Terug
Gepubliceerd op 27/12/2021

2021_CBS_10288 - Omgevingsvergunning - OMV_2021157022. Gaston Burssenslaan 3. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 24/12/2021 - 09:00 digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Serge Muyters, korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2021_CBS_10288 - Omgevingsvergunning - OMV_2021157022. Gaston Burssenslaan 3. District Antwerpen - Goedkeuring 2021_CBS_10288 - Omgevingsvergunning - OMV_2021157022. Gaston Burssenslaan 3. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2021157022

Gegevens van de aanvrager:

de heer Alexander Van den Broeck met als adres Roemer Visscherstraat 31 te 2050 Antwerpen en Van den Broeck, Alexander met als adres Gaston Burssenslaan 3 bus 3 te 2050 Antwerpen

Ligging van het project:

Gaston Burssenslaan 3 2050 Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 13 sectie N nrs. 0 en 915N15

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

regulariseren van gelijkvloerse winkel en voorgevel

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          26/04/1963: vergunning (18#81755) voor het bouwen van een flatgebouw.

Vergunde/vergund geachte toestand

-          meergezinswoning met ondergrondse garage:

  • gelijkvloers van Gaston Burssenslaan 3 (rechter zijde van gebouw) bevat:

-          wooneenheid met winkel;

-          inkomhal naar de bovenliggende appartementen;

-          inrit naar de ondergrondse garages;

-          bouwvolume:

  • hoekpand van 3 bouwlagen onder plat dak;

-          gelijkvloerse voorgevelafwerking:

  • inrit en inkomhal in midden van het pand. Ingang naar winkel met wooneenheid aan rechter zijde;
  • ivoorkleurige gevelsteen en witte kunststeen met plint in arduin;
  • schrijnwerk in witte kleur.

Huidige/gewenste toestand

-          de aanvraag heeft enkel betrekking op de gelijkvloerse verdieping van Gaston Burssenslaan 3;

-          gelijkvloers van Gaston Burssenslaan 3 bestaat uit:

  • winkel in midden van het pand;
  • inrit en inkomhal aan rechter zijde.

Inhoud van de aanvraag

-          wijzigen van functie van wonen naar detailhandel;

-          wijzigen van voorgevel;

-          wijzigen van planindeling rechter deel van het gelijkvloers;

-          de bovenliggende verdiepingen en het linkse deel van het gelijkvloers maken geen deel uit van de aanvraag.

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Brandweerzone Antwerpen-Zwijndrecht - Hulpverleningszone 1 (Antwerpen)/ Brandweer Zone Antwerpen

8 november 2021

30 november 2021

Voorwaardelijk gunstig

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Ondernemen en Stadsmarketing/ Business en Innovatie

4 november 2021

16 november 2021

Stadsontwikkeling/ Mobiliteit

4 november 2021

9 november 2021

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de verordening toegankelijkheid.

 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • artikel 21 Minimale hoogte van ruimten:

verblijfsruimtes dienen een minimale vrije hoogte te hebben van 2,60 m. De vrije hoogte in de winkel is slechts 2,45 m;

  • artikel 26 Afvalverzameling:
    functies anders dan wonen, dienen een afgescheiden ruimte voor afvalberging te hebben die voorzien wordt van verluchting en minimaal 4 m² groot is. Deze staat niet op de plannen.

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-          Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag is functioneel inpasbaar met de omgeving. Het bestaande meergezinsgebouw met handel op het gelijkvloers is verenigbaar met het woongebied van Linkeroever.

 

De winkelwoning uit de laatst vergunde toestand aan de rechterzijde van het gebouw wordt in de huidige situatie volledig ingenomen door detailhandel. Er ontstaat een ruimere handelsruimte die beter afgestemd is op de huidige eisen inzake detailhandel. De stedelijke dienst voor ondernemen en stadsmarketing geeft gunstig advies voor deze regularisatie: “Het pand is gelegen in de zone kernwinkelgebied Linkeroever. De Beleidsnota Detailhandel 2020 stelt dat in deze zones gestreefd wordt naar behoud van de functie handel en het tegengaan van leegstand.”

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De aanvraag omvat het regulariseren van de planindeling van de gelijkvloerse verdieping van een meergezinsgebouw. Het gelijkvloers plan uit 1963 (laatst vergunde toestand) toont 3 appartementen waarvan 2 met winkelruimte, 2 inkomhallen naar de bovenliggende appartementen en een inrit naar de ondergrondse garage. Het plan werd bijgevolg anders uitgevoerd. De positionering van het rechtse appartement, de inrit naar de ondergrondse garage en de rechtse inkomhal werden gespiegeld. Waar de inrit naar de ondergrondse garage en de rechtse inkomhal volgens de bouwtoelating in het midden van het  gebouw werden voorzien, zijn deze in realiteit uiterst rechts van het gebouw gelegen. De trap naar de bovenliggende verdiepingen wordt nagenoeg op dezelfde plaats voorzien na de gewijzigde planindeling op het gelijkvloers en zal dus weinig tot geen verschil geven in de planindeling op de verdiepingen. De gewijzigde planindeling veroorzaakt geen hinder en kan gunstig beoordeeld worden.

 

De draagstructuur tussen vloer en plafond op het gelijkvloers bedraagt 2,80 meter. Dit maakt het mogelijk dat er een vals plafond kan geplaats worden zonder dat de minimale vrije hoogte van 2,60 m (bouwcode, art. 21) in het gedrang komt. Op de snede wordt echter een vals plafond op een hoogte van 2,45 meter voorzien. Dit is te laag. Daarom moet als voorwaarde bij de vergunning gesteld worden dat de interne hoogte in de winkelruimte minstens 2,60 meter moet bedragen.

 

Functies anders dan wonen, dienen een afgescheiden ruimte voor afvalberging te hebben die voorzien wordt van verluchting en minimaal 4 m² groot is (bouwcode, art. 26). Deze staat niet op de plannen. Als voorwaarde van de vergunning moet de inrichting van een afvalberging worden opgenomen. De afvalberging kan ook in de kelder voorzien worden, eventueel gedeeld met andere niet-woonfuncties.

 

Visueel-vormelijke elementen

De gewijzigde planindeling is onlosmakelijk verbonden met een gewijzigde gevelindeling ten opzichte van het bouwplan uit 1963. De visueel-vormelijke inpassing van het gebouw blijft echter verenigbaar met de goede ruimtelijke ordening.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat een omgevingsvergunningsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 30 van de bouwcode, herzien op 1 maart 2018, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding en wijzigen van het aantal wooneenheden. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

 

Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 0 parkeerplaatsen.

 

De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding en/of functiewijziging. In de laatst vergunde toestand zijn er op het gelijkvloers 3 units die bestaan uit een wooneenheid met winkelgedeelte. Bij 1 van deze units werd de wooneenheid mee opgenomen zodat er een grotere winkel ontstaat. Er verdwijnt 1 wooneenheid ten opzichte van de vergunde toestand. De winkel wordt uitgebreid.

Voor deze uitbreiding van een bestaande winkel moeten geen eigen parkeerplaatsen voorzien worden.

De bovenliggende verdiepingen blijven ongewijzigd.

De werkelijke parkeerbehoefte is 0.

 

De bestaande ondergrondse parking blijft behouden.

 

Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 0.

 

Er zijn geen ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen.

Er worden geen parkeerplaatsen van de laatst vergunde toestand afgewenteld op het openbaar domein.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus niet van toepassing.

 

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2.      de interne hoogte in de winkelruimte moet minstens 2,60 meter bedragen;

3.      een afgescheiden ruimte voor afvalberging voorzien, conform artikel 26 van de bouwcode;

Uitsluitingen

4.      het valse plafond op een hoogte van 2,45 meter in de winkelruimte.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

7 oktober 2021

Volledig en ontvankelijk

4 november 2021

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

3 januari 2022

Verslag GOA

16 december 2021

naam GOA

Katrijn Apostel

 

Onderzoek

Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2.      de interne hoogte in de winkelruimte moet minstens 2,60 meter bedragen;

3.      een afgescheiden ruimte voor afvalberging voorzien, conform artikel 26 van de bouwcode;

Uitsluitingen

4.      het valse plafond op een hoogte van 2,45 meter in de winkelruimte.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.