Op grond van artikel 39 van het Koninklijk Besluit van 7 december 1998 houdende de geïntegreerde politie, wordt in de ééngemeentezones, de begroting van het lokaal politiekorps goedgekeurd door de gemeenteraad, overeenkomstig de door de Koning bij een in Ministerraad overlegd besluit, vastgestelde minimale begrotingsnormen.
De begroting van de politiezone komt ten laste van de gemeente van de zone en van de federale staat.
Het algemeen reglement op de boekhouding van de lokale politie stelt dat de door de bijzondere rekenplichtige ondertekende jaarrekeningen voor verificatie aan het college moeten worden toegezonden.
Het eerste lid van artikel 71 van het Koninklijk Besluit van 5 september 2001 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de lokale politie (ARPC) stelt dat de door de bijzondere rekenplichtige ondertekende jaarrekeningen voor verificatie aan het college worden toegezonden.
Het tweede lid van hetzelfde artikel stelt dat het college voor alle handelingen waarvoor het bevoegd is, dient te bevestigen dat ze correct in de rekeningen zijn opgenomen.
Artikel 16 van het ARPC stelt dat per 31 december een balans moet opgemaakt worden.
Artikel 17 van het ARPC stelt dat per 31 december een resultatenrekening moet opgemaakt worden.
Artikel 34 van de wet tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus stelt dat titel VI van de Nieuwe Gemeentewet van toepassing is op budgettair en financieel beheer van de lokale politie.
Artikel 240, §1 (uit titel VI) van de Nieuwe Gemeentewet stelt dat de gemeenteraad de rekeningen van het voorgaande dienstjaar dient vast te stellen.
De gemeenteraad keurde op 17 december 2019 de politiebegroting 2020 goed (jaarnummer 797).
De gemeenteraad keurde op 18 mei 2020 de begrotingswijzing 1 van de politiebegroting 2020 goed (jaarnummer 296).
De gemeenteraad keurde op 28 september 2020 de begrotingswijzing 2 van de politiebegroting 2020 goed (jaarnummer 501).
De gemeenteraad stelt de begrotingsrekening 2020 van Politiezone Antwerpen vast als volgt:
a) Gewone dienst
Netto-vastgestelde rechten | 308.359.569,27 |
Vastgelegde uitgaven | 297.373.956,29 |
Begrotingsresultaat | 10.985.612,98 |
Over te dragen vastgelegde uitgaven | 13.952.614,33 |
Boekhoudkundig resultaat | 24.938.227,31 |
b) Buitengewone dienst
Netto-vastgestelde rechten | 51.044.262,49 |
Vastgelegde uitgaven | 46.247.302,15 |
Begrotingsresultaat | 4.796.960,34 |
Over te dragen vastgelegde uitgaven | 33.655.354,29 |
Boekhoudkundig resultaat | 38.452.314,63 |
a) Balans per 31 december 2020
Vaste activa | 66.043.401 |
Vlottende activa | 111.038.191 |
Totaal van de activa | 177.081.592 |
Eigen vermogen | 126.977.055 |
Voorzieningen | 29.786.500 |
Schulden | 20.318.037 |
Totaal van de passiva | 177.081.592 |
b) Resultatenrekening over het dienstjaar 2020
Exploitatieresultaat | -38.751.557 |
Uitzonderlijk resultaat | 5.418.765 |
Resultaat van het dienstjaar | -33.332.792 |
De gemeenteraad stelt vast dat het college na verificatie bevestigt dat alle handelingen waarvoor het bevoegd is, correct in de jaarrekening 2020 werden opgenomen.