Terug
Gepubliceerd op 02/11/2021

2021_CBS_08561 - Omgevingsvergunning. Advies hogere overheid. Gunstig advies - OMV_2021125892. Universiteitsplein 1-1A-1C, Edegemsesteenweg 202, Fort VI-straat 210. District Wilrijk - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 29/10/2021 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Annick De Ridder, schepen; Serge Muyters, korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2021_CBS_08561 - Omgevingsvergunning. Advies hogere overheid. Gunstig advies - OMV_2021125892. Universiteitsplein 1-1A-1C, Edegemsesteenweg 202, Fort VI-straat 210. District Wilrijk - Goedkeuring 2021_CBS_08561 - Omgevingsvergunning. Advies hogere overheid. Gunstig advies - OMV_2021125892. Universiteitsplein 1-1A-1C, Edegemsesteenweg 202, Fort VI-straat 210. District Wilrijk - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 24 en 42 van het Omgevingsvergunningsdecreet heeft het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar de bevoegdheid advies uit te brengen voor de vergunningsaanvragen op haar grondgebied waarvoor de deputatie, de Vlaamse regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar de bevoegde overheid is, tenzij:

 

  1. de aanvraag ingediend is door het betrokken college;
  2. de aanvraag louter betrekking heeft op mobiele of verplaatsbare ingedeelde inrichtingen of activiteiten.

 

Het college heeft op 17 november 2017 (jaarnummer 2017_CBS_08858) beslist om de adviesbevoegdheid op te nemen.

Aanleiding en context

Er werd bij de deputatie een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend. De aanvraag wordt behandeld volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

De deputatie verzoekt het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar om:

- een openbaar onderzoek te houden;

- advies uit te brengen.

 

Projectnummer:

OMV_2021125892

Gegevens van de aanvrager:

zie exploitant

Gegevens van de exploitant:

AV Universiteit Antwerpen (0257216482) met als adres Prinsstraat 13 te 2000 Antwerpen

Ligging van het project:

Universiteitsplein 1-1A-1C, Edegemsesteenweg 202, Fort VI-straat 210 te 2610 Wilrijk (Antwerpen) en Wilrijkstraat 10 te 2650 Edegem

Kadastrale percelen:

sectie C nrs. 90T2, 90G2, afdeling 42 sectie C nrs. 38R2, 39A2, 48F, 48G, 48H, 48M, 48N, 54T, 54S, 54P, 54E, 68K4 en 68M3

waarvan:

 

-          20171222-0013

afdeling 42 sectie C nrs. 38R2, 39A2, 48F, 48G, 48H, 54E, 68K4, 68M3, 54P, afdeling  90T2, 90G2, afdeling 42 54S, 48M, 48N en 54T (UAntwerpen, Campus Drie Eiken)

Vergunningsplichten:

Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Voorwerp van de aanvraag:

Campus Drie Eiken - het beperkt wijzigen van een aantal rubrieken, onder andere de stookinstallaties, koelingen, autoclaven en bioveiligheidsactiviteiten

 

Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten

 

Voorgeschiedenis

De basisvergunning voor deze inrichting werd door de deputatie verleend op 9 november 2006 (MLAV1/06-311). Deze vergunning werd meerdere keren gewijzigd (MLAV1/08-358, MLAV1/09-450, MLAV1/11-497, MLAV1/13-439, MLAV1/17-0032, OMV_2019150615 en OMV_2020040773). Deze vergunningen zijn geldig tot 29 november 2026.

 

Inhoud van de aanvraag

De aanvraag omvat de regularisatie van een aantal rubrieken opgenomen in de huidige omgevingsvergunning van de Campus Drie Eiken. Het betreft onder andere de stookinstallaties, koelingen, autoclaven en de bioveiligheidsactiviteiten. Tevens werden een aantal percelen gewijzigd. De vergunning wordt gevraagd voor een bepaalde duur, namelijk tot 29 november 2026. Dit is de vervaldatum van de actuele milieu- en omgevingsvergunningen van de Campus Drie Eiken. In de basisvergunning met referentie MLAV1/06-311 wordt als einddatum 9 november 2026 teruggevonden (en dus niet 29 november 2026). Vanaf de wijziging met referentienummer MLAV1/17-0032 wordt als einddatum 29 november 2026 gelezen.

 

Aangevraagde rubrieken

 

Rubriek

Omschrijving

Gevraagd voor

6.5.1°

brandstofverdeelinstallaties voor motorvoertuigen, namelijk installaties voor het vullen van brandstoftanks van motorvoertuigen met vloeibare koolwaterstoffen, bestemd voor de voeding van de erop geïnstalleerde motor(en) met maximaal twee verdeelslangen;

1 verdeelslang

12.2.1°

transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van 100 kVA tot en met 1.000 kVA;

-1x 630,00 kVA

16.3.2°b)

koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioninginstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van meer dan 200 kW;

-470,00 kW

17.1.2.1.2°

opslagplaatsen voor gevaarlijke gassen in verplaatsbare recipiënten met een gezamenlijk waterinhoudsvermogen van meer dan 1.000 liter tot en met 10.000 liter;

-700,00 liter

17.3.2.1.1.1°b)

opslag van gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen met een vlampunt hoger dan of gelijk aan 55°C met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton als de inrichting niet hoort bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt;

+0,67 ton

39.1.1°

stoomgeneratoren, andere dan lagedruk stoomgeneratoren, met een individuele inhoud van 25 liter tot en met 500 liter;

230,00 liter

43.1.3°

stookinstallaties zonder elektriciteitsproductie met een totaal nominaal thermisch ingangsvermogen van meer dan 5.000 kW;

-1.762,00 kW

51.1.2°

inrichtingen voor activiteiten van maximaal risiconiveau 2 waarbij organismen genetisch worden gemodificeerd, of waar dergelijke genetisch gemodificeerde organismen worden gekweekt, opgeslagen, getransporteerd, vernietigd, verwijderd of anderszins gebruikt;

+1 gebouw

 

Argumentatie

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een gebied voor gemeenschapsuitrusting en openbare nutsvoorziening. Onder gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen dient te worden begrepen voorzieningen die gericht zijn op de bevordering van het algemeen belang en die ten dienste van de gemeenschap worden gesteld. De idee van dienstverlening (verzorgende sector) aan de gemeenschap is derhalve rechtstreeks aanwezig. Artikel 4.4.8.van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening schrijft voor dat in gebieden die op de gewestplannen zijn aangewezen als gebied voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen, handelingen van algemeen belang en de daarmee verbonden activiteiten te allen tijde kunnen worden toegelaten, ongeacht het publiek of privaatrechtelijk statuut van de aanvrager of het al dan niet aanwezig zijn van enig winstoogmerk. Als gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen kunnen eveneens worden beschouwd een school, een voor het publiek toegankelijke toegangsweg tot een vergund gebouwencomplex in een gebied voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen en neveninrichtingen naast een autosnelweg. Alhoewel in een gebied voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen in principe geen gebouwen met een woonfunctie zijn toegelaten, heeft de Raad van State bovendien niettemin geoordeeld dat service-flats voor bejaarden kunnen worden vergund in dergelijk gebied. Ook een nomadenkamp werd door de Raad van State beschouwd als een gemeenschapsvoorziening en openbare nutsvoorziening, (Artikel 17 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een gebied voor dagrecreatie. De gebieden voor dagrecreatie bevatten enkel de recreatieve en toeristische accommodatie, bij uitsluiting van alle verblijfsaccommodatie, (Artikel 16 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een universiteitspark. De gebieden die als universiteitspark zijn aangeduid, zijn bestemd voor de vestiging van onderzoekslaboratoria, instellingen en kleinschalige innoverende bedrijven, waarvan een belangrijke component van de activiteit op wetenschappelijk onderzoek is afgestemd in samenwerking met de universitaire onderzoeksinstellingen. De ermee samenhangende kantoren en diensten zijn eveneens toegelaten. Bij de inrichting van het gebied zal ten zeerste rekening worden gehouden met de natuurlijke en landschappelijke kwaliteiten van het terrein en de onmiddellijke omgeving. Hierbij wordt aandacht besteed aan het parkkarakter, de aard en de omgeving van de bebouwing, het architecturaal karakter, de breedte en de wijze van aanleg van de omringende gebieden, enzovoort. Het gebied wordt gerealiseerd door de Universiteit Antwerpen die hiervoor beroep kan doen op een publiek samenwerkingsverband.

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het bijzonder plan van aanleg BPA Bloemenveld, goedgekeurd bij ministerieel besluit van 7 april 2006. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: open bebouwing.

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Bijzondere plannen van aanleg (BPA's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Het project omvat geen stedenbouwkundige handelingen. De gevraagde verandering past binnen de bestaande stedenbouwkundige vergunningen.

 

Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen en activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu

 

Voor een aantal rubrieken is er een duidelijke vermindering van het totale vermogen (stookinstallaties en koelingen). Zo daalt het totale vermogen van de stookinstallaties (rubriek 43.1.3) met 1.762 kW tot een totaal vermogen van 10.193 kW. Dit is te wijten aan de vervanging van een aantal toestellen door meer duurzame alternatieven. Ook het vermogen van de koelinstallaties (rubriek 16.3.2.b) daalt hierdoor met 470 kW tot een totaal vermogen van 1.080 kW. Er wordt één nieuwe rubriek aangevraagd, namelijk rubriek 6.5.1 voor een verdeelinstallatie met één verdeelslang. Deze zal enkel gebruikt worden voor de bevoorrading van de tractor en een aantal toestellen die ingezet worden bij het groenonderhoud van de campus.

Eén transformator met een vermogen van 630 kVA verdwijnt waardoor er nog zeven transformatoren overblijven (rubriek 12.2.1). De opslag van gevaarlijke gassen in verplaatsbare recipiënten vermindert met 700 liter tot een totaal van 8.160 liter (rubriek 17.1.2.1.2). Naast een aantal bidons in de loods wordt een hoeveelheid diesel nu ook opgeslagen in een bovengrondse dieseltank horende bij de nieuwe brandstofverdeelinstallatie. Hierdoor verhoogt de opslag diesel tot 1.833 kilogram (rubriek 17.3.2.1.1.1.b).

Er werden reeds vier stoomgeneratoren vergund. Bijkomend worden nu zes extra stoomgeneratoren gevraagd (1 x 25, 1 x 28, 1 x 30, 1 x 65, 1 x 85, 1 x 230 liter). Deze blijven wel ingedeeld in klasse 3 rubriek 39.1.1. Voor het ingeperkt gebruik van genetisch gemodificeerde of pathogene organismen voor activiteiten van maximaal risiconiveau 2 (klasse 1 rubriek 51.1.2) wordt een extra gebouw gevraagd. Dit brengt het totaal aantal gebouwen waarin dergelijke activiteiten plaatsvinden op tien.

Enkele percelen waarop vergunde activiteiten plaatsvinden, werden gewijzigd. Perceel C 0048 k werd opgesplitst in C 0048 m en C 0048 n. Perceel C 0054 r werd omgevormd tot perceel C 0054 t.

Voor de Campus Drie Eiken is er momenteel nog een andere aanvraag in behandeling, OMV_2020163783 die ingediend werd op 5 maart 2021. Hierin werd een wijziging gevraagd van rubriek 9.2.1: “vermeerdering met 25 adders en vermindering met vier dwergkaaimannen tot een totaal aantal van 30 dieren.” De 30 adders worden in de rubriekentabel van voorliggende aanvraag al als vergund aangeduid. Het advies van de POVC was immers gunstig onder voorwaarde van het openbaar onderzoek van de gemeente Edegem. Dit diende echter opnieuw te worden uitgevoerd.

Bij de laatste vergunning werd er als eenheid opgegeven dat er 40 bioveiligheidsactiviteiten werden toegelaten door de bevoegde overheid. Het ging hierbij om activiteiten die zowel onder rubriek 51.1 als onder rubriek 51.2 werden ingedeeld. Deze activiteiten werden toegelaten in negen verschillende gebouwen op de campus. Voor al deze activiteiten waarbij met GGO’s (genetisch gemanipuleerde organismen) of pathogenen wordt gewerkt, zijn de nodige bioveiligheidstoelatingen beschikbaar. Nieuwe onderzoeksdomeinen (bijvoorbeeld corona) en –methodes (bijvoorbeeld Crispr-CAS) en samenwerking met andere onderzoeksconsortia zorgen ervoor dat de bioveiligheidstoelatingen regelmatig worden aangepast en geregulariseerd. Ook kunnen binnen eenzelfde vakgroep op eenzelfde plaats meerdere nieuwe onderzoekslijnen worden opgestart. De voorbije jaren is het aantal bioveiligheidsactiviteiten dan ook toegenomen. In totaal zijn er nu 48 activiteiten waarbij er gewerkt wordt met GGO’s of pathogenen.

Al deze activiteiten gaan door in reeds vergunde gebouwen en infrastructuur met uitzondering van één activiteit die plaatsvindt in gebouw C. Hiervoor is een uitbreiding noodzakelijk. Het gaat om een activiteit waarbij enkel wordt gewerkt met GGO’s van risicoklasse 1 en met technieken en installaties resulterend in risiconiveau 1. Er is bijgevolg geen verandering van het vergunde risiconiveau of van de vergunde rubrieken. Adviezen voor deze specifieke activiteit werden door SBB (Dienst Bioveiligheid en Biotechnologie) afgeleverd in de toelating AMV/01082019/SBB219/0509.

Van de gevraagde uitbreiding wordt geen significante hinder verwacht. Betreffende de bioveiligheidsactiviteiten wordt ervan uitgegaan dat Universiteit Antwerpen voldoende expertise heeft om deze activiteiten op een veilige manier uit te voeren. Er wordt opgemerkt dat een aantal nieuwe stookinstallaties nog niet geplaatst werd waardoor ook geen indienststellingsattesten konden aangeleverd worden.

Het is aan de vergunningverlenende overheid om, op basis van alle onafhankelijk uitgebrachte deskundige adviezen, tot een gemotiveerde en integrale beslissing te komen.

 

Advies van het college

Mits voldaan wordt aan de algemene en sectorale vergunningsvoorwaarden, is deze aanvraag in overeenstemming met de VLAREM wetgeving. Vanuit milieutechnisch oogpunt wordt positief advies gegeven de vergunning te verlenen tot 29 november 2026.

Geadviseerde rubrieken

 

Rubriek

Omschrijving

Geadviseerd voor

6.5.1°

brandstofverdeelinstallaties voor motorvoertuigen, namelijk installaties voor het vullen van brandstoftanks van motorvoertuigen met vloeibare koolwaterstoffen, bestemd voor de voeding van de erop geïnstalleerde motor(en) met maximaal twee verdeelslangen;

1 verdeelslang

12.2.1°

transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van 100 kVA tot en met 1.000 kVA;

-1x 630,00 kVA

16.3.2°b)

koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioninginstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van meer dan 200 kW;

-470,00 kW

17.1.2.1.2°

opslagplaatsen voor gevaarlijke gassen in verplaatsbare recipiënten met een gezamenlijk waterinhoudsvermogen van meer dan 1.000 liter tot en met 10.000 liter;

-700,00 liter

17.3.2.1.1.1°b)

opslag van gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen met een vlampunt hoger dan of gelijk aan 55°C met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton als de inrichting niet hoort bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt;

+0,67 ton

39.1.1°

stoomgeneratoren, andere dan lagedruk stoomgeneratoren, met een individuele inhoud van 25 liter tot en met 500 liter;

230,00 liter

43.1.3°

stookinstallaties zonder elektriciteitsproductie met een totaal nominaal thermisch ingangsvermogen van meer dan 5.000 kW;

-1.762,00 kW

51.1.2°

inrichtingen voor activiteiten van maximaal risiconiveau 2 waarbij organismen genetisch worden gemodificeerd, of waar dergelijke genetisch gemodificeerde organismen worden gekweekt, opgeslagen, getransporteerd, vernietigd, verwijderd of anderszins gebruikt;

+1 gebouw

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Ontvangst adviesvraag

9 september 2021

Start openbaar onderzoek

19 september 2021

Einde openbaar onderzoek

18 oktober 2021

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste adviesdatum

29 oktober 2021

 

Onderzoek

De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Startdatum

Einddatum

Schriftelijke bezwaar-schriften

Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften

Petitie-lijsten

Digitale bezwaar-schriften

19 september 2021

18 oktober 2021

0

0

0

0

 

Informatievergadering

Een informatievergadering was niet vereist en werd niet gehouden.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college beslist een gunstig advies, zoals geformuleerd in de argumentatie, te geven op de aanvraag.

Artikel 2

Het college geeft de opdracht aan:

DienstTaak
Stadsontwikkeling/vergunningenhet advies over te maken aan de instantie die dit gevraagd heeft

Artikel 3

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.