Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2021168675 |
Gegevens van de aanvrager: | BV STUDIX met als contactadres Transvaalstraat 45 te 2600 Antwerpen |
Ligging van het project: | Viséstraat 46 te 2060 Antwerpen |
Kadastrale percelen: | afdeling 7 sectie G nr. 214C13 |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | slopen van een magazijn en het oprichten van een meergezinswoning met 7 woonentiteiten |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 27/05/1993: vergunning (86#8725170) voor het verbouwen van handelsgebouwen;
- 3/02/1950: toelating (18#26382) voor een nis voor benzinepomp en galg met darm.
Vergunde toestand/Geacht vergunde toestand
- magazijn, horende bij het handelsgelijkvloers van het naastgelegen pand, van 1 bouwlaag onder een zadeldak in gesloten bebouwing.
Gewenste toestand
- meergezinswoning met 7 woonentiteiten van 5 bouwlagen onder een plat dak in gesloten bebouwing met een bouwdiepte van circa 15 m en een kroonlijsthoogte van circa 16,4 m:
- voorgevel afgewerkt met lichtkleurige gevelsteen, plint in lichtkleurige zichtbeton, buitenschrijnwerk in champagnekleurig aluminium, wit gelakt stalen borstweringen en metalen kantelpoort en dakrand in lichtkleurig zichtbeton.
Inhoud van de aanvraag
- slopen van het magazijn;
- oprichten van een meergezinswoning met 7 woonentiteiten.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Brandweerzone Antwerpen-Zwijndrecht - Hulpverleningszone 1 (Antwerpen)/ Brandweer Zone Antwerpen | 15 december 2021 | 24 januari 2022 | Voorwaardelijk gunstig |
Fluvius System Operator/ Fluvius | 15 december 2021 | 4 januari 2022 | Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Ondernemen en Stadsmarketing/ Business en Innovatie | 15 december 2021 | 29 december 2021 |
Ondernemen en Stadsmarketing/ Klantencontacten en Dienstverlening/ Loket Thema Wonen - huisnummering | 15 december 2021 | 21 december 2021 |
Stadsontwikkeling/ Mobiliteit | 15 december 2021 | 17 december 2021 |
Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Vergunningen Milieu | 15 december 2021 | 4 januari 2022 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP 2060, goedgekeurd op 20 december 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: zone recht van voorkoop - algemene voorschriften en artikel 1 zone voor wonen - (wo).
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan op volgend(e) punt(en):
- 2 Bijzondere voorschriften, Artikel 1 Zone voor wonen – (Wo), 1.2 Inrichting, 1.2.1 Bouwdiepte: Aan de linker perceelgrens wordt een afstand van 4m98 afstand van de achterste perceelgrens gehouden.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening hemelwater op volgend(e) punt(en):
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening toegankelijkheid op volgend(e) punt(en):
- artikel 24 Toegangsdeuren:
voor alle toegangsdeuren naar de individuele appartementen wordt vastgesteld dat de vrije en vlakke draairuimte aan de duwzijde van de deur het gesloten deurvlak niet kan raken omwille van de diepe dagmaat;
- artikel 27 Parkeerplaatsen:
het gebouw beschikt niet over minstens één voorbehouden parkeerplaats.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het Rooilijndecreet.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
Een woongebouw is inpasbaar in deze rij van kenmerkende woongebouwen aan de rand van het park.
Schaal – ruimtegebruik – bouwdichtheid
Het project sluit aan op de kroonlijsthoogte van het omringende bestaande weefsel door de kroonlijsthoogte van de nieuwe bebouwing af te stemmen op de kroonlijsthoogte van de bestaande bebouwing waarbij een beperkte afwisseling in hoogte wordt voorzien. Ook het aantal bouwlagen stemt overeen met het aantal bouwlagen van de recentere bebouwing aan de Viséstraat.
Visueel-vormelijke elementen
De bestaande voorgevel wordt integraal gesloopt.
De nieuwe voorgevel wordt afgewerkt met lichtkleurige gevelsteen, plint en dakrand in lichtkleurig zichtbeton, buitenschrijnwerk in champagnekleurig aluminium, wit gelakt stalen borstweringen en metalen kantelpoort. De nieuwe materialen zijn stedenbouwkundig aanvaardbaar.
Met voorliggend project wordt een kwaliteitsvolle relatie tussen de oude en nieuwe architectuur en het bestaande weefsel voorzien.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
In het aanvraagdossier wordt geen aanwijzing teruggevonden dat er ingedeelde inrichtingen of activiteiten (IIOA’s) van toepassing zijn. Wel zal voor de realisatie van deze meergezinswoning een bronbemaling noodzakelijk zijn.
De aanvrager wordt erop gewezen dat bemalingswerken, noodzakelijk voor de realisatie van bouwkundige werken, vergunningsplichtig zijn krachtens de Vlarem indelingslijst (rubriek 53.2). Deze omgevingsvergunning moet worden bekomen alvorens de werf kan worden gestart. Indien het gaat om een bemaling van meer dan 30.000 m³ op jaarbasis en een bemaling dieper dan 4 m –mv moet de vergunningsaanvraag een bemalingsstudie bevatten. De inhoud van deze studie wordt bepaald door VMM (Richtlijnen bemalingen ter bescherming van het milieu 2019 - zie checklist 1 en 2).
Volgens de bouwcode van de stad Antwerpen is het verplicht om een retourbemaling uit te voeren (artikel 42). Enkel als dit niet kan, om technische redenen of omdat de kwaliteit van het grondwater dit niet toelaat, kan lozing op de riool worden overwogen. In dat geval moet bij lozing van >10 m³/uur op de openbare riolering toelating van Aquafin verkregen worden.
De aandacht van de initiatiefnemer wordt er eveneens op gevestigd dat de opstart van de bemaling dient aangekondigd te worden bij aanvang. Deze aankondigingsplicht geldt ook voor die bemalingen waarvoor geen bemalingsstudie wordt gevraagd (dus als de bemaling lager is dan 30.000 m³ op jaarbasis en minder diep dan 4 m –mv).
Voor toekomstige projecten wordt er aangeraden een bemaling tegelijk met de stedenbouwkundige handelingen aan te vragen zodat men niet voor ongewenste verrassingen komt te staan in verband met kosten, timing en dergelijke.
Oppervlakte vs. aantal slaapkamers
Om het wooncomfort van een woning te bewaken is het belangrijk dat het aantal slaapkamers in verhouding staat met het aantal beschikbare vierkante meters leefruimte per bewoner. Dit is niet het geval in het voorliggend project, waardoor de woongelegenheden onvoldoende wooncomfort bieden.
In het voorliggende project worden er tweeslaapkamerappartementen op de eerste en tweede verdieping met een netto vloeroppervlakte van circa 71 m² en een buitenruimte met een netto vloeroppervlakte van circa 8 m² en studio’s op de eerste en tweede verdieping met een netto vloeroppervlakte van circa 50 m² en een buitenruimte met een netto vloeroppervlakte van circa 8 m² gerealiseerd. Dit is in principe te klein om een kwalitatieve en aangename woonbeleving te garanderen. Door de voorziene planschikking wordt evenwel een voldoende woonkwaliteit gegarandeerd.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat een omgevingsvergunningsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 30 van de bouwcode, herzien op 1 maart 2018, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding en wijzigen van het aantal wooneenheden. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 9 parkeerplaatsen.
De aanvraag betreft de nieuwbouw van 7 appartementen. De parkeerbehoefte wordt bepaald op de oppervlakte van de appartementen. 4 appartementen tussen 60m² en 90m² met parkeernorm 1.2 : 4 x 1.2 = 4.8 3 appartementen > 90m² met parkeernorm 1.35 : 3 x 1.35 = 4.05 De werkelijke parkeerbehoefte is 9 (4.8 + 4.05 = 8.85 afgerond 9).
|
De plannen voorzien in 2 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.
Er worden 2 parkeerplaatsen ingericht op het gelijkvloers.
|
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 2.
Het plan voorziet niet in (minstens) het aantal te realiseren plaatsen. Er dient gezocht naar een oplossing op eigen terrein.
|
Het bijgestelde aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 5.
Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 7. Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.
De berekende parkeerbehoefte van het nieuwe project kan verminderd worden met het aantal parkeerplaatsen van de laatst vergunde toestand dat reeds afgewenteld werd op het openbaar domein. Dit op voorwaarde dat realisatie niet mogelijk is. In de laatst vergunde toestand is er een magazijn. De parkeernorm uit crow voor een magazijn in sterk stedelijk gebied is 0.65/100m² 260m² x 0.65/100m² = 1.69 Het aantal parkeerplaatsen van de laatst vergunde toestand dat reeds afgewenteld werd op het openbaar domein is 2 Bijgevolg kan de parkeerbehoefte van de vergunde toestand in mindering gebracht worden voor 2 parkeerplaatsen. Het bijgestelde aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 5.
|
Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 5 plaatsen.
|
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
Het voorgestelde volume houdt een afstand van 4m98 van de achterste perceelgrens in plaats van de minimale 5m conform de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan. Gelet op de beperkte afwijking is dit aanvaardbaar.
Er wordt een afwijking gevraagd op het plaatsen van een regenwaterput conform de verordening hemelwater, met de volgende motivatie: ‘Het dak van de nieuwbouw is ingericht als plat groendak. Het dak op niveau +4 en +3 zijn ingericht als terras. Dit maakt dat geen dakoppervlak dat geschikt is om op een hemelwaterput aan te sluiten. Gezien terrassen soms gekuist worden, wordt het ook niet aangeraden deze aan te sluiten op een hemelwaterput. Hieruit concluderen we dus dat dit project zich er niet toe leent om een hemelwaterput te voorzien. Alle daken en terrassen worden rechtstreeks aangesloten op een infiltratievoorziening met een overloop naar de rioleringen. Er wordt dus een afwijking gevraagd voor het voorzien van een hemelwaterput.’
Daar er ook daken zijn die niet voorzien zijn van terrassen, kan het water van deze daken gebruikt worden voor herbruik.
De gevraagde afwijking kan niet worden toegestaan.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
2. Een regenwaterput te voorzien conform de bepalingen van de verordening hemelwater;
3. Alle toegangsdeuren te voorzien conform de bepalingen van artikel 24 van de verordening toegankelijkheid;
4. Eén voorbehouden parkeerplaats te voorzien conform de bepalingen van artikel 27 van de verordening toegankelijkheid;
5. De bestaande scheidingsmuur hoger dan 2,60 m met de rechteraanpaler, die na de sloop een vrijstaande tuinmuur wordt te verlagen tot 2,60m conform de bepalingen van artikel 19 van de bouwcode;
6. Een afgescheiden en verluchte afvalberging van minstens 4 m² voorzien conform de bepalingen van artikel 26 van de bouwcode;
7. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 15 november 2021 |
Volledig en ontvankelijk | 15 december 2021 |
Start openbaar onderzoek | 24 december 2021 |
Einde openbaar onderzoek | 22 januari 2022 |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 29 maart 2022 |
Verslag GOA | 7 maart 2022 |
naam GOA | Wim Van Roosendael |
De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum | Einddatum | Schriftelijke bezwaar-schriften | Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften | Petitie-lijsten | Digitale bezwaar-schriften |
24 december 2021 | 22 januari 2022 | 0 | 0 | 0 | 1 |
Bespreking van de bezwaren
Tijdens de periode van het openbaar onderzoek werd 1 bezwaarschrift ingediend, die zich als volgt laat samenvatten:
1. Bouwhoogte:
Evaluatie:
2. Bouwdiepte: De voorziene diepte is dieper dan de algemene bouwdiepte in de Viséstraat;
Evaluatie: Kenmerkend hebben de woongebouwen een diepte tot op circa 5m van de achterste perceelsgrens met een maximale diepte van circa 15m, die aansluit bij de aanpalende woongebouwen. Dit wordt ook zo voorzien in voorliggend ontwerp, waardoor de impact op lichtinval, bezonning en privacy aanvaardbaar is.
Het bezwaar is ongegrond.
3. Bouwstijl:
Evaluatie:
Het college sluit zich integraal aan bij:
- de bespreking van de ingediende bezwaren zoals geformuleerd in het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt deze beoordeling tot zijn eigen standpunt;
- het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
2. Een regenwaterput te voorzien conform de bepalingen van de verordening hemelwater;
3. Alle toegangsdeuren te voorzien conform de bepalingen van artikel 24 van de verordening toegankelijkheid;
4. Eén voorbehouden parkeerplaats te voorzien conform de bepalingen van artikel 27 van de verordening toegankelijkheid;
5. De bestaande scheidingsmuur hoger dan 2,60 m met de rechteraanpaler, die na de sloop een vrijstaande tuinmuur wordt te verlagen tot 2,60m conform de bepalingen van artikel 19 van de bouwcode;
6. Een afgescheiden en verluchte afvalberging van minstens 4 m² voorzien conform de bepalingen van artikel 26 van de bouwcode;
7. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.