Conform artikel 24 en 42 van het Omgevingsvergunningsdecreet heeft het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar de bevoegdheid advies uit te brengen voor de vergunningsaanvragen op haar grondgebied waarvoor de deputatie, de Vlaamse regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar de bevoegde overheid is, tenzij:
Het college heeft op 17 november 2017 (jaarnummer 2017_CBS_08858) beslist om de adviesbevoegdheid op te nemen.
Er werd bij de deputatie een verzoek tot bijstelling van vergunningsvoorwaarden ingediend. Het verzoek wordt behandeld volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
De deputatie verzoekt het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar om:
- een openbaar onderzoek te houden;
- advies uit te brengen.
Projectnummer: | OMV_2021166594 |
Gegevens van de aanvrager: | zie exploitant |
Gegevens van de exploitant: | BVBA COCA-COLA EUROPACIFIC PARTNERS BELGIUM (0425071420) met als contactadres Bergense Steenweg 1424 te 1070 Brussel |
Ligging van het project: | Terbekehofdreef 30-32, 38-42, Elektronikalaan 10, Lievevrouwkesbosweg 71, Dynamicalaan 18 te 2610 Wilrijk (Antwerpen) |
Kadastrale percelen: | afdeling 44 sectie D nrs. 200X, 215G, 262C en 263A2 |
waarvan: |
|
- 20171102-0006 | afdeling 44 sectie D nrs. 215G, 263A2, 200X en 262C (Coca-Cola European Partners ( ANT)) |
Vergunningsplichten: | Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten |
Voorwerp van het verzoek: | producent van frisdranken - wijzigingsaanvraag (bijstelling) lozingsnorm chloroform |
Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Voorgeschiedenis
De deputatie verleende op 17 september 2009 aan Coca-Cola Europacific Partners (CCEP) een vergunning voor de verdere exploitatie van een bedrijf voor de productie van frisdranken. Aan de vergunning werden bijzondere lozingsvoorwaarden gekoppeld. In 2013 (MLVER/13-75) en 2015 (MLVER/15-91) werd er telkens een kleine verandering vergund. De meest recente aanpassing werd op 13 februari 2020 vergund waarbij onder andere het vervangen en verdubbelen van CO2-opslag en een aantal regularisaties en aanpassingen opgenomen werden in de vergunning (OMV_2017008518). De vergunning voor de ingedeelde inrichtingen en activiteiten is geldig tot 17 september 2029.
Inhoud van de aanvraag
De exploitant vraagt een aanpassing van de lozingsnorm voor chloroform in haar afvalwater.
Aangevraagde bijstelling bijzondere milieuvoorwaarden in afwijking van algemene of sectorale voorwaarden
1. | Bij te stellen voorwaarde: Verwijzend naar Vlarem II, afdeling 4.2.3, artikel 4.2.3.1, punt 3° welke stelt dat:
"Van de gevaarlijke stoffen als bedoeld in bijlage 2C, mogen in concentraties hoger dan de indelingscriteria, vermeld in de kolom "indelingscriterium GS (gevaarlijke stoffen)" van artikel 3 van bijlage 2.3.1 [...], enkel die stoffen worden geloosd waarvoor in de omgevingsvergunning voor de exploitatie van de ingedeelde inrichting of activiteit emissiegrenswaarden zijn vastgesteld overeenkomstig het bepaalde in art. 2.3.6.1."
wordt gevraagd om voor de parameter chloroform een emissiegrenswaarde in de omgevingsvergunning op te nemen van 25 µg/l.
Voorgesteld alternatief/aanvulling: Voor de parameter chloroform wordt een emissienorm van 25 µg/l aangevraagd voor de lozing van bedrijfsafvalwater op openbare riolering. |
Adviezen
Er werden geen adviezen gevraagd.
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP recreatiecluster Moerelei, goedgekeurd op 24 april 2017. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: artikel 4: zone voor recreatie - openluchtrecreatie (re2), artikel 2: zone voor groen - buffer (gr2), artikel 5: zone voor bedrijf (be) en artikel 6: zone voor publiek domein (pu).
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een industriegebied. Deze zijn bestemd voor de vestiging van industriële of ambachtelijke bedrijven. Ze omvatten een bufferzone. Voor zover zulks in verband met de veiligheid en de goede werking van het bedrijf noodzakelijk is, kunnen ze mede de huisvesting van het bewakingspersoneel omvatten. Tevens worden in deze gebieden complementaire dienstverlenende bedrijven ten behoeve van de andere industriële bedrijven toegelaten, namelijk: bankagentschappen, benzinestations, transportbedrijven, collectieve restaurants, opslagplaatsen van goederen bestemd voor nationale of internationale verkoop, (Artikel 7 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
Het verzoek ligt niet in een verkaveling.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
De gevraagde bijstelling heeft louter betrekking op de lozingsnormen zonder enige stedenbouwkundige connectie.
Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen en activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu
De exploitant is vergund voor het lozen van 120 m³/uur, 1.500 m³/dag en 400.000 m³/jaar bedrijfsafvalwater in de openbare riolering (rubriek 3.4.3). Volgende bijzondere lozingsvoorwaarden zijn opgenomen in de lopende vergunning:
parameter | lozingsvoorwaarde (mg/l) |
BZV | 5.500 |
CZV | 8.600 |
ZS | 1.000 |
N totaal | 30 |
P totaal | 12 |
AOX | 0,4 |
kationische en non-ionogene detergenten | 15 |
anionische detergenten | 0,5 |
Zn tot | 0,7 |
chloriden | 1.200 |
cyaniden | 0,1 |
Cr totaal | 0,25 |
Ni tot | 0,1 |
Co tot | 0,003 |
Op 3 december 2019 werd door de Omgevingsinspectie een schepstaal genomen van het afvalwater bij CCEP in Wilrijk. Uit analyse van dit staal bleek een overschrijding voor de parameter chloroform. Het indelingscriterium (IC) bedraagt 2,5 µg/l. Het analyseresultaat van de staalname bedroeg 7,0 µg/l.
Naar aanleiding van de vaststelling werd de parameter chloroform mee opgenomen in het zelfcontroleprogramma voor maandelijkse analyse. Op basis van de analyseresultaten 2019-2021 wordt nu een emissienorm aangevraagd voor chloroform.
Op basis van deze meetwaarden wordt vastgesteld dat in 85% van de metingen het IC voor chloroform wordt overschreden. Mits het in rekening brengen van de meetonzekerheid conform bijlage 4.2.5.2 van Vlarem II, wordt een overschrijding op het IC vastgesteld in 50% van de metingen.
Op basis van deze meetwaarden wordt gevraagd een emissienorm van 25 µg/l op te nemen in de omgevingsvergunning, zijnde tienmaal het IC. Indien goedkeuring kan worden verleend, voldoet 80% van de meetwaarden aan de voorgestelde emissienorm. Na het in rekening brengen van de meetonzekerheid conform bijlage 4.1.5.2 van Vlarem II, stijgt de conformiteit tot meer dan 95% van de metingen.
CCEP Wilrijk heeft geen eigen waterzuivering voor de behandeling van het bedrijfsafvalwater. Het afvalwater wordt na een 2-staps neutralisatie-installatie (twee ondergrondse buffertanks van 40 m³ met NaOH en CO2 dosering op basis van continue pH-meting) geloosd in de openbare riolering en wordt verder afgevoerd naar de waterzuiveringsinstallatie van Aquafin in Aartselaar.
Het afvalwater dat wordt geloosd voldoet aan de voorwaarden voor complementair afvalwater.
Voorliggende aanvraag werd afgestemd met Aquafin, die bevestigt dat de verhoogde lozing tot 25 µg/l geen impact heeft op de werking van de waterzuiveringsinfrastructuur en dat er bijgevolg geen bezwaren zijn voor deze lozingsnorm. Een kopie van deze bevestiging is opgenomen in het aanvraagdossier.
Binnen de processen van CCEP Wilrijk wordt geen chloroform gebruikt. Ook zijn er geen producten bekend die chloroform bevatten. De oorzaak van de aanwezigheid van chloroform in het afvalwater moet dus gezocht worden in de processen waar chloroform kan worden gevormd als bijproduct.
Uit analyses blijkt dat chloroform reeds aanwezig is in het inkomende leidingwater. Het leidingwater wordt door CCEP verder gechloreerd om het kiemvrij te houden.
Dit leidingwater wordt in verschillende processen gebruikt, waaronder ook in verschillende reinigingsactiviteiten waarbij bijkomend desinfectieproducten worden gebruikt op basis van hypochloriet. Reinigingswater wordt afgevoerd met het bedrijfsafvalwater, waarbij het door contact met organisch materiaal, bijproducten zoals chloroform kan vormen.
Gelet op het belang van het gebruik van ontsmettende producten om te voldoen aan de strenge voedselveiligheidseisen, kan het gebruik ervan niet zomaar stopgezet of vervangen worden in de huidige installaties.
Het is aan de vergunningverlenende overheid om, op basis van alle onafhankelijk uitgebrachte deskundige adviezen, tot een gemotiveerde en integrale beslissing te komen.
Advies van het college
Gelet op de bevestiging van Aquafin dat de bijkomende lozingsvracht geen invloed zal hebben op de werking van het RWZI en de ogenschijnlijke noodzaak van het gebruik van gechloreerde desinfectieproducten in de processen, is er geen bezwaar tegen een lozingsvoorwaarde voor chloroform van 25 µg/l. De risico's voor mens en milieu zijn aanvaardbaar.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap | Datum |
Ontvangst adviesvraag | 6 december 2021 |
Start openbaar onderzoek | 15 december 2021 |
Einde openbaar onderzoek | 13 januari 2022 |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste adviesdatum | 25 januari 2022 |
Het verzoek werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum | Einddatum | Schriftelijke bezwaar-schriften | Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften | Petitie-lijsten | Digitale bezwaar-schriften |
15 december 2021 | 13 januari 2022 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Informatievergadering
Een informatievergadering was niet vereist en werd niet gehouden.
Het college beslist een gunstig advies, zoals geformuleerd in de argumentatie, te geven op het verzoek.
Het college geeft opdracht aan:
Dienst | Taak |
Stadsontwikkeling/vergunningen | het advies college te bezorgen aan de instantie die dit gevraagd heeft. |