Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2021129510 |
Gegevens van de aanvrager: | mevrouw Lisa Van Passel met als adres Bredestraat 11-13 te 2000 Antwerpen en de heer Thomas Struyf met als adres Lange Elzenstraat 55 te 2018 Antwerpen |
Ligging van het project: | Lange Elzenstraat 55 te 2018 Antwerpen |
Kadastrale percelen: | afdeling 10 sectie K nrs. 0 en 1750G7 |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | verbouwen van een eengezinswoning |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 10/02/1967: vergunning (18#82854) voor de voorgevel;
- 08/08/1872: toelating (1872#754) voor Twee huizen en stal.
Geacht vergunde toestand
- eengezinswoning;
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
- indeling:
Huidige toestand
- overeenkomstig de vergund geachte toestand, afgezien van:
Gewenste toestand
- functie en bouwvolume overeenkomstig vergund geachte toestand, afgezien van:
- gevelafwerking:
Inhoud van de aanvraag
- uitbreiden van het volume op het gelijkvloers;
- slopen van een deel van de achterbouw en wijzigen van de achtergevel;
- wijzigen van de voorgevel:
- uitvoeren van interne constructieve werken;
- aanleggen van nieuwe verharding in de tuin.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Vergunningen Stedenbouw/ vergund geacht | 15 september 2021 | 23 september 2021 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de binnenstad van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Leien en de Kleine Ring.
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:
- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;
- de eigen aard van het betrokken gebied;
- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:
het volume van de septische put is niet gespecificeerd.
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
Voorliggende aanvraag betreft het verbouwen van een eengezinswoning. De bestaande woonfunctie blijft behouden en is in overeenstemming met de kenmerkende functies in de Lange Elzenstraat.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
Volgens het advies van de dienst Geacht Vergund kan het rechter gedeelte van de gelijkvloerse achteruitbouw (vanaf de bouwdiepte van 8,6 m tot en met 16,6 m) niet als vergund geacht beschouwd worden en moet dit volume bijgevolg als een nieuwe toevoeging beoordeeld worden. Op zich is een uitbreiding tot op de voorgestelde diepte ruimtelijk aanvaardbaar. Echter, doordat deze ruimte één aaneengesloten geheel vormt met de bestaande achterbouw wordt ook in dit nieuwe volume de interne vrije hoogte beperkt tot 2,45 m, overeenkomstig de bestaande linker uitbouw. Dit is te laag om te voldoen aan de huidige woonkwaliteitseisen (bouwcode, art. 21).
De gelijkvloerse uitbouw, ingericht als verblijfsruimte, kan enkel in aanmerking komen van vergunning indien het dak verhoogd wordt zodat er binnenin een vrije hoogte van minstens 2,60 m wordt bekomen. Gezien het onlosmakelijk verband (volume en inrichting) van de rechter uitbouw met de linker uitbouw in functie van een kwalitatieve en duurzame oplossing, wordt geadviseerd om deze volumeuitbreiding uit te sluiten van vergunning.
De nieuwe terrasverharding in de achtertuin voldoet aan artikel 27 van de bouwcode.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Zowel de leefkeuken op het gelijkvloers als de bureauruimte op de 1ste verdieping is onvoldoende hoog(bouwcode, art. 21). Met een vrije hoogte van 2,45 m op het gelijkvloers en 2,50 m op verdieping is de linker achteruitbouw niet geschikt voor het inrichten van verblijfsruimtes.
Omwille van deze onverenigbaarheid met de stedenbouwkundige verordening en een goede ruimtelijke ordening kunnen de wijzigingen aan de achterbouw niet gunstig beoordeeld worden. Deze worden dan ook uitgesloten van vergunning
De aanvraag wijkt af van artikel 34 van de bouwcode. Er kan niet worden gecontroleerd of ter hoogte van alle scheimuren een dakopstand van minstens 30 cm is gegarandeerd ten opzichte van het hoogst aangrenzende dakvlak. Om dit te kunnen beoordelen dient het gabarit van beide buren ingetekend te worden op het terreinprofiel, dient een dwarse snede over de uitbouw aangeleverd te worden en/of dienen de dakpakketten en plafond- en vloerniveaus op de geveltekeningen aangeduid te worden.
De aanvraag wijkt af artikel 41 van de bouwcode; de afvoerleidingen RWA en DWA liggen niet minimum 0,20 m en maximum 0,50 m uit elkaar. Ook is de aansluiting van de verticale RWA-leiding niet inpandig voorzien. Daarnaast zijn er geen toezichtsputten voorzien op eigen perceel en zo dicht mogelijk bij de voorste perceelgrens. Gezien deze zaken in de kelder voorzien kunnen worden, is men verplicht zich in regel te stellen.
De aanvraag wijkt af van artikel 43 van de bouwcode; het volume van de septische put is niet gespecificeerd. De septische put dient een inhoud te hebben van minstens 2000 liter.
Indien een nieuwe aanvraag wordt ingediend voor de achterbouw, die voorzien is van voldoende plafondhoogte, dient deze zich ook in regel te stellen met artikel 34, 41 en 43 van de bouwcode.
Tot slot wordt opgemerkt dat de slaapkamers onder het dak krijgen onvoldoende licht omdat de dakvlakramen voor het grootste deel boven de 2 m hoogte boven de vloerpas liggen (bouwcode, art. 24). Bijgevolg is de dakverdieping niet geschikt voor het inrichten van verblijfsruimtes. Daarom wordt in voorwaarde opgelegd dat de zolderruimten enkel ingericht kunnen worden als verblijfsruimten indien dakvlakramen voorzien worden, conform artikel 24 van de bouwcode.
Visueel-vormelijke elementen
De voor- en achtergevel worden gewijzigd in het kader van het verbeteren van de lichtinval en de relatie met de achtertuin, als ook het plaatselijk energetisch verduurzamen van de buitenschil.
In de voorgevel worden de gelijkvloerse raam- en deuropening verhoogd, met behoud van de gevelafwerking in wit geschilderde gevelsteen met gevelplint en dorpels in blauwe hardsteen. In het dak worden nieuwe dakvlakramen aangebracht. Het buitenschrijnwerk wordt in de voorgevel vervangen door natuurkleurig hout en in de gelijkvloerse achtergevel in wit aluminium. De achtergevel wordt op het gelijkvloers geïsoleerd aan de buitenzijde en afgewerkt in witte crepi.
De lichte kleurstelling van de gevels is gunstig te adviseren omwille van de stedelijke opwarming, de beeldkwaliteit en de inpassing in het straatbeeld. De materialen van de nieuwe gevels zijn in overeenstemming met de stedelijke context van het perceel.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021;
2. de zolderruimten enkel in te richten en te gebruiken als verblijfsruimten indien de dakvlakramen voldoen aan artikel 24 van de bouwcode;
Uitsluitingen
3. alle handelingen, werken en wijzigingen aan de achterbouw.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 18 augustus 2021 |
Volledig en ontvankelijk | 15 september 2021 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 14 november 2021 |
Verslag GOA | 28 oktober 2021 |
naam GOA | Katrijn Apostel |
De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Schriftelijke bezwaarschriften | Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften | Petitielijsten | Digitale bezwaarschriften |
0 | 0 | 0 | 0 |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021;
2. de zolderruimten enkel in te richten en te gebruiken als verblijfsruimten indien de dakvlakramen voldoen aan artikel 24 van de bouwcode;
Uitsluitingen
3. alle handelingen, werken en wijzigingen aan de achterbouw.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.