In voorliggende aanvraag is dit geen van beide waardoor de aanvraag strijdig is met bovenstaand voorschrift. Als voorwaarde voor vergunning wordt opgelegd om het afdak te verwijderen en de vrijgekomen ruimte groen en onverhard aan te leggen. Door het verwijderen van het afdak (circa 15m2) bedraagt de verharde oppervlakte (exclusief toegangswegen) nog 91m2. Dit is minder dan 10% van de perceelsoppervlakte waardoor wordt voldaan aan het eerder vermelde artikel uit het BPA.

 

Visueel-vormelijke elementen

Aan de rechterzijde van de woning wordt een nieuwe toegangspoort voorzien in antracietkleurige aluminium. De poort heeft een hoogte van 1,80m en bevindt zich in één lijn met de voorgevel. De nieuwe toegangspoort is stedenbouwkundig aanvaardbaar.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Er wordt opgemerkt dat een aantal maten op de plannen niet overeenkomen met de eerder verleende vergunningen. Zo heeft de woning volgens het ingediende plan van de laatst vergunde toestand een breedte van 9,73m (meting op het plan: 9,37m) waar dit volgens de vergunning van 2019 9,48m en volgens de vergunning van 1969 9,50m bedroeg. Hetzelfde geldt voor enkele maten van de zijtuinstrook en de afmetingen van het perceel. Daarnaast staat op het ingediende plan van de laatst vergunde toestand ook foutief vermeld dat de bestaande toegangspoort werd vergund.

 

Deze afwijkende en tegenstrijdige bematingen staan de beoordeling van de nieuwe tuinaanleg op stedenbouwkundig vlak echter niet in de weg. Als voorwaarde voor vergunning wordt wel opgelegd dat de geplande werken zich moeten situeren binnen de perceelsgrenzen.

De wijzigingen aan de afmetingen van de woning kunnen door het niet aanleveren van plannen van de woning niet worden beoordeeld. Eventuele wijzigingen ten opzichte van de laatst vergunde toestand van de woning worden daarom uitgesloten uit de vergunning. 

 

Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de aanvraag aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeerparagraaf is niet van toepassing omdat de in deze aanvraag vervatte werken geen aanleiding geven tot de vermeerdering van het aantal woongelegenheden.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1.      het afdak dat zich achter de garage en tuinberging bevindt, moet worden afgebroken, de vrijgekomen ruimte moet groen en onverhard aangelegd worden;

2.      na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Uitsluitingen

Eventuele wijzigingen aan het bouwvolume van de woning ten opzichte van de laatst vergunde toestand worden uitgesloten uit de vergunning.

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

30 mei 2021

Volledig en ontvankelijk

28 juni 2021

Start openbaar onderzoek

7 juli 2021

Einde openbaar onderzoek

5 augustus 2021

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

11 oktober 2021

Verslag GOA

14 september 2021

naam GOA

Gerd Cryns

 

Onderzoek

De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Startdatum

Einddatum

Schriftelijke bezwaar-schriften

Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften

Petitie-lijsten

Digitale bezwaar-schriften

7 juli 2021

5 augustus 2021

2

0

0

0

 

Bespreking van de bezwaren

Tijdens de periode van het openbaar onderzoek werden 2 bezwaarschriften ingediend, die zich als volgt laten samenvatten:

 

  1. Niet bijgestelde verkavelingsvergunning: Op het rechts aanpalende perceel werd op 25/07/2019 een vergunning verleend door de deputatie voor de bouw van een vrijstaande eengezinswoning. Op 03/12/2020 werd bij arrest van de Raad voor Vergunningsbetwistingen deze vergunning vernietigd. De bezwaarindiener verwijst naar de inhoud van het arrest (RvVb-A-2021-0357) waarin staat beschreven dat de grenzen van loten 26,27 en 28 binnen de verkavelingsvergunning (196537) werden hertekend zonder dat een nieuwe verkavelingsvergunning werd verleend of dat het oorspronkelijke plan werd bijgesteld . Een omgevingsvergunning kan pas worden verleend wanneer het oorspronkelijke verkavelingsplan wordt bijgesteld.
    De voorliggende aanvraag heeft betrekking op lot 26 binnen deze verkaveling. De bezwaarindiener vraagt om de huidige aanvraag niet te vergunnen zodat, alvorens een vergunning te verlenen voor de geplande werken, het oorspronkelijke verkavelingsplan kan worden bijgesteld.

Beoordeling:

Op basis van nieuwe rechtspraak werd door het departement Omgeving recent beslist dat voor het afwijken van kavelgrenzen binnen verkavelingen ouder dan 15 jaar, geen bijstelling van de verkaveling meer nodig is. De kavelindeling is immers een onderdeel van de verkavelingsvoorschriften die conform artikel 4.3.1, §1, eerste lid, 1°, VCRO geen weigeringsgrond meer mogen vormen voor verkavelingen ouder dan 15 jaar. De verkaveling uit voorliggende aanvraag dateert van 1965, een bijstelling voor de afwijkende kavelgrenzen is bijgevolg niet nodig.

Het bezwaar is ongegrond.

 

  1. Aanvraag gebaseerd op foutieve gegevens: De bematingen op de ingediende plannen zijn strijdig met de eerder verleende vergunningen. Hierdoor vermoedt de bezwaarindiener dat de perceelsgrens met het rechts aanpalende perceel foutief wordt ingetekend en dat circa 9m2 van het aanpalende perceel wordt ingenomen door de aanvrager. Hierdoor zou ook de nieuwe toegangspoort die onderdeel uitmaakt van voorliggende aanvraag voor een stuk op het rechts aanpalende perceel komen te staan en zou een stuk gemene muur tussen loten 26 en 27 worden afgebroken zonder voorafgaande instemming van de bezwaarindiener. Het gaat daarbij over het stuk tuinmuur dat zich in de voortuin op de perceelsgrens bevindt.

Beoordeling:

Het klopt dat in voorliggende aanvraag enkele bematingen op de plannen afwijken van de eerder verleende vergunningen. Omwille van die reden worden de eventuele wijzigingen aan de woning ten opzichte van de laatst vergunde toestand uitgesloten uit de vergunning. De tuinmuur waarvan sprake staat niet ingetekend op de plannen en maakt dan ook geen deel uit van voorliggende aanvraag. Bovendien zijn enkele door de bezwaarindiener aangehaalde aspecten van burgerrechtelijke aard. Het omgevingsvergunningsdecreet bepaalt dat een omgevingsvergunning een zakelijk karakter heeft en verleend wordt onder voorbehoud van de vereiste burgerlijke rechten.

Het bezwaar is deels gegrond. 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij:

 

-          de bespreking van de ingediende bezwaren zoals geformuleerd in het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt deze beoordeling tot zijn eigen standpunt;

-          het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

 

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1.      het afdak dat zich achter de garage en tuinberging bevindt, moet worden afgebroken, de vrijgekomen ruimte moet groen en onverhard aangelegd worden;

2.      na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Uitsluitingen

Eventuele wijzigingen aan het bouwvolume van de woning ten opzichte van de laatst vergunde toestand worden uitgesloten uit de vergunning.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.