Terug
Gepubliceerd op 28/03/2022

2022_CBS_02356 - Omgevingsvergunning - OMV_2021199026. Alfons Schneiderlaan 146. District Deurne - Weigering

college van burgemeester en schepenen
vr 25/03/2022 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Serge Muyters, korpschef

Verontschuldigd

Elisabeth van Doesburg, schepen

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2022_CBS_02356 - Omgevingsvergunning - OMV_2021199026. Alfons Schneiderlaan 146. District Deurne - Weigering 2022_CBS_02356 - Omgevingsvergunning - OMV_2021199026. Alfons Schneiderlaan 146. District Deurne - Weigering

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2021199026

Gegevens van de aanvrager:

mevrouw Bracha Lubinski met als adres Belgiëlei 44 te 2018 Antwerpen

Ligging van het project:

Alfons Schneiderlaan 146 te 2100 Deurne (Antwerpen)

Kadastrale percelen:

afdeling 30 sectie A nr. 502C5

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

vermeerderen van het aantal wooneenheden van 3 naar 4: toevoegen van een vierde bouwlaag

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

 

-          12/03/2021: weigering (20204591) voor het renoveren en uitbreiden van een meergezinswoning;

-          17/07/2020: weigering (20201444) voor het uitbreiden van een meergezinswoning;

-          1/1/1945: toelating (329#17904) voor herstellingswerken (zonder plannen);

-          1/1/1939: toelating (329#16409) voor het bouwen van een appartementsgebouw met zuiveringsstelsel.

 

Vergunde toestand

 

-          functie: meergezinswoning met 3 wooneenheden, per verdieping telkens 1;

-          bouwvolume: halfopen bebouwing met 3 bouwlagen onder plat dak, tegen de rechter perceelsgrens gebouwd;

-          gevelafwerking:

  • gebouw in gele steen;
  • stalen ramen in voorgevel tot halverwege de zijgevel;
  • houten ramen opzij en aan de achterzijde;
  • per verdieping een ronde raamopening boven de voordeur;

-          inrichting:

  • inrit naar 3 garageboxen achteraan op het perceel aan de linkerzijde;
  • voortuin afgesloten met gemetselde muurtjes en smeedwerk.

 

Huidige toestand

 

-          functie: meergezinswoning;

-          bouwvolume: per verdieping tekens 1 terras aan de zijgevel;

-          gevelafwerking:

  • ronde ramen boven voordeur gewijzigd in rechthoekige ramen;
  • indeling in stalen hoekramen gewijzigd;
  • materiaal ramen gewijzigd naar witte pvc ramen;
  • T-ramen in achterste gedeelte zijgevel verdwenen;
  • balkons in het midden van de zijgevel;
  • pijler aangebracht in zijgevel ter ondersteuning van balkons;
  • rode gevelsteen.

 

Gewenste toestand

 

-          functie: meergezinswoning met 4 wooneenheden:

  • 1 appartement met 3 slaapkamers en een netto-vloeroppervlakte van circa 104 m²;
  • 2 appartementen met 3 slaapkamers en een netto-vloeroppervlakte van circa 109 m²;
  • 1 appartement met 2 slaapkamers en een netto-vloeroppervlakte van circa 108 m²;
  • de gemiddelde netto-vloeroppervlakte van alle wooneenheden bedraagt 107,5 m²;

-          bouwvolume:

  • toegevoegde vierde bouwlaag;
  • met betrekking tot de nieuwe wooneenheden zijn volgende gegevens beschikbaar:

-          gevelafwerking:

  • gekaleide gevel in een witte kleur;
  • voorgevel op de vierde bouwlaag wordt afgewerkt in leien met antracietkleur;
  • buitenschrijnwerk in antracietkleurig PVC;

-          inrichting:

  • afgesloten koer;
  • volledig verharde tuinzone;
  • een septische put van 5.300 liter;
  • een infiltratiebekken van 5.750 liter.

 

Inhoud van de aanvraag

 

-          vermeerderen van het aantal wooneenheden van 3 naar 4;

-          toevoegen van een vierde bouwlaag;

-          intern verbouwen en uitbreiden van een meergezinswoning;

-          wijzigen van de gevel;

-          bouwen van een fietsenberging in de tuinzone.

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Brandweerzone Antwerpen-Zwijndrecht - Hulpverleningszone 1 (Antwerpen)/ Brandweer Zone Antwerpen

2 februari 2022

15 februari 2022

Voorwaardelijk gunstig

Fluvius System Operator/ Fluvius

2 februari 2022

16 februari 2022

Voorwaardelijk gunstig

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Ondernemen en Stadsmarketing/ Klantencontacten en Dienstverlening/ Loket Thema Wonen - huisnummering

2 februari 2022

16 februari 2022

Stadsontwikkeling/ Mobiliteit

2 februari 2022

11 februari 2022

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in het stadscentrum van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad begrensd door de Leien.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:

- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

- de eigen aard van het betrokken gebied;

- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

 

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)


De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)


De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Algemene bouwverordeningen

 

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)


De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

 

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)


De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

 

  • artikel 6 Harmonie en draagkracht:

de voorziene bouwdiepte op de extra verdieping is niet in harmonie met de omgeving. De voorziene afwerking van de voorgevel (nieuwe bouwlaag) is niet in harmonie met de totale constructie;

  • artikel 10 Inplanting, bouwhoogte en bouwdiepte:

de bouwdiepte van de extra verdieping is niet aanvaardbaar; 

  • artikel 26 Afvalverzameling:

de afvalberging wordt voorzien met een breedte van slechts 1 m. Dit is niet kwalitatief naar gebruik toe;

  • artikel 27 Open ruimte:

uit de foto’s blijkt dat er een open ruimte aanwezig is. Deze wordt in de voorliggende aanvraag volledig voorzien van verharding;

 

Sectorale regelgeving

 

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.


Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.


Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

 

-          Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)

 

De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

 

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen.
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)


Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

 

Voorliggende aanvraag betreft het vermeerderen van het aantal woongelegenheden van drie naar vier en omvat geen functiewijziging. De bestaande functie van meergezinswoning blijft behouden en is daarmee in harmonie met de kenmerkende woonfuncties in de Alfons Schneiderlaan.

 

Schaal – ruimtegebruik – bouwdichtheid

 

De aanvraag voorziet in het uitbreiden van een meergezinswoning met drie wooneenheden naar een meergezinswoning met vier wooneenheden. Voor het creëren van het bijkomende appartement wordt één bouwlaag toegevoegd aan het vergunde volume van drie bouwlagen. Het bestaande volume heeft een bouwdiepte van ongeveer 24,30 m. In de voorliggende aanvraag wordt de optopping voorzien over de volledige oppervlakte van het bestaande bouwvolume.

 

Het deel van de Alfons Schneiderlaan waar het gebouw zich in bevindt, kenmerkt zich door hoofdgebouwen met drie à vier bouwlagen hoog met een bouwdiepte van ongeveer 17 m. Het aangevraagde volume is groter dan het maximaal aanvaardbaar bouwvolume. Vooral qua bouwdiepte overschrijdt de aanvraag de aanwezige bouwdiepte en op die hoogte is de impact daarvan voor de omgeving des te groter. Artikel 6 van de bouwcode stelt namelijk dat te verbouwen gebouwen in een omgeving waar de bestaande bebouwing homogene kenmerken vertoont, zodanig moeten worden ontworpen dat ze in harmonie zijn met de kenmerken van de omgeving. Ook artikel 10 stelt dat de volume-uitbreiding wat betreft de bouwdiepte in harmonie moet zijn met het referentiebeeld. Wegens onverenigbaarheid met artikels 6 en 10 van de bouwcode, komt de aanvraag niet voor vergunning in aanmerking.

 

Uit de toegevoegde foto’s blijkt dat er in de tuin een groenzone met een oppervlakte van ongeveer 75 m² aanwezig was. Dit werd echter niet ingetekend op de plannen. In de voorliggende aanvraag wordt de volledige tuinzone verhard. Dit is strijdig met artikel 27 van de bouwcode dat stelt dat de tuin moet zoveel mogelijk als onverharde ruimte ingericht dient te worden en als groene ruimte aangeplant moet worden.

 

Visueel-vormelijke elementen

 

De bestaande voor-, zij- en achtergevel uit rood metselwerk worden in voorliggende aanvraag wit  gekaleid. Het nieuwe buitenschrijnwerk wordt in antracietkleurig PVC voorzien. De toepassing van lichtkleurige kalei is inpasbaar gezien de panden in de directe omgeving uitgevoerd zijn met lichtkleurige gevelmaterialen. Daarnaast is de lichte kleurstelling van de gevels gunstig te adviseren omwille van de positieve effecten van lichte gevelafwerkingen op de stedelijke opwarming. 

 

Er wordt wel opgemerkt dat enkel de voorgevel van de extra bouwlaag wordt afgewerkt met antracietkleurige leien. Deze voorgestelde gevelafwerking is qua materiaalkeuze, plaatsing en kleur niet afgestemd op de architectuur van de totale constructie. Hierdoor is de aanvraag ook op dit vlak strijdig met artikel 6 van de bouwcode. Het afwerken van de volledige voorgevel met metselwerk en kalei zou bij eventuele vergunning opgenomen worden als voorwaarde.

 

Mobiliteitsimpact

 

Toetsing parkeerbehoefte

 

Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen het beoordelingskader voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

 

Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 1 parkeerplaats.

 

De aanvraag betreft het uitbreiden van een meergezinswoning met 1 wooneenheid. In de nieuwe toestand zijn er 4 wooneenheden in het gebouw. De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding en of functiewijziging. Bij projecten tot 5 wooneenheden is de parkeernorm 1. De werkelijke parkeerbehoefte is 1.

 

De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Er zijn geen nuttige plaatsen voor de bijkomende wooneenheid.

Er zijn 3 bestaande garages in de achtertuin voor de 3 bestaande wooneenheden.

 

Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 1.

 

Het plan voorziet niet in (minstens) het aantal te realiseren plaatsen. Er dient gezocht naar een oplossing op eigen terrein.

 

 

Fietsvoorzieningen

 

Voor het bijkomende appartement moeten er vier fietsstalplaatsen gerealiseerd worden: 1 x 3 slaapkamerappartement = 4 fietsstalplaatsen. De fietsstalplaatsen worden voorzien in een aparte fietsenberging in de achtertuin.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

 

In de voorliggende aanvraag worden beperkte verbouwingswerken uitgevoerd aan de aanwezige appartementen. Deze werken zijn aanvaardbaar. De slaapkamer op de gelijkvloerse verdieping wordt voorzien van een schuifraam naar de aangrenzende koer. Hierdoor wordt het contact met de achterliggende buitenruimte versterkt wat de woonkwaliteit ten goede komt.

 

Het platte dak van de nieuwe bouwlaag wordt uitgevoerd als groendak wat vanuit duurzaamheid een aantal belangrijke voordelen heeft ten opzichte van een gewoon dak. Ze zorgen voor een kleinere hoeveelheid afgevoerd regenwater en beperken gelijktijdig het piekdebiet bij stortbuien. Ook verminderen ze het “urban heat island” effect en werken ze als (extra) dakisolatie tegen oververhitting. Ze capteren fijn stof, en zorgen voor meer biodiversiteit in de stad. Het is in voorliggende aanvraag onduidelijk of het hele platte dak voorzien wordt als groendak. Dit werd namelijk niet ingetekend op het dakenplan. Het voorzien van een groendak dient over de volledige oppervlakte van het dak te gebeuren.

 

Er wordt opgemerkt dat het afvallokaal in de kelder qua oppervlakte voldoet aan artikel 26 van de bouwcode maar het niet erg gebruiksvriendelijk is. Het is slechts 1 m breed en dat is erg smal. Beter zou zijn om de ruimte breder te maken en de berging ernaast te verkleinen. Op die manier zou het gebruiksgenot van het afvallokaal worden verhoogd. Verder is het onduidelijk hoe het afvallokaal verlucht wordt. Dit dient bij vergunning te worden opgelegd.

 

Tot slot is er onvoldoende informatie beschikbaar omtrent de aansluiting van het nieuwe gescheiden rioolstelsel op het openbare riolering. Het is onduidelijk of dit gebeurt volgens de bepalingen uit artikel 41 van de bouwcode. De aansluitpunten moeten namelijk minstens 0,20 m en hoogstens 0,50 m uiteen gelegen zijn. Daarnaast is het onduidelijk of er ter hoogte van de perceelsgrens toezichtputten worden voorzien. Het voorzien van een aansluiting conform artikel 41 zou bij eventuele vergunning opgenomen moeten worden als voorwaarde voor vergunning. 

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

 

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te weigeren, omwille van onverenigbaarheden met stedenbouwkundige voorschriften en een goede ruimtelijke ordening.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

5 januari 2022

Volledig en ontvankelijk

2 februari 2022

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

3 april 2022

Verslag GOA

11 maart 2022

naam GOA

Katrine Leemans

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning te weigeren.

Artikel 3

De plannen waarvan het overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, maken integraal deel uit van dit besluit.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.