Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2022134507 |
Gegevens van de aanvrager: | BV Milestone Projects met als adres Bredestraat_AN 19 te 2000 Antwerpen |
Gegevens van de exploitant: | BV Milestone Projects met als adres Bredestraat_AN 19 te 2000 Antwerpen
|
Ligging van het project: | Herentalsebaan 68 te 2100 Deurne (Antwerpen) |
Kadastrale percelen: | Afdeling 32 sectie B nr. 1017Y22 |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen, Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten |
Voorwerp van de aanvraag: | Verbouwen en optoppen van een meergezinswoning |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
Geacht vergunde toestand
Bestaande toestand
Conform geacht vergunde toestand.
Nieuwe toestand
Inhoud van de aanvraag
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Agentschap Wegen en Verkeer/ AWV – District Antwerpen | 28 oktober 2022 | 23 november 2022 | Voorwaardelijk gunstig |
Brandweerzone Antwerpen-Zwijndrecht – Hulpverleningszone 1 (Antwerpen) Brandweerzone Antwerpen BZA | 28 oktober 2022 | 28 november 2022 | Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Ondernemen en Stadsmarketing/Klantencontacten en Dienstverlening/Loket Thema Wonen – huisnummering | 28 oktober 2022 | 29 oktober 2022 |
Stadsontwikkeling/Omgeving/Vergunningen Milieu | 28 oktober 2022 | 7 november 2022 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de stedelijke agglomeratie van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Kleine Ring en respectievelijk de reservatiestrook voor de aanleg van lijninfrastructuur (de A102) tussen Merksem en Wommelgem, de R11 tussen Wommelgem en Mortsel, de oostelijke grens van Mortsel en Hove en de reservatiestrook voor pijpleidingen tussen Hove/Kontich en Hemiksem.
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5?juli?2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
Algemene bouwverordeningen
Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
Sectorale regelgeving
MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
Het bestaande pand betreft een gemengd gebouw dat bestaat uit een werkplaats met bijhorende functies en twee woongelegenheden op de verdiepingen in het hoofdgebouw.
De bestaande dienstverlening ter hoogte van de gelijkvloerse verdieping blijft behouden. Verder wordt in het hoofdgebouw een bijkomende woongelegenheid voorzien, waardoor het aantal woongelegenheden op het perceel gewijzigd wordt van twee naar drie.
Voorliggende aanvraag omvat vervolgens geen functiewijziging. De bestaande functies blijven behouden en komen hiermee overeen met de kenmerkende functies in de straat.
Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid
Het perceel is in de huidige toestand volledig bebouwd. Het hoofdgebouw aan de straat bestaat uit drie bouwlagen onder een plat dak. Achteraan het perceel is de bebouwing twee bouwlagen hoog.
Inzake volumetrie betreft de aanvraag het uitbreiden van het hoofdvolume met een bijkomende bouwlaag. De bebouwing van twee bouwlagen achteraan het perceel blijft behouden.
De uitbreiding van het hoofdvolume met één bijkomende laag is in harmonie met de direct aanpalende panden, die worden gekenmerkt door volumes van voornamelijk drie of vier lagen onder plat dak.
Visueel-vormelijke elementen
De materialisatie aan de bestaande voorgevel wordt behouden, alsook de bestaande kroonlijst. De nieuwe bouwlaag wordt in een ander materiaal afgewerkt, namelijk zwarte geprofileerde aluminium panelen. De voorgestelde materialisatie is volgens artikels 6 en 11 van de bouwcode niet in harmonie met de kenmerkende materialisatie voor bouwlagen boven een kroonlijst. Deze lagen zijn overwegend afgewerkt met een dakmateriaal zoals leien. Het afwerken van de voorgevel van de daklaag in een dakmateriaal zoals leien wordt opgelegd als voorwaarden bij de vergunning.
De achtergevel in wit pleisterwerk en zwart pvc schrijnwerk is hedendaags en stedenbouwkundig inpasbaar.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De aanvraag is strijdig met artikel 34 van de bouwcode door een te lage opstand van de scheimuren. Hiervan kan niet afgeweken worden. Om brandoverslag te voorkomen wordt als voorwaarde bij de vergunning een niet-brandbare strook opgelegd.
Aan de achtergevel ter hoogte van de verdiepingen wordt telkens een terras voorzien. Ter hoogte van het terras op de bovenste verdieping worden de scheidingsmuren ter hoogte van de linker en rechter aanpalende verhoogd. Ter hoogte van de linker aanpalende is dit toelaatbaar aangezien deze ophoging geen bijkomende onaanvaardbare hinder creëert. Ter hoogte van de rechter aanpaler is een ophoging van de scheimuur niet toelaatbaar wegens bijkomende onaanvaardbare hinder ten opzichte van de aanpalende. Daarom wordt in voorwaarden bij de vergunning opgelegd om het terras te voorzien binnen maximum contouren volgens de regels van het burgerlijk wetboek waarbij geen scheimuurophoging aan de rechterzijde nodig is.
Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoen de appartementen aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat een omgevingsvergunningsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 30 van de bouwcode, herzien op 1 maart 2018, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding en wijzigen van het aantal wooneenheden. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 1 parkeerplaats. Gezien er 1 wooneenheid bij komt bij een woonproject < 5 wooneenheden is de parkeerbehoefte 1 per wooneenheid. De werkelijke parkeerbehoefte is 1. |
De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen. |
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0. Voorliggende aanvraag heeft betrekking op een pand met een perceelsbreedte van minder dan of gelijk aan 8 m. Volgens artikel 12 §3, 1° (Levendige plint) van de bouwcode is een toegangspoort voor een autobergplaats niet toegelaten. Echter bevindt zich in de bestaande situatie al een poort naar de achtergelegen werkplaats. Deze poort blijft behouden en doet in de nieuwe toestand dienst als toegangspoort naar de onderdoorgang. Via deze onderdoorgang zijn de appartementen toegankelijk en kunnen de fietsen gestald worden. Het voorzien van een bijkomende poort of een parkeerplaats op eigen terrein is vervolgens niet mogelijk. |
Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 1. Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 1 – 0 = 1.Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen. |
Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 1 plaats. |
Fietsenvoorzieningen
Er worden 7 fietsparkeerplaatsen bijgevoegd op het gelijkvloers waar er momenteel een kleine kantoorruimte was. Deze fietsparkeerplaatsen zijn afsluitbaar en overdekt. In het advies van de brandweer wordt opgemerkt dat de fietsenstalling niet gecompartimenteerd is van de evacuatieweg. Daarom wordt in voorwaarden opgelegd om de fietsenstalling te compartimenteren zoals opgelegd in het brandweeradvies.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 12 oktober 2022 |
Volledig en ontvankelijk | 28 oktober 2022 |
Start openbaar onderzoek | GEEN |
Einde openbaar onderzoek | GEEN |
Gemeenteraad voor wegenwerken | GEEN |
Uiterste beslissingsdatum | 27 december 2022 |
Verslag GOA | 9 december 2022 |
naam GOA | Katrine Leemans |
Bevraging aanpalenden
De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Schriftelijke bezwaar-schriften | Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften | Petitie-lijsten | Digitale bezwaar-schriften |
0 | 0 | 0 | 0 |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:?
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
Brandweervoorwaarden
De brandweervoorwaarden uit het verslag met referentie BW/CVB/2022/G.01061.A1.0008 zijn van toepassing.
Het college beslist dat de omgevingsvergunning geldig is voor onbepaalde duur.