Terug
Gepubliceerd op 24/01/2022

2022_CBS_00423 - Omgevingsvergunning - OMV_2021137811. Willy Staeslei 53. District Ekeren - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 21/01/2022 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Serge Muyters, korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2022_CBS_00423 - Omgevingsvergunning - OMV_2021137811. Willy Staeslei 53. District Ekeren - Goedkeuring 2022_CBS_00423 - Omgevingsvergunning - OMV_2021137811. Willy Staeslei 53. District Ekeren - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2021137811

Gegevens van de aanvrager:

BVBA PARAGON CONSULTANTS met als adres Roodborstjeslaan 3 te 2950 Kapellen

Ligging van het project:

Willy Staeslei 53 2180 Ekeren (Antwerpen)

Kadastrale percelen:

afdeling 35 sectie F nrs. 0 en 3E4

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

bouwen van een eengezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          geen relevante voorgeschiedenis.

Huidige toestand

-          braakliggend terrein met achteraan een houten tuinberging.

Gewenste toestand

-          een eengezinswoning in gesloten bebouwing van 2 bouwlagen onder een zadeldak;

-          de woning is ingedeeld met een atelier op het gelijkvloers en op de bovenliggende lagen een eengezinswoning;

-          de nokhoogte bedraagt 11,40 meter;

-          de kroonlijsthoogte is 6,90 meter;

-          de bouwdiepte bedraagt 17 meter op het gelijkvloers, 13 meter op de 1ste verdieping en een dakbasis van 9 meter;

-          gevelafwerking:

  • grijze gevelsteen;
  • bruin aluminium buitenschrijnwerk;
  • afwerking erker/dakkapel met houten bekleding.

Inhoud van de aanvraag

-          Het bouwen van nieuwbouw eengezinswoning met atelier.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Ondernemen en Stadsmarketing/ Klantencontacten en Dienstverlening/ Loket Thema Wonen - huisnummering

20 oktober 2021

23 oktober 2021

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Mariaburg, goedgekeurd op 26 februari 2018. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: artikel 1: zone voor wonen (wo1).

 

(Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan op volgend(e) punt(en):

-          1.3 Harmonieregel en referentiebeeld

Alle werken, handelingen en wijzigingen moeten in harmonie zijn met het referentiebeeld. De gevelopbouw en -geleding wordt bepaald in harmonie met het referentiebeeld.

De dakkapel/erker aan de voorgevel is niet kenmerkend in het straatbeeld.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.
 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):

 

  • Artikel 6 Harmonie en draagkracht en Artikel 15 In- en uitsprongen aan daken

De in- en uitsprongen mogen de kroonlijst niet onderbreken, tenzij de harmonie van het straatbeeld dit toelaat. De afmetingen van de in- en uitsprongen moeten in verhouding zijn tot de oppervlakte van het dakvlak en de schuine dakvorm dient duidelijk herkenbaar te blijven. In de voorgevel wordt de kroonlijst  doorbroken en de dakkapel wordt opgevat als erker over twee bouwlagen;

  • Artikel 29 Fietsstalplaatsen en fietsparkeerplaatsen: er moeten fietsstal- en fietsparkeerplaatsen voorzien worden in volgende gevallen: bij een woonfunctie: indien het een nieuwbouw, een herbouw, een functiewijziging naar een woonfunctie en/of een vermeerdering van het aantal woongelegenheden ten opzichte van de bestaande en vergunde of vergund geachte situatie betreft. Op de ingediende plannen is er geen fietsenberging aanwezig;

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.

Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-          Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag. 

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Beoordeling afwijkingen van de voorschriften

De aanvraag wijkt af op artikel 29 van de bouwcode. Er kan niet op geldige wijze worden afgeweken van dit artikel. Dit wordt als voorwaarde bij de vergunning opgenomen.

 

De aanvraag wijkt af op artikel 1.3 van het ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) Mariaburg en van artikel 6 en15 uit de bouwcode.

In de beschrijvende nota wordt deze afwijking onder andere gemotiveerd aan de hand van voorbeelden:

“Aan de hand van drie bestaande dossiers wordt aangetoond dat gelijkaardige afwijkingen (=het voorzien van een erker/dakkapel waarbij de kroonlijst doorbroken wordt) nog toegestaan zijn geweest binnen hetzelfde RUP namelijk Frans Standaerdtlei 25, Moeder SAROV-straat 1 en Schriek 314-316. Bovendien blijft de dakkapel twee meter onder de nok van het dak.

 

De dakkapel aan de voorzijde blijft beperkt in volume waardoor het hellend dak zichtbaar blijft. Omwille van voormelde argumentatie in combinatie met de aangeleverde verwijzingen, kan er met behulp van artikel 3 van de bouwcode een afwijking worden toegestaan op artikel 6 en 15.

 

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag beoogt de nieuwbouw van een eengezinswoning met op het gelijkvloers een atelierruimte. De woonfunctie is verenigbaar met de omgeving die voornamelijk bestaat uit een- en enkele meergezinswoningen. De atelierruimte op het gelijkvloers beslaat minder oppervlakte dan de woonfunctie. Bovendien is deze functie in overeenstemming met het geldende RUP. De functionele inpasbaarheid wordt aldus gerespecteerd.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De aanvraag beoogt het bouwen van een eengezinswoning van twee bouwlagen onder hellend dak. De bouwdiepte bedraagt 17 meter op het gelijkvloers, 13 meter op de 1ste verdieping en een dakbasis van 9 meter. Na uitbreiding blijft er nog een ruime tuinzone bewaard. Er wordt opgemerkt dat het dakterras ter hoogte van de eerste verdieping zich bevindt voorbij de kenmerkende bouwdiepte. Om die reden zal er in voorwaarde opgenomen worden om het terras te beperken onder een hoek van 45° zoals in het rood aangeduid op het plan.

Voor het overige past het volume zich in in de bebouwde omgeving. Schaal en ruimtegebruik worden gunstig geadviseerd.

 

Visueel-vormelijke elementen

De voorgevel wordt afgewerkt met een grijze gevelsteen, bruin aluminium schrijnwerk. De erker/dakkapel wordt bekleed met hout. Het atelier op het gelijkvloers is afgesloten met een grote glazen vouwraam waardoor het contact met de straat gegarandeerd wordt. Het materiaalgebruik alsook de architecturale uitwerking van de voorgevel  integreert zich in de bebouwde omgeving. De visueel vormelijke elementen worden aldus gunstig geadviseerd.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Er wordt opgemerkt dat in de omgevingsaanvraag in de verantwoordingsnota vermeld wordt dat het gaat om de bouw van een nieuwe eengezinswoning met garage/atelier. Aangezien de gevel smaller is dan 8 meter is het niet mogelijk om een garageplaats op eigen perceel te realiseren. De gelijkvloerse ruimte kan dus niet als dusdanig dienst doen. Het is eveneens niet de bedoeling dat het atelier als onderdoorgang dienst doet om een voertuig in de tuin of de berging achteraan te plaatsen. De berging kan enkel als tuinberging gebruikt worden en geenszins om auto’s te stallen. Dit wordt als voorwaarde opgenomen bij deze vergunning.

 

Aangezien het op het inplantingsplan niet duidelijk is hoe de tuin zal ingericht worden, wordt in voorwaarde opgenomen dat deze voornamelijk groen dient aangeplant te worden conform artikel 27 en tevens de voorschriften van het Ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) Mariaburg.

 

Tot slot zal er in voorwaarde opgenomen worden om een kwalitatieve fietsenberging te voorzien conform artikel 29 van de bouwcode.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat een omgevingsvergunningsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 30 van de bouwcode, herzien op 1 maart 2018, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding en wijzigen van het aantal wooneenheden. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

 

Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 1 parkeerplaatsen.

De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0.

In een aantal gevallen genereert een aanvraag een werkelijke parkeerbehoefte maar kunnen de plaatsen om volgende stedenbouwkundige redenen niet (volledig) gerealiseerd worden:

 

Voorliggende aanvraag heeft betrekking op een pand met een perceelsbreedte van minder dan of gelijk aan 8 m. Volgens artikel 12, §3, 1° (Levendige plint) van de bouwcode is een toegangspoort voor een autobergplaats niet toegelaten. ’

 

Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 1 – 1 = 0.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 1 – 0 = 1.

Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Voor vergunningsaanvragen voor nieuwbouw van eengezinswoningen kan echter afgeweken worden van de berekening van de parkeerbehoefte zoals vermeld in bovenstaande tabel, indien realisatie van de parkeerplaatsen niet mogelijk is. Dit geldt tevens voor eengezinswoningen die boven winkelpanden ingericht worden.

Het bijgestelde aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 1 – 1 = 0.

Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 0 plaatsen.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021;

2. er dient een bruikbare en vlot toegankelijke fietsenberging te worden voorzien conform artikel 29 van de bouwcode;

3. de atelierruimte mag geen dienst doen als autoparkeerplaats;

4. het atelier mag niet gebruikt worden als onderdoorgang om een voertuig in de tuin of tuinberging te plaatsen;

5. de berging achteraan kan enkel als tuinberging dienst doen en geenszins om voertuigen te plaatsen;

6. de tuinzone moet effectief als tuin ingericht worden en aldus optimaal groen worden aangeplant conform artikel 27 van de bouwcode;

7. het dakterras ter hoogte van de eerste verdieping achteraan dient te worden beperkt onder een hoek van 45° ten opzichte van de perceelgrenzen, zoals in het rood aangeduid op plan BA_WONING_P_N_3_N1_rode_aanduiding.

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

23 september 2021

Volledig en ontvankelijk

20 oktober 2021

Start openbaar onderzoek

29 oktober 2021

Einde openbaar onderzoek

27 november 2021

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

2 februari 2022

Verslag GOA

10 januari 2022

naam GOA

Gerd Cryns

 

Onderzoek

De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Startdatum

Einddatum

Schriftelijke bezwaar-schriften

Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften

Petitie-lijsten

Digitale bezwaar-schriften

29 oktober 2021

27 november 2021

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021;

2. er dient een bruikbare en vlot toegankelijke fietsenberging te worden voorzien conform artikel 29 van de bouwcode;

3. de atelierruimte mag geen dienst doen als autoparkeerplaats;

4. het atelier mag niet gebruikt worden als onderdoorgang om een voertuig in de tuin of tuinberging te plaatsen;

5. de berging achteraan kan enkel als tuinberging dienst doen en geenszins om voertuigen te plaatsen;

6. de tuinzone moet effectief als tuin ingericht worden en aldus optimaal groen worden aangeplant conform artikel 27 van de bouwcode;

7. het dakterras ter hoogte van de eerste verdieping achteraan dient te worden beperkt onder een hoek van 45° ten opzichte van de perceelgrenzen, zoals in het rood aangeduid op plan BA_WONING_P_N_3_N1_rode_aanduiding.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.