Terug
Gepubliceerd op 21/03/2022

2022_CBS_02182 - Omgevingsvergunning - OMV_2021189490. Zaatlaan 18. District Hoboken - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 18/03/2022 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen

Afwezig

Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Serge Muyters, korpschef; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2022_CBS_02182 - Omgevingsvergunning - OMV_2021189490. Zaatlaan 18. District Hoboken - Goedkeuring 2022_CBS_02182 - Omgevingsvergunning - OMV_2021189490. Zaatlaan 18. District Hoboken - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2021189490

Gegevens van de aanvrager:

Salah Labyed met als adres Zaatlaan 18 te 2660 Hoboken (Antwerpen)

Ligging van het project:

Zaatlaan 18 te 2660 Hoboken (Antwerpen)

Kadastrale percelen:

afdeling 37 sectie C nr. 126B2

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

regulariseren van een uitbouw en terras

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          02/07/1992: vergunning (1006#19612) voor het bouwen van een woning;

-          26/08/1993: vergunning (1006#19458) voor het bouwen van een betonnen hofmuur.

Vergunde toestand

-          eengezinswoning;  

-          bouwvolume:

  • gesloten bebouwing met drie bouwlagen onder een plat dak;
  • het gelijkvloers heeft een bouwdiepte van 8,30 meter en een breedte van 5,52 meter;
  • de eerste verdieping heeft een bouwdiepte van 8,40 meter;
  • het schrijnwerk in de achtergevel is bruin aluminium;
  • het terras aan de achtergevel heeft een lengte van 3,70 meter en een breedte van 85 centimeter;
  • het terras heeft een aluminium borstwering; 

Huidige toestand / gewenste toestand

-          bouwvolume:

  • de achtergevel heeft een uitbouw op het gelijkvloers;
  • het gelijkvloers heeft een bouwdiepte van 12m en een breedte van 5m52;
  • de eerste verdieping heeft een bouwdiepte van 8,40 meter;
  • op de eerste verdieping is er een terras met een trap naar het gelijkvloers;
  • het terras heeft als lengte van 3,69 meter en een breedte van 3 meter;

-          gevelafwerking:

  • de uitbouw is afgewerkt in een witte gecementeerde laag.

Inhoud van de aanvraag

-          regulariseren van een uitbouw en terras.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de stedelijke agglomeratie van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Kleine Ring en respectievelijk de reservatiestrook voor de aanleg van lijninfrastructuur (de A102) tussen Merksem en Wommelgem, de R11 tussen Wommelgem en Mortsel, de oostelijke grens van Mortsel en Hove en de reservatiestrook voor pijpleidingen tussen Hove/Kontich en Hemiksem.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:

- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

- de eigen aard van het betrokken gebied;

- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • artikel 21 Minimale hoogte van ruimten: bij nieuwbouw, herbouw, functiewijziging of voor elke nieuwe ruimte bij volume-uitbreiding, dienen ruimten een minimale vrije hoogte te hebben van 2m60. De slaapkamer beneden heeft een hoogte van maar 2m54;
  • artikel 27 open ruimte: voor tuinen groter dan 60m² kan maximaal 1/3 verhard worden. In de aanvraag wordt circa 56% van de tuinzone verhard aangelegd.
  • artikel 34 Stabiliteit en scheidingsmuren: voor enkelvoudige scheidingsmuren geldt dat ze uitgevoerd moeten worden in massief, ongeperforeerd materiaal. De scheidingsmuur op het terras is maar tot op de helft van de bouwdiepte uitgevoerd.  


Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-          Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag. 

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Beoordeling afwijkingen van de voorschriften

De aanvraag wijkt af van volgende artikels van de bouwcode:

 

Minimale hoogte van ruimten (art.21):

-          Voorliggend ontwerp wijkt af van artikel 21 van de bouwcode dat een minimale vrije hoogte oplegt van 2,60 meter voor verblijfsruimten. In de nieuwe toestand wijkt de nieuwe slaapkamer hiervan af met een hoogte van 2,54 meter. De slaapkamer wordt voorzien van een grote raampartij aan de tuinzone, waardoor er een voldoende ruimtelijke gevoel behouden blijft in deze kamer. Gelet op de beperkte afwijking kan op basis van artikel 3 van de bouwcode worden toegestaan.

 

Open ruimte (art.27.3):

-          Verhardingen in de achtertuinzone zijn beperkt toegestaan tot 1/3 van de totale tuinoppervlakte voor tuinen die groter zijn dan 60m². In de nieuwe toestand wordt meer dan de helft van de tuinzone verhard aangelegd. Er is geen gegronde aanleiding om af te wijken van dit geldende voorschrift. Bijgevolg wordt in voorwaarde opgenomen in voorwaarde dat de verharding beperkt moet blijven tot slechts 1/3 van de totale tuinzone.

 

Stabiliteit en scheidingsmuren (art.34):

-          Enkelvoudige scheidingsmuren moeten uitgevoerd moeten worden in massief, ongeperforeerd materiaal. Dit is slechts gedeeltelijk uitgevoerd ter hoogte van de linker scheidingsmuur op de verdieping. Het verder optrekken van de scheimuur is echter niet mogelijk zonder de veranda van de linkerburen fundamenteel aan te passen. Aangezien die geen deel uitmaakt van de aanvraag en het bovendien de verantwoordelijkheid van de buren is om zich in regel te stellen, kan er in dit geval afgeweken worden van artikel 34. 

 

Functionele inpasbaarheid

De bestemming van de eengezinswoning blijft behouden waardoor de functionele inpasbaarheid gegarandeerd blijft.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De aanvraag voorziet een regularisatie van een gelijkvloerse uitbreiding. Dit bouwvolume is inpasbaar in de omgeving.

De aanvraag is bijgevolg ruimtelijke aanvaardbaar.

 

Visueel-vormelijke elementen

De achtergevel werd wit gecementeerd uitgevoerd. De aanvraag is visueel inpasbaar in deze woonomgeving.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Aan de achtergevel werd er aansluitend aan de gelijkvloerse uitbreiding een buitentrap geplaatst. Er wordt opgemerkt dat de buitentrap strijdig is met het wetboek lichten en zicht. In beginsel mag de vergunningverlenende overheid geen rekening houden met burgerrechtelijke aspecten bij het beoordelen van aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning. Anderzijds doet een stedenbouwkundige vergunning deze rechten niet teniet en ontslaat de titularis van de vergunning niet om het nodige bouwrecht te bekomen. Indien zou blijken dat de aanvraag strijdig is met een contractuele verbintenis, dan blijft de vergunning onwerkzaam.

  

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke omgevingsvergunningsaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van de bestaande toestand ongewijzigd blijven.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. De tuinzone kan maximaal voor 1/3 verhard worden aangelegd conform artikel 27 van de bouwcode. Onder verharding worden alle bijgebouwen, terrassen, verharde paden en vormen van half-verharding gerekend.

2. Na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021. 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

22 december 2021

Volledig en ontvankelijk

27 januari 2022

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Beslissing aanvaarding wijzigingsaanvraag

 

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

28 maart 2022

Verslag GOA

8 maart 2022

naam GOA

Gerd Cryns

Wijzigingsverzoeken

De aanvrager heeft één of meerdere verzoeken ingediend om zijn oorspronkelijke dossier te wijzigen.

Minstens één van die verzoeken werd aanvaard, waardoor de aanvaarde wijzigingen mee beoordeeld worden.

Onderzoek

Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. De tuinzone kan maximaal voor 1/3 verhard worden aangelegd conform artikel 27 van de bouwcode. Onder verharding worden alle bijgebouwen, terrassen, verharde paden en vormen van half-verharding gerekend.

2. Na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.