Met de collegebeslissing van 12 mei 2017 (jaarnummer 4463) werden de bevoegdheden van de districtscolleges vastgelegd. Artikel 11 bepaalt dat het districtscollege bevoegd is voor lokale straten en pleinen.
Artikel 138 Decreet Lokaal Bestuur stelt dat de districtsraad een algemene adviesbevoegdheid heeft voor alle aangelegenheden die betrekking hebben op het district.
In het gemeenteraadsbesluit van 29 mei 2017 (jaarnummer 305) werden de bovenlokale straten en pleinen vastgelegd. Ontwikkelingen (nieuw openbaar domein) en mobiliteit en verkeersmaatregelen blijven een bevoegdheid van het college.
Op 25 november 2019 (jaarnummer 652) keurde de gemeenteraad de beheersovereenkomst 2019-2024 tussen de stad Antwerpen en AG Vespa goed. Artikel 6 - 4.4 bepaalt dat AG Vespa publiek domein kan (laten) realiseren. De opdracht aan AG Vespa betreft het plaatsen en uitvoeren van de overheidsopdrachten in eigen naam en voor rekening van de stad Antwerpen. De beleidsbeslissing omtrent het realiseren van het publiek domein ligt bij de stad Antwerpen. De stad Antwerpen legt hierbij tevens het projectbudget vast.
Het projectgebied omvat nieuw openbaar domein, op de terreinen van Infrabel, dat bevoegdheid is van het college.
Daarnaast omvat het projectgebied lokaal openbaar domein, ter plaatse van Omheining der Statie van Borgerhout en de open ruimte aan weerszijden van de Plantin en Moretuslei, dat bevoegdheid is van de districten, district Borgerhout ten noorden en district Antwerpen ten zuiden van de Plantin en Moretuslei.
Opdracht
De ontwerpopdracht voor het Spoorpark bestaat uit twee onderdelen:
Ontwerp op hoofdlijnen
Het ontwerp kan worden samengevat in vier ambities en vijf concepten.
De vier ambities van het ontwerp zijn:
Deze ambities zijn vertaald in vijf ruimtelijke concepten in het ontwerp:
Stedenbouwkundig kader
Het stedenbouwkundig kader is klaar, en bakent de ruimtelijke mogelijkheden voor bebouwing en dus ook de contour van de publieke ruimte van het Spoorpark af.
In de volgende fase zal er per gebouw een verder traject op maat uitgewerkt worden, om een geschikte invulling voor elk gebouw te vinden in samenhang met de financiering ervan. De financiering voor de gebouwen is niet voorzien binnen het projectbudget van het Spoorpark.
Dienstwoning en tramloods
De dienstwoning en de tramloods aan de Draakplaats van De Lijn worden door AG Vespa als financieel patrimonium aangekocht. Voor dit gebouw zal een nieuwe invulling gezocht worden. Dit gebouw valt binnen het beschermd stadsgezicht en de herbestemming moet in overleg met het Vlaams Agentschap Onroerend Erfgoed gebeuren. Ook moet de herbestemming rekening houden met de mogelijkheid om de investering terug te verdienen, en met de akoestiek in de loods, om de overlast naar de buren van Dolfijnstraat en Tweelingenstraat te beperken.
Brosselloods
Het ontwerp maakt van de Brosselloods een centrale plek in het Spoorpark. Het voorstel is om het garage-deel van de loods als binnenruimte te behouden, het gebouwkarkas van het werkplaats-deel te behouden als buitenruimte bij de loods, en het lagere technieken-deel volledig te slopen. Voor de nieuwe invulling wordt gedacht aan buurtgerichte functies vanuit de gekende noden en tekorten. Deze moet(en) rekening houden met de beperkte bereikbaarheid voor gemotoriseerd verkeer en de overlastgevoeligheid naar de buren van de Tweelingenstraat.
Stationsgebouw
Het ontwerp stipt de potentie aan voor een toekomstige ontwikkeling op de locatie van het stationsgebouw Antwerpen-Oost, zoals onderzocht in de schets uit 2010 van De Smet Vermeulen – Palmbout. De omgevingscondities naar lucht en geluid verhinderen op korte termijn langverblijf voor kwetsbare doelgroepen (bv. kinderdagverblijven, scholen, woonzorgcentra). Aangezien deze zone binnen bestemming voor gemeenschapsvoorzieningen en openbaar nut gelegen is, en gezien de noden en tekorten in de omgevende buurten en wijken, kiest het ontwerp ervoor om deze ontwikkelingslocatie voor de toekomst te reserveren, in afwachting van de verwachte verbetering van luchtkwaliteit en geluid. Daarom wordt in een vervolgtraject naar een tijdelijke invulling voor het stationsgebouw gezocht en wordt de mogelijkheid van een groendak onderzocht.
Sportcomplex Plantin Moretus
Ook stipt het ontwerp de potenties van het sportcomplex Plantin Moretus aan. Ontwerpend onderzoek verbeeldt mogelijke aanpassingen aan de bestaande gebouwen, zoals het openwerken van de gevels, het activeren van de dakvlakken en het maken van verbindingen tussen de hogere verdiepingen en het park. Ook ontstaan er nieuwe bebouwingsmogelijkheden langs de Plantin en Moretuslei, op de plek van de huidige hondenloopzone en parking. Dezelfde beperkingen naar luchtkwaliteit en geluid gelden als aan het stationsgebouw, maar deze zone is in bestemming voor wonen gelegen. Gezien de grote investeringen in het zwembad en de sporthal die in voorbereiding zijn, zou een toekomstvisie en faseringsstrategie naar volgende legislaturen toe uitgewerkt kunnen worden. Ook de herontwikkeling van de publieke ruimte rond het bestaande gebouwcomplex maakt hiervan best onderdeel uit. De ontwikkelingspotenties worden dus niet verder onderzocht in een vervolgtraject van het Spoorpark, maar blijven op termijn gegarandeerd.
Schetsontwerp publieke ruimte
Het schetsontwerp publieke ruimte voor het gehele projectgebied is klaar. Het schetsontwerp deelt het Spoorpark op in vijf zones:
Zone Draakplaats - watertorens
Aan de Draakplaats start de Omheining der Statie van Borgerhout, een kasseihelling met tramspoor. Het ontwerp maakt deze toegang groener door beplanting langs de gevel van de tramloods en de spoorbogen, en voegt een comfortstrook van 3,5 meter in de kasseihelling toe. Deze zone is onderdeel van het beschermd stadsgezicht, en het advies van het Vlaams Agentschap Onroerend Erfgoed is dus bindend. De vergroening en de comfortstrook wordt in de volgende fase verder uitgewerkt in overleg met het Vlaams Agentschap Onroerend Erfgoed en de stedelijke diensten.
Zone buik van het park
De buik is de grootste zone in het park en ook de breedste. Deze plek in het park wordt zo groen mogelijk en de beeldbepalende spoorobjecten blijven bewaard. De keuze van beplanting vertrekt vanuit de condities van het hoger gelegen terrein: droog en zongeoriënteerd. De enige nieuwe verharding is het hoofdpad van 3,5 meter. Rond de Brosselloods verruimt het hoofdpad en zijn er zon-, rust- en speelplekken in halfverharding en lage grassen. Naar de grens met de tuinen van de Tweelingenstraat en het spoordomein met actieve sporen komt er hoger en ruiger groen als buffer. In het vervolgontwerp wordt verder gewerkt op de beplantingskeuzes met inheems groen, schaduwplekken door bomen en sheltermogelijkheid, en de ambitie van een hemelwaterneutraal Spoorpark.
De berm naar de Tweelingenstraat behoort niet tot het park, en in welke mate de buren van de Tweelingenstraat ervan gebruik kunnen (blijven) maken is onderdeel van de verdere gesprekken met Infrabel.
Zone op de brug
De perrons worden niet meer gebruikt en de sporen tussen perrons 1 en 2 zijn verdwenen. Het hoofdpad volgt perron 1, op perron 2 komt er zitgelegenheid, ertussen komt lage en dichte beplanting met houten paden erover om de beplanting te beschermen.
Op de brug is een nieuwe borstwering nodig voor de veiligheid. Het ontwerp stelt een stijlvolle borstwering voor, om van de brug een mooie toegangspoort over de Plantin en Moretuslei te maken. In het vervolgontwerp wordt dit in overleg met het Vlaams Agentschap Wegen en Verkeer, eigenaar van de brug, verder uitgewerkt.
Het schetsontwerp voorziet in het behoud en de integratie van de bestaande perronluifels in het park, als sheltermogelijkheid (overdekte open ruimte) in het park en als identiteitsdrager door het beeldbepalend karakter. Parallel aan de uitwerking van het ontwerp van de eerste uitvoeringsfase publieke ruimte zal AG Vespa de technische en financiële haalbaarheid van de renovatie en het beheer van (delen van) de perronluifels binnen het Spoorpark verder laten onderzoeken. Aangezien Infrabel uitgaat van de verwijdering van de perronluifels binnen het spoordomein, creëert dit mogelijks opportuniteiten binnen het Spoorpark voor hergebruik (van delen) ervan.
Zone kop station Antwerpen-Oost
De kop van de Plantin en Moretuslei is een toegang tot het Spoorpark. Het ontwerp wil dat het park al te voelen en te zien is van op de Plantin en Moretuslei. Het plein voor het stationsgebouw wordt zoveel mogelijk onthard en vergroend, met de mogelijkheid van de grond als regenwaterspons en met bomen in volle grond. Als toegang tot het hogere gedeelte van het park, stelt het ontwerp een pad tegen de groene helling voor. De bestaande tunnel onder de sporen en trap naar perron 1 kan dienen als extra toegang tot het park, mits voldoende garanties naar sociale veiligheid.
Zone zwembad en sporthal
In deze zone is er een smalle strook op de spoorberm en een smalle strook op de begane grond, met een ruige, groene berm ertussen. De ambitie is om het Spoorpark op twee hoogtes te maken en goed met elkaar te verbinden. De strook op de spoorberm is net breed genoeg om het hoofdpad door te trekken tot aan het Luitenant Naeyaertplein. Er komen twee trappen die het hoofdpad verbinden met het deel op de begane grond: een trap aan de kop van de Plantin en Moretuslei en een trap aan het Luitenant Naeyaertplein in het verlengde van de Engelselei. Ook komt er een helling tussen het hoger en het lager gedeelte van het park, net zoals aan de Zurenborg-kant van het Spoorpark. Die helling zal bepalen hoeveel van het bestaande groen op de berm kan behouden blijven.
De verbinding en de publieke ruimte op het maaiveld is weinig kwaliteitsvol en moeilijk leesbaar. De ambitie is om deze plek veilig en aantrekkelijk te maken, als verblijfsplek en als verbinding. Dit hangt echter samen met de toekomstige ontwikkelingspotentie van het gebouwcomplex.
Eerste uitvoeringsfase publieke ruimte
Het schetsontwerp omvat ook de afbakening van een eerste uitvoeringsfase publieke ruimte op basis van het beschikbaar budget. Voor deze eerste uitvoeringsfase wordt het ontwerp tot en met uitvoering verder uitgewerkt.
Als eerste fase wordt het Spoorpark op hoogte tussen Draakplaats en Luitenant Naeyaertplein en de vergroening van het plein aan station Antwerpen-Oost (SOK Zurenborgpoort) gerealiseerd. Op die manier worden de ambities van een groene parkverbinding tussen Zurenborg en Borgerhout vanaf de eerste fase gerealiseerd.
De ruimte rond het station met nieuwe toegangshelling en de ruimte rond het sportcomplex Plantin Moretus worden dus naar een volgende uitvoeringsfase verschoven. De uitwerking van de volgende fase(n) publieke ruimte van het Spoorpark hangt samen met het beschikbaar budget en de potentie voor toekomstige ontwikkeling.
Het beschikbaar budget voor de eerste uitvoeringsfase wordt bepaald door de verkregen projectsubsidie van het Stadsvernieuwingsfonds en de SOK voor de Zurenborgpoort. Echter, in de huidige raming is er nog geen rekening gehouden met de aankoop van het terrein van Infrabel, eventuele bodemverontreiniging, of renovatie van erfgoedobjecten.
Vervolgontwerp
Gesprekken Infrabel
In het schetsontwerp is het voorlopig resultaat opgenomen van de gesprekken met Infrabel voor de afbakening van het toekomstige Spoorpark en de randvoorwaarden. Dit wordt verder besproken en verfijnd in voorontwerpfase. Het schetsontwerp gaat ervan uit dat het volledige terrein van Infrabel buiten de actieve sporen ter beschikking komt vanaf de eerste uitvoeringsfase. Echter, Infrabel verhuist de logistieke activiteiten in en rond de LCI-loods pas over een tiental jaar naar hun definitieve locatie. Dit veronderstelt dus dat een tussentijds alternatief voor deze activiteiten gevonden wordt, in onderling overleg tussen AG Vespa en Infrabel.
Eerste uitvoeringsfase publieke ruimte
In het voorontwerp dient het schetsontwerp verder uitgewerkt te worden, naar maatvoering, materiaalgebruik en beplantingskeuzes, en rekening houdend met de adviezen, de focusgesprekken en het inspraakdossier van de derde online bevraging. Bijzondere aandacht gaat naar:
Timing
Het ontwerp publieke ruimte voor het Spoorpark Draakplaats - Luitenant Naeyaertplein wordt tegen begin 2022 afgewerkt. In 2022 wordt de vergunningsaanvraag ingediend en de aanbestedingsprocedure voor de eerste uitvoeringsfase publieke ruimte gevoerd. De start van de uitvoering hangt samen met de beschikbaarheid van het terrein van Infrabel, en is voorzien uiterlijk eind 2023.
Per gebouw wordt een vervolgtraject op maat uitgewerkt. De ambitie is om de nieuwe invulling van de dienstwoning en tramloods, de Brosselloods, en de tijdelijke functie in het stationsgebouw maximaal af te stemmen met het ontwerp publieke ruimte.
Tijdens de schetsontwerpfase is er veel aandacht besteed aan inspraak. Er zijn drie online bevragingen voor de buurt georganiseerd en wandelingen over het terrein. Er hebben ook heel wat focusgesprekken met verschillende stakeholders plaatsgevonden.
In oktober 2020 liep een eerste online bevraging. Daarin werden vragen gesteld over de identiteit van de wijken rond het projectgebied en de verbinding tussen deze wijken. Ook konden buurtbewoners aangeven waar de ontwerpers rekening mee moeten houden en welke kansen er zijn voor het nieuwe park als open ruimte. 362 mensen vulden de bevraging volledig in, 503 mensen vulden de bevraging deels in. De antwoorden werden aan het ontwerpteam bezorgd en verwerkt in de voorliggende nota.
Begin oktober 2020 werden er ook een aantal wandelingen op het terrein georganiseerd. Zo konden buurtbewoners het toekomstige Spoorpark verkennen en zich een beter beeld vormen van wat er mogelijk is. Die dag konden ze ook in gesprek gaan met het ontwerpteam. 110 buurtbewoners namen deel aan de wandelingen.
In januari 2021 kon iedereen deelnemen aan een tweede online bevraging. Daarin werden vragen gesteld over de activiteiten die in het Spoorpark kunnen plaatsvinden. 445 mensen vulden de bevraging in. Ook de resultaten van de tweede online bevraging werden in de voorliggende nota verwerkt. Het inspraakdossier van de tweede bevraging is bovendien als bijlage toegevoegd.
Van 2 tot en met 25 april liep de derde online bevraging over het Spoorpark. Daarin kon iedereen zijn mening geven over het eerste ontwerp, het schetsontwerp, voor het Spoorpark. Het inspraakdossier van de derde bevraging is als bijlage toegevoegd. De resultaten worden in de vervolgfase verwerkt.
In periode van maart tot en met mei vonden er een aantal online focusgesprekken plaats met stakeholders:
Op 3 juni 2021 is het focusgesprek met de bewoners van de Dolfijnstraat en de Tweelingenstraat grenzend aan de tramloods Draakplaats gepland.
Uit de derde online bevraging en de focusgesprekken zijn een aantal bekommernissen gekomen, die verder in enerzijds het vervolgontwerpproces van de publieke ruimte en anderzijds de uitwerking van het stedenbouwkundig kader, in het bijzonder de invulling van de bebouwing, meegenomen zullen worden. In de volgende ontwerpfases van voorontwerp en definitief ontwerp is opnieuw inspraak gepland.
Op 15 maart 2019 (jaarnummer 2233) en 26 april 2019 (jaarnummer 3647) keurde het college het voorstel goed om een aanvraag voor projectsubsidie stadsvernieuwing in te dienen voor het Spoorpark Draakplaats - Luitenant Naeyaertplein. AG Vespa heeft een projectsubsidie van 2.146.809,00 euro verkregen van het Stadsvernieuwingsfonds voor de realisatie van dit deel van het spoorpark tussen de Draakplaats en het Luitenant Naeyaertplein.
Aansluitend aan het projectgebied is een private ontwikkeling (Zurenborgpoort) in realisatie door projectontwikkelaar Antonissen Development Project (ADP). In het kader van de stedenbouwkundige ontwikkelingskosten (SOK) werd door de stad Antwerpen met de ontwikkelaar een overeenkomst gesloten waarvan de bepalingen mee opgenomen zijn in de afgeleverde omgevingsvergunning. ADP zal daarbij instaan voor een aantal investeringen in de omgeving waaronder 210.249,00 euro voor de heraanleg van het plein aan het station Antwerpen-Oost, dat binnen de projectcontour van het Spoorpark Draakplaats - Luitenant Naeyaertplein valt.
Het college heeft op 3 april 2020 (jaarnummer 3084), in overeenstemming met de beheersovereenkomst, de opdracht aan AG Vespa gegeven voor de begeleiding van een lijst van stadsprojecten, waaronder het project Spoorpark Draakplaats - Luitenant Naeyaertplein.
De projectdefinitie voor het Spoorpark Draakplaats - Luitenant Naeyaertplein werd voor advies voorgelegd aan de districtsraden Antwerpen (jaarnummer 74 op 18 mei 2020) en Borgerhout (jaarnummer 34 op 25 mei 2020) en goedgekeurd door het college op 5 juni 2020 (jaarnummer 4809).
Op 24 augustus 2020 stelde AG Vespa het ontwerpteam Stramien – ZUS – Re-ST en ARA voor de ontwerpopdracht aan.
Op 17 augustus 2020 stelde AG Vespa het bureau Archivaria voor de opmaak van de cultuurhistorische studie aan.
Na een intens overleg- en ontwerpproces van september 2020 tot en met mei 2021 ligt het schetsontwerp voor de publieke ruimte en het stedenbouwkundig kader inclusief bebouwing voor het Spoorpark Draakplaats - Luitenant Naeyaertplein ter goedkeuring voor.
Het totale investeringskrediet voor het project spoorpark Draakplaats – Luitenant Naeyaertplein is 2.146.809,00 EUR inclusief btw en 10% onvoorziene omstandigheden.
In het meerjarenplan 2020 – 2025 van de stad Antwerpen is 2.146.809,00 EUR inclusief btw beschikbaar voor het project spoorpark Draakplaats – Luitenant Naeyaertplein op het boekingsadres: 2WNS020201PA3715/5291630000/224
Het project wordt gesubsidieerd door het Vlaamse Stadsvernieuwingsfonds, de subsidiefiche is SBT11100/5291630000/150300/2WNS020201PA3715/2SA050610.
AG Vespa voert de opdracht uit in eigen naam en voor rekening van de stad Antwerpen.
Het coördinatieoverleg openbaar domein geeft gunstig advies op het schetsontwerp voor het Spoorpark tussen Draakplaats en Luitenant Naeyaertplein op voorwaarden dat:
Het plan is gestoeld op een romantische waardering van het industrieel karakter (treinstation) van de site. Hierbij is het maximaal behoud en de integratie van de brosselloods, de perronluifels en andere relicten (spoorverleden) een logisch gevolg. Het concept om deze erfgoedartefacten in te bedden in het natuurlijk park wordt dan ook ten zeerste geapprecieerd door de kwaliteitskamer.
De kwaliteitskamer ondersteunt verder de reversibiliteit rond de spoorinfrastructuur en benadrukt in die zin het vrijwaren van de 3 perronluifels voor de toekomst.
Gezien de natuurlijke inbedding van het erfgoed op de site voorop staat in het concept, vraagt de kwaliteitskamer om nieuwe interventies beperkt, punctueel en geïntegreerd aan te brengen. In die zin wordt gevraagd om het zigzag pad naast het station, dat momenteel als erg dominant ervaren wordt, te herzien. Zowel voor de vormgeving als voor de materialenbank van nieuwe elementen bepleit de kwaliteitskamer een natuurlijke soberheid.
Als aanbeveling voor fase II geeft de kwaliteitskamer mee om maximaal in te zetten op volumineus groen als verbindend element tussen de 2 delen rondom de Plantin Moretuslei. Hierbij vormt de omgeving rond het zwembad een belangrijke schakel. Het stedenbouwkundig kader voor potentiële bebouwing dient maximaal in te zetten op deze vooropstelling.
De kwaliteitskamer apprecieert het zorgvuldige ontwerp en adviseert voor de verdere uitwerking vast te houden aan het basisidee. Hierbij zal het concept met de historische relicten in een natuurlijk en verbindend parkontwerp het leidend thema zijn.
De districtsraad geeft advies op het stedenbouwkundig kader voor het Spoorpark Draakplaats - Luitenant Naeyaertplein.
De districtsraad geeft positief advies op het schetsontwerp voor de publieke ruimte van het Spoorpark Draakplaats - Luitenant Naeyaertplein mits volgende aanvullingen:
De districtsraad geeft advies op de afbakening van de eerste uitvoeringsfase publieke ruimte van het Spoorpark Draakplaats - Luitenant Naeyaertplein.