Terug
Gepubliceerd op 03/10/2022

2022_CBS_07851 - Omgevingsvergunning. Advies hogere overheid. Voorwaardelijk gunstig advies - OMV_2022091691. Scheldelaan 490. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 30/09/2022 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur; Anne Baré, waarnemend algemeen directeur

Verontschuldigd

Annick De Ridder, schepen

Secretaris

Anne Baré, waarnemend algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2022_CBS_07851 - Omgevingsvergunning. Advies hogere overheid. Voorwaardelijk gunstig advies - OMV_2022091691. Scheldelaan 490. District Antwerpen - Goedkeuring 2022_CBS_07851 - Omgevingsvergunning. Advies hogere overheid. Voorwaardelijk gunstig advies - OMV_2022091691. Scheldelaan 490. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd bij de deputatie een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend. De aanvraag wordt behandeld volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

De deputatie verzoekt het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar om advies uit te brengen.

 

Projectnummer:

OMV_2022091691

Gegevens van de aanvrager:

NV GUNVOR PETROLEUM ANTWERPEN met als adres Scheldelaan 490 te 2040 Antwerpen

Ligging van het project:

Scheldelaan 490 2040 Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 19 sectie A nr. 77C

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

slopen van tanks (regularisatie)

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

Geacht vergunde toestand

De inrichting is vanuit stedenbouwkundig oogpunt hoofdzakelijk vergund geacht omdat op de terreinen reeds lang bedrijfsactiviteit aanwezig is. De tanks zijn reeds op de luchtfoto van 1 mei 1971 te zien (bron: geopunt.be) en bestaan dus van voor de eerste inwerkingtreding van het gewestplan Antwerpen (B.S. 25 oktober 1979).

 

Bestaande toestand

Een industrieterrein gelegen in het noorden van het havengebied gekenmerkt door tankopslag.

 

Inhoud van de aanvraag

-          Slopen van tanks (regularisatie)

 

 

Argumentatie

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het goed is gelegen in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (GRUP) Afbakening zeehavengebied Antwerpen (Besluit van de Vlaamse regering van 30 april 2013), binnen de afbakeningslijn.

De gebieden binnen de afbakeningslijn behoren tot het zeehavengebied Antwerpen.

Met uitzondering van de deelgebieden waarvoor in dit plan voorschriften werden vastgelegd, blijven de op het ogenblik van de vaststelling van dit plan bestaande bestemmings- en inrichtingsvoorschriften onverminderd van toepassing.

 

Het goed is volgens voornoemd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan bestemd als Gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven. Zulk gebied is bestemd om te functioneren als Vlaams havengebied als onderdeel van de haven van Antwerpen.

Het is bestemd voor zeehavengebonden en zeehavengerelateerde industriële en logistieke activiteiten en distributie-, opslag- en overslagactiviteiten die gebruikmaken van en aangewezen zijn op de zeehaveninfrastructuur.

Alle handelingen die nodig of nuttig zijn voor de realisatie van de bestemming en voor de exploitatie van de haven en de bedrijven zijn toegelaten.

Daartoe worden ook de volgende werken, handelingen, voorzieningen, en wijzigingen gerekend:

- de aanleg en het onderhoud van infrastructuur die nodig is voor de toegankelijkheid of voor verbindingen langs de waterzijde en langs de landszijde;

- het laguneren of op een andere wijze bergen of verwerken van baggerspecie.

Daarnaast is de ontwikkeling, het herstel en de instandhouding van tijdelijke ecologische infrastructuur toegelaten.

In het gebied zijn eveneens gebouwen of lokalen voor bewakingspersoneel toegelaten.

In het gebied zijn kantoorgebouwen niet toegelaten, tenzij ze noodzakelijk zijn voor en een inherent onderdeel zijn van de exploitatie van haven en industriële activiteiten. De bestaande kantoorgebouwen kunnen behouden blijven binnen het bestaande bouwvolume op het moment van definitieve vaststelling van dit gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan. Uitbreidingen zijn niet toegelaten.

 

De aanvraag dient beoordeeld te worden aan de hand van de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan.

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Voor een straal van 500 meter rond de aanvraag is het voormelde GRUP tevens van toepassing. Hier gelden de bestemmingsvoorschriften Gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven en – voor de Scheldelaan en de Oudedijkweg – Gebied voor verkeers- en vervoersinfrastructuur. Parallel langs deze wegenis loopt een overdruk met als aanduiding Leidingstraat. Het Kanaaldok B2 en Insteekdok 3 in het oosten hebben als bestemming Gebied voor waterweginfrastructuur.

 

In het westen bevindt zich de grens van het afgebakende zeehavengebied. Buiten de afbakeningslijn is het gewestplan Antwerpen nog van toepassing, met bestemmingen Bestaande waterwegen (voor de Schelde) en Natuurgebieden met wetenschappelijke waarde of natuurreservaten.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

Hemelwater: Het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.

De gewestelijke verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Toegankelijkheid: Het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid.

De gewestelijke verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.

 


Omgevingstoets

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

Functionele inpasbaarheid

Op een ontwikkeld industrieterrein gekenmerkt door verschillende tankparken, werden reeds 15 tanks gesloopt. Hiervoor werd echter geen vergunning aangevraagd en de aanvrager wenst zich met voorliggende aanvraag in regel te stellen.

 

De gesloopte tanks bevinden zich binnen tankputten en zijn alle oude tanks met een bouwjaar tussen 1966 en 1972. Het volume varieërt van 100 m³ tot 6500 m³. Enkel de tanks werden verwijderd, de fundering bleef behouden. Uit de aanvraag is niet af te leiden of er een nieuwe bestemming is voor de funderingsplaat. Als voorwaarde wordt opgelegd dat tenzij de aanvrager dadelijk een herbestemming van de betonplaat en/of funderingen kan aantonen, alle ondergrondse constructies dienen afgebroken te worden, met inbegrip van de funderingszolen. Funderingspalen dienen weggebroken tot op tenminste 2 meter onder de paalkop. De niet meer te gebruiken rioleringen en andere leidingen dienen uit de ondergrond verwijderd om een vrije bouwzone te verkrijgen. Om stofhinder te voorkomen, dient het terrein ingezaaid te worden met een streekeigen grasmengsel.

 

Door verouderde tanks die niet meer voldoen aan de huidige normen af te breken, kunnen er nieuwe ontwikkelingen plaatsvinden waarbij het aansnijden van nieuwe ruimte vermeden kan worden. De aanvraag is bijgevolg functioneel inpasbaar.

 

Schaal – ruimtegebruik – bouwdichtheid

De aanvraag is in overeenstemming en verenigbaar met de ruimtelijke context van het havengebied waarbinnen deze aanvraag is gesitueerd.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

De aanvraag genereert geen bijkomende parkeerbehoefte noch automobiliteit.

 


Advies van het college

Gunstig advies te verlenen voor de aanvraag tot omgevingsvergunning onder volgende voorwaarde

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

Tenzij de aanvrager dadelijk een herbestemming van de betonplaat en/of funderingen kan aantonen dienen alle ondergrondse constructies afgebroken te worden, met inbegrip van de funderingszolen. Funderingspalen dienen weggebroken tot op tenminste 2 meter onder de paalkop. De niet meer te gebruiken rioleringen en andere leidingen dienen uit de ondergrond verwijderd. Om stofhinder te voorkomen, dient het terrein ingezaaid te worden met een streekeigen grasmengsel.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 24 en 42 van het Omgevingsvergunningsdecreet heeft het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar de bevoegdheid advies uit te brengen voor de vergunningsaanvragen op haar grondgebied waarvoor de deputatie, de Vlaamse regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar de bevoegde overheid is, tenzij:

 

  1. de aanvraag ingediend is door het betrokken college;
  2. de aanvraag louter betrekking heeft op mobiele of verplaatsbare ingedeelde inrichtingen of activiteiten.

 

Het college heeft op 17 november 2017 (jaarnummer 2017_CBS_08858) beslist om de adviesbevoegdheid op te nemen.

Fasering

Procedurestap

Datum

Ontvangst adviesvraag

6 september 2022

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste adviesdatum

6 oktober 2022

 

Onderzoek

De aanvraag moet niet onderworpen worden aan een openbaar onderzoek.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Gunstig advies te verlenen voor de aanvraag tot omgevingsvergunning onder volgende voorwaarde

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

Tenzij de aanvrager dadelijk een herbestemming van de betonplaat en/of funderingen kan aantonen dienen alle ondergrondse constructies afgebroken te worden, met inbegrip van de funderingszolen. Funderingspalen dienen weggebroken tot op tenminste 2 meter onder de paalkop. De niet meer te gebruiken rioleringen en andere leidingen dienen uit de ondergrond verwijderd. Om stofhinder te voorkomen, dient het terrein ingezaaid te worden met een streekeigen grasmengsel.

 

Artikel 2

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.