Terug
Gepubliceerd op 03/10/2022

2022_CBS_07874 - Omgevingsvergunning - OMV_2022097665. Woeringenstraat 12. District Berchem - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 30/09/2022 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur; Anne Baré, waarnemend algemeen directeur

Verontschuldigd

Annick De Ridder, schepen

Secretaris

Anne Baré, waarnemend algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2022_CBS_07874 - Omgevingsvergunning - OMV_2022097665. Woeringenstraat 12. District Berchem - Goedkeuring 2022_CBS_07874 - Omgevingsvergunning - OMV_2022097665. Woeringenstraat 12. District Berchem - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2022097665

Gegevens van de aanvrager:

Andries Daniels met als adres Hogeweg_BO 20 bus 6 te 2140 Borgerhout (Antwerpen) en mevrouw Lotte De Witte met als adres Hogeweg 20 bus 6 te 2140 Borgerhout (Antwerpen)

Ligging van het project:

Woeringenstraat 12 te 2600 Berchem (Antwerpen)

Kadastrale percelen:

afdeling 21 sectie B nr. 40P26

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

opsplitsen van een kantoor en omvormen tot 2 eensgezinswoningen

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          13/05/2022: voorwaardelijk gunstig geadviseerde splitsing van nummers 12 en 14 (2022389);

-          06/02/2009: vergunning (20085739) voor het verbouwen van een woning naar kantoor.

 

Vergunde toestand

-          functie: kantoor- dienstverlening - vrije beroepen; 

-          bouwvolume:

  • 2 aaneengrenzende gebouwen (met verbinding op alle verdiepingen);
  • 1 pand met 1 bouwlaag met zadeldak met dakkapel;
  • 1 pand met 2 bouwlagen en plat dak (achteraan schuin);
  • beide percelen volledig bebouwd op gelijkvloerse verdieping;
  • bouwdiepte hoofdgebouwen circa 8m;

-          gevelafwerking:

  • bepleisterde gevels in lichte kleuren (rechters licht oranje, links licht geel).

 

Bestaande toestand

-          overeenkomstig vergunde toestand, uitgezonderd van het buitenschrijnwerk in wit aluminium en de opzetrolluiken tegen de gevel van het rechter pand. 

 

Nieuwe toestand

-          woning nr. 12: 

  • eengezinswoning;
  • bouwvolume:  
    • 3 bouwlagen met plat dak + dakuitbouw;
    • bouwdiepte circa 11m op gelijkvloerse en 1ste verdieping;
    • bouwdiepte circa 8m op bovenste verdieping;
  • gevelafwerking:
    • bepleistering in groen-blauwe tint met verschillende structuren;
    • groen-blauw aluminium buitenschrijnwerk;
    • plint in blauwe steen;
  • inrichting:
    • volume van 1 bouwlaag achteraan perceel, ingericht als fietsen-en tuinberging met doorgang naar achterliggende open ruimte.

-          woning nr.14:

  • eengezinswoning;
  • bouwvolume:
    • 2 bouwlagen met plat dak;
    • dakuitbouw voor terrastoegang;
    • dakterras op plat dak straatzijde;
    • volledig bebouwd perceel;
  • gevelafwerking:
    • oranjekleurige gevelpleister;
    • plint in blauwe steen.

 

Inhoud van de aanvraag

-          splitsen van een kantoor en functiewijziging naar wonen (2 eengezinswoningen);

-          gedeeltelijk slopen van bebouwing en ontharden van het linker perceel;

-          bovenaan uitbreiden van het volume de beide woningen;

-          plaatsen van een dakterras op de rechter woning;

-          wijzigen van de voorgevels;

-          wijzigen van de scheimuren; 

-          doorvoeren van interne constructieve werken. 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Ondernemen en Stadsmarketing/ Business en Innovatie

8 augustus 2022

11 augustus 2022

Stadsontwikkeling/ Mobiliteit

8 augustus 2022

22 augustus 2022

Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Vergunningen Milieu

8 augustus 2022

22 augustus 2022

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de binnenstad van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Leien en de Kleine Ring.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:

- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

- de eigen aard van het betrokken gebied;

- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de verordening voetgangersverkeer.

 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • artikel 6 Harmonie en draagkracht:

een blauw-groen en oranje als kleur voor een gevelpleister in de voorgevel kunnen bezwaarlijk kenmerkende kleuren worden genoemd voor de omgeving;

  • artikel 16 Technische uitsprongen:
    de warmtepomp bevindt zich op minder dan 2 meter van de perceelgrens;
  • artikel 19 Tuinafsluitingen:
    de rechter tuinmuur van de linker woning heeft een hoogte van 2,7 m > 2,6 meter.
  • artikel 27 Open ruimte:

er werd geen open en onverharde ruimte voorzien voor woning nr. 14;

  • artikel 29 Fietsstalplaatsen en fietsparkeerplaatsen:
    de rechter woning wordt niet van fietsstalplaatsen voorzien;
  • artikel 34 Stabiliteit en scheidingsmuren:
    • de perceelgrenzen staan niet op de grondplannen aangeduid, waardoor niet gecontroleerd kan worden of de enkelvoudige scheidingsmuren van een minimale dikte van 0,18 meter voorzien worden langs de eigen zijde van de perceelgrens;
    • de scheidingsmuren worden ter hoogte van de daken niet van een minimale opstand van 0,3 meter voorzien ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak;
  • artikel 41 Kenmerken aansluiting van de leidingen met het openbaar rioolstelsel:
    de verticale hemelwaterafvoeren in de voorgevel worden niet inpandig aangesloten op het RWA-afvoerstelsel.
     

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.

Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-          Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009. 
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag. 

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Beoordeling afwijkingen van de voorschriften

Bouwcode artikel 19

De rechter tuinmuur van het linker perceel heeft een doorlopende hoogte van 2,7 meter. Deze doorlopende muur betreft op sommige plaatsen de scheidingsmuur van de aanbouwen van de aanpalende woningen en op sommige plaatsen een normale tuinmuur. Gelet op deze context is het inderdaad wenselijk dat de tuinmuur over de volledige lengte van het perceel een consistente hoogte heeft. Deze afwijking is aanvaardbaar.

 

Bouwcode artikel 27

Het rechter perceel werd volledig bebouwd. Gelet op de beperkte perceeloppervlakte de het ingesloten karakter van de hoek van het bouwblok, is deze afwijking aanvaardbaar.

 

Functionele inpasbaarheid

Het pand is gelegen in woongebied. De aanvraag betreft het opnieuw omvormen van het samengevoegde gebouw met kantoorfunctie naar twee grondgebonden eengezinswoningen. Dit wordt gunstig geadviseerd.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

Bouwvolume Woeringenstraat 12

De linker woning te nr. 12 wordt voorzien als een ruime grondgebonden eengezinswoning met drie slaapkamers en grote tuin.

 

De bestaande aanbouwen worden grotendeels afgebroken. Het gelijkvloers wordt behouden tot een bouwdiepte van 11 meter en wordt heringericht met een doorzontypologie met grote schuiframen in de achtergevel. Achteraan de tuin blijft een gelijkvloers volume behouden met een oppervlakte van circa 21 m². Hierdoor ontstaat er opnieuw een open tuin van 41,7 m². Dit wordt gunstig geadviseerd.

 

De woning wordt voorzien als een stapeling van tussenniveaus met centraal een ruime overloopzone.

 

De achtergevel met diepte 11 meter wordt opgetrokken tot 2,5 bouwlagen. Dit bouwvolume komt bovenaan dieper dan de linkerbuur, maar dit komt onderaan minder diep. Dit zodanig dat het totale bouwvolume overeen komt met het totale bouwvolume van de aanpalende woning. Dit wordt gunstig geadviseerd.

 

Het hoogste punt van de woning betreft de centrale bureauruimte. De totale hoogte van de woning betreft circa 11,6 meter. De voorgevel betreft een hoogte van circa 10,6 meter. De achtergevel betreft een hoogte van circa 8,8 meter. Dit volume sluit voldoende aan bij de schaal van de woningen in de Woeringenstraat.

 

Bouwvolume Woeringenstraat 14

De rechter woning te nr. 14 wordt conform de toestand van voor 2009 opnieuw een kleinschalige woning met 1 slaapkamer. Deze wordt uitgebreid met een tweede bouwlaag welke voorzien wordt als een traphal achteraan en een dakterras van 6,3 meter vooraan. Dit wordt gunstig geadviseerd.

 

Gevelisolatie

De voorgevel van de woning te Woeringenstraat nr. 12 wordt van buitenisolatie voorzien.

 

Het na - isoleren van de gevels is vanuit stedenbouwkundig oogpunt aanvaardbaar.

Door het energiezuinig renoveren van woningen wordt er bijgedragen aan de klimaatambities, wat wordt gestimuleerd.

 

De stad Antwerpen hanteert een afwegingskader op aanvragen voor een stedenbouwkundige vergunning voor buitengevelisolatie. Bij een gunstig advies tot plaatsing van buitengevelisolatie is men verplicht om de werken over de volledige dikte van 14cm uit te voeren. Op die manier wordt er maximale energiebesparing gerealiseerd binnen de bepalingen van het rooilijnendecreet.

 

Toegang achteraan nr. 12

Inzake de toegang op tot het achterliggende perceel dat in handen is van stad Antwerpen werd advies gevraagd aan AG Vespa. Hieruit blijkt dat dit geen erfdienstbaarheid betreft, maar een overeenkomst met de voorgaande eigenaar. Indien de aanvrager de burgerrechtelijke toelating van AG Vespa niet krijgt, is dit gedeelte van de aanvraag niet uitvoerbaar.

 

Visueel-vormelijke elementen

Voorgevel Woeringenstraat 12

Om vervlakking van het straatbeeld tegen te gaan, dient er vanuit de zorg voor de architecturale kwaliteit aandacht besteed te worden aan een aantal ontwerpdetails bij het opnieuw bepleisteren van de gevel. Concreet dienen de afmetingen van de raamopeningen en de arrière-corps behouden te blijven, moeten de bestaande decoratieve gevelreliëfs steeds evenveel uit het vernieuwde gevelvlak springen als in bestaande toestand het geval is en moet er gebruik worden gemaakt van hoekprofielen voor het pleisterwerk die niet zichtbaar zijn in de gevel.

 

De toestand van de omgeving wijst uit dat de Woeringenstraat gekenmerkt wordt door lichtkleurig gepleisterde gevels, afgewisseld met recenter gewijzigde panden afgewerkt met hoofdzakelijk lichtkleurig (wit) gevelmetselwerk.

 

De arrière-corps is een veel voorkomend detail bij aaneengesloten bebouwing. Ter hoogte van de perceelsgrens springt het gevelvlak terug, en dit over de volledige gevelhoogte. Dit levert een verticale ritmering op die percelering in het straatbeeld nuanceert. De arrière-corps wordt mee geïsoleerd, maar wordt van een mindere dikte voorzien. Hierdoor wordt het gevelritme opnieuw voldoende benadrukt.

 

Het toepassen van buitengevelisolatie leidt tot een vervlakking van het straatbeeld door een verlies aan detaillering. Om een verarming van het materiaal tegen te gaan, wordt er bij een gunstig advies opgelegd dat bestaande elementen in natuursteen (raamdorpel, plint, deksteen…) behouden blijven of worden vervangen door nieuwe elementen in natuursteen. Deze details hebben immers ook een functie. Zo beschermt de plint tegen beschadigingen. Indien er voor het uitvoeren van de werken een plint aanwezig is, moet deze behouden blijven. Dit kan door de bestaande plint naar voren te plaatsen (en er achter isolatie aan te brengen) of de bestaande plint te vervangen door een nieuwe plint. Bij pleisterwerk is het noodzakelijk om een plint te plaatsen.

 

De plint wordt voorzien en wordt gunstig geadviseerd. De raamdorpels worden echter voorzien als een dunne doorlopende strook welke slechts 5 centimeter uit de voorgevel naar voor steken. Dit in ruil voor de vergund vooruitstekende natuurstenen raamdorpels. In voorwaarden wordt opgenomen dit geveldetail in natuursteen te voorzien, even dit even ver uit de voorgevel naar voor te laten steken als de vergunde natuurstenen raamdorpels.

 

Wanneer er pleisterwerk is voorzien als gevelmateriaal, worden de randen van bijvoorbeeld raamopeningen voorzien van hoekprofielen. Dergelijke hoekprofielen moeten onzichtbaar worden uitgevoerd. Dit wordt in voorwaarden opgenomen.

 

De voorgevel wordt in groen-blauwe kleur voorzien. Dit sluit niet aan bij het straatbeeld waar een lichte tint kenmerkend is bij bepleisterde gevels en waar de kleur groen-blauw niet aanwezig is. In voorwaarden wordt opgelegd deze gevel wit te voorzien.

 

Voorgevel Woeringenstraat 14

De voorgevel van de kleinere woning blijft ongewijzigd met uitzondering van het witte-aluminium schrijnwerk. Dit wordt gunstig geadviseerd.

 

De geveltekening vermeld “oranje gevelpleister”. Het is niet duidelijk of dit in de licht oranje klerustelling behouden blijft, of dat deze in een donkerder oranje tint gewijzigd wordt. Dit wordt uitgesloten uit de vergunning.

 

De balustrade van het dakterras wordt perceelsbreed tot voorbij het niet-toegankelijke groendak voorzien. Dit om een evenwichtig gevelbeeld te behouden. De balustrade wordt in grijs aluminium voorzien. Hiertegen geen bezwaar.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Bij het plaatsen van buitengevelisolatie dient er aandacht besteed worden aan een aantal voorwaarden in functie van het inpalmen van het openbaar domein.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat een omgevingsvergunningsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 30 van de bouwcode, herzien op 1 maart 2018, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding en wijzigen van het aantal wooneenheden. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

 

Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 2 parkeerplaatsen.

 

De parkeerbehoefte wordt bepaald op functiewijziging van kantoor naar wonen en de uitbreiding met 2 wooneenheden.

Bij projecten tot 5 wooneenheden is de parkeernorm 1

De werkelijke parkeerbehoefte is 2.

 

De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0.

 

Voorliggende aanvraag heeft betrekking op twee panden met elk een perceelsbreedte van minder dan of gelijk aan 8 m. Volgens artikel 12, §3, 1° (Levendige plint) van de bouwcode is een toegangspoort voor een autobergplaats niet toegelaten.

 

Het bijgestelde aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 0.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 2.

Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

De berekende parkeerbehoefte van het nieuwe project kan verminderd worden met het aantal parkeerplaatsen van de laatst vergunde toestand dat reeds afgewenteld werd op het openbaar domein. Dit op voorwaarde dat realisatie niet mogelijk is.

 

250m² kantoren in stationsomgeving Berchem-station met parkeernorm 0,8/100m² = 250*0,8/100 =2

 

Het aantal parkeerplaatsen van de laatst vergunde toestand dat reeds afgewenteld werd op het openbaar domein is 2.

 

Het bijgestelde aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 0.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 0 plaatsen.

 

 

Fietsvoorzieningen:

Voor dit project dienen er 5 (=(2+1)+(1+1)) overdekte, afsluitbare fietsstalplaatsen voorzien te worden. Er werden 4 plaatsen ingetekend in de tuinberging. Dit is niet ideaal vermits er dan steeds door de leefruimte moet worden gegaan met de fietsen. Indien toelating voor de toegang achteraan het perceel bekomen wordt, is dit aanvaardbaar;

 

Voor woning nummer 14 werden er geen fietsstalplaatsen ingetekend.

Dit is aanvaardbaar gelet op de oppervlakte van het gelijkvloers van de woning, de inrichting van de straat als tuinstraat en de mogelijke bijstelling.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. Na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

2. Wanneer er zich in de bestaande toestand openbare verlichtingsarmaturen (of andere elementen van nutsvoorzieningen) bevinden aan de gevel moeten deze na het uitvoeren van de werken opnieuw gemonteerd worden aan de gevel op een duurzame manier (eventueel met een achterliggende constructie). Deze elementen moeten ten allen tijde kunnen hersteld worden of weggenomen worden. Indien nodig wordt hiervoor contact opgenomen met de dienst openbaar domein.

3. Alle gewijzigde en nieuwe scheidingsmuren moeten voorzien worden van een minimale dikte van 18 centimeter langs de eigen zijde van de perceelgrens.

4. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van:

-          langsheen de platte daken: dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.);

-          langsheen de groendaken: een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand.

5. De verticale hemelwaterafvoeren in de voorgevels moeten inpandig aangesloten worden op het RWA-afvoerstelsel van de woningen.

6. Het pleisterwerk van de woning te nr. 12 moet wit voorzien worden.

7. De warmtepomp van de woning te nr. 12 moet op een afstand van minimaal 2 meter tot de perceelgrens voorzien worden en deze moet voldoen aan de voorschriften uit artikel 16 §2 van de bouwcode.

8. De gevelbrede raamdorpels in de voorgevel van de woning te nr. 12  moeten in natuursteen voorzien worden en moeten even ver voorbij het gevelvlak naar voor te steken als de bestaande raamdorpels.

9. De hoekprofielen die inherent zijn aan het gevelpleisterwerk van de woning te nr. 12, onzichtbaar uit te voeren;

10. De nieuwe constructie van de voorgevel te nr. 12  te laten aansluiten op het openbaar domein zodanig dat toekomstige werkzaamheden aan het openbaar domein kunnen plaatsvinden, los van herstelwerken aan de nieuwe constructie;

11. Het wijzigen van de kleur van de voorgevel van de woning te nr. 14 wordt uitgesloten uit de vergunning. 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

12 juli 2022

Volledig en ontvankelijk

8 augustus 2022

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

7 oktober 2022

Verslag GOA

20 september 2022

naam GOA

Wim Van Roosendael

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. Na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

2. Wanneer er zich in de bestaande toestand openbare verlichtingsarmaturen (of andere elementen van nutsvoorzieningen) bevinden aan de gevel moeten deze na het uitvoeren van de werken opnieuw gemonteerd worden aan de gevel op een duurzame manier (eventueel met een achterliggende constructie). Deze elementen moeten ten allen tijde kunnen hersteld worden of weggenomen worden. Indien nodig wordt hiervoor contact opgenomen met de dienst openbaar domein.

3. Alle gewijzigde en nieuwe scheidingsmuren moeten voorzien worden van een minimale dikte van 18 centimeter langs de eigen zijde van de perceelgrens.

4. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van:

-          langsheen de platte daken: dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.);

-          langsheen de groendaken: een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand.

5. De verticale hemelwaterafvoeren in de voorgevels moeten inpandig aangesloten worden op het RWA-afvoerstelsel van de woningen.

6. Het pleisterwerk van de woning te nr. 12 moet wit voorzien worden.

7. De warmtepomp van de woning te nr. 12 moet op een afstand van minimaal 2 meter tot de perceelgrens voorzien worden en deze moet voldoen aan de voorschriften uit artikel 16 §2 van de bouwcode.

8. De gevelbrede raamdorpels in de voorgevel van de woning te nr. 12  moeten in natuursteen voorzien worden en moeten even ver voorbij het gevelvlak naar voor te steken als de bestaande raamdorpels.

9. De hoekprofielen die inherent zijn aan het gevelpleisterwerk van de woning te nr. 12, onzichtbaar uit te voeren;

10. De nieuwe constructie van de voorgevel te nr. 12  te laten aansluiten op het openbaar domein zodanig dat toekomstige werkzaamheden aan het openbaar domein kunnen plaatsvinden, los van herstelwerken aan de nieuwe constructie;

11. Het wijzigen van de kleur van de voorgevel van de woning te nr. 14 wordt uitgesloten uit de vergunning.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.