Terug
Gepubliceerd op 12/09/2022

2022_CBS_07275 - Omgevingsvergunning - OMV_2022071273. Scheldelaan 16. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 09/09/2022 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2022_CBS_07275 - Omgevingsvergunning - OMV_2022071273. Scheldelaan 16. District Antwerpen - Goedkeuring 2022_CBS_07275 - Omgevingsvergunning - OMV_2022071273. Scheldelaan 16. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2022071273

Gegevens van de aanvrager:

de heer Maximilien Pary met als adres Passerelle des reflets 1 te 92400 Courbevoie (Frankrijk) en TotalEnergies Renewables met als adres Passerelle des Reflets 1 te 92400 Courbevoie (Frankrijk)

Gegevens van de exploitant:

TotalEnergies Renewables met als adres Passerelle des Reflets 1 te 92400 Courbevoie (Frankrijk)

Ligging van het project:

Scheldelaan 16 te 2030 Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 15 sectie B nr. 250Z

waarvan:

 

-          20220518-0049

afdeling 15 sectie B nr. 250Z (TotalEnergies Renewables)

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen, Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Voorwerp van de aanvraag:

batterijcontainers en de exploitatie van energieopslagsystemen

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-     16/07/2009: vergunning deputatie (HV/2007/B/0167) na vergunning college (HV/2007/B/0077) voor contractorswerven shut down, met een min of meer definitief karakter. Het college verleende de vergunning voor een termijn van 5 jaar. De deputatie verleende in beroep de vergunning voor onbepaalde duur;

-     10/06/2005: vergunning (HV/2004/B/0162) voor contractorswerven met een min of meer definitief karakter. 

 

Bestaande toestand

Het blokveld is ingericht als een contractorsdorp van toeleveringsbedrijven van de raffinaderij. Het terrein wordt gekenmerkt door tijdelijke loodsen en containers.


Inhoud van de aanvraag 

-     aanleggen van een verharding; 

-     plaatsen van 40 batterijcontainers en 8 mini-skids; 

-     een reliëfwijziging. 

 

Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten

 

Voorgeschiedenis

Het betreft een nieuwe ingedeelde inrichting of activiteit.

 

Inhoud van de aanvraag

Het betreft een ingedeelde inrichting of activiteit voor de opslag van energie.

 

Aangevraagde rubriek(en)
 

Rubriek

Omschrijving

Gevraagd voor

12.2.2°

transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van meer dan 1.000 kVA;

8x 3.950 kVA

8x 4.600 kVA

12.3.1°

accumulatoren (gebruik van): vast opgestelde batterijen waarvan het product van het vermogen, uitgedrukt in Ah, met de klemspanning, uitgedrukt in V, meer bedraagt dan 10.000;

92.000.000 VAh

16.3.2°b)

koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioningsinstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van meer dan 200 kW.

944 kW

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Agentschap voor Natuur en Bos/ Adviezen en Vergunningen Antwerpen

5 juli 2022

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

 

Brandweerzone Antwerpen-Zwijndrecht - Hulpverleningszone 1 (Antwerpen)/ Brandweer Zone Antwerpen BZA

5 juli 2022

22 augustus 2022

Voorwaardelijk gunstig

Haven van Antwerpen - Brugge (Port of Antwerp - Bruges)/ terreinen

5 juli 2022

23 augustus 2022

Gunstig

Havenbedrijf Antwerpen, subadvies milieu

5 juli 2022

11 augustus 2022

Gunstig

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen


Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het goed is gelegen in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (GRUP) Afbakening zeehavengebied Antwerpen (Besluit van de Vlaamse regering van 30 april 2013), binnen de afbakeningslijn.

De gebieden binnen de afbakeningslijn behoren tot het zeehavengebied Antwerpen.

Met uitzondering van de deelgebieden waarvoor in dit plan voorschriften werden vastgelegd, blijven de op het ogenblik van de vaststelling van dit plan bestaande bestemmings- en inrichtingsvoorschriften onverminderd van toepassing.

 

Het goed is volgens voornoemd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan bestemd als Gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven.

Zulk gebied is bestemd om te functioneren als Vlaams havengebied als onderdeel van de haven van Antwerpen. Het is bestemd voor zeehavengebonden en zeehavengerelateerde industriële en logistieke activiteiten en distributie-, opslag- en overslagactiviteiten die gebruikmaken van en aangewezen zijn op de zeehaveninfrastructuur.

Alle handelingen die nodig of nuttig zijn voor de realisatie van de bestemming en voor de exploitatie van de haven en de bedrijven zijn toegelaten.

Daartoe worden ook de volgende werken, handelingen, voorzieningen, en wijzigingen gerekend:

- de aanleg en het onderhoud van infrastructuur die nodig is voor de toegankelijkheid of voor verbindingen langs de waterzijde en langs de landszijde;

- het laguneren of op een andere wijze bergen of verwerken van baggerspecie.

Daarnaast is de ontwikkeling, het herstel en de instandhouding van tijdelijke ecologische infrastructuur toegelaten.

In het gebied zijn eveneens gebouwen of lokalen voor bewakingspersoneel toegelaten.

In het gebied zijn kantoorgebouwen niet toegelaten, tenzij ze noodzakelijk zijn voor en een inherent onderdeel zijn van de exploitatie van haven en industriële activiteiten. De bestaande kantoorgebouwen kunnen behouden blijven binnen het bestaande bouwvolume op het moment van definitieve vaststelling van dit gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan. Uitbreidingen zijn niet toegelaten.

 

De aanvraag dient beoordeeld te worden aan de hand van de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan.

De aanvraag is in overeenstemming met de bestemming en de voorschriften van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Voor een straal van 500 meter rond de aanvraag is het voormelde GRUP tevens van toepassing. Hier gelden de bestemmingsvoorschriften Gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven en – voor de Scheldelaan – Gebied voor verkeers- en vervoersinfrastructuur. Op circa 360 meter ten noorden van de aanvraag loopt evenwijdig met de Scheldelaan een overdruk met als aanduiding Leidingstraat.

 

Ten westen van de Scheldelaan is het gewestplan Antwerpen nog van toepassing met als bestemmingen Bijzonder natuurgebied en – voor de Schelde – Bestaande waterweg.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

Hemelwater: Het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.

De gewestelijke hemelwaterverordening is van toepassing op de aanvraag. Het plaatsen van een hemelwaterput is volgens de hemelwaterverordening niet van toepassing. Er dient wel een infiltratievoorziening aangelegd te worden met een oppervlakte van circa 399 m² en een inhoud van circa 249,5 m³.

Er wordt een afwijking op de gewestelijke hemelwaterverordening aangevraagd. Volgens artikel 13 van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, kan het vergunningverlenende bestuursorgaan bij de beoordeling van de aanvraag in uitzonderlijke gevallen afwijkingen toestaan van de verplichtingen van dit besluit als dat om specifieke redenen met betrekking tot de mogelijkheden van hergebruik of plaatselijke terreinkenmerken verantwoord of noodzakelijk is.

De aanvrager vraagt een afwijking op het aspect infiltratie en motiveert deze door aan te geven dat door de verscheidene ondergrondse structuren en de bodemgesteldheid het hemelwater niet volledig kan infiltreren. Infiltratie is ook niet aangewezen daar het terrein een historische bodemverontreiniging kent en een risico heeft op verspreiding van de verontreiniging. Daarnaast kent het terrein een complexe infrastructuur met allerhande bovengrondse en ondergrondse installaties waardoor de beschikbare ruimte voor het plaatsen van een infiltratievoorziening, beperkt is. Tevens biedt infiltratie volgens de aanvrager geen meerwaarde tegen verzilting of verdroging.

De afwijking kan gunstig worden geadviseerd.
 

Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid.

De gewestelijke verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Sectorale wetgeving
MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Bij de beslissing over de volledig- en ontvankelijkheid is beslist dat de aanvraag geen betrekking heeft op een project als vermeld in bijlage I, II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004 houdende vaststelling van de categorieën van projecten, onderworpen aan milieueffectrapportage (milieueffectrapport). Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

 

Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project veroorzaakt een beperkte toename aan nieuwe verharde oppervlakte. In alle redelijkheid kan geoordeeld worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

 

Archeologienota: overeenkomstig artikel 5.4.1 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 moet aan bepaalde aanvragen een archeologienota waarvan akte is genomen worden toegevoegd.

Het voorliggende project heeft een oppervlakte kleiner dan 5.000 m² waardoor een archeologienota waarvan akte is genomen niet van toepassing is.

 

Soortenbesluit: het besluit van de Vlaamse regering met betrekking tot soortenbescherming en soortenbeheer van 15 mei 2009 en latere wijzigingen.

Bij aanwezigheid van een aantal beschermde soorten dienen afwijkingen op het Soortenbesluit aangevraagd te worden. In de nabijheid van de werken is de aanwezigheid van de rugstreeppad vastgesteld. Dit is een beschermde soort volgens het Soortenbeschermingsbesluit. Indien de rugstreeppad zich ook op de locatie van de aanvraag bevindt, zijn er een reeks handelingen verboden ten aanzien van deze beschermde soort. Het is mogelijk om een afwijking te krijgen op de Vlaamse wetgeving inzake Soortenbescherming. Het Agentschap Natuur en Bos is bevoegd om deze afwijkingen toe te staan.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

Voorliggende aanvraag betreft een batterijproject (BESS: Battery Energy Storage Systems) dat voorzien wordt op een blokveld in het westen van een grootschalige industriële site. Dit batterijproject heeft als doel energie opslaan en kadert binnen het groter energieopslagproject van TotalEnergies Renewables voor de uitbreiding van duurzame energie opslagunits.

 

Het BESS-project omvat: 

-     40 batterijcontainers met elk een oppervlakte van circa 14,8 m² en een hoogte van circa 2,9 meter; 

-     8 mini-skids, elk bestaande uit een stroomconversiesysteem en een middenspanningsvoedingsysteem, geplaatst op een platform. Deze mini-skids zetten elektriciteit om in gelijk-/wisselstroom (met de omvormers) en passen de spanning aan (met de transformator). De skids hebben een oppervlakte van circa 14,4 m² en een hoogte van 2,9 meter. 

 

Het batterijproject wordt voorzien op een terrein van circa 4.989 m² dat momenteel wordt ingenomen door een contractordorp van de raffinaderij. Het verwijderen van de bestaande constructies en gebouwen op het terrein valt onder de stedenbouwkundige vergunning voor de contractorwerf shut down (HV/2007/B/0167).

Het terrein, inclusief de nieuwe weg rondom het batterijproject, zal volledig verhard worden met asfalt.

 

De aanvraag staat in functie van het uitbreiden van de opslagcapaciteit voor energie. Bijgevolg past de aanvraag zich functioneel in binnen het industrieveld.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De aanvraag is in overeenstemming en verenigbaar met de ruimtelijke context van het havengebied waarbinnen deze aanvraag is gesitueerd.

 

Bodemreliëf

Voor de werken uitgevoerd worden, zal het volledig terrein verhoogd en gelijk gemaakt worden om de containers stabiel en waterpas te plaatsen. De hoogte van de reliëfwijziging is op elk punt kleiner dan 0,5 meter, maar het totale volume bedraagt meer dan 30 m³. 

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Er werd advies ingewonnen bij de Haven van Antwerpen-Brugge als gebiedsbeheerder. Dit advies is gunstig.

 

Gezien de aard van de aanvraag, werd het advies ingewonnen van de Brandweerzone Antwerpen. Dit advies is voorwaardelijk gunstig.

De voorwaarden en opmerkingen uit dit advies, met het oog op de brandveiligheid, kunnen integraal aan de vergunning worden gehecht.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

De aanvraag genereert geen bijkomende parkeerbehoefte en geen significante toename van het aantal verkeersbewegingen.

 

Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu

 

TotalEnergies Renewables wenst een batterijproject te voorzien op de site van de raffinaderij van TotalEnergies. Het betreft een BESS (battery energy storage system) dat volgens het aanvraagdossier zal bijdragen tot de veiligheid van het Elia-net en een succesvolle energietransitie door het leveren van balanceringsdiensten. Het batterijproject zal immers permanent en continu (24/7) inspelen op de vraag van Elia om het Belgische en Europese net in evenwicht te houden. De batterij zal ook bijdragen tot een vermindering van de impact van de extra kosten voor onbalans op de activiteiten van de elektriciteitsleveranciers die productie-eenheden voor hernieuwbare energie in hun portefeuille hebben.

 

Het batterijproject wordt aangesloten op het 36 kV onderstation van TotalEnergies Refinery Antwerp. De energie zal dan door de installaties van de raffinaderij worden geleid om haar dienst te leveren aan het 150kV-afleverpunt van de raffinaderij, dat daar met het Elia-net verbonden is.

 

Het BESS-project bestaat uit 40 batterijcontainers en 8 mini-skids. De batterijcontainers (92.000.000 VAh) zijn gebaseerd op lithium-ion batterijtechnologie en hebben een individueel vermogen van 2,3 MW. Elke container beschikt over een HVAC-systeem met een maximaal vermogen van 23,6 kW elk. Elke mini-skid bestaat uit een stroomconversiesysteem (PCS, 3.950 kVA elk), dat wisselstroom in gelijkstroom omzet wanneer de batterijen worden opgeladen met energie van het net en vice versa wanneer energie in het net wordt geïnjecteerd, en een middenspanningstransformator (MVPS, 4.600 kVA elk) die de spanning aanpast. De transformatoren zijn ingekuipt.

Het HVAC-systeem maakt gebruik van het koelmiddel R407C, een toegelaten koelmiddel.

 

De voornaamste geluidsbronnen zijn de koelsystemen. De oriëntatie van de batterijcontainers werd zodanig gekozen zodat zoveel mogelijk wordt geprofiteerd van de natuurlijke barrières van de containers ten aanzien van het lawaai van de HVAC. De toestellen van de mini-skids vormen ook een bron van lawaai, maar deze worden volgens het aanvraagdossier centraal opgesteld zodat de containers een barrière vormen voor het geluid.

 

Het aanvraagdossier bevat een geluidsstudie, opgesteld door een extern studiebureau. In de studie wordt het geluidseffect beoordeeld ter hoogte van enkele evaluatiepunten. De extra evaluatiepunten EP-1, EP-2 en EP-3 betreffen geen evaluatiepunten conform VLAREM II, maar zijn meegenomen in de studie omdat het gevoelige zones zijn, ter hoogte van dichtstbij gelegen woning en ter hoogte van broedgebied op de oever van de Schelde.

 

Uit de berekening blijkt dat er ter hoogte van de evaluatiepunten voldaan wordt aan de toepasselijke limietwaarden tijdens de meest kritische nachtperiode. Ook bij evaluatiepunt EP-1 ter hoogte van de dichtstbij gelegen woningen in Kallo, strikt genomen geen evaluatiepunt conform VLAREM, wordt er ruimschoots voldaan aan de toepasselijke richtwaarde (18,1 dB(A), richtwaarde ’s nachts: 40 dB(A)).

 

De impact van de raffinaderij van TotalEnergies overschrijdt wel de limietwaarden ter hoogte van de evaluatiepunten. In de studie wordt ook nagegaan wat de gezamenlijke impact is met de raffinaderij. Men concludeert dat impact van het BESS-project geen relevante toename zal veroorzaken op het heersende geluidsklimaat. De verwachte toename bedraagt maximaal 0,1 dB(A) (tot 58,8 dB(A)) en wordt dan nog alleen maar verwacht ter hoogte van 1 evaluatiepunt (IP11, natuurgebied). De impact van het BESS-project zelf bedraagt er 40,4 dB(A).

 

In de studie wordt aangegeven dat er niet gecontroleerd kon worden op de aanwezigheid van tonale componenten afkomstig van de HVAC-units. In de studie wordt gesteld dat het weinig waarschijnlijk is dat enige tonaliteiten van de geplande installatie aantoonbaar zullen zijn in het heersende geluidsklimaat.

 

De impact van het BESS-project voldoet aan de limietwaarden van VLAREM II. Er wordt geen relevante toename van het gezamenlijke geluidsklimaat met de raffinaderij verwacht. Het risico op geluidshinder wordt tot een aanvaardbaar niveau beperkt.

 

Het project ligt op circa 100 meter van het habitatrichtlijngebied ‘Schelde- en Durme-estuarium van de Nederlandse grens tot Gent’.

Het agentschap voor Natuur en Bos werd om advies gevraagd, maar verleende geen advies. Het advies wordt geacht om gunstig te zijn. Gelet op de aard van de activiteiten en de conclusies uit de geluidsstudie, wordt er verwacht dat de effecten op de natuurwaarden in de omgeving beperkt zullen blijven.

 

Het aanvraagdossier bevat een veiligheidsstudie, opgesteld door een erkend VR-deskundige. Een ‘thermal runaway’ werd gedetecteerd als belangrijk veiligheidsrisico, gerelateerd aan het gebruik van lithiumhoudende energiedragers. Bij een thermal runaway is er een ongecontroleerde toename van temperatuur en druk, als gevolg van een positief feedbackmechanisme, dat kan leiden tot een ontleding, een explosie en/of brand van de batterij waarbij giftige pyrolyseproducten kunnen vrijkomen. Een ander gevaar van lithiumhoudende energiedragers is het vrijkomen van elektrolyten bij beschadiging van de batterij. Verder zijn aan de aanwezige transformatoren en omvormers gevaren verbonden zoals gevaren van elektrische aard, brand en vrijzetting van de olie-inhoud van de transformatoren.

 

In kader van de externe mensveiligheid werden in de studie de effecten onderzocht gerelateerd aan het voornaamste scenario thermal runaway: vrijzetting van toxische (rook)gassen, warmtestraling en overdruk. Er werd daarbij rekening gehouden met veiligheidsmaatregelen zoals het battery management system, het klimaatbeheerssysteem en de branddetectie.

 

In de studie wordt geconcludeerd dat het extern risico (mensveiligheid) van de BESS-installatie aanvaardbaar is. Er worden bijgevolg geen effecten verwacht die relevant zijn in het kader van de externe veiligheid. Tevens worden maatregelen voorzien om zo de risico’s voor het milieu te beperken.

 

In de studie oordeelt men dat domino-effecten van het BESS-project naar de raffinaderij niet van toepassing zijn, rekening houdend met de afstand tussen beide. Domino-effecten naar de BESS-installatie worden niet relevant geacht. De projectzone voor de BESS-installatie bevindt zich buiten de isorisicocontour van 10-5 per jaar en de BESS-installatie zal geen invloed hebben op het groepsrisico van de raffinaderij. In het aanvraagdossier wordt aangegeven dat er wel een veiligheidsinformatieplan (VIP) tussen de exploitant van de BESS-installatie en de exploitant van de raffinaderij zal worden afgesloten.

 

Op 22 augustus 2022 verleende de hulpverleningszone Brandweer Zone Antwerpen een voorwaardelijk gunstig advies. De voorgestelde brandweervoorwaarden dienen strikt opgevolgd te worden.

 

Het veiligheidsrisico kan tot een aanvaardbaar niveau beperkt worden. Het is aangewezen om als bijzondere voorwaarde op te leggen dat de exploitant een veiligheidsinformatieplan dient op te stellen met de exploitant van de raffinaderij. Verder dienen alle veiligheidsmaatregelen zoals beschreven in de veiligheidsstudie geïmplementeerd te worden.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde brandweervoorwaarden

De voorwaarden en opmerkingen uit het advies van de Brandweerzone Antwerpen dienen strikt nageleefd te worden.

 

Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Mits voldaan wordt aan de voorgestelde vergunningsvoorwaarden, is deze aanvraag in overeenstemming met de VLAREM wetgeving. Vanuit milieutechnisch oogpunt wordt positief advies gegeven de vergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde rubriek(en)

 

Rubriek

Omschrijving

Geadviseerd voor

12.2.2°

transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van meer dan 1.000 kVA;

8x 3.950 kVA

8x 4.600 kVA

12.3.1°

accumulatoren (gebruik van): vast opgestelde batterijen waarvan het product van het vermogen, uitgedrukt in Ah, met de klemspanning, uitgedrukt in V, meer bedraagt dan 10.000;

92.000.000 VAh

16.3.2°b)

koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioningsinstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van meer dan 200 kW.

944 kW

 

Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarden

1.De exploitant dient een veiligheidsinformatieplan op te stellen met de exploitant van de raffinaderij. Het veiligheidsinformatieplan wordt voor de start van de exploitatie bezorgd aan de dienst vergunningen/milieu van de stad Antwerpen (milieuvergunningen@antwerpen.be) met vermelding van het referentienummer van de omgevingsvergunning.

2. Alle veiligheidsmaatregelen zoals beschreven in de veiligheidsstudie dienen geïmplementeerd te worden.

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

2 juni 2022

Volledig en ontvankelijk

4 juli 2022

Start openbaar onderzoek

13 juli 2022

Einde openbaar onderzoek

11 augustus 2022

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

17 oktober 2022

Verslag GOA

1 september 2022

naam GOA

Bieke Geypens

Onderzoek

De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Startdatum

Einddatum

Schriftelijke bezwaar-schriften

Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften

Petitie-lijsten

Digitale bezwaar-schriften

13 juli 2022

11 augustus 2022

0

0

0

1

 

Bespreking van de bezwaren

Inhoud bezwaarschrift:

De site van geheel TERA oefent reeds een continu geluidsdrukniveau van circa 46 dB(A) uit op Kallo. Dit theoretisch berekend geluidsdrukniveau is gebaseerd op een site die “merendeels” representatief in werking is. Wat men met “merendeels” bedoelt, is tot op heden compleet onduidelijk. Men kan echter met enige zekerheid vermoeden dat het werkelijke geluidsdrukniveau hoger ligt als men een “volledig” representatieve werking zou beschouwen. Ter illustratie, bij geluidsmetingen in de tuin bekom ik bij wind uit noordoostelijk-oostelijke sector soms waarden tussen 50 à 52 dB(A) ’s nachts. Die waarden komen jammer genoeg meer voor dan men zou veronderstellen.

 

Specifiek voor IP11, natuurgebied, bedraagt de overschrijding circa 14 dB(A) en wil men in voorliggend project verder bouwen op die overschrijding. Een overschrijding van 14 dB(A) komt overeen met een toename van de geluidsdruk met een factor 4,90. Als men enkel de theoretisch berekende verhoging van 0,1 dB(A) beschouwt, betekent dat een geluidsdruktoename van 1,15% t.o.v. de impact TRA 2021. Gezien de omvang van de site is 1,15% dan ook niet weinig te noemen. Als men telkens zichzelf als referentie gebruikt, dan wordt de percentuele bijdrage de facto telkens kleiner en kleiner.

 

Is het VLAREM hier eigenlijk van tel? Dient het geheel niet beschouwd te worden als een milieutechnische eenheid? Volgens VLAREM II artikel 4.5.4.1 §3 en in dit geval §2 zou er een saneringsplan opgesteld en uitgevoerd moeten worden.

 

Het stand-still principe ten aanzien van de (natuurlijke) omgeving wordt hier met de voeten getreden.

 

Men kan niet kan aantonen of men al dan niet voldoet aan de VLAREM II regelgeving inzake tonaliteit. In het bijzonder gaat het om 40 IHE units waarvan men niet kan bewijzen dat er al dan niet tonale componenten aanwezig zijn. Nochtans heeft dit een belangrijke implicatie op de bepaling van het specifiek geluid van de inrichting, zijnde een verhoging van 5 dB(A) als correctie. Men kan dus enkel besluiten dat de toetsing van de geluidsniveaus aan de milieukwaliteitsnormen stoelt op aannames en het gebrek aan onderbouwde gegevens.

 

Beoordeling bezwaarschrift:

Uit de geluidsstudie blijkt dat er ter hoogte van de evaluatiepunten voldaan wordt aan de toepasselijke limietwaarden tijdens de meest kritische nachtperiode. Ook bij evaluatiepunt EP-1 ter hoogte van de dichtstbij gelegen woningen in Kallo, strikt genomen geen evaluatiepunt conform VLAREM, wordt er ruimschoots voldaan aan de toepasselijke richtwaarde (18,1 dB(A), richtwaarde ’s nachts: 40 dB(A)).

 

Uit de geluidsstudie blijkt dat de impact van het BESS-project geen relevante toename zal veroorzaken op het heersende geluidsklimaat, rekening houdend met de gezamenlijke impact met de raffinaderij. De verwachte toename bedraagt maximaal 0,1 dB(A) (tot 58,8 dB(A)) en wordt dan nog alleen maar verwacht ter hoogte van 1 evaluatiepunt (IP11, natuurgebied). De impact van het BESS-project zelf bedraagt er 40,4 dB(A).

 

Het advies van het agentschap Natuur en Bos wordt geacht om gunstig te zijn. Gelet op de aard van de activiteiten en de conclusies uit de geluidsstudie, wordt er verwacht dat de effecten op de natuurwaarden in de omgeving beperkt zullen blijven.

 

Uit de geluidsstudie blijkt dat het weinig waarschijnlijk is dat enige tonaliteiten van de geplande installatie aantoonbaar zullen zijn in het heersende geluidsklimaat.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij:

-     de bespreking van de ingediende bezwaren zoals geformuleerd in het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt deze beoordeling tot zijn eigen standpunt;

-     het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Brandweervoorwaarden

De voorwaarden en opmerkingen uit het advies van de Brandweerzone Antwerpen dienen strikt nageleefd te worden.

 

Bijzondere milieuvoorwaarden

1.De exploitant dient een veiligheidsinformatieplan op te stellen met de exploitant van de raffinaderij. Het veiligheidsinformatieplan wordt voor de start van de exploitatie bezorgd aan de dienst vergunningen/milieu van de stad Antwerpen (milieuvergunningen@antwerpen.be) met vermelding van het referentienummer van de omgevingsvergunning.

2. Alle veiligheidsmaatregelen zoals beschreven in de veiligheidsstudie dienen geïmplementeerd te worden.

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

 

De vergunning omvat thans volgende rubriek(en):

 

Rubriek

Omschrijving

Gecoördineerd

12.2.2°

transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van meer dan 1.000 kVA;

8x 3.950 kVA

8x 4.600 kVA

12.3.1°

accumulatoren (gebruik van): vast opgestelde batterijen waarvan het product van het vermogen, uitgedrukt in Ah, met de klemspanning, uitgedrukt in V, meer bedraagt dan 10.000;

92.000.000 VAh

16.3.2°b)

koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioningsinstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van meer dan 200 kW.

944 kW

 

De vergunning omvat thans volgende bijzondere milieuvoorwaarden:

1.

De exploitant dient een veiligheidsinformatieplan op te stellen met de exploitant van de raffinaderij. Het veiligheidsinformatieplan wordt voor de start van de exploitatie bezorgd aan de dienst vergunningen/milieu van de stad Antwerpen (milieuvergunningen@antwerpen.be) met vermelding van het referentienummer van de omgevingsvergunning.

2.

Alle veiligheidsmaatregelen zoals beschreven in de veiligheidsstudie dienen geïmplementeerd te worden.

Artikel 4

De omgevingsvergunning wordt verleend voor onbepaalde duur.

Artikel 5

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.