2022_CBS_00585 - Omgevingsvergunning - OMV_2021121271. Frans Van Hombeeckplein 17. District Berchem - Goedkeuring

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

Relevante voorgeschiedenis

-          24/03/2006: vergunning (3220#142) voor het verbouwen van een bestaand schoolgebouw;

-          02/07/2003: vergunning (961#453) voor het verbouwen van bestaande schoolgebouw De Merode.

Vergunde/vergund geachte toestand

-          een scholencomplex bestaande uit vijf gebouwvleugels op een terrein ingesloten door het Frans Van Hombeeckplein, de Frederik De Merodestraat, Sint-Hubertusstraat en de Grote Steenweg;

-          school De Knikkerbaan en De Merode samengevoegd tot één basisschool met gewoon en buitengewoon onderwijs;

-          blok Z:

• grenzend aan Frans Van Hombeeckplein;
• drie bouwlagen onder schuin dak;
• inspringende poort in centrale inkom.

-          blok W:

• haaks op blok Z en verbinding tussen blok Z en blok T;
• drie bouwlagen onder schuin dak;
• secretariaat, bibliotheek en begeleidingsruimte.

-          gevelafwerking:

• roodbruine bakstenen gevels;
• overwegend wit metalen ramen;
• contrasterende bakstenen banden en siermotieven, bij voorkeur in Belgische driekleur.

Huidige toestand

-          conform vergunde toestand;

-          vaststelling (ID: 99917) van Sint-Stanislascollege als bouwkundig erfgoed;

-          bescherming (ID: 7208) van Sint-Stanislascollege als stads- of dorpsgezicht;

-          bescherming (ID: 7207) van Sint-Stanislascollege: schoolvleugels als monument.

Gewenste toestand

-          blok Z:

• nieuwe gelijkvloerse ramen in blok Z met nieuwe indeling;
• lift achter traphal;
• twee nieuwe poorten (één hoge en één lage) voor centrale inkom waarvan de hoge in het gevelvlak;
• nieuwe doorgang vanuit centrale inkom naar blok B links;
• eveneens doorgang op eerste en tweede verdieping naar traphal op hoek Frans Van Hombeeckplein en Frederik De Merodestraat;
• nieuwe indeling sanitair blok met toegankelijk toilet op gelijkvloerse, eerste en tweede verdieping nabij traphal;
• op gelijkvloerse verdieping herinrichting kleuterklassen met sanitair en kitchenette;
• inlijving gang bij kleuterklassen voor therapieruimte;
• nieuwe luifel in wit metaal en doorzichtige bogen op speelplaats grenzend aan de 3 kleuterklassen.

-          blok W:

• gelijkvloerse verdieping herbergt lokalen voor zorgcoördinators, verpleging, directeurskamers en begeleidingsruimtes;
• centrale gang tussen verschillende lokalen tot aan safe room;
• op eerste verdieping lokalen voor psychologen, overleg, beleidsondersteuners en bijkomend achteraan de personeelsrefter met verhoogd plafond;
• tweede verdieping: orthotheek en landschapskantoor met daklicht via lichttunnels;
• berging orthotheek op verhoogde vloer.

-          gevelafwerking:

• wit gelakt houten schrijnwerk;
• nieuwe metalen poort gepoedercoat met houten claustra.

-          inrichting:

• rolstoeltoegankelijke speelplaats.
  
  

Inhoud van de aanvraag

-          het wijzigen van het schrijnwerk in de gelijkvloerse voorgevel;

-          het uitvoeren van interne aanpassingen in functie van het vergroten van de nuttige ruimte en het rolstoeltoegankelijk maken van de school (het plaatsen van een lift, het voorzien van hellingen, toegankelijke toiletten, enzovoort);

-          het voorzien van een dakuitbouw in functie van de lift;

-          het bouwen van een luifel op de speelplaats.

Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Voorgeschiedenis

Op 19 december 2003 verleende het college aan Medisch Psychologisch Kindercentrum Antwerpen vzw een milieuvergunning klasse 2 voor exploitatie van een schoolgebouw (AN2003/538). De vergunning is geldig tot 19 december 2023.

Inhoud van de aanvraag

De aanvraag omvat de exploitatie van een schoolgebouw na verbouwingswerken. Er wordt een verandering gevraagd maar meteen wordt ook de – vroegtijdige – hernieuwing van de milieuvergunning gevraagd. De vergunning wordt gevraagd voor onbepaalde duur.

Aangevraagde rubrieken

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

Adviezen

Externe adviezen

Interne adviezen

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de binnenstad van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Leien en de Kleine Ring.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:

- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

- de eigen aard van het betrokken gebied;

- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening toegankelijkheid op volgend punt:

• Artikel 12§2 Vrije doorgangshoogte: de doorgangshoogte onder de bergingsduplex in Z003-004-005 is kleiner dan 230 cm;
• Artikel 18 Niveauverschillen van meer dan 18 cm: De hellingen van blok Z (1e verdieping) en de hellingen van blok Z en B1 (2e verdieping) maximaal 6.25% worden niet in combinatie met een trap uitgevoerd;
• Artikel 22 Vrij en vlakke doorgangsbreedte:
  • verschillende nieuwe deuropeningen op de tweede verdieping in Blok T hebben geen netto vrije doorgangsbreedte van 90 cm;
  • de deurbladbreedte van de originele deuren in gang T2.07 zijn kleiner dan 98 cm;
• Artikel 24 Draairuimte:
  • de buitenste rand van de vrije en vlakke draairuimte aan de duwzijde van de deur kan het gesloten deurvlak niet raken in toiletruimte W0.013.
  • Voor deur T2.16 kan er geen vrije en vlakke draaicirkel van minimaal ø150 cm gemaakt worden rakend aan het draaivlak van de deur;
• Artikel 25 Vrije en vlakke wand- en vloerruimte: voor deur Z1.02, W1.06, W1.07 is er geen vrije en vlakke wand- en vloerruimte van minimaal 50 cm naast de krukzijde van de deur;
• Artikel 29/2 Publiek toegankelijke toiletten: voor de nieuwe toiletten in de kleuterklassen (Z 0.03, Z 0.04 en Z 0.05) is er slechts één aangepast toilet.

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend punt:

• Artikel 21 Minimale hoogte van ruimten: bij nieuwbouw, herbouw, functiewijziging of voor elke nieuwe ruimte bij volume-uitbreiding, dienen verblijfsruimten een minimale vrije hoogte te hebben van 2,60 meter; de vrije hoogte van de duplex/mezzanine in de kleuterklassen (Z 0.03, Z 0.04 en Z 0.05) bedraagt tussen de mezzaninevloer en het plafond slechts 2,05 meter. Tussen het gelijkvloerse vloerniveau en de mezzaninevloer is de vrije hoogte slechts 1,80 meter.
• Artikel 24 Minimale lichtinval en minimale luchttoevoer: elke verblijfsruimte dient openingen te hebben voor de toetreding van daglicht en zicht. Elke verblijfsruimte dient minimaal één te openen gevel- of dakdeel te hebben zodat de ruimte op natuurlijke wijze geventileerd kan worden. De begeleidingsruimte W 0.012 en de safe room W0.08 hebben geen raamopeningen die uitmonden in openlucht.

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-          Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021. 

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.

Omgevingstoets

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

Beoordeling afwijkingen van de voorschriften

De aanvraag wijkt af op volgende artikels van de bouwcode:

-          Artikel 21: de vrije hoogte van de duplex/mezzanine in de kleuterklassen (Z 0.03, Z 0.04 en Z 0.05) bedraagt tussen de mezzaninevloer en het plafond slechts 2,05 meter. Tussen het gelijkvloerse vloerniveau en de mezzaninevloer is de vrije hoogte zelfs maar 1,80 meter. Dit biedt onvoldoende gebruikskwaliteit voor de toiletruimtes en het bureau van de leerkracht waardoor er niet op geldige wijze kan afgeweken worden op dit artikel. De mezzanine wordt aldus uitgesloten van vergunning.

-          Artikel 24: de begeleidingsruimte W 0.012 en de safe room W 0.08 hebben geen raamopeningen die uitmonden in openlucht. Hierdoor kan er geen rechtstreeks licht toetreden in deze ruimtes en is zicht naar buiten onmogelijk. Voor de safe room W 0.08 is dit begrijpelijk gezien de aard van de ruimte en kan er bijgevolg afgeweken worden van artikel 24. Voor de begeleidingsruimte W 0.012 echter betekent dit wel degelijk een belangrijke vermindering aan gebruikskwaliteit waardoor er een afwijking hier niet aanvaardbaar is. In voorwaarde wordt er dus opgenomen dat begeleidingsruimte W 0.012 niet als verblijfsruimte zal kunnen worden ingericht en gebruikt.

De aanvraag wijkt af op volgende artikels van de gewestelijke verordening toegankelijkheid:

-          Artikel 22: De nieuwe deuropeningen moeten voldoen aan de toegankelijkheidsverordening. Er wordt opgemerkt dat verschillende nieuwe deuropeningen op de tweede verdieping in Blok T geen netto vrije doorgangsbreedte hebben van 90 cm. Op de plannen wordt de maatvoering ’90 cm’ verkeerdelijk genomen voor de ruwbouwmaat.

-          artikel 24:

• de buitenste rand van de vrije en vlakke draairuimte aan de duwzijde van de deur kan het gesloten deurvlak niet raken in toiletruimte W0.013.
• Voor deur T2.16 kan er geen vrije en vlakke draaicirkel van minimaal ø150 cm gemaakt worden rakend aan het draaivlak van de deur.

-          Artikel 25:

• voor deur Z1.02, W1.06, W1.07 is er geen vrije en vlakke wand- en vloerruimte van minimaal 50 cm naast de krukzijde van de deur.

-          artikel 29/2: de toiletten in de kleuterklassen (Z 0.03, Z 0.04 en Z 0.05). Hiervoor werd er geen afwijking gevraagd. Er werd echter wel voldaan aan de voorwaarden uit het voorafgaandelijk advies van Inter:

“Sanitair kleuterklassen:

In elk sanitair blok moet minimaal 1 aangepast toilet voorzien worden. Bij de kleine toiletjes in de kleuterklassen kan hierop eventueel een afwijking gevraagd worden.

-          Op voorwaarde dat het aangepast toilet in de gang te allen tijde bereikbaar is, ook door de therapieruimtes wanneer deze in gebruik zijn.

-          Indien het toilet Z0.04b als aangepast voorzien wordt:

• De afstand van de voorste rand van de toiletpot tot de achterwand moet minimaal 70 cm zijn.
• De afstand tussen de as van de wastafel en de dichtstbijzijnde hoek moet minimaal 50 cm zijn. “

Volgende afwijkingen werden voorafgaandelijk aan de omgevingsaanvraag gevraagd aan Inter en door hen toegestaan:

-          Artikel 12§2 Vrije doorgangshoogte: de doorgangshoogte onder de bergingsduplex in Z003-004-005 is kleiner dan 230 cm namelijk 220 cm (totale beschikbare hoogte is 405 cm).

Advies Inter: “Gezien de bestaande toestand én de beperkte oppervlakte onder de mezzanine kunnen we ons in dit dossier vinden in deze afwijkingsvraag. Voor de duidelijkheid gaat het hier om de mezzanines in dit schoolgebouw bij de drie kleuterklassen.

Stedenbouwkundig standpunt: Op de ingediende plannen is de doorgangshoogte onder de bergingsduplex slechts 1,80 meter. Vanuit stedenbouwkundig oogpunt kan er, zoals hoger vermeld, geen afwijking worden toegestaan op artikel 21 van de bouwcode.

-          Artikel 18 Niveauverschillen van meer dan 18 cm:

• De hellingen van blok Z (1e verdieping) en de hellingen van blok Z en B1 (2e verdieping) maximaal 6.25%: binnen de bestaande structuur van de gang is er onvoldoende breedte om de combinatie met een trap te realiseren.

Advies Inter: “Gezien de bestaande toestand en de beperkte gangbreedte kan hier een afwijking toegestaan worden op artikel 18 waarbij het niveauverschil niet op twee manieren overbrugd zal worden in deze verbouwing.”

In voorwaarde zal opgenomen worden om aan beide zijden van de hellingen leuningen te plaatsen die boven- en onderaan minimaal 40 cm  horizontaal doorlopen alvorens af te buigen naar de vloer of wand.

-          Artikel 22 Vrije en vlakke deurgangsbreedte: deuren gang T2.07: de deurbladbreedte van de originele deuren in gang T2.07 zijn kleiner dan 98 cm. Erfgoed verwacht van dit beschermde monument dat de deuren worden behouden of op z'n minst worden gerecupereerd.

Advies Inter: “Volgens de toegankelijkheidsverordening moeten alle zaken die wijzigen voldoen aan de normen en dus toegankelijk zijn. Erfgoed kan volgens artikel 35 een afweging maken tussen de toegankelijkheidsvereisten en de te behouden erfgoedwaarden. “

Advies Erfgoed: “In principe is de verbreding van de gang voor het agentschap Onroerend Erfgoed niet evident. Ze werd omwille van een betere circulatie en dus toegankelijkheid wel aanvaard. Er werd daarbij door het agentschap Onroerend Erfgoed opgelegd om de deuren op die verdieping te behouden, omwille van hun erfgoedwaarde. Indien ze niet kunnen behouden blijven omwille van hun toestand zou bij opnieuw gemaakte deuren een verbreding uiteraard mogelijk zijn. Gezien de staat waarin de deuren zich bevinden, ziet het agentschap echter geen enkele reden waarom de deuren niet opnieuw gebruikt kunnen worden. Dit was immers onze voorwaarde om een verbreding toe te staan. In dat geval lijkt een aanpassing omwille van de erfgoedwaarde onmogelijk. Het zou immers een onredelijke aanpassing vragen van het erfgoed, zowel naar beeld van de gang als naar materialiteit van de deur zelf. Daarenboven gaat het hier over een verdieping die niet toegankelijk is voor rolstoelgebruikers en bovendien zal de deur een vrije doorgangsbreedte behouden van 91 cm. Conclusie, de deuren kunnen niet aangepast worden.”

Functionele inpasbaarheid

Het advies van de stedelijke dienst Talentontwikkeling en Vrijetijdsbeleving/Onderwijsbeleid/Capaciteit is gunstig:

“Het betreft een project in het kader van noodcapaciteit in het buitengewoon onderwijs. Niet alleen in het gewoon onderwijs is een groot tekort, maar ook in het buitengewoon onderwijs is een gigantisch tekort. Vlaanderen maakte middelen vrij om snel capaciteit bij te creëren in het buitengewoon onderwijs. Het project werd goedgekeurd door de lokale taskforce Antwerpen.”

De aanvraag omvat geen functiewijziging. Het gaat om een bestaand schoolgebouw dat voornamelijk intern verbouwd wordt. De functionele inpasbaarheid blijft hierdoor gegarandeerd.

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

Basisscholen De Knikkerbaan en De Merode werden samengevoegd tot één basisschool met gewoon en buitengewoon basisonderwijs onder één dak. In het kader van deze samenvoeging en vanwege de populatiedruk worden er een aantal renovatiewerken gepland. De school heeft te weinig oppervlakte volgens het aantal leerlingen. Door de oppervlakte van de bestaande gebouwen beter te benutten, wordt een uitbreiding van de gebouwen vermeden. Hierdoor blijft ook de beperkte buitenruimte gevrijwaard. De aanpassingen hebben ook als doel om een groot deel van de gebouwen rolstoeltoegankelijk te maken. De aanvraag houdt bijgevolg voornamelijk interne aanpassingen in en aanpassingen aan de gevels van het bestaand schoolgebouw. Buiten de dakuitbouw (Blok Z) in functie van de plaatsing van een lift en het plaatsen van een transparante luifel aan de achtergevel (Blok Z) zijn er verder geen volumetrische wijzigingen gepland. Schaal en ruimtegebruik worden aldus gunstig beoordeeld.

Visueel-vormelijke elementen en Cultuurhistorische aspecten

De aanvraag heeft betrekking op een site die werd beschermd als stadsgezicht Sint-Stanislascollege: scholencomplex sinds 2004. Bijkomend zijn de schoolvleugels beschermd als monument.

Het geheel is eveneens opgenomen in de vastgestelde inventaris van het bouwkundig erfgoed, vastgesteld bij besluit van de Vlaamse minister van Buitenlands Beleid en Onroerend Erfgoed, G. Bourgeois van 29 maart 2019. De vaststelling van de inventaris van het bouwkundig erfgoed zorgt ervoor dat er een éénduidige en overzichtelijke lijst van het gebouwd patrimonium in Vlaanderen bepaald is. Opname in de vastgestelde inventaris van het bouwkundig erfgoed betekent voor elk van de erfgoedobjecten dat zij een vorm van vrijwaring voor de toekomst genieten. Voor het complex werd een beheersplan opgemaakt.

Artikel 5 §1 van de stedenbouwkundige verordening – bouwcode van 25 oktober 2014 zegt dat voor gebouwen opgenomen in de inventaris van bouwkundig erfgoed en gebouwen gelegen in CHE-gebied de wijziging van de bestaande toestand van elk gebouw of constructie onderworpen wordt aan de wenselijkheid van het behoud. Het behoud van de elementen met culturele, historische en/of esthetische waarde primeert boven de andere voorschriften. Dit geldt zowel voor het exterieur, als het interieur.

Conform artikel 5§2 van de stedenbouwkundige verordening – bouwcode van 25 oktober 2014 moet de beschrijvende nota van de bouwaanvraag voldoende informatie bevatten over het cultuurhistorisch profiel van de aanwezige elementen zodat vergunningverlenende overheid deze kan afwegen. Afhankelijk van de aard en omvang van de geplande werken kan er een CHE-rapport gevraagd worden met een meer uitgebreide bouwhistorische en beschrijvende studie van het gebouw. Het project werd voorbesproken.

Sint-Stanislascollege, begrensd door Frederik de Merodestraat, Frans Van Hombeeckplein en Sint-Hubertusstraat. Stichting in 1903 door Monseigneur Th. Roucourt, neerlandicus, deken van Berchem en Monseigneur J. De Lescluze, rector van de Heilig Hartbasiliek, officieel erkend en gesubsidieerd door het bisdom.

1903: veranderen en vergroten van twee bestaande huizen Frederik de Merodestraat en opbouw nieuwe vleugels aan laatstgenoemde en Frans Van Hombeeckplein (parallel eraan en loodrecht op); 1905: vergroting van kapel en studiezaal + aanbouwen vleugel Frans Van Hombeeckplein.

1908: verhoging tot drie bouwlagen van eerste vleugels; 1913: uitbreiding met haaks aangebouwde feestzaal; alle bouw- en verbouwingswerken onder leiding van J. De Vroey, zie verschillende gedenkstenen; in 1928 werd het voormalige Instituut van de Heilige Familie (zie Sint-Hubertusstraat nummer 12 en Jan Moorkensstraat nummer 95) aangekocht en in 1956 de nieuwe vleugel in de tuin opgetrokken.

Langgestrekte bakstenen vleugels van drie bouwlagen onder zadeldak, verlevendigd met contrasterende bakstenen banden en siermotieven, bij voorkeur in Belgische driekleur; travee-indeling door middel van lisenen met sierankers; afgeschuinde ingangstravee en (voormalige) kapel met puntgevel; segmentboogvensters met uitzondering van rondbogig kapelvenster. Vleugel Frederik de Merodestraat met vernieuwd bakstenen parement aan straatzijde; behouden interieur met onder meer glas-in-lood-vensters en -deuren uit eerste periode. Feestzaal, heden turnzaal, met interessante gietijzeren spantconstructie. Indeling met klassen aan speelplaatszijde, zie oriëntatie van de gebouwen.

Blok W en T zijn beschermd als monument, ook de schil van alle gebouwen is beschermd door de ligging in beschermd stadsgezicht. Het advies van het Agentschap voor Werken in en aan deze volumes is doorslaggevend en moet strikt worden nageleefd.

In blok Z palend aan het Frans Van Hombeeckplein worden 3 kleuterklassen ondergebracht. Er wordt eveneens een lift voorzien om zowel blok W als blok A grotendeels toegankelijk te maken. De gevel naar het schoolplein wordt aangepast in functie van de toegankelijkheid naar de speelplaats en het uitzicht naar de buitenruimte.

Deze werken werden voorbesproken en zijn vanuit erfgoedoogpunt aanvaardbaar.

Gelet op het voorgaande wordt een voorwaardelijk gunstig advies verleend:

“Het advies van het Agentschap Onroerend Erfgoed moet strikt gevolgd worden.”

Aangezien het advies van het Agentschap Onroerend Erfgoed gunstig zonder voorwaarden is, is deze voorwaarde van de stedelijke dienst Monumentzorg zonder inhoud en zal ze bijgevolg niet overgenomen worden. Het advies van het Agentschap Onroerend Erfgoed luidt immers:

”Deze handelingen krijgen een gunstig advies omdat ze geen afbreuk doen aan de bescherming.”

Het advies van de stedelijke dienst Onroerend Erfgoed/Archeologie is gunstig:

“Het projectgebied bevindt zich buiten een archeologisch vastgestelde zone. Het projectgebied is gelegen binnen een woon- en recreatiegebied met een oppervlakte boven de 3.000 m² (3.415 m²) en een ingreep in de bodem onder de 1.000 m² (voornamelijk bovengronds of niet vergunningsplichtige ingrepen). Volgens het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013, artikel 5.4.1 is hiervoor geen archeologienota verplicht.”

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke omgevingsvergunningsaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de inhoud van de aanvraag geen impact heeft op de parkeerbehoefte.

Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu

Basisscholen De Knikkerbaan (Frederik de Merodestraat 34) en De Merode (Frans Van Hombeeckplein 17) werden samengevoegd tot één basisschool met gewoon en buitengewoon onderwijs onder één dak. In het kader van deze samenvoeging en de optimalisering van de schoolwerking, worden er een aantal (voornamelijk interne) verbouwingswerken gepland aan de gebouwen gelegen aan het Frans Van Hombeeckplein 17. Bij deze samenvoeging en verbouwing werden eveneens de ingedeelde inrichtingen en activiteiten (IIOA’s) geactualiseerd.

In 2020 werden alle verwarmingsketels op stookolie vervangen door gasgestookte installaties (rubriek 43.1.1.b). De indienststellingsattesten van deze nieuwe installaties werden bij de aanvraag gevoegd. De stookolietanks werden verwijderd. Het waterverbruik van de school bedraagt 547 m³/jaar en is niet (meer) ingedeeld. Een transformator is wel nog aanwezig (rubriek 12.2.1). Ook beschikt de school nog steeds over een polyvalente zaal die ook kan gebruikt worden als feestzaal (rubriek 32.2.2). De ingedeelde inrichtingen of activiteiten zijn alle in de derde klasse ingedeeld. Van de exploitatie wordt dan ook weinig hinder verwacht. Er werden tot nog toe geen klachten geregistreerd betreffende hinder van de polyvalente zaal / feestzaal. Er wordt vanuit gegaan dat de exploitatie op dezelfde manier zal verder gezet worden.

De plaatsing van een hemelwaterput is niet verplicht en wordt ook niet gepland. Wel dient er een infiltratievoorziening geplaatst te worden. Er zal gewerkt worden met infiltratiekratten. De totale oppervlakte van de voorziening zal 7,05 m² bedragen met een volume van 3.300 liter.

Als reden voor de vroegtijdige hernieuwing wordt een overdracht opgegeven. Dit wordt verder niet toegelicht. De samenvoeging van twee scholen en de verbouwings-, inrichtings,- en aanpassingswerken die hieruit voortvloeien, worden echter als voldoende beschouwd om deze vroegtijdige hernieuwing toe te staan.

De vergunningverlenende overheid is verplicht om een advies in te winnen bij het Agentschap Onroerend Erfgoed als de vergunningsaanvraag betrekking heeft op ingedeelde inrichtingen of activiteiten in of aan: een beschermde archeologische site, een beschermd monument, een beschermd cultuurhistorisch landschap of een beschermd stads- of dorpsgezicht (decreet van 12 juli 2013 betreffende het onroerend erfgoed artikel 6.4.4§3). De gebouwen omvat in voorliggende aanvraag maken deel uit van een beschermd stadsgezicht en een beschermd monument (Sint-Stanislascollege). De interne diensten Archeologie en Monumentenzorg van de stad Antwerpen geven een respectievelijk gunstig en voorwaardelijk gunstig advies. Het Agentschap Onroerend Erfgoed heeft eveneens een gunstig advies uitgebracht. 
 

Advies aan het college

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.

2. De begeleidingsruimte W 0.012 kan niet als verblijfsruimte worden ingericht en als dusdanig worden gebruikt.

3. Het ontwerp moet, buiten de toegestane afwijkingen, voldoen aan de verordening toegankelijkheid en in het bijzonder op volgende punten:

• De nieuwe deuropeningen op de tweede verdieping in Blok T moeten een vrije doorgangsbreedte hebben van 90 cm conform artikel 22.
• Voor W0.013 en T2.16 moet er een vrije en vlakke draairuimte zijn aan de duwzijde van de deur zodat de buitenste rand van vrije en vlakke draairuimte het gesloten deurvlak kan raken conform artikel 24.

• Voor deur Z1.02, W1.06, W1.07 moet er een vrije en vlakke wand- en vloerruimte van minimaal 50 cm zijn naast de krukzijde van de deur conform artikel 25.

4. Uitsluitingen

De duplex/mezzaninevloer in de kleuterklassen zoals in het rood aangeduid op volgende plannen:

BA_blok Z_P_N_0_duplex T9 klassen_rood_aangeduid;

BA_blok ZW_S_N_CC_zijgevel oost W nieuw_rood_aangeduid;

worden uitgesloten uit de vergunning.

Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Mits voldaan wordt aan de algemene en sectorale vergunningsvoorwaarden, is deze aanvraag in overeenstemming met de VLAREM wetgeving. Vanuit milieutechnisch oogpunt wordt positief advies gegeven de vergunning te verlenen. 

Geadviseerde rubrieken

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.