Terug
Gepubliceerd op 11/01/2023

2022_CBS_09726 - Omgevingsvergunning. Advies hogere overheid. Voorwaardelijk gunstig advies - OMV2022088805 -Rostockweg 1B -Haven 214. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 16/12/2022 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Jinnih Beels, schepen

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2022_CBS_09726 - Omgevingsvergunning. Advies hogere overheid. Voorwaardelijk gunstig advies - OMV2022088805 -Rostockweg 1B -Haven 214. District Antwerpen - Goedkeuring 2022_CBS_09726 - Omgevingsvergunning. Advies hogere overheid. Voorwaardelijk gunstig advies - OMV2022088805 -Rostockweg 1B -Haven 214. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd bij de deputatie een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend. De aanvraag wordt behandeld volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

De deputatie verzoekt het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar om:

  • een openbaar onderzoek te houden;
  • advies uit te brengen.

Projectnummer:

OMV_2022088805

Gegevens van de aanvrager:

zie exploitant

Gegevens van de exploitant:

NV Renewi (0437748330) met als adres Berkebossenlaan 7 te 2400 Mol en NV RENEWI BELGIUM (0429366144) met als adres Gerard Mercatorstraat 8 bus c te 3920 Lommel

Ligging van het project:

Rostockweg 1B - Haven 214 te 2030 Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 15 sectie C nr. 231N5

waarvan:

  • 20190712-0070

afdeling 15 sectie C nr. 231N5 (Renewi Kaai 214)

Vergunningsplichten:

Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Voorwerp van de aanvraag:

Afvalstoffenverwerkend bedrijf: verandering door wijziging, uitbreiding en overdracht

 

Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Voorgeschiedenis

Stedenbouwkundige voorgeschiedenis

  • 18/12/2019: omgevingsvergunning (OMV_2019090607) voor de bouw van een overkapping;
  • 12/04/2018: omgevingsvergunning (OMV_2017008562) voor een regularisatie van een reeds gebouwde overkapping;
  • 24/03/2017: stedenbouwkundige vergunning (HVN/B/201736) voor het opnieuw aanleggen van terreinverhardingen; 
  • 06/04/2012: stedenbouwkundige vergunning (HVN/B/2012365) voor afbraakwerken van een bedrijfshal; 
  • 19/01/2007: stedenbouwkundige vergunning (HV/2006/B/0146) voor het plaatsen van een bovengrondse dieselolietank van 60.000 liter; 
  • 21/08/1997: stedenbouwkundige vergunning (HV/1997/DROV/AN5/97/B/0056) voor het verbouwen van een kantoorgebouw;
  • 26/06/1996: stedenbouwkundige vergunning (HV/1996/5-96/B/0217) voor een overslagloods en werkplaats;
  • 19/11/1995: stedenbouwkundige vergunning (HV/1995/5-95/B/1144) voor de afbraak van een magazijn. 

Voorgeschiedenis milieu

Op 19 december 2013 werd door de deputatie van de provincie Antwerpen een milieuvergunning verleend aan Van Gansewinkel voor het verder exploiteren na verandering van een afvalstoffenverwerkend bedrijf, met als eindtermijn 19 december 2033. Nadien werden nog diverse vergunningen verleend voor veranderingen. Inmiddels veranderde het bedrijf de naam naar Renewi.

Inhoud van de aanvraag

De aanvraag betreft in hoofdzaak een uitbreiding van de op- en overslag, sortering en behandeling van afvalstoffen.

Aangevraagde rubriek(en)

Aangevraagde rubriek(en) Renewi Kaai 214

Rubriek

Omschrijving

Gevraagd voor

2.1.1.b)

opslag van al dan niet een combinatie van de opslag van gemengde afvalstoffen, mengsels van afvalstoffen en gevaarlijke afvalstoffen, die niet aan de verwerking van afvalstoffen verbonden is;

+50,00 ton

2.1.2.d)2°

opslag en overslag van andere afvalstoffen dan vermeld in e) (asbesthoudend afval) of f) (gemengde afvalstoffen, mengsels van afvalstoffen en gevaarlijke afvalstoffen) niet aan verwerking verbonden, met een opslagcapaciteit van meer dan 100 ton;

+300,00 ton

2.1.2.f)

opslag en overslag van meer dan 1 ton afvalstoffen, bestaande uit al dan niet een combinatie van gemengde afvalstoffen, mengsels van afvalstoffen en gevaarlijke afvalstoffen;

700,00 ton

2.2.1.c)2°

opslag en sortering van niet gevaarlijke afvalstoffen bestaande uit papier en karton, hout, textiel, kunststoffen, metaal, glas, rubber, bouw en sloopafval, met een opslagcapaciteit van meer dan 100 ton;

-460,00 ton

2.2.1.e)3°

opslag en sortering van gevaarlijke afvalstoffen met een opslagcapaciteit van meer dan 1 ton andere afvalstoffen dan asbestafval bestaande uit asbestcement of andere asbesthoudende bouwmaterialen waarin asbest in gebonden vorm aanwezig is;

+20,00 ton

2.2.2.b)2°

opslag en mechanische behandeling van niet gevaarlijke afvalstoffen met een opslagcapaciteit van meer dan 100 ton;

+200,00 ton

2.2.2.f)2°

opslag en mechanische behandeling van niet-gevaarlijke afvalstoffen van meer dan 100 ton;

+1.500,00 ton

2.4.3.b)2°

nuttige toepassing of een combinatie van nuttige toepassing en verwijdering, van niet-gevaarlijke afvalstoffen met een capaciteit van meer dan 75 ton per dag, door middel van voorbehandeling van afval voor verbranding of meeverbranding;

1.200,00 ton/dag

2.4.5.

tijdelijke opslag van gevaarlijke afvalstoffen in afwachting van behandeling.

+170,00 ton

 

Aangevraagde bijstelling bijzondere milieuvoorwaarden in afwijking van algemene of sectorale voorwaarden

Renewi Kaai 214

1.

Bij te stellen voorwaarde:

Artikel 3.14.2.4.6 punt 4°van VLAREM III dat onder meer stelt dat afval dat diffuse emissies kan produceren in gesloten gebouwen en/of gesloten apparatuur moet opgeslagen, behandeld en gehanteerd worden en dat emissies verzameld en naar een geschikt emissiereductiesysteem moeten geleid worden.

 

Voorgesteld alternatief/aanvulling

Er wordt gevraagd om nog tot 17 augustus 2024 hout en inkomend te sorteren bedrijfsrestafval te kunnen verwerken op de huidige locaties.

Argumentatie

Adviezen

Externe adviezen

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Havenbedrijf Antwerpen, subadvies milieu

4 november 2022

29 november 2022

Voorwaardelijk gunstig

 






Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het goed is gelegen in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (GRUP) Afbakening zeehavengebied Antwerpen (Besluit van de Vlaamse regering van 30 april 2013), binnen de afbakeningslijn.

De gebieden binnen de afbakeningslijn behoren tot het zeehavengebied Antwerpen.

Met uitzondering van de deelgebieden waarvoor in dit plan voorschriften werden vastgelegd, blijven de op het ogenblik van de vaststelling van dit plan bestaande bestemmings- en inrichtingsvoorschriften onverminderd van toepassing.

Het goed is volgens voornoemd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan bestemd als Gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven. 

Zulk gebied is bestemd om te functioneren als Vlaams havengebied als onderdeel van de haven van Antwerpen. Het is bestemd voor zeehavengebonden en zeehavengerelateerde industriële en logistieke activiteiten en distributie-, opslag- en overslagactiviteiten die gebruikmaken van en aangewezen zijn op de zeehaveninfrastructuur.

Alle handelingen die nodig of nuttig zijn voor de realisatie van de bestemming en voor de exploitatie van de haven en de bedrijven zijn toegelaten.

Daartoe worden ook de volgende werken, handelingen, voorzieningen, en wijzigingen gerekend:

  • de aanleg en het onderhoud van infrastructuur die nodig is voor de toegankelijkheid of voor verbindingen langs de waterzijde en langs de landszijde;
  • het laguneren of op een andere wijze bergen of verwerken van baggerspecie.

Daarnaast is de ontwikkeling, het herstel en de instandhouding van tijdelijke ecologische infrastructuur toegelaten.

In het westen over het goed loopt een overdruk met als aanduiding Hoogspanningsleiding. In het gebied, aangeduid met deze overdruk, zijn alle handelingen toegelaten voor de aanleg, de exploitatie en de wijzigingen van een hoogspanningsleiding en haar aanhorigheden. De aanvragen voor vergunningen voor een hoogspanningsleiding en aanhorigheden worden beoordeeld rekening houdend met de in grondkleur aangegeven bestemming. De in grondkleur aangegeven bestemming is van toepassing voor zover de aanleg, de exploitatie en wijzigingen van de bestaande hoogspanningsleiding niet in het gedrang worden gebracht.

De aanvraag dient beoordeeld te worden aan de hand van de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan.

De aanvraag is in overeenstemming met de bestemming en de voorschriften van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

Voor een straal van 500 meter rond het goed is het voormelde GRUP tevens van toepassing. Hier gelden volgende bestemmingsvoorschriften: 

  • Gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven; 
  • Gebied voor waterweginfrastructuur voor het 6de Havendok en het Leopolddok; 
  • Gebied voor verkeers- en vervoersinfrastructuur voor de Noorderlaan; 
  • Gebied voor spoorinfrastructuur op circa 450 meter ten noordoosten van het goed;
  • overdrukken Leidingstraat en Hoogspanningsleiding. 


Omgevingstoets

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

De ingedeelde inrichting of activiteit is vanuit stedenbouwkundig oogpunt hoofdzakelijk vergund. Er lijken geen stedenbouwkundige handelingen gepaard te gaan met het beoogde project. De aanvraag is verenigbaar met de ruimtelijke context van het havengebied waarbinnen deze aanvraag is gesitueerd. Er is geen bezwaar vanuit stedenbouwkundig oogpunt.

Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen en activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu

Renewi baat aan Kaai 214 een afvalstoffenverwerkend bedrijf uit. Er worden diverse afvalstoffen op- en overgeslagen, gesorteerd en mechanisch behandeld met als doel deze gegroepeerd af te voeren naar erkende verwerkers. De afvalstoffen zijn uitsluitend afkomstig van industriële klanten, hoofdzakelijk gesitueerd in de provincie Antwerpen. Het afval bestaat voornamelijk uit houtafval (A- en B-hout) en bedrijfsafvalstoffen (met huishoudelijk afval vergelijkbaar restafval afkomstig van bedrijven).

Men voorziet een aantal wijzigingen ten opzichte van de vergunde situatie:

  • uitbreiding van de tijdelijke opslag van gevaarlijke afvalstoffen met 100 ton C-hout en met 170 ton andere gevaarlijke afvalstoffen;
  • uitbreiding van de op -en overslag met 50 ton gevaarlijke afvalstoffen;
  • uitbreiding van de op -en overslag met 500 ton niet-gevaarlijke afvalstoffen (glas, rubber, PMD, cellenbeton, gips, steenpuin, betonpuin, asfaltpuin, textiel, papier/karton en metaal) en vermindering met 200 ton bedrijfsrestafval (andere indelingsrubriek);
  • uitbreiding van de op -en overslag met 100 ton grof huisvuil, 100 ton gemengde bedrijfsafvalstoffen, 100 ton bouw- en sloopafval met puinfractie en 100 ton gevaarlijke afvalstoffen en opname van de op- en overslag van 200 ton bedrijfsrestafval in deze rubriek van rechtswege (2.1.2.f);
  • vermindering van de opslag en sortering met 460 ton niet-gevaarlijke afvalstoffen waaronder harde kunststoffen en folies, glas, metaal, PMD, rubber, textiel, papier en karton en bouw- en sloopafval zonder puinfractie;
  • uitbreiding van de opslag en sortering van gevaarlijke afvalstoffen met 20 ton;
  • uitbreiding van de opslag en mechanische behandeling van niet-gevaarlijke afvalstoffen met 200 ton.

Het shredderen van bedrijfsrestafval en houtafval (respectievelijk 400 ton per dag, 20.000 ton per jaar en 800 ton per dag, 18.000 ton/jaar) voor latere verbranding of meeverbranding is een GPBV-activiteit waarvoor de exploitant nu de desbetreffende rubriek aanvraagt. 

Het terrein is voorzien van een vloeistofdichte verharding. Bedrijfsafvalwater bestaande uit potentieel verontreinigd hemelwater afkomstig van de afvalopslagplaatsen, stelplaatsen voor containers en vrachtwagens, tankplaatsen en de wasplaats worden afgevoerd naar een bezinkingsput met KWS-afscheider en nadien opgevangen in 6 afvalwaterputten van elk 20 m³. Dit bedrijfsafvalwater wordt volgens het aanvraagdossier afgevoerd als afvalstof naar een daartoe vergunde verwerkingsinrichting. 

In het dossier wordt aangegeven dat er ook nog bedrijfsafvalwater is ten gevolge van het gebruik van de wasplaats en van sproeiwater voor de bevochtiging van stuifgevoelige stoffen. Het is uit het dossier niet duidelijk wat er met dit afvalwater gebeurt. Men is niet vergund voor de lozing van bedrijfsafvalwater, dus dit afvalwater mag niet geloosd worden.

Het niet-verontreinigd hemelwater afkomstig van het kantoorgebouw, de bedrijfshal en het omliggende terrein wordt samen met het huishoudelijk afvalwater (200 m³/jaar) bestaande uit sanitair afvalwater, water afkomstig van de refter en van het onderhoud van het kantoorgebouw geloosd in het zesde Havendok.

Er wordt opgemerkt dat de exploitant zelf dient in te staan voor de zuivering van het huishoudelijk afvalwater aangezien het huishoudelijk afvalwater anders ongezuiverd in de dokken terecht komt. Het is aangewezen om, naar analogie met andere bedrijven in havengebied, hieromtrent een bijzondere milieuvoorwaarde op te leggen. 

Het merendeel van de afvalstoffen die verwerkt worden op de site veroorzaken geen specifieke geuremissies volgens het aanvraagdossier. Het bedrijfsrestafval dat verwerkt wordt  is bedrijfsmatig afval en bevat geen tot een beperkt aandeel organische fractie. Hierdoor is het ontstaan van geuremissies bij de opslag en verwerking van bedrijfsrestafval als beperkt ingeschat door de exploitant. Dit bedrijfsrestafval wordt behandeld in een hal tot 17 augustus 2024. Vanaf 17 augustus 2024 zal het bedrijfsrestafval afgevoerd worden naar Renewi Puurs om daar verwerkt te worden.

Het aanvraagdossier omvat een verzoek tot bijstelling van artikel 3.14.2.4.6 punt 4° dat onder meer stelt dat afval dat diffuse emissies kan produceren in gesloten gebouwen en/of gesloten apparatuur moet opgeslagen, behandeld en gehanteerd worden en dat emissies verzameld en naar een geschikt emissiereductiesysteem moeten geleid worden.

Men vraagt meer bepaald om houtafval tot 17 augustus 2024 hout te kunnen verwerken op de huidige locatie. Men voorziet om de voorbehandeling van houtafval in de hal te voorzien die nu nog gebruikt wordt voor de voorbehandeling van bedrijfsrestafval. Wanneer het bedrijfsrestafval in de site te Puurs zal worden behandeld, kan het houtafval voorbehandeld worden in de hal. Tot ten laatste 17 augustus 2024 wordt inkomend ongebroken en gebroken houtafval buiten opgeslagen. Er wordt gebruik gemaakt van een mobiele shredder. Men voorziet onder meer een vernevelingsinstallatie, een beperking van de verkeersnelheid, beperking van de stapelhoogte, … ter beperking van stofverspreiding.

Voor het bedrijfsrestafval wenst men tot 17 augustus 2024 inkomend te sorteren bedrijfsrestafval te kunnen opslaan op de huidige locatie, in de daartoe voorziene overdekte bunker. De bunker bestaat uit een muur langs 3 zijden en wordt gedeeltelijk afgeschermd door de aanwezigheid van de hal. Hierdoor heeft de wind weinig vat op deze opslag, zodat stof en opvliegend materiaal zeer beperkt is volgens het aanvraagdossier.

De gevraagde bijstelling kan verleend worden. Het is wel aangewezen dat de maatregelen ter beperking van stofverspreiding (vernevelingsinstallatie, gebruik veegmachine, opslag niet hoger dan de wanden, …) op te nemen in de werkprocedures en deze ter beschikking te houden van de toezichthouder.

Verder wordt in het dossier aangegeven dat Renewi Belgium wordt aangeduid als mede-exploitant.

Het is aan de vergunningverlenende overheid om, op basis van alle onafhankelijk uitgebrachte deskundige adviezen, tot een gemotiveerde en integrale beslissing te komen.

Advies van het college

Gunstig advies te verlenen voor de aanvraag tot omgevingsvergunning onder voorwaarden.

Geadviseerde rubrieken

Rubriek

Omschrijving

Geadviseerd voor

2.1.1.b)

opslag van al dan niet een combinatie van de opslag van gemengde afvalstoffen, mengsels van afvalstoffen en gevaarlijke afvalstoffen, die niet aan de verwerking van afvalstoffen verbonden is;

+50,00 ton

2.1.2.d)2°

opslag en overslag van andere afvalstoffen dan vermeld in e) (asbesthoudend afval) of f) (gemengde afvalstoffen, mengsels van afvalstoffen en gevaarlijke afvalstoffen) niet aan verwerking verbonden, met een opslagcapaciteit van meer dan 100 ton;

+300,00 ton

2.1.2.f)

opslag en overslag van meer dan 1 ton afvalstoffen, bestaande uit al dan niet een combinatie van gemengde afvalstoffen, mengsels van afvalstoffen en gevaarlijke afvalstoffen;

700,00 ton

2.2.1.c)2°

opslag en sortering van niet gevaarlijke afvalstoffen bestaande uit papier en karton, hout, textiel, kunststoffen, metaal, glas, rubber, bouw en sloopafval, met een opslagcapaciteit van meer dan 100 ton;

-460,00 ton

2.2.1.e)3°

opslag en sortering van gevaarlijke afvalstoffen met een opslagcapaciteit van meer dan 1 ton andere afvalstoffen dan asbestafval bestaande uit asbestcement of andere asbesthoudende bouwmaterialen waarin asbest in gebonden vorm aanwezig is;

+20,00 ton

2.2.2.b)2°

opslag en mechanische behandeling van niet gevaarlijke afvalstoffen met een opslagcapaciteit van meer dan 100 ton;

+200,00 ton

2.2.2.f)2°

opslag en mechanische behandeling van niet-gevaarlijke afvalstoffen van meer dan 100 ton;

+1.500,00 ton

2.4.3.b)2°

nuttige toepassing of een combinatie van nuttige toepassing en verwijdering, van niet-gevaarlijke afvalstoffen met een capaciteit van meer dan 75 ton per dag, door middel van voorbehandeling van afval voor verbranding of meeverbranding;

1.200,00 ton/dag

2.4.5.

tijdelijke opslag van gevaarlijke afvalstoffen in afwachting van behandeling.

+170,00 ton

 

Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarden

  1. Uiterlijk drie maanden na vergunningverlening wordt een getekende offerte voor de installatie bezorgd aan de vergunningverlenende overheid en uiterlijk zes maanden na vergunningverlening wordt het bewijs van plaatsing van deze IBA eveneens bezorgd aan de vergunningverlenende overheid. Deze gegevens zullen ter informatie overgemaakt worden aan het college en de afdeling Handhaving. Zolang er geen IBA geplaatst is, worden de bewijzen van ophaling en afvoer van het huishoudelijk afvalwater ter beschikking gehouden van de toezichthoudende overheid.
  2. Maatregelen ter beperking van stofverspreiding (vernevelingsinstallatie, gebruik veegmachine, opslag niet hoger dan de wanden, …) dienen opgenomen te worden in de werkprocedures. De procedures dienen ter beschikking gehouden te worden van de toezichthoudende overheid.

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 24 en 42 van het Omgevingsvergunningsdecreet heeft het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar de bevoegdheid advies uit te brengen voor de vergunningsaanvragen op haar grondgebied waarvoor de deputatie, de Vlaamse regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar de bevoegde overheid is, tenzij:

  1. de aanvraag ingediend is door het betrokken college;
  2. de aanvraag louter betrekking heeft op mobiele of verplaatsbare ingedeelde inrichtingen of activiteiten.

Het college heeft op 17 november 2017 (jaarnummer 2017_CBS_08858) beslist om de adviesbevoegdheid op te nemen.

Fasering

Procedurestap

Datum

Ontvangst adviesvraag

28 oktober 2022

Start openbaar onderzoek

7 november 2022

Einde openbaar onderzoek

6 december 2022

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste adviesdatum

17 december 2022

 

Openbaar onderzoek:

De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek. 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

Startdatum

Einddatum

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

7 november 2022

6 december 2022 (*)

0

0

0

0

(*) Wegens een cyberaanval op de stad Antwerpen werd het openbaar onderzoek geschaad en konden eventuele analoog ingediende bezwaarschriften niet meer worden verwerkt. Gelieve ook rekening te houden met het feit dat de stad Antwerpen nog niet in de mogelijkheid is om onmiddellijk een nieuw openbaar onderzoek op te starten.”

Informatievergadering

Een informatievergadering was niet vereist en werd niet georganiseerd.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college beslist een voorwaardelijk gunstig advies, zoals geformuleerd in de argumentatie, te geven op de aanvraag.

Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarden

  1. Uiterlijk drie maanden na vergunningverlening wordt een getekende offerte voor de installatie bezorgd aan de vergunningverlenende overheid en uiterlijk zes maanden na vergunningverlening wordt het bewijs van plaatsing van deze IBA eveneens bezorgd aan de vergunningverlenende overheid. Deze gegevens zullen ter informatie overgemaakt worden aan het college en de afdeling Handhaving. Zolang er geen IBA geplaatst is, worden de bewijzen van ophaling en afvoer van het huishoudelijk afvalwater ter beschikking gehouden van de toezichthoudende overheid.
  2. Maatregelen ter beperking van stofverspreiding (vernevelingsinstallatie, gebruik veegmachine, opslag niet hoger dan de wanden, …) dienen opgenomen te worden in de werkprocedures. De procedures dienen ter beschikking gehouden te worden van de toezichthoudende overheid.

Artikel 2

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.