Terug
Gepubliceerd op 17/01/2022

2022_CBS_00211 - Omgevingsvergunning - OMV_2021166036. Neptunusstraat 63. District Berchem - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 14/01/2022 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Serge Muyters, korpschef

Verontschuldigd

Jinnih Beels, schepen

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2022_CBS_00211 - Omgevingsvergunning - OMV_2021166036. Neptunusstraat 63. District Berchem - Goedkeuring 2022_CBS_00211 - Omgevingsvergunning - OMV_2021166036. Neptunusstraat 63. District Berchem - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2021166036

Gegevens van de aanvrager:

mevrouw An Janssens met als adres Neptunusstraat 63 te 2600 Berchem (Antwerpen) en de heer Michel Verbiest met als adres Neptunusstraat 63 te 2600 Berchem (Antwerpen)

Ligging van het project:

Neptunusstraat 63 te 2600 Berchem (Antwerpen)

Kadastrale percelen:

afdeling 22 sectie A nr. 32D12

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

verbouwen van een eengezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          19/01/1949: toelating (961#5961) voor het bouwen woning.

Vergunde/vergund geachte toestand

-          eengezinswoning;

-          bouwvolume:

  • hoofdbouw van 2 bouwlagen onder een zadeldak in gesloten bebouwing;
  • achterbouw van 1 bouwlaag onder een plat dak aan de linker zijde en 1 tot 2 bouwlagen onder een plat dak aan de rechterzijde met een bouwdiepte van 15,58 m;

-          voorgevelafwerking:

  • voorgevel in rode gevelsteen;
  • raam- en deuromlijstingen, dorpels en gevelplint in beton;
  • dakkappel afgewerkt met houten beplanking;
  • rode dakpannen;

-          inrichting:

  • zolder en mansardekamer op de 2de verdieping.

Huidige toestand

-          eengezinswoning;

-          bouwvolume:

  • hoofdbouw van 2 bouwlagen onder een zadeldak in gesloten bebouwing;
  • achterbouw van 1 bouwlaag onder een plat dak aan de linkerzijde tot een bouwdiepte van 15,58 m;
  • achterbouw aan de rechterzijde van 1 tot 2 bouwlagen onder een plat dak tot een bouwdiepte van 19,00 m;

-          voorgevelafwerking:

  • voorgevel in rode gevelsteen;
  • raam- en deuromlijstingen, dorpels en gevelplint in beton;
  • buitenschrijnwerk in witte pvc en een voordeur in witgeschilderd hout;
  • dakkappel afgewerkt met houten beplanking;
  • rode dakpannen;

-          inrichting:

  • 2 slaapkamers op de 2de verdieping.

Gewenste toestand

-          eengezinswoning;

-          bouwvolume:

  • hoofdbouw van 2 bouwlagen onder een zadeldak in gesloten bebouwing;
  • perceelsbrede achterbouw van 1 bouwlaag en 1 tot 2 bouwlagen aan de rechterzijde met een bouwdiepte van 15,72 m;
  • stalen luifel aan achtergevel, als groeistructuur voor planten met een maximale bouwdiepte van 1,12 m langs de rechter perceelsgrens en toelopend naar de linker perceelsgrens;

-          voorgevelafwerking:

  • voorgevel in rode gevelsteen;
  • raam- en deuromlijstingen, dorpels en gevelplint in beton;
  • buitenschrijnwerk in wit aluminium/hout en een voordeur in wit geschilderd hout;
  • dakkappel afgewerkt met houten beplanking;
  • rode dakpannen;

-          inrichting:

  • 2 slaapkamers op de 2de verdieping.

Inhoud van de aanvraag

-          slopen van de bestaande achterbouw;

-          bouwen van een nieuwe achterbouw en stalen groeistructuur voor planten;

-          uitvoeren van interne constructieve werken;

-          wijzigen van de scheimuren;

-          wijzigen van het buitenschrijnwerk in de voorgevel. 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de stedelijke agglomeratie van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Kleine Ring en respectievelijk de reservatiestrook voor de aanleg van lijninfrastructuur (de A102) tussen Merksem en Wommelgem, de R11 tussen Wommelgem en Mortsel, de oostelijke grens van Mortsel en Hove en de reservatiestrook voor pijpleidingen tussen Hove/Kontich en Hemiksem.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:

- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

- de eigen aard van het betrokken gebied;

- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • artikel 19 Tuinafsluitingen:

het is niet duidelijk of er tuinafsluitingen worden voorzien op de perceelsgrenzen;

  • artikel 21 Minimale hoogte van ruimten:

de slaapkamers op de 2de verdieping (onder zadeldak) hebben een hoogte van slechts 2,20m. Dit is minder dan de minimaal vereiste 2,60m voor verblijfsruimtes;

  • artikel 24 Minimale lichtinval en minimale luchttoevoer:

de slaapkamers op de 2de verdieping ontvangen onvoldoende licht en lucht;

  • artikel 34 Stabiliteit en scheidingsmuren:

de scheimuren met de linker en rechter aanpalende zijn ter hoogte van de nieuwe achterbouw niet voorzien van een opstand van ten minste 30cm ten opzichte van het hoogst aangrenzende dakvlak;

  • artikel 39 Infiltratie- en buffervoorzieningen:

het is niet duidelijk of het nieuwe terras wordt aangelegd in een helling richting de aangrenzende tuin;

  • artikel 41 Kenmerken aansluiting van de leidingen met het openbaar rioolstelsel:

de aansluiting van de regenafvoerbuis aan de voorgevel op de RWA gebeurt niet inpandig.

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

 

-          Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

 

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

Voorliggende aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande functie van eengezinswoning blijft behouden en is daarmee in harmonie met de kenmerkende woonfuncties in de Neptunusstraat.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De vergunde eengezinswoning omvat een hoofdbouw van 2 bouwlagen onder een zadeldak in gesloten bebouwing. Deze is aangevuld met een achterbouw van 1 bouwlaag onder een plat dak aan de linkerzijde en 1 tot 2 bouwlagen onder plat dak aan de rechterzijde. De gelijkvloerse bouwdiepte bedraagt in de vergunde toestand 15,58 m. In de bestaande toestand is de gelijkvloerse achterbouw uitgebreid en bedraagt de bouwdiepte op het gelijkvloers 19 m.

 

In voorliggende aanvraag wordt het gelijkvloerse deel van de achterbouw volledig gesloopt en vervagen door een nieuwe achterbouw tot een bouwdiepte van 15,72 m. Achter de nieuwe aanbouw wordt een stalen luifel als groeistructuur voor platen voorzien. De luifel heeft een bouwdiepte van 1,12 m langs de rechter perceelsgrens en loopt toe op een punt ter hoogte van de linker perceelsgrens. De voorgestelde bouwdiepte is verenigbaar met de goede ruimtelijke ordening. Na de uitbreiding blijft er voldoende ruimte over op het gelijkvloers om een kwalitatieve tuinzone te behouden.

 

Visueel-vormelijke elementen

De voorgevel in rode gevelsteen met raamomlijstingen, dorpels en gevelplint in beton wordt in voorliggende aanvraag voorzien van nieuw buitenschrijnwerk in aluminium/hout in een witte kleur. De bestaande voordeur in wit geschilderd hout blijft behouden. De voorgestelde gevelwijzigingen zijn stedenbouwkundig aanvaardbaar.

 

Bodemreliëf

In de vergunde en bestaande toestand bevindt het vloerpeil van de achterbouw zich op gelijke hoogte met deze van de hoofdbouw van de woning. De tuinzone bevindt zich volgens de plannen van de vergunde toestand circa 0,29 m lager. In de bestaande toestand bedraagt het hoogteverschil tussen de binnen- en buitenruimte circa 0,68 m. De nieuwe achterbouw wordt lager uitgevoerd zodat deze op een gelijke hoogte ligt met het terras en de achterliggende tuin. Het hoogteverschil van 0,68 m tussen de achterbouw en de gelijkvloerse leefruimtes in de hoofdbouw wordt opgevangen door enkele treden. De geplande ingrepen zijn stedenbouwkundig aanvaardbaar.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

 

De achtergevel van de nieuwe aanbouw wordt zo goed als volledig beglaasd uitgevoerd. Hierdoor wordt het contact tussen de gelijkvloerse leefruimtes en de achterliggende stadstuin versterkt. Dit komt de algemene woon- en leefkwaliteit van de woning ten goede en wordt dan ook gunstig beoordeeld.

 

De uitbreiding van de achterbouw bevindt zich voor een groot deel tussen het profiel van de scheimuren met de linker en rechter aanpalende. De scheimuur met de linker aanpalende wordt in de hoogte uitgebreid met circa  0,30 m over een lengte van 2,23 m.  De scheimuur met de rechter aanpalende wordt ten opzichte van de laatst vergunde toestand uitgebreid in de diepte over een afstand van 1,26 m met een hoogte van 4,03 m. Er wordt door de uitbreiding van de scheimuren geen groot nadeel met betrekking tot bezonning verwacht voor de aanpalende percelen.

 

Op de aangeleverde plannen zijn geen tuinafsluitingen ingetekend waardoor het niet mogelijk is om de aanvraag te beoordelen op basis van artikel 19 van de bouwcode. Conform dit artikel moet de tuin worden afgesloten door een muur, haag, draad of scherm met een hoogte van minimaal 1 m en maximaal 2,60 m. Om te voldoen aan de wetgeving rond lichten en zichten dient de tuinafsluiting ter hoogte van het terras minimaal 1,90 m te bedragen. Dit wordt opgenomen als voorwaarde voor vergunning.

 

In de aanvraag ontbreken de plannen van de 2de verdieping en de zolderruimte.  De beoordeling gebeurt daarom op basis van de archiefplannen, snede en de geveltekeningen. Volgens de archiefplannen zijn de ruimtes op de 2de verdieping benoemd als zolder en mansarde. Een zolder en mansarde kunnen niet worden beschouwd als verblijfsruimtes. In de nieuwe toestand worden beide ruimtes op de 2de verdieping ingericht als slaapkamers. Er wordt opgemerkt dat de hoogte van de slaapkamers beperkt is tot slechts 2,20m. Dit is strijdig met de bepalingen van artikel 21 van de bouwcode dat een minimale hoogte van 2,60m oplegt voor verblijfsruimtes. Bovendien ontvangen beide slaapkamers onvoldoende licht en lucht conform artikel 24 van de bouwcode. Gezien de herinrichting van beide ruimtes dienen deze te voldoen aan de actuele kwaliteitseisen. Het is dan ook niet mogelijk om een afwijking op artikel 21 en 24 toe te staan. Het gebruik van de ruimtes op de 2de verdieping als verblijfsruimtes wordt daarom uitgesloten uit de vergunning.

 

In voorliggende aanvraag worden de scheimuren met de linker- en rechteraanpalende ter hoogte van de nieuwe achterbouw niet uitgevoerd met een opstand van 30cm ten opzichte van het hoogst aangrenzende dakvlak. Dit is strijdig met artikel 34 van de bouwcode. Van dit voorschrift kan met het oog op het voorkomen van brandoverslag niet zonder meer afgeweken worden.

Deze 30cm kan bekomen worden door het dakpakket ter hoogte van de scheimuren minder dik uit te voeren of het volledige dak ter hoogte van de scheimuur minder hoog uit te voeren. Deze opstand is echter niet vereist indien tussen de scheidingswand en de vegetatie van een groendak een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed wordt voorzien, eventueel aangevuld met een eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm.

Als voorwaarde voor vergunning wordt opgelegd dat het aangevraagde dient te worden uitgevoerd conform één van de bovenstaande mogelijkheden. Een verhoging van de scheimuur zou eveneens een oplossing kunnen zijn. Echter dit maakt het voorwerp uit van een bevraging van de omwonenden, waarvoor in dat geval een nieuwe omgevingsaanvraag moet worden ingediend.

 

Conform artikel 39 van de bouwcode moeten niet overdekte terrassen worden aangelegd in een helling van 1 à 2 % richting de aangrenzende tuin zodat het regenwater op een natuurlijke wijze in de bodem kan infiltreren. Het is niet duidelijk of het nieuwe terras hieraan voldoet. Als voorwaarde voor vergunning wordt daarom opgelegd om het terras aan te leggen conform de bovenstaande bepalingen.

 

In voorliggende aanvraag wordt het rioolstelsel van de woning vernieuwd en gescheiden aangelegd. Er wordt echter opgemerkt dat het afvalwater van de badkamer en keuken wordt aangesloten op de RWA. Als voorwaarde voor vergunning wordt opgelegd om het afvalwater van keuken en badkamer aan te sluiten op de DWA.

 

Tot slot wordt opgemerkt dat de aansluiting van de regenafvoerbuis tegen de voorgevel op de RWA niet wordt uitgevoerd conform de bepalingen van artikel 41 van de bouwcode. De aansluiting dient inpandig te gebeuren, dit wordt opgenomen als voorwaarde voor vergunning. 

 

Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de woning aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke omgevingsvergunningsaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van de bestaande toestand ongewijzigd blijven.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1.      het gedeelte van de scheidingsmuren dat geen opstand heeft van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, te voorzien van een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand;

2.      tuinafsluitingen te voorzien met een minimale hoogte van 1 m en een maximale hoogte van 2,60 m conform artikel 19 van de bouwcode;

3.      de tuinafsluitingen ter hoogte van het terras uit te voeren met een minimale hoogte van 1,90 m;

4.      het terras aan te leggen in een helling van 1 à 2 % richting de aangrenzende tuin conform artikel 39 van de bouwcode;

5.      het afvalwater van badkamer en keuken aan te sluiten op de DWA;

6.      de aansluiting van de regenwaterafvoerbuis tegen de voorgevel op de RWA inpandig uit te voeren conform artikel 41 van de bouwcode;

7.      na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Uitsluitingen

Het gebruik van de ruimtes op de 2de verdieping als verblijfsruimtes.

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

25 oktober 2021

Volledig en ontvankelijk

25 november 2021

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

22 januari 2022

Verslag GOA

4 januari 2022

naam GOA

Katrijn Apostel

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1.      het gedeelte van de scheidingsmuren dat geen opstand heeft van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, te voorzien van een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand;

2.      tuinafsluitingen te voorzien met een minimale hoogte van 1 m en een maximale hoogte van 2,60 m conform artikel 19 van de bouwcode;

3.      de tuinafsluitingen ter hoogte van het terras uit te voeren met een minimale hoogte van 1,90 m;

4.      het terras aan te leggen in een helling van 1 à 2 % richting de aangrenzende tuin conform artikel 39 van de bouwcode;

5.      het afvalwater van badkamer en keuken aan te sluiten op de DWA;

6.      de aansluiting van de regenwaterafvoerbuis tegen de voorgevel op de RWA inpandig uit te voeren conform artikel 41 van de bouwcode;

7.      na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Uitsluitingen

Het gebruik van de ruimtes op de 2de verdieping als verblijfsruimtes.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.