Terug
Gepubliceerd op 02/11/2021

2021_CBS_08749 - Klimaat & Leefmilieu - Emissie-inventaris. Resultaten 2019 - Kennisneming

college van burgemeester en schepenen
vr 29/10/2021 - 09:00 Hofstraat
Kennis genomen

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Annick De Ridder, schepen

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2021_CBS_08749 - Klimaat & Leefmilieu - Emissie-inventaris. Resultaten 2019 - Kennisneming 2021_CBS_08749 - Klimaat & Leefmilieu - Emissie-inventaris. Resultaten 2019 - Kennisneming

Motivering

Gekoppelde besluiten

Argumentatie

De emissie-inventaris geeft de evolutie van CO2-emissies weer vergeleken met het referentiejaar 2005. Om de voortgang in het stedelijk energie- en klimaatbeleid in kaart te brengen, werden de cijfers tot nu toe tweejaarlijks en vanaf 2015 jaarlijks geactualiseerd. Het voorliggend rapport is de actualisering van de emissie-inventaris voor het stedelijk grondgebied van de stad Antwerpen voor het jaar 2019. Het bevat ook beperkte updates van de COemissie-inventarissen 2005, 2007, 2010, 2012, 2014, 2015, 2016, 2017 en 2018 omwille van de  verwerking van de gewijzigde datareeks voor de nationale emissiefactor elektriciteit. 

Samenvattende tabel

kiloton CO2-equivalent 2005 2018 2019 Verschil ten opzichte van 2005 Verschil ten opzichte van 2018
residentieel 1.091  693 664  -39,2%  -2,6%
handel en diensten (exclusief stedelijke diensten) 692  579 551  -20,4%  -4,9%
transport (exclusief stedelijke vloot) 810  847 822  1,5%  -3,0%
industrie (niet-ETS) 554  301 259  -53,2%  -15,5%
lokale energieproductie (niet-ETS) 258  235 243  -5,7%  3,2%
stedelijke diensten en vloot 138  87 79  -42,9%  -9,0%
overige 16  47 45  174,3%  -4,3%
totaal 3.560  2.790 2.663  -25,2%  -4,6%


Bespreking per sector

In 2019 bedroegen de totale emissies van het stedelijk grondgebied Antwerpen die onder de rapportering van het Burgemeestersconvenant vallen 2.663  kiloton (kTon). Ten opzichte van 2005 gaat het om een daling met 25,2% (897 kTon CO2e). Ten opzichte van 2018 zien we een daling in de totale emissies van 4,6% (127 kTon CO2e).
Voor de daling ten opzichte van 2005 kunnen verschillende redenen aangehaald worden: een lager verbruik van elektriciteit over alle sectoren heen (-14%); een lagere emissiefactor van de lokale elektriciteitsproductie (-77%) en de nationale elektriciteitsproductie (-42%) en een daling van directe emissies ten gevolge van een lager verbruik (-5%) en een verschuiving naar minder CO2- intensieve brandstoffen.

Residentieel / huishoudens

De sector huishoudens heeft een totaal resultaat dat 39% lager ligt dan in 2005. Dit resultaat is opmerkelijk aangezien de bevolking in Antwerpen sinds 2005 toenam met 12,3%. Een sterke daling in het energieverbruik van 27% is de voornaamste reden van deze reductie. Daarnaast spelen ook de dalende nationale emissiefactor voor elektriciteit (42%), en een forse toename van lokale elektriciteitsproductie (van 4,7% naar 21,9%) een rol. Dit laatste betekent dat de emissies in de verbruikende sectoren zijn afgenomen en de emissies in de sector energieproductie zijn toegenomen. Verklaringen voor de daling in energieverbruik bij de huishoudens zijn onder meer te vinden in de renovatiegraad (onder andere in de sociale woningbouw), verbeterde performantie bij (ver)nieuwbouw en de actieve stedelijke werking op vlak van energie en klimaat. 

Handel en diensten

De sector handel en diensten heeft een totaal resultaat dat 24,6 % lager ligt dan in 2005, ondanks een hoger energieverbruik van 1,1%. Verklaringen hiervoor zijn de daling van de emissiefactor voor elektriciteit, de toename van de lokale elektriciteitsproductie, de shift van stookolie (-51%) naar aardgas (+20%) en de sterke daling bij de stedelijke diensten. Zonder stedelijke diensten ligt het totaal resultaat van emissies van de sector handel en diensten 20% lager dan in 2005. 

Transport

De totale sector is in 2019 met 2% gestegen in CO2-emissies tegenover 2005. Ten aanzien van 2018 is er een daling van 3%. De totale emissies voor wegverkeer, verantwoordelijk voor 91% van de emissies, zijn gestegen met 7% tegenover 2005, maar gedaald met 2% ten aanzien van 2018.

De totale afgelegde kilometers op grondgebied Antwerpen zijn met 8% toegenomen sinds 2012, wat een stijging van 255 miljoen kilometers  betreft. In 2019 vond 60% van de totale afgelegde kilometers plaats op snelwegen. Lichte voertuigen (personenwagens  en  bestelwagens)  zijn  opnieuw   verantwoordelijk  voor  88% van de  totale afgelegde kilometers. Het aantal kilometers  met personenwagens  en  bestelwagens  is  de  laatste 7  jaar  ongeveer dubbel zo snel gestegen (+8,5%) als het bevolkingsaantal in Antwerpen (+3,9%).

De huidige Vlaamse mobiliteitsdata (gemeentelijke en gewestelijke wegen) zijn een beperkende factor in het analyseren van de stedelijke emissies door transport. De data voor voertuigkilometers zijn voor de jaren na 2016 slechts beperkt beschikbaar. VMM, MOW en AWV plannen wel betere alternatieven voor de toekomst. 

Industrie

De emissies van de sector industrie zijn ten opzichte van 2005 met 53% gedaald. Verklaringen hiervoor zijn een daling van het energieverbruik (-22%), de dalende emissiefactor van elektriciteit, de toename van lokale elektriciteitsproductie en een daling in niet-energetische emissies. 

Lokale energieproductie

De emissies van de sector energieproductie zijn gedaald met 5,7% terwijl de lokaal opgewekte energie gestegen is. Samen met zonne-energie, hernieuwbaar biogas, afval en stortgas wordt er van de totale elektriciteitsvraag nu 22% lokaal in Antwerpen geproduceerd. De productie van windenergie (Vleemo) is in 2019 met 2.715% gestegen t.o.v. 2005 en met 19% gestegen t.o.v. 2018.

Landbouw en natuur

Landbouw en natuur hebben in Antwerpen geen significant aandeel in de CO2-emissies en -opname.

Stedelijke diensten en vloot

De stedelijke diensten (inclusief vloot) tekenen een CO2-reductie op van 43%. Zonder de stedelijke vloot is er een emissiereductie van 47%. Dit is te danken aan de afname van brandstofverbruik door grote inspanningen inzake energie-efficiëntie en aan de overschakeling op een contract voor CO2-neutrale stroom. Het energieverbruik daalde met 26% ten opzichte van 2005. Het verbruik ten opzichte van 2018 daalde met 9,2%. 

De  emissies  van  de  stedelijke  vloot  stijgen met 21% in vergelijking met 2005, voornamelijk door een stijging van het energieverbruik (+23%). 81% van de verbruikte energie betreft diesel. De grote verbruiken van de vuilnis- en veegwagens blijven de emissies domineren. 

Overige

Overige bevat de resultaten van de emissies die door de distributienetbeheerders in geen enkele sector ondergebracht kunnen worden. Het gaat hier over emissies ten gevolge van verbruiken van aardgas en elektriciteit. Er is een stijging van 174,3% ten opzichte van 2005. Er zijn geen extra gegevens over de oorsprong van deze emissies. Het is daardoor niet mogelijk deze stijging te verklaren.

Conclusie

Uit de rapportage voor het Burgemeestersconvenant blijkt voor 2019 een totale uitstoot van 2.663 kTon CO2-equivalenten. Dit is een daling van 25,2 % in vergelijking met 2005. De ambitie van de stad Antwerpen voor het totaal van broeikasgassen conform het Burgemeestersconvenant is een reductie met 20% tegen 2020 ten opzichte van de emissies in 2005. Deze doelstelling is bereikt in 2016 en bevestigd in 2017, 2018 en 2019. 

De ambitie van stad Antwerpen voor de stedelijke diensten en stedelijke vloot is een halvering (-50%) van de emissies van de stedelijke diensten. Om die doelstelling over een periode van 15 jaar (2005-2020) te halen zou, in een lineaire vertaling, in 2019 een reductie van -46,7% moeten vastgesteld zijn om op koers te zitten. Dit is nu -43% voor diensten en vloot samen, wat betekent dat de stad momenteel niet helemaal op koers zit om de doelstelling van -50% te behalen.

De ambitie van stad Antwerpen voor het totaal van broeikasgassen conform het Klimaatplan 2030 'Antwerpen voor Klimaat' is een reductie met 50% tot 55% tegen 2030 ten opzichte van de emissies in 2005. In een lineaire vertaling (2005-2030) zouden we dan een reductie van 28% moeten vastgesteld hebben. De bijkomende maatregelen uit het goedgekeurde Klimaatplan 2030 zijn nodig om de beoogde reductiedoelstelling voor 2030 binnen bereik te brengen.

Verder gebruik van de gegevens

De resultaten van de emissie-inventaris zullen ontsloten worden voor de stedelijke diensten en het grote publiek. De cijfergegevens worden overgemaakt aan de Europese Commissie in het kader van het Burgemeestersconvenant.

Aanleiding en context

Op 9 januari 2009 (jaarnummer 102) ondertekende de stad Antwerpen het Europese Burgemeestersconvenant of ‘Covenant of Mayors’. De stad Antwerpen ondertekende op 29 september 2017 (jaarnummer 8578) het daaropvolgende Burgemeestersconvenant voor Klimaat en Energie. De stad Antwerpen ondertekende vervolgens op 5 oktober 2021 (jaarnummer 7562) het Burgemeestersconvenant 2050. Deze convenanten zijn een initiatief van de Europese Commissie. Ze hebben tot doel om steden te verenigen in een permanent netwerk voor de uitwisseling van goede praktijken ter bevordering van energie-efficiëntie, klimaatmitigatie en klimaatadaptatie in de stedelijke omgeving. Van de deelnemende steden wordt verwacht dat zij op lokaal vlak de Europese klimaatdoelstellingen nastreven. In het kader van het Burgemeestersconvenant heeft de stad een stedelijk klimaatplan opgesteld en rapporteert ze periodiek over de evolutie van de broeikasgassen op het grondgebied. 

Het college nam kennis van de resultaten van de emissie-inventarissen op 17 mei 2013 (emissie-inventaris 2010, jaarnummer 4880), 6 juni 2014 (emissie-inventaris 2012, jaarnummer 6029), 16 december 2016 (emissie-inventaris 2014, jaarnummer 11072), 12 januari  2018 (emissie-inventaris 2015, jaarnummer 308), 26 oktober 2018 (emissie-inventaris 2016, jaarnummer 9399), 7 februari 2020 (emissie-inventaris 2017, jaarnummer 1286) en 20 november 2020 (emissie-inventaris 2018, jaarnummer 9646).  

Het college keurde op 18 juni 2021 de gunning goed voor het opmaken van een emissie-inventaris voor de jaren 2019 (uitvoering in 2021) en 2020 (uitvoering in 2022).

Beleidsdoelstellingen

2 - Leefbare en mobiele stad
2LMS02 - Leefmilieu
2LMS0201 - Antwerpen wordt een klimaatneutrale stad

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college neemt kennis van de resultaten van de emissie-inventaris van broeikasgassen voor het jaar 2019.

Artikel 2

Het college geeft volgende opdracht:

Dienst Taak
SW/K&L de rapportering van de cijfergegevens aan de Europese Commissie in het kader van het Burgemeestersconvenant 
SW/K&L de publicatie van het rapport via de stedelijke kanalen

 

Artikel 3

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.

Bijlagen

  • Emissie-inventaris 2019.pdf