2021_CBS_09452 - Omgevingsvergunning - OMV_2021035340. Pervijzestraat 37. District Berchem - Weigering

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

Relevante voorgeschiedenis

-     05/02/2021: weigering (20203350) voor de exploitatie van een funerarium;

-     16/02/2018: ongegrond, niet rechtsgeldige melding (2018196) voor rouwkamers;

-     12/02/1998: vergunning (961#10583) voor het inrichten van een rouwcentrum in een bestaand winkelpand.

Vergunde/vergund geachte toestand

-     functie: rouwcentrum met bovenliggende woning;

-     bouwvolume: hoekpand in besloten bebouwing van 2 bouwlagen onder plat dak;

-     gevelafwerking: gelijkvloers in blauwe hardsteen, bovenliggend donkerbruine gevelsteen.

Huidige toestand

-     gevelafwerking: 

• gelijkvloers: 
  • bijkomende toegangsdeur noordoost gevel;
  • wijziging kleur buitenschrijnwerk;
• verdieping: 
  • isoleren en bepleisteren van de gevels (met een totale bijkomende dikte van 5 centimeter); 
  • gewijzigde materialisatie en kleur buitenschrijnwerk;

-     gewijzigde inrichting:

• nieuwe toegang voor kisten (langs de kant van de Langemarkstraat);
• verharde oprit tot de toegang voor kisten;
• overige delen van de voortuin werden verhard met steenslag.

Gewenste toestand

-     gevels: conform bestaande toestand;

-     inrichting:

• toegang voor kisten en oprit: conform bestaande toestand;
• overige delen van de voortuin worden opnieuw groen en onverhard aangelegd.

Inhoud van de aanvraag

-     het wijzigen van de gevelafwerking: 

• bijkomende deuropening langs de Langemarkstraat;
• wijziging buitenschrijnwerk en gevelbekleding;

-     voorzien van een toegangspad in de voortuin.

Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Voorgeschiedenis

De inrichting beschikte over een vergunning in 1998 verleend door het college aan de bvba Dexco met als vervaldatum 29 januari 2018 (referentie: AN97/594). In 2017 werd een vergunningsaanvraag ingediend die evenwel onvolledig werd verklaard (referentie: MV2017/749). In 2018 werd een vergunningsaanvraag ingediend die niet rechtsgeldig werd verklaard (referentie: OMV_2018007805) en later dat jaar volgde een aanvraag die onontvankelijk werd verklaard (referentie: OMV_2017007076). Op 5 februari 2021 werd een nieuwe vergunningsaanvraag door het college geweigerd (referentie: OMV_2020108265).

Inhoud van de aanvraag

De aanvraag omvat de exploitatie en verandering van een uitvaartcentrum.

Aangevraagde rubrieken

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

Adviezen

Externe adviezen

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-     Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-     Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening toegankelijkheid op volgend(e) punt(en):

• artikel 22 Toegangen en deuropeningen:
  §1 de extra toegangsdeur (‘toegang kisten’) heeft een vrije doorgangshoogte van minder dan 2,09 meter;
  §2 de doorgangsbreedte van deze extra toegangsdeur is te beperkt, alsook de vernieuwde toegangsdeur op de hoek wanneer slechts een vleugel van deze dubbele deur wordt geopend.

Algemene bouwverordeningen

-     Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-     Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag is niet in overeenstemming met volgende bepaling van de bouwcode:

• Artikel 6 Harmonie en draagkracht: Het talrijkst in de omgeving zijn de panden afgewerkt in baksteen. Het bepleisteren van de voorgevel is bijgevolg niet kenmerkend;

• Artikel 27 Open ruimte: Het toegangspad in de voortuin heeft een breedte van 2 meter. Indien dit een stallingsmogelijkheid voor een wagen betreft voldoet deze verharde zone (circa 2 m x 4,90 m) niet aan de minimumdimensies van artikel 30.
   

Sectorale regelgeving

-     MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-     Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-     Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

-     Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.

Omgevingstoets

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

Visueel-vormelijke elementen

Bijkomende toegangsdeur

Langs de zijde van de Langemarkstraat wordt een bijkomende toegang voorzien met een dubbele deur. De hoogte van de deuropening is gelijk aan de hoogte van de aanpalende ramen. De breedte van de dubbele deur ligt in lijn met het bovenliggende raam van de eerste verdieping. Dit is in overeenstemming met de overige delen van de voorgevel. Tegen het toevoegen van een tweede inkomdeur voor het rouwcentrum is geen bezwaar. 

Voorgevelisolatie

De bouwheer wenst de voorgevel te isoleren en te bepleisteren. Door het energiezuinig renoveren van woningen wordt er bijgedragen aan de klimaatambities, wat wordt gestimuleerd. Het na-isoleren van de gevels is vanuit stedenbouwkundig oogpunt aanvaardbaar op voorwaarde dat de afwerking op de isolatie wordt voorzien in een afwerking welke kenmerkend is.

Dit is niet het geval in voorliggende aanvraag door het voorzien van pleisterwerk.

De stad Antwerpen hanteert een afwegingskader op aanvragen voor een vergunning voor buitengevelisolatie. Bij een gunstig advies tot plaatsing van buitengevelisolatie is men verplicht om de werken over de volledige dikte van 14 cm uit te voeren. Op die manier wordt er maximale energiebesparing gerealiseerd binnen de bepalingen van het rooilijnendecreet. 

Dit is niet het geval in voorliggende aanvraag door de voorzien dikte van slechts 5cm.

De arrière corps is een veel voorkomend detail bij aaneengesloten bebouwing. Ter hoogte van de perceelsgrens springt het gevelvlak terug, en dit over de volledige gevelhoogte. Dit levert een verticale ritmering op die percelering in het straatbeeld nuanceert. Het is wenselijk om dit detail eigen aan de stedelijke context te behouden.

Dit is niet het geval in voorliggende aanvraag door de isolatie over de helft van de arrière corps.

Het toepassen van buitengevelisolatie leidt tot een vervlakking van het straatbeeld door een verlies aan detaillering. Om een verarming van het materiaal tegen te gaan, wordt er bij een gunstig advies opgelegd dat bestaande elementen in natuursteen (raamdorpel, plint, …) behouden blijven of worden vervangen door nieuwe elementen in natuursteen.

Dit is niet het geval in voorliggende aanvraag door het supprimeren van de raamdorpels.

Gewijzigde inkom

De gevelopening van de dubbele toegang langs de kant van de Pervijzestraat werd breder uitgevoerd. Dit wordt uitgelijnd op de ramen van de bovenliggende verdieping. Deze deur werd recent van nieuw schrijnwerk voorzien, waardoor de trap van een gevelraam voorzien wordt. Hiertegen is vanuit stedenbouwkundig oogpunt geen bezwaar.

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De aanvrager vermeldt dat de interne inrichting geen onderdeel uitmaakt van de aanvraag. Echter dient er bij het beoordelen van nieuwe gevelopeningen ook rekening gehouden te worden met de ruimte die zich achter de gevel bevindt. 

Op het grondplan wordt de ruimte achter de nieuwe toegang langs de Langemarkstraat beschreven als toegang kisten. Dit zou betekenen dat het toegangspad een verharde zone betreft als stallingsmogelijkheid voor een lijkwagen. Dit is gelet op de afmetingen van deze zone onaanvaardbaar.

Openbaar onderzoek – procedure – administratieve lus

Het eerste openbaar onderzoek liep van 12 juli 2021 tot 10 augustus 2021. De aanplakking van het openbaar onderzoek is echter niet gebeurd. Bijgevolg werd een administratieve lus toegepast en een tweede openbaar onderzoek georganiseerd van 2 september 2021 tot 1 oktober 2021. Ook bij het tweede openbaar onderzoek is de aanplakking niet gebeurd. Dit heeft een weigering tot gevolg.

De afwijkingen inzake de verordenende voorschriften vormen reeds voldoende reden om de aanvraag te weigeren.

Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu

De aanvraag slaat op de regularisatie van de exploitatie van een bestaand uitvaartcentrum gelegen aan de Pervijzestraat in Berchem waarvan de vergunning reeds in januari 2018 is vervallen.

De inrichting is bescheiden van omvang (de vestiaire, het sanitair, de winkelruimte, de ontvangstruimten, de kantoorruimte, de koelcellen en de verzorgingsruimte omvatten circa 160 m²). Wekelijks worden er 2 à 3 lijken bewaard. Maandelijks vinden er 3 tot 5 plechtigheden plaats die door maximaal 40 personen kunnen worden bijgewoond.

Sinds het verval van de vergunning werden in de inrichting een aantal wijzigingen doorgevoerd. Zo werd in de gevel van het gebouw aan de zijde van het pleintje een nieuwe toegang gecreëerd, zij het zonder vergunning. Deze ingreep vormt onder meer het onderwerp van het stedenbouwkundig luik van de voorliggende vergunningsaanvraag. De extra toegang wordt gebruikt om de lichamen van de overledenen in de inrichting binnen te brengen. Hoewel in de aanvraag wordt gesteld dat de inrichting beschikt over een plaats bestemd voor het in- en uitladen van de lijken vinden deze handelingen klaarblijkelijk ten dele plaats op de openbare weg. Uiteraard kan de openbare weg niet worden beschouwd als een deel van de inrichting. Bovendien stelt artikel 5.35.1.2.§2 van de sectorale voorwaarden uitdrukkelijk dat de schikking van de plaats voor het in- en uitladen van de lijken aan het zicht van derden is onttrokken. Dit is hier manifest niet het geval, bijgevolg is de exploitant niet in staat met de huidige configuratie van de inrichting te voldoen aan de sectorale vergunningsvoorwaarden.

Advies aan het college

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te weigeren, omwille van onverenigbaarheden met stedenbouwkundige voorschriften en een goede ruimtelijke ordening.

Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Vanuit milieutechnisch oogpunt wordt voorgesteld de gevraagde vergunning te weigeren vermits niet wordt voldaan aan de sectorale vergunningsvoorwaarden verbonden aan inrichtingen die vallen onder rubriek 35 van de Vlarem-indelingslijst.

Geadviseerde rubrieken

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Administratieve lus

Op de aanvraag werd een administratieve lus toegepast, omwille van de volgende reden(en):

De aanvrager heeft geen melding van aanplakking van het openbaar onderzoek gedaan.

De affiches van het openbaar onderzoek werden niet opgehaald.

Het openbaar onderzoek dient opnieuw georganiseerd te worden.

De stappen in de procedure die verkeerd gelopen zijn werden opnieuw uitgevoerd om te voorkomen dat de eindbeslissing over de aanvraag vernietigd wordt omwille van de vastgestelde procedurefout(en).

De aanvraag werd onderworpen aan 2 openbare onderzoeken.

Het laatste openbaar onderzoek werd ook niet correct uitgevoerd. De bekendmaking werd tijdig per beveiligde zending bezorgd aan de aanvrager. Artikel 20 van het Omgevingsvergunningenbesluit bepaalt dat de bekendmaking ten laatste de dag voor de begindatum van het openbaar onderzoek moet worden uitgehangen. Er werd vastgesteld dat de bekendmaking niet conform de wettelijke bepalingen was aangebracht. Bijgevolg zijn de voorgeschreven formaliteiten van het Omgevingsvergunningenbesluit niet vervuld.

Het openbaar onderzoek is bedoeld om de derde-belanghebbenden de gelegenheid te geven hun bezwaren en opmerkingen te doen gelden en om de bevoegde overheid de nodige gegevens te bezorgen zodat zij met kennis van zaken kan beslissen.

De regels met betrekking tot de bekendmaking zijn substantieel. Een schending ervan zou de goedkeuring van de aanvraag automatisch onwettig maken. De vaststelling dat de procedure geschonden is door de aanvrager heeft procedureel tot gevolg dat de aanvraag dient geweigerd te worden.

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten