Terug
Gepubliceerd op 14/02/2022

2022_CBS_01084 - Omgevingsvergunning - OMV_2021175379. Plankenbergstraat 16. District Deurne - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 11/02/2022 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Serge Muyters, korpschef

Verontschuldigd

Annick De Ridder, schepen

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2022_CBS_01084 - Omgevingsvergunning - OMV_2021175379. Plankenbergstraat 16. District Deurne - Goedkeuring 2022_CBS_01084 - Omgevingsvergunning - OMV_2021175379. Plankenbergstraat 16. District Deurne - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2021175379

Gegevens van de aanvrager:

de heer GERD TIMMERMANS met als adres Plankenbergstraat 16 te 2100 Antwerpen

Ligging van het project:

Plankenbergstraat 16 te 2100 Deurne (Antwerpen)

Kadastrale percelen:

afdeling 29 sectie A nr. 582W

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

Verbouwen van een eengezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

 

-          er werd geen relevante voorgeschiedenis teruggevonden.

 

Vergund geachte toestand

 

-          functie: eengezinswoning. 

-          bouwvolume:

  • besloten bebouwing met 2 bouwlagen onder een combinatie van hellend/mansardedak;
  • hoofdbouw met een bouwdiepte van circa 8,73 m en een kroonlijsthoogte van 9,84 m;
  • 2 bouwlagen hoge achterbouw tegen de linker perceelsgrens tot een bouwdiepte van 15,78 m en met een kroonlijsthoogte van circa 6,2 m;
  • gelijkvloerse achterbouw tegen de rechter perceelsgrens tot een bouwdiepte van 12,95 m en met een kroonlijsthoogte van 3,9 m; 

-          gevelafwerking:

  • voorgevel uit geelkleurige bakstenen, horizontale gevelbanden uit zwart paramentwerk en sierelementen uit natuursteen;
  • arduinen gevelplint en arduinen dorpels;
  • buitenschrijnwerk uit witkleurig PVC;
  • houten bakgoot in natuurkleur;
  • daklaag uitgewerkt met zwartkleurige leien;

-          inrichting: tuinzone met terras van circa 12 m2.

 

Huidige toestand

 

-          conform vergund geachte toestand;

-          veranda in witkleurig PVC tegen de rechter perceelgrens tot een bouwdiepte van 15,87 m.

 

Gewenste toestand

 

-          functie: eengezinswoning. 

-          bouwvolume:

  • besloten bebouwing met 2 bouwlagen onder een combinatie van hellend/mansardedak;
  • hoofdbouw met een bouwdiepte van circa 8,73 m en een kroonlijsthoogte van 9,84 m;
  • 2 bouwlagen hoge achterbouw tegen de linker perceelsgrens tot een bouwdiepte van 15,94 m en met een kroonlijsthoogte van circa 6,2 m;
  • gelijkvloerse achterbouw tegen de rechter perceelsgrens tot een bouwdiepte van 15,78 m en met een kroonlijsthoogte van circa 4 m;

-          gevelafwerking:

  • voorgevel uit geelkleurige bakstenen, horizontale gevelbanden uit zwart paramentwerk en sierelementen uit natuursteen;
  • arduinen gevelplint en arduinen dorpels;
  • buitenschrijnwerk uit witkleurig PVC;
  • houten bakgoot in natuurkleur;
  • daklaag uitgewerkt met zwartkleurige leien;

-          inrichting: tuinzone met een nieuw terras van circa 12,8 m2.

 

Inhoud van de aanvraag

 

-          uitbreiden van een eengezinswoning.

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Vergunningen Stedenbouw/ vermoeden van vergunning

29 december 2021

18 januari 2022

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de stedelijke agglomeratie van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Kleine Ring en respectievelijk de reservatiestrook voor de aanleg van lijninfrastructuur (de A102) tussen Merksem en Wommelgem, de R11 tussen Wommelgem en Mortsel, de oostelijke grens van Mortsel en Hove en de reservatiestrook voor pijpleidingen tussen Hove/Kontich en Hemiksem.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:

- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

- de eigen aard van het betrokken gebied;

- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

 

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)

De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.
 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)


De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

 

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)


De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

 

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)


De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

 

  • artikel 34 Stabiliteit van scheidingsmuren: 

het is onduidelijk of de dakopstand ter hoogte van de rechterbuur voldoende hoog is uitgevoerd;

  • artikel 43 Septische putten: 

er wordt geen septische put voorzien.

 

Sectorale regelgeving

 

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.


Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.

 

Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

 

-          Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021”)


De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

 

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen.
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)


Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

 

Voorliggende aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande functie van eengezinswoning blijft behouden en is daarmee in harmonie met de kenmerkende woonfuncties in de omgeving.

 

Schaal – ruimtegebruik – bouwdichtheid

 

Het betreft een eengezinswoning van twee bouwlagen en een mansardedak. De woning bevat een achterbouw van twee bouwlagen tegen de linker perceelgrens en één bouwlaag tegen de rechterperceelgrens. De maximale bouwdiepte van de woning is circa 16 m.

 

De werken situeren zich voornamelijk op het gelijkvloers achteraan. De bestaande veranda wordt afgebroken en vervangen door een volwaardige uitbreiding. De maximale bouwdiepte van de woning wijzigt niet. De werken vergroten de woonkwaliteit van de eengezinswoning en er blijft voldoende tuinzone behouden. De maximale bouwdiepte is inpasbaar in de omgeving.

 

Verder worden een aantal interne wijzigingen doorgevoerd om een grote ruimte te creëren in de achterbouw en deze open te trekken in relatie met de tuin.

 

Visueel-vormelijke elementen

 

De bestaande voorgevel blijft behouden. De achtergevel wordt geïsoleerd en afgewerkt met witte bepleistering. In de achterbouw wordt nieuw beige aluminium buitenschrijnwerk geplaatst.

 

Vanuit stedenbouwkundig oogpunt is de materialisatie aanvaardbaar.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

 

De woning voldoet aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot. De scheimuurwijziging heeft ruimtelijk weinig tot geen impact naar het naastliggend perceel.

 

Op de tekeningen kan niet opgemaakt worden of de scheidingsmuren van de nieuwe uitbreiding zijn uitgevoerd met een opstand van 0,30 m ten opzichte van het hoogst aangrenzende dakvlak. Dit is verplicht conform artikel 34 van de bouwcode. Aangezien het dak wordt voorzien van een groendak kan afgeweken worden van een minimale opstand van 0,30 m wanneer er tussen de scheidingswand en de vegetatie een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 0,30 m breed aanwezig is. Dit wordt als voorwaarde opgenomen.

 

De aanvraag is in strijd met artikel 43 van de bouwcode. Op betreffend perceel is geen septische put voorzien. Conform artikel 43 van de bouwcode dient een septische put te worden voorzien met een inhoud van minstens 2.000 liter. Dit wordt als voorwaarde opgenomen.

 

Mits voldaan wordt aan de gestelde voorwaarden, is de aanvraag in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

 

Het algemene principe is dat elke omgevingsvergunningsaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van de bestaande toestand ongewijzigd blijven.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

 

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. het gedeelte van de scheidingsmu(u)r(en) dat geen opstand heeft van minimaal 0,30 m ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, te voorzien van een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand;

2. een septische put te voorzien met een inhoud van minstens 2.000 liter, conform artikel 43 van de bouwcode.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

1 december 2021

Volledig en ontvankelijk

29 december 2021

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

27 februari 2022

Verslag GOA

3 februari 2022

naam GOA

Katrine Leemans

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. het gedeelte van de scheidingsmu(u)r(en) dat geen opstand heeft van minimaal 0,30 m ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, te voorzien van een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand;

2. een septische put te voorzien met een inhoud van minstens 2.000 liter, conform artikel 43 van de bouwcode.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.