Terug
Gepubliceerd op 14/02/2022

2022_CBS_01108 - Omgevingsvergunning. Melding overdracht - Hopland 13. District Antwerpen. Dossiernummer OMV_2022006710 - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 11/02/2022 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Serge Muyters, korpschef

Verontschuldigd

Annick De Ridder, schepen

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2022_CBS_01108 - Omgevingsvergunning. Melding overdracht - Hopland 13. District Antwerpen. Dossiernummer OMV_2022006710 - Goedkeuring 2022_CBS_01108 - Omgevingsvergunning. Melding overdracht - Hopland 13. District Antwerpen. Dossiernummer OMV_2022006710 - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 97 van het omgevingsvergunningsbesluit is het college de overheid die bevoegd is voor het project vóór de overdracht conform artikel 15 van het omgevingsvergunningsdecreet.

Argumentatie

Het college heeft deze melding onderzocht, rekening houdend met de ter zake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met het omgevingsvergunningsdecreet en -besluit en de latere decreten en uitvoeringsbesluiten.

Op 17 september 2021 verleende het college een omgevingsvergunning met referentie OMV_2021108563 aan stad Antwerpen voor de exploitatie van een bronbemaling gelegen te Hopland 13 te 2000 Antwerpen. De inrichting beschikt over inrichtingsnummer 20210623-0011.

Het college neemt akte van de melding van overname door BAM Interbuild BV van de vergunning met referentie: OMV_2021108563. De geactualiseerde toestand is als volgt:

RubriekOmschrijvingGecoördineerd
3.4.2° het lozen van meer dan 2 m³/uur tot maximaal 100 m³/uur bedrijfsafvalwater;
10 m3/uur
3.6.3.2°
afvalwaterzuiveringsinstallaties, met inbegrip van het lozen van het effluentwater en het ontwateren van de bijhorende slibproductie voor de behandeling van bedrijfsafvalwater met een effluent van meer dan 5 m³/uur tot en met 50 m³/uur;
10 m³/uur
53.2.2°b)2°
bronbemaling, met inbegrip van terugpompingen van onbehandeld en niet-verontreinigd grondwater in dezelfde watervoerende laag, die technisch noodzakelijk is voor ofwel de verwezenlijking van bouwkundige werken, ofwel de aanleg van openbare nutsvoorzieningen gelegen in een ander gebied dan de gebieden vermeld in punt 1 met een netto opgepompt debiet van meer dan 30.000 m³ per jaar en de verlaging van het grondwaterpeil bedraagt meer dan vier meter onder het maaiveld.
61.920 m³/jaar


De toegestane afwijking van de verplichting tot het plaatsen van een meetgoot (artikel 4.2.5.1.1§1 van Vlarem titel II) blijft behouden.

De opgelegde bijzondere voorwaarden blijven onverminderd van kracht:

1.Voor de parameter arseen wordt de lozingsnorm vastgesteld op 50 µg/liter.
2.De exploitant neemt de nodige maatregelen (eventueel zettingsbakens) om de zettingen nauwlettend op te volgen. Indien er een absolute zetting van 15 mm of meer gemeten wordt ter hoogte van een zettingsgevoelige constructie wordt de bemaling bijgestuurd. Vanaf 20 mm wordt ze stilgelegd.
3.De exploitant dient de startdatum van de bemaling voor de opstart van de bemaling te melden aan de diensten Vergunningen (milieuvergunningen@antwerpen.be) en Milieu-Interventie (mi@antwerpen.be) en aan de VMM (grondwater.ant@vmm.be) met vermelding van het projectnummer (OMV_2021108563) en de contactgegevens van de werfverantwoordelijke. Het einde van de bemalingswerken wordt eveneens gemeld aan voornoemde diensten.
4.De exploitant hoeft geen meetgoot (artikel 4.2.5.1.1§1 van Vlarem titel II) te plaatsen. Controle van het geloosde bedrijfsafvalwater kan gebeuren via staalname ter hoogte van het lozingspunt of aan de waterzuivering. De exploitant voorziet hiervoor een staalnamekraan.
5.De bouwput wordt uitgevoerd met een waterremmende wand aangezet in de Boomse klei (circa 26 m-mv). Een doorlatendheid van maximaal 1E-7 m/s ,voor de secanspalenwand, en maximaal 1E-8 m/s ,voor de VHP wand, moet gegarandeerd worden.
6.

De stand van elke debietmeter wordt genoteerd in een logboek dat ter inzage ligt op de werf, minstens met volgende frequentie:

  • in de eerste week van elke bemalingsfase (overeenkomstig een nieuw bemalingspeil): vijfmaal;
  • voor de overige periode: maandelijks.
7.Er wordt gestuurd op het grondwaterpeil in de peilbuis in een pompput of op het grondwaterpeil in aparte peilputten. De noodzakelijke verlaging wordt per bouwfase bepaald en de regeling van de peilsturing bijgesteld in functie van de vordering van de bouwwerken.


In het kader van deze melding werd de geldigheid van de vergunning niet onderzocht. Dit besluit is bijgevolg geen bewijs van geldigheid van vergunning.

Juridische grond

De melding van overdracht wordt getoetst aan de bepalingen die zijn opgenomen in de hierna vermelde
wetgeving:

  • het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, zoals gewijzigd bij latere decreten;
  • het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van bovenvermeld decreet betreffende de omgevingsvergunning, zoals gewijzigd bij latere besluiten.

Aanleiding en context

Dossiernummer: OMV_2022006710
Melder: Dimitri De Clerck namens BAM Interbuild BV
Inrichtingsnummer: 20210623-0011 (Bronbemaling Rubenssite)
Omschrijving: de overname van een omgevingsvergunning voor een bronbemaling
Locatie: Hopland 13 te 2000 Antwerpen
Datum indiening: 26 januari 2022

BAM Interbuild BV wenst de omgevingsvergunning over te nemen van stad Antwerpen voor de exploitatie van een tijdelijke grondwaterverlaging gelegen te Hopland 13 te 2000 Antwerpen met referentie OMV_2021108563.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college neemt akte van de melding van overname door BAM Interbuild bv van de vergunning met referentie: OMV_2021108563. De geactualiseerde toestand is als volgt:

RubriekOmschrijvingGecoördineerd
3.4.2°
het lozen van meer dan 2 m³/uur tot maximaal 100 m³/uur bedrijfsafvalwater;
10 m³/uur
3.6.3.2°
afvalwaterzuiveringsinstallaties, met inbegrip van het lozen van het effluentwater en het ontwateren van de bijhorende slibproductie voor de behandeling van bedrijfsafvalwater met een effluent van meer dan 5 m³/uur tot en met 50 m³/uur;
10 m³/uur
53.2.2°b)2°
bronbemaling, met inbegrip van terugpompingen van onbehandeld en niet-verontreinigd grondwater in dezelfde watervoerende laag, die technisch noodzakelijk is voor ofwel de verwezenlijking van bouwkundige werken, ofwel de aanleg van openbare nutsvoorzieningen gelegen in een ander gebied dan de gebieden vermeld in punt 1 met een netto opgepompt debiet van meer dan 30.000 m³ per jaar en de verlaging van het grondwaterpeil bedraagt meer dan vier meter onder het maaiveld.
61.920 m³/jaar

Artikel 2

Het college beslist dat de vergunning geldig is voor 12 maanden vanaf de start der werken, de vergunningstermijn van de lopende vergunning.

Artikel 3

Het college wijst er op dat de algemene en sectorale voorwaarden van Vlarem II, verbonden aan de overgedragen Vlarem-rubrieken, van toepassing blijven.

De opgelegde bijzondere voorwaarden blijven onverminderd van kracht:

1.Voor de parameter arseen wordt de lozingsnorm vastgesteld op 50 µg/liter.
2.De exploitant neemt de nodige maatregelen (eventueel zettingsbakens) om de zettingen nauwlettend op te volgen. Indien er een absolute zetting van 15 mm of meer gemeten wordt ter hoogte van een zettingsgevoelige constructie wordt de bemaling bijgestuurd. Vanaf 20 mm wordt ze stilgelegd.
3.De exploitant dient de startdatum van de bemaling voor de opstart van de bemaling te melden aan de diensten Vergunningen (milieuvergunningen@antwerpen.be) en Milieu-Interventie (mi@antwerpen.be) en aan de VMM (grondwater.ant@vmm.be) met vermelding van het projectnummer (OMV_2021108563) en de contactgegevens van de werfverantwoordelijke. Het einde van de bemalingswerken wordt eveneens gemeld aan voornoemde diensten.
4.De exploitant hoeft geen meetgoot (artikel 4.2.5.1.1§1 van Vlarem titel II) te plaatsen. Controle van het geloosde bedrijfsafvalwater kan gebeuren via staalname ter hoogte van het lozingspunt of aan de waterzuivering. De exploitant voorziet hiervoor een staalnamekraan.
5.De bouwput wordt uitgevoerd met een waterremmende wand aangezet in de Boomse klei (circa 26 m-mv). Een doorlatendheid van maximaal 1E-7 m/s ,voor de secanspalenwand, en maximaal 1E-8 m/s ,voor de VHP wand, moet gegarandeerd worden.
6.

De stand van elke debietmeter wordt genoteerd in een logboek dat ter inzage ligt op de werf, minstens met volgende frequentie:

  • in de eerste week van elke bemalingsfase (overeenkomstig een nieuw bemalingspeil): vijfmaal;
  • voor de overige periode: maandelijks.
7.Er wordt gestuurd op het grondwaterpeil in de peilbuis in een pompput of op het grondwaterpeil in aparte peilputten. De noodzakelijke verlaging wordt per bouwfase bepaald en de regeling van de peilsturing bijgesteld in functie van de vordering van de bouwwerken.

Artikel 4

Het college beslist dat volgende slotbepaling van toepassing is:

  1. voor elke verandering van de vergunde inrichting gelden de bepalingen van artikel 6 van het omgevingsvergunningsdecreet;
  2. elke overdracht die betrekking heeft op een vergunningsplichtige exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit moet vooraf worden gemeld aan de vergunningverlenende overheid, overeenkomstig de bepalingen van artikel 97 van het omgevingsvergunningsbesluit;
  3. een hernieuwing van een omgevingsvergunning of van een gedeelte ervan dat voor bepaalde duur is verleend, moet worden aangevraagd overeenkomstig artikel 70 van het omgevingsvergunningsdecreet uiterlijk tussen de 24 en de 12 maanden vóór het verstrijken van de vergunningstermijn van de lopende vergunning.

Artikel 5

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.