Terug
Gepubliceerd op 31/01/2022

2022_CBS_00624 - Omgevingsvergunning - OMV_2021175310. Akkerbouwstraat 2. District Merksem - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 28/01/2022 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Serge Muyters, korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2022_CBS_00624 - Omgevingsvergunning - OMV_2021175310. Akkerbouwstraat 2. District Merksem - Goedkeuring 2022_CBS_00624 - Omgevingsvergunning - OMV_2021175310. Akkerbouwstraat 2. District Merksem - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2021175310

Gegevens van de aanvrager:

mevrouw Rita Siso met als adres Laarsebaan 129 bus 7 te 2170 Antwerpen

Ligging van het project:

Akkerbouwstraat 2 te 2170 Antwerpen (Merksem)

Kadastrale percelen:

afdeling 40 sectie C nr. 144R2

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

Verbouwen van een eengezinswoning.

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          08/10/1976: vergunning (103#8735) voor binnenverbouwingen.

 

Vergunde/vergund geachte toestand

-          functie:

  • eengezinswoning met complementaire functie als café.

-          bouwvolume:

  • gevelbreedte kant Akkerbouwstraat bedraagt ca. 10,50 m;
  • gevelbreedte kant Laaglandlaan bedraagt ca. 12,50 m;
  • afgevlakte hoekbreedte bedraagt 2 m;
  • volledige perceel bebouwd met uitzondering van de koer;
  • drie raamopeningen aan beide zijden;
  • een café, een keuken en een koer op de gelijkvloerse verdieping.

 

Huidige toestand

-          functie:

  • eengezinswoning.

-          bouwvolume:

  • gesloten hoekwoning met één bouwlaag onder schilddak;
  • kroonlijsthoogte bedraagt ca. 4,35 m;
  • nokhoogte bedraagt ca. 9,11 m.

-          inrichting gebouw:

  • leefruimte op de gelijkvloerse verdieping;
  • verplaatsing trap;
  • overdekte koer met daarin twee toiletten;
  • nieuwe deuropening, zijde laaglandlaan die uitgeeft in de overdekte koer;
  • vier kamers, een badkamer en apart toilet onder het dak op de eerste verdieping.

-          gevelafwerking:

  • roze geschilderde gevelsteen en plint voorzien in pleisterlaag;
  • buitenschrijnwerk in hout;
  • dakbedekking in rode dakpannen met dakvensters.

-          inrichting:

  • oppervlakte koer bedraagt ca. 26 m².
     

Gewenste toestand

-          functie:

  • eengezinswoning.

-          bouwvolume:

  • gesloten hoekwoning met drie bouwlagen onder een plat dak;
  • gevelbreedte kant Akkerbouwstraat bedraagt 10,2 m;
  • gevelbreedte kant Laaglandlaan bedraagt 8,80 m;
  • afgevlakte hoekbreedte bedraagt 2,40 m;
  • kroonlijsthoogte bedraagt 8,9 m.

-          Inrichting gebouw:

  • nieuwe inpandige garage zijde Akkerbouwstraat;
  • keuken, zithoek en afgescheiden toilet op de eerste verdieping;
  • terras met overkapping, toegankelijk vanuit de keuken;
  • twee slaapkamers en een badkamer op de tweede verdieping.

-          gevelafwerking:

  • buitengevels in grijze gevelsteen;
  • geïsoleerde bestaande gevel afgewerkt in grijze gevelsteenstrips;
  • buitenschrijnwerk in aluminium of pvc;
  • verbreding van de raamopening, kant Akkerbouwstraat vooraan rechts;
  • raamopening in plaats van deuropening aan de afgevlakte hoek;
  • gesloten raamopening kant laaglandstraat vooraan links.

-          inrichting:

  • oppervlakte tuin bedraagt ca. 20 m².


Inhoud van de aanvraag

-          slopen van het dak en de eerste verdieping;

-          slopen van de overkapping en de muren van de overdekte koer;

-          toevoegen van twee nieuwe bouwlagen op de bouwlaag van de gelijkvloerse verdieping;

-          isoleren en aanbrengen van nieuwe gevelsteen op de voorgevel;

-          verplaatsen traphal.

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Stadsontwikkeling/ Mobiliteit

14 december 2021

21 december 2021

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de stedelijke agglomeratie van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Kleine Ring en respectievelijk de reservatiestrook voor de aanleg van lijninfrastructuur (de A102) tussen Merksem en Wommelgem, de R11 tussen Wommelgem en Mortsel, de oostelijke grens van Mortsel en Hove en de reservatiestrook voor pijpleidingen tussen Hove/Kontich en Hemiksem.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:

- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

- de eigen aard van het betrokken gebied;

- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • artikel 19 Tuinafsluitingen: de tuinafsluiting is 2,90 m hoog en mag maximaal 2,60 m bedragen. 
  • artikel 34 stabiliteit en scheidingsmuren: er is geen opstand van 30 cm voorzien;
  • artikel 43 Septische putten: op de plannen staan geen dimensies van de septische put. 


Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.

Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
 

-          Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
 

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
 

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

Voorliggende aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande functie van eengezinswoning blijft behouden en is daarmee in harmonie met de kenmerkende woonfuncties in de Akkerbouwstraat en Laaglandlaan.
 

Verder wenst de bouwheer de voorgevel te isoleren en af te werken met steenstrips. Het na- isoleren van de gevels is vanuit stedenbouwkundig oogpunt aanvaardbaar.

Door het energiezuinig renoveren van woningen wordt er bijgedragen aan de klimaatambities, wat wordt gestimuleerd.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De aanvraag voldoet aan de goede ruimtelijke ordening op vlak van schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid. Het gebouw past in de bestaande straatwand en het toekomstig gabarit van de woningen uit zijn omgeving. De schaal van de aanvraag is overeenstemmend met deze van de omgeving.

De aanvraag betreft een pand gelegen op de hoek van de Akkerbouwstraat en de Laaglandlaan. De bebouwing in de Akkerbouwstraat bestaat uit een aaneengesloten bebouwing, bestaande uit 2 bouwlagen met een zadeldak. De bebouwing in de Laaglandlaan bestaat eveneens uit een aaneengesloten bebouwing. De bebouwing bestaat uit ofwel 2 à 3 bouwlagen met ofwel een plat dak of zadeldak.

De linker aanpalende bestaat uit 2 bouwlagen met een zadeldak en de gelijkvloerse bouwdiepte aan de rechterzijde bedraagt circa 13,7 m. Aan de rechterzijde bevindt zich een garage, bestaande uit 1 bouwlaag met plat dak. De bebouwing hiernaast bestaat uit 3 bouwlagen met een plat dak. 


De aanvraag bestaat zelf uit 3 bouwlagen met een plat dak. Op de gelijkvloerse verdieping wordt het pand teruggebracht tot een bouwdiepte van 9,23 m. Hierdoor komt er 20 m² open ruimte vrij want stedenbouwkundig aanvaardbaar is. De bijkomende verdiepingen hebben dezelfde bouwdiepte. 

 

Visueel-vormelijke elementen

De aanvraag voldoet aan de goede ruimtelijke ordening op vlak visueel-vormelijke elementen.
 

De feitelijke toestand van de omgeving wijst uit dat de Akkerbouwstraat gekenmerkt wordt door gevels in gevelbakstenen. 


De gevels van de aanvraag worden afgewerkt met grijze gevelsteen en aluminium of pvc buitenschrijnwerk. Deze materialen passen binnen de omgeving waarop de aanvraag betrekking heeft en zijn dus aanvaardbaar.
 

Het toepassen van buitengevelisolatie leidt tot een vervlakking van het straatbeeld door een verlies aan detaillering. Om een verarming van het materiaal tegen te gaan, wordt er bij een gunstig advies opgelegd dat bestaande elementen in natuursteen (raamdorpel, plint, deksteen…) behouden blijven of worden vervangen door nieuwe elementen in natuursteen. Deze details hebben immers ook een functie. Zo beschermt de plint tegen beschadigingen. Bij nieuwe gevelwerken is het noodzakelijk om een plint te plaatsen, ook al is deze niet aanwezig in de bestaande toestand.

 

De raamverdeling in de voorgevel weerspiegelt de achterliggende functies. Hierdoor is er een duidelijke uitspraak over de architectuur van de woning en de beeldkwaliteit van het gebouw is in samenhang met zijn omgeving. De gevelwijziging is stedenbouwkundig aanvaardbaar.
 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Gezien de specificiteit van het perceel, op de hoek van de straat en met aangebouwde constructies op de aanpalende percelen, is het aanvaardbaar om de bestaande hoogte van de tuinmuren te behouden. Een afwijking op artikel 19 van de bouwcode kan bijgevolg gunstig geadviseerd worden.

Om brandoverslag te voorkomen dient conform aan artikel 34 van de bouwcode een opstand van 30 cm te worden voorzien op de nieuwe scheidingsmuren. Een andere mogelijkheid is omwille van de brandveiligheid het dak te bekleden met niet brandbaar materiaal. Dit wordt opgenomen in de voorwaarden.

 

Naar voorwaarden wordt meegenomen om een septische put te plaatsen conform artikel 43 van de bouwcode. Op de aangeleverde plannen staan geen dimensies van de septische put vermeld.

 

Om het wooncomfort van een woning te bewaken is het belangrijk dat het aantal slaapkamers in verhouding staat met het aantal beschikbare vierkante meters leefruimte per bewoner. Dit is het geval in het voorliggend project, waardoor de woning voldoende wooncomfort biedt.
 

De stad Antwerpen hanteert een afwegingskader op aanvragen voor een stedenbouwkundige vergunning voor buitengevelisolatie. Bij een gunstig advies tot plaatsing van buitengevelisolatie is men verplicht om de werken over de volledige dikte van 14 cm uit te voeren. Op die manier wordt er maximale energiebesparing gerealiseerd binnen de bepalingen van het rooilijnendecreet.

 

Verder dient er bij het plaatsen van buitengevelisolatie aandacht besteed te worden aan een aantal voorwaarden in functie van het inpalmen van het openbaar domein.

 

Wanneer er zich in de bestaande toestand openbare verlichtingsarmaturen (of andere elementen van nutsvoorzieningen) bevinden aan de gevel moeten deze na het uitvoeren van de werken opnieuw gemonteerd worden aan de gevel op een duurzame manier (eventueel met een achterliggende constructie). Deze elementen moeten ten allen tijde kunnen hersteld worden of weggenomen worden. Indien nodig wordt hiervoor contact opgenomen met de dienst openbaar domein.

 

Wanneer de nieuwe constructie tot op het openbaar domein komt moet er rekening mee worden gehouden dat het voetpad in de toekomst hersteld kan worden zonder dat er aan de voorgevel ingrepen moeten gebeuren. De nieuwe gevelafwerking, inclusief plint, mag dan ook op geen enkele manier dragen op het openbaar domein, maar moet volledig opgehangen worden aan de achterliggende muur.

 

De inname van het openbaar domein is een dwingend criterium binnen het afwegingskader. Er moet na de werken voldoende ruimte overblijven zodat een vlot voetgangersverkeer mogelijk blijft. Er wordt gestreefd naar een obstakelvrije ruimte van 1,8 m, waarbij 1,5 m (exclusief boordsteen) wordt gehanteerd als absoluut minimum. De aanvraag voldoet hier aan.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat een omgevingsvergunningsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 30 van de bouwcode, herzien op 1 maart 2018, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding en wijzigen van het aantal wooneenheden. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

 

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van de bestaande toestand ongewijzigd blijven.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden; geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.); 

2. er moet een septische put geplaatst worden conform artikel 43 van de bouwcode;

3. de isolatie samen met het afwerkingsmateriaal is uit te voeren met een totale dikte van 14 centimeter;

4. de arrière-corps is te behouden en vrij te laten van materiaal en isolatie;

onderaan de gevel moet een plint worden voorzien van minimaal 60cm. De plint steekt voorbij het gevelvlak;

5. wanneer de nieuwe constructie tot op het openbaar domein komt moet er rekening mee worden gehouden dat het voetpad in de toekomst hersteld kan worden zonder dat er aan de voorgevel ingrepen moeten gebeuren. De nieuwe gevelafwerking, inclusief plint, mag dan ook op geen enkele manier dragen op het openbaar domein, maar moet volledig opgehangen worden aan de achterliggende muur.

6. wanneer er zich in de bestaande toestand openbare verlichtingsarmaturen (of andere elementen van nutsvoorzieningen) bevinden aan de gevel moeten deze na het uitvoeren van de werken opnieuw gemonteerd worden aan de gevel op een duurzame manier (eventueel met een achterliggende constructie). Deze elementen moeten ten allen tijde kunnen hersteld worden of weggenomen worden. Indien nodig wordt hiervoor contact opgenomen met de dienst openbaar domein;

7. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

15 november 2021

Volledig en ontvankelijk

14 december 2021

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

12 februari 2022

Verslag GOA

21 januari 2022

naam GOA

Gerd Cryns

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden; geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.);

2. er moet een septische put geplaatst worden conform artikel 43 van de bouwcode;

3. de isolatie samen met het afwerkingsmateriaal is uit te voeren met een totale dikte van 14 centimeter;

4. de arrière-corps is te behouden en vrij te laten van materiaal en isolatie;

onderaan de gevel moet een plint worden voorzien van minimaal 60cm. De plint steekt voorbij het gevelvlak;

5. wanneer de nieuwe constructie tot op het openbaar domein komt moet er rekening mee worden gehouden dat het voetpad in de toekomst hersteld kan worden zonder dat er aan de voorgevel ingrepen moeten gebeuren. De nieuwe gevelafwerking, inclusief plint, mag dan ook op geen enkele manier dragen op het openbaar domein, maar moet volledig opgehangen worden aan de achterliggende muur.

6. wanneer er zich in de bestaande toestand openbare verlichtingsarmaturen (of andere elementen van nutsvoorzieningen) bevinden aan de gevel moeten deze na het uitvoeren van de werken opnieuw gemonteerd worden aan de gevel op een duurzame manier (eventueel met een achterliggende constructie). Deze elementen moeten ten allen tijde kunnen hersteld worden of weggenomen worden. Indien nodig wordt hiervoor contact opgenomen met de dienst openbaar domein;

7. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.