Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2021125432 |
Gegevens van de aanvrager: | zie exploitant |
Gegevens van de exploitant: | BVBA ATMAP (0468307090) met als adres Ankerrui 9 te 2000 Antwerpen |
Ligging van het project: | Ankerrui 9 te 2000 Antwerpen |
Kadastrale percelen: | afdeling 2 sectie B nr. 262V |
waarvan: |
|
- 20210630-0040 | afdeling 2 sectie B nr. 262V (Urban City (Atmap BV)) |
Vergunningsplichten: | Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten |
Voorwerp van de aanvraag: | de exploitatie van een kantoorgebouw |
Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Voorgeschiedenis
Op 26 juni 2015 nam het college akte van een melding ingediend door ATMAP voor exploitatie van een polyvalente zaal (MV2015/136). Op 4 juli 2021 diende ATMAP BVBA een omgevingsvergunningsaanvraag in voor exploitatie van een gebouw met flexibele kantoren, vergaderzalen en workshopruimtes (OMV_2021112473). Deze aanvraag werd op 27 juli 2021 onvolledig verklaard.
Inhoud van de aanvraag
De aanvraag omvat de exploitatie van een kantoorgebouw. De vergunning wordt gevraagd voor onbepaalde duur.
Aangevraagde rubrieken
Rubriek | Omschrijving | Gevraagd voor |
3.2.2°a) | het lozen van meer dan 600 m³/jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan; | 1.000 m³/jaar |
16.3.2°b) | koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioninginstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van meer dan 200 kW; | 245 kW |
17.3.2.1.1.2° | opslagplaatsen voor ontvlambare vloeistoffen (gevarenpictogram GHS02) van gevarencategorie 3 (gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen) met een vlampunt lager dan of gelijk aan 55°C en gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 20 ton tot en met 500 ton; | 24,99 ton |
43.1.2°b) | stookinstallaties met een totaal nominaal thermisch ingangsvermogen van meer dan 500 kW tot en met 5.000 kW in de gevallen andere dan vermeld sub 1°, c). | 750 kW |
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Brandweerzone Antwerpen-Zwijndrecht - Hulpverleningszone 1 (Antwerpen)/ Brandweer Zone Antwerpen BZA | 10 september 2021 | 22 oktober 2021 | Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Ondernemen en Stadsmarketing/ Business en Innovatie | 10 september 2021 | 23 september 2021 |
Stadsontwikkeling/ Mobiliteit | 10 september 2021 | 13 september 2021 |
Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Vergunningen Stedenbouw | 10 september 2021 | 14 september 2021 |
Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Archeologie | 10 september 2021 | 24 september 2021 |
Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Monumentenzorg | 10 september 2021 | 12 oktober 2021 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Eilandje, goedgekeurd op 1 september 2011. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: zone voor wonen-art. 1-bestaand weefsel en zone voor publiek domein-art. 7.
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Op basis van het dossier is het project verenigbaar met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening.
Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu
Op de locatie Ankerrui 7-9 te Antwerpen verhuurt exploitant Urban City flexibele kantoren, vergaderzalen en workshopruimtes, eventueel met office en food service. Urban City telt vier verdiepingen met in totaal 1.250 m² aan werkplek opgedeeld in dertig werkruimtes gaande van 11 m² tot meer dan 150 m². Er zijn ook verschillende ruimtes voor vergaderingen.
Volgende ingedeelde inrichtingen of activiteiten (IIOA’s) worden gevraagd:
De bovengrondse stookolietank staat in de kelder in een inkuiping met een epoxy coating en een wand die koolwaterstofdicht is. In de inkuiping kan de volledige inhoud van de tank opgevangen worden. Een geldig conformiteitsattest werd bij de aanvraag gevoegd. Ook de verplichte emissiemetingen van de stookinstallatie zijn in het dossier aanwezig. De gemeten parameters voldoen aan de vooropgestelde emissiegrenswaarden. Wel dient opgemerkt te worden dat het meetprogramma uitgevoerd werd op basis van artikel 5.43.2.11 van Vlarem II (voeding op gasvormige brandstof) in plaats van op basis van artikel 5.43.2.5 (voeding op vloeibare brandstof). Hierdoor werden niet alle verplichte parameters voor deze installatie gemeten. Meer bepaald gaat het dan over de parameters stof, nikkel en vanadium. Zeker voor de parameter stof zijn de huidige normen veel strenger dan de vroegere normen. De exploitant wordt dan ook gevraagd een bijkomende emissiemeting uit te voeren.
De airconditioningsinstallatie werkt met het koelmiddel R410A. Wegens de hoge GWP-waarde (2088) is dit koelmiddel aan uitfasering onderhevig en is er een productiebeperking van kracht. De exploitant wordt aangeraden om bij deze nieuwe inrichting het gebruik van een ander koelmiddel te overwegen.
In 2015 werd, door middel van de aktename met referentie AN2015/136, de exploitatie van de polyvalente zalen vergund. Volgens de exploitant zijn deze polyvalente zalen nooit in gebruik geweest. In ieder geval wordt deze ingedeelde activiteit in voorliggend dossier niet meer aangevraagd. De exploitant dient de melding met referentie AN2015/136 zelf stop te zetten in het omgevingsloket.
Voorliggend project is niet MER-plichtig. Het aanvraagdossier werd tijdens het ontvankelijk- en volledigheidsonderzoek getoetst aan de criteria (bijlage II van het Decreet Algemene Bepalingen Milieubeleid) doordat de aanvraag betrekking heeft op een activiteit die voorkomt op de lijst van bijlage III (besluit van de Vlaamse Regering van 1 maart 2013 inzake de nadere regels van de project-m.e.r.-screening).
De vergunningverlenende overheid is verplicht om een advies in te winnen bij het Agentschap Onroerend Erfgoed als de vergunningsaanvraag betrekking heeft op ingedeelde inrichtingen of activiteiten in of aan: een beschermde archeologische site, een beschermd monument, een beschermd cultuurhistorisch landschap of een beschermd stads- of dorpsgezicht (decreet van 12 juli 2013 betreffende het onroerend erfgoed artikel 6.4.4§3). Dat is hier niet het geval.
Een bijkomend wateradvies is niet vereist en de vergunningsaanvraag voldoet aan de doelstellingen van artikel 5 van het decreet integraal waterbeleid. Dit blijkt uit de toepassing van de beoordelingsschema’s van de watertoets.
Advies aan het college
Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Mits voldaan wordt aan de algemene, sectorale en bijzondere vergunningsvoorwaarden, is deze aanvraag in overeenstemming met de VLAREM wetgeving. Vanuit milieutechnisch oogpunt wordt voorwaardelijk positief advies gegeven de vergunning te verlenen.
Geadviseerde rubrieken
Rubriek | Omschrijving | Geadviseerd voor |
3.2.2°a) | het lozen van meer dan 600 m³/jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan; | 1.000 m³/jaar |
16.3.2°b) | koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioninginstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van meer dan 200 kW; | 245 kW |
17.3.2.1.1.2° | opslagplaatsen voor ontvlambare vloeistoffen (gevarenpictogram GHS02) van gevarencategorie 3 (gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen) met een vlampunt lager dan of gelijk aan 55°C en gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 20 ton tot en met 500 ton; | 24,99 ton |
43.1.2°b) | stookinstallaties met een totaal nominaal thermisch ingangsvermogen van meer dan 500 kW tot en met 5.000 kW in de gevallen andere dan vermeld sub 1°, c). | 750 kW |
Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarden
1. | De exploitant zet de melding met referentie AN2015/136 stop in het omgevingsloket. |
2. | Uiterlijk zes maanden na vergunningverlening bezorgt de exploitant aan de dienst Omgeving van de stad Antwerpen (omgevingsvergunning@antwerpen.be) een bijkomende emissiemeting van de stookinstallaties waarbij de parameters stof, nikkel en vanadium gemeten en afgetoetst worden aan de emissiegrenswaarden zoals vermeld in artikel 5.43.2.5 van Vlarem II. |
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 24 augustus 2021 |
Volledig en ontvankelijk | 10 september 2021 |
Start openbaar onderzoek | 17 september 2021 |
Einde openbaar onderzoek | 16 oktober 2021 |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 24 december 2021 |
Verslag GOA | 9 december 2021 |
naam GOA | Bieke Geypens |
De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum | Einddatum | Schriftelijke bezwaar-schriften | Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften | Petitie-lijsten | Digitale bezwaar-schriften |
17 september 2021 | 16 oktober 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Bijzondere milieuvoorwaarden
1. | De exploitant zet de melding met referentie AN2015/136 stop in het omgevingsloket. |
2. | Uiterlijk zes maanden na vergunningverlening bezorgt de exploitant aan de dienst Omgeving van de stad Antwerpen (omgevingsvergunning@antwerpen.be) een bijkomende emissiemeting van de stookinstallaties waarbij de parameters stof, nikkel en vanadium gemeten en afgetoetst worden aan de emissiegrenswaarden zoals vermeld in artikel 5.43.2.5 van Vlarem II. |
Brandweervoorwaarden
De brandweervoorwaarden met referentie BW/DVA/2021/G.04935.A1.0001 zijn van toepassing.
De vergunning omvat thans volgende rubriek(en):
Rubriek | Omschrijving | Gecoördineerd |
3.2.2°a) | het lozen van meer dan 600 m³/jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan; | 1.000 m³/jaar |
16.3.2°b) | koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioninginstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van meer dan 200 kW; | 245 kW |
17.3.2.1.1.2° | opslagplaatsen voor ontvlambare vloeistoffen (gevarenpictogram GHS02) van gevarencategorie 3 (gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen) met een vlampunt lager dan of gelijk aan 55°C en gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 20 ton tot en met 500 ton; | 24,99 ton |
43.1.2°b) | stookinstallaties met een totaal nominaal thermisch ingangsvermogen van meer dan 500 kW tot en met 5.000 kW in de gevallen andere dan vermeld sub 1°, c). | 750 kW |
Het college beslist dat de omgevingsvergunning geldig is voor onbepaalde duur.