Terug
Gepubliceerd op 12/09/2022

2022_CBS_07256 - Omgevingsvergunning - OMV_2022042648.Kambalastraat 1, Kambalastraat 8, Houtdok-Noordkaai 10. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 09/09/2022 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2022_CBS_07256 - Omgevingsvergunning - OMV_2022042648.Kambalastraat 1, Kambalastraat 8, Houtdok-Noordkaai 10. District Antwerpen - Goedkeuring 2022_CBS_07256 - Omgevingsvergunning - OMV_2022042648.Kambalastraat 1, Kambalastraat 8, Houtdok-Noordkaai 10. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2022042648

Gegevens van de aanvrager:

NV STRAATSBURGDOK met als contactadres Kambalastraat 14 te 2030 Antwerpen

Gegevens van de exploitant:

NV OVERSEAS DISTRIBUTION COMPANY (0423161708) met als adres Mexicostraat 3 te 2030 Antwerpen

Ligging van het project:

Kambalastraat 1, 8 en Houtdok-Noordkaai 10 te 2030 Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 7 sectie G nr. 1533T

waarvan:

 

-     20220206-0006

afdeling 7 sectie G nr. 1533T (Overseas Distribution Company - Houtdok - Unit 2)

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen, Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Voorwerp van de aanvraag:

het bouwen van een bureel en fietsenstalling bij een magazijn, het vernieuwen van de verharding en de verdere exploitatie van een magazijncomplex

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-     6/05/2022: voorwaardelijke vergunning (2022646) voor het plaatsen van een luifel aan een postgebouw;

-     1/09/2017: vergunning (20171442) voor het bouwen en inrichten van een trainingcenter op een deel van de inpandige logistieke zone van de bestaande METRO vestiging;

-     2/09/2016: vergunning (20161216) voor het verbouwen van bestaande magazijnen naar distributiecentrum.

Vergunde toestand/Geacht vergunde toestand

-     magazijn van 1 bouwlaag onder plat dak in open bebouwing;

-     gevel afgewerkt met betonnen gevelplaten;

-     voor het gebouw zijn 7 parkeerplaatsen ingericht.

Huidige toestand

-     conform vergunde toestand.

Gewenste toestand

-     bestaande parkeerstrook met 7 parkeerplaatsen verplaatst en uitgebreid tot parkeerstrook met 17 parkeerplaatsen;

-     volume en functie uitgebreid door een kantoorgebouw, gelegen aan het magazijn, van 1 bouwlaag onder een plat dak met een kroonlijsthoogte van circa 4,4 m;

-     oprichten van een fietsenberging met een kroonlijsthoogte van circa 2,5 m en een grootte van circa 4,3 m op circa 6,3 m.

Inhoud van de aanvraag

-     supprimeren van de bestaande 7 parkeerplaatsen;

-     inrichten van 17 autoparkeerplaatsen;

-     oprichten van een kantoorgebouw;

-     oprichten van een fietsenberging.

 

Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten

 

Voorgeschiedenis

Op 30 december 2014 nam het college akte van een melding ingediend door Overseas Distribution Company voor exploitatie van een magazijn (AN2014/614). Op 28 augustus 2015 werd een milieuvergunning klasse 2 verleend (MV2015/244). Deze vergunning is geldig tot 28 augustus 2035. Op 19 januari 2018 nam het college akte van een mededeling van een kleine verandering (MV2017/631), eveneens geldig tot 28 augustus 2035.

 

Inhoud van de aanvraag

De aanvraag omvat het bouwen en exploiteren van een kantoor bij magazijn 2 evenals enkele wijzigingen aan de opslag. De vergunning wordt gevraagd voor onbepaalde duur.

 

Aangevraagde rubriek(en)

 

Rubriek

Omschrijving

Gevraagd voor

12.3.2°

accumulatoren (gebruik van): vaste inrichtingen voor het laden van accumulatoren door middel van toestellen met een geïnstalleerd totaal vermogen van meer dan 10 kW;

- 71 kW

16.3.2°a)

koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioningsinstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW;

- 3,88 kW

17.4.

opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter;

5.000 liter
(nieuwe rubriek)

40.2.

opslagplaatsen voor tabak of tabakswaren met een capaciteit van meer dan 10 ton, met uitzondering van deze bedoeld onder rubriek 48.

+ 65 ton

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

AQUAFIN NV

9 juni 2022

15 juli 2022

Voorwaardelijk gunstig

Brandweerzone Antwerpen-Zwijndrecht - Hulpverleningszone 1 (Antwerpen)/ Brandweer Zone Antwerpen BZA

9 juni 2022

27 juli 2022

Voorwaardelijk gunstig

Water-link

9 juni 2022

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

 

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Ondernemen en Stadsmarketing/ Business en Innovatie

9 juni 2022

13 juni 2022

Stadsontwikkeling/ Mobiliteit

9 juni 2022

30 juni 2022

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Oosterweelverbinding-Wijziging, goedgekeurd op 20 maart 2015.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een gebied voor ambachtelijke bedrijven of gebieden voor kleine en middelgrote ondernemingen. Deze gebieden zijn mede bestemd voor kleine opslagplaatsen van goederen, gebruikte voertuigen en schroot, met uitzondering van afvalproducten van schadelijke aard, (Artikel 8 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-     Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.

-     Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening toegankelijkheid op volgend punt:

  • artikel 25: de toegangsdeur naar de kleedkamer voor heren, het bureel met loket en de gang naar de achterliggende hal hebben geen vrije en vlakke wand- en vloerbreedte van minstens 0,5 m naast de krukzijde.

 

Algemene bouwverordeningen

-     Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-     Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)

-     De aanvraag wijkt af op de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • artikel 6: harmonie en draagkracht: de gekozen gevelafwerking in antraciet grijs en hout is niet in overeenstemming met de hoofdzakelijk betonnen gevelplaten in uitgewassen silex;
  • artikel 43 Septische putten: de septische put moet voldoen aan dit artikel;

 

Sectorale regelgeving

-     MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
Het dossier wordt aanvaard.

-     Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-     Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

-     Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009. 
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
artikel 4.3.8 is van toepassing op de aanvraag. De aanvraag is hiermee in overeenstemming.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

De aanvrager wenst een kantoorgebouw voor eigen gebruik en een fietsenstalling toe te voegen aan een bestaand magazijn en wenst de situering en grootte van de bestaande parkeerstrook te wijzigen. Conform het gunstig advies van de dienst Business en Innovatie is de site gelegen binnen de KMO-zone Eilandje zoals voorzien in de beleidsnota ruimtelijke economie en binnen de contour van het projectgebied Innovatieve Stadshaven. Bijkomend is de aanvraag gelegen binnen een zone voor ambachtelijke bedrijven en KMO’s conform het gewestplan. De gevraagde wijzigingen zijn bijgevolg functioneel inpasbaar in de omgeving.

 

Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid

De aanvraag voorziet in het bijbouwen van twee volumes, namelijk een kantoor en een fietsenstalling. In de bestaande toestand is de zone waar de werken worden uitgevoerd reeds volledig verhard. De beide voorziene volumes zijn beperkt in omvang en sluiten aan bij het achterliggende magazijn. De aanvraag is in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening en aanvaardbaar wat betreft schaal, ruimtegebruik en bouwdichtheid.

 

Visueel-vormelijke elementen

Het nieuwe kantoorgebouw wordt afgewerkt met een gevelbeplating in antraciet kleur en hout-look in combinatie met zwart aluminium buitenschrijnwerk. De fietsenstalling wordt afgewerkt in hout. De gebruikte materialen contrasteren met de betonnen gevelplaten van het magazijn in silex. Het gekozen materiaal is bijgevolg in strijd met artikel 6 van de bouwcode waarbij gesteld wordt dat de materiaalkeuze in harmonie moet zijn met de algemene constructie en met de omgeving. Het contrasterend materiaalgebruik kan in deze omgeving, met hoofdzakelijk loodsen in silex betonnen gevelplaten, aanvaard worden omdat dit de oriëntatie naar het kantoor met loketfunctie kan bevorderen voor vrachtwagenchauffeurs/klanten/werknemers. Er wordt geoordeeld dat het materiaalgebruik niet storend is voor de omgeving en dat de aanvraag in overeenstemming is met visueel-vormelijke elementen.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoen de constructies aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat een omgevingsvergunningsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 30 van de bouwcode, herzien op 1 maart 2018, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding en wijzigen van het aantal wooneenheden. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

 

Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 14 autoparkeerplaatsen.

 

De begeleidende documenten vermelden niet hoeveel werknemers er verwacht worden in het bedrijf. Om een inschatting te kunnen maken van de werkelijke parkeerbehoefte, wordt het Handboek Kengetallen van het Havenbedrijf gebruikt.

 

Voor bedrijven in de overslag- en logistieke sector worden gemiddeld 7 werknemers per hectare verwacht, met een maximum van 13 werknemers en steeds minstens 6 werknemers. De totale oppervlakte van alle magazijnen op de site bedraagt 1,06 ha.

 

In een worstcasescenario waarbij elke werknemer met de wagen komt, bedraagt de werkelijke parkeerbehoefte dus 14 parkeerplaatsen.

De plannen voorzien in 17 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Het plan voorziet in de herlocatie van 11 bestaande parkeerplaatsen en de toevoeging van 6 bijkomende plaatsen. Het aantal nuttige parkeerplaatsen bedraagt dus 17. Daarmee wordt voldaan aan de werkelijke parkeerbehoefte.

 

Deze werkelijke parkeerbehoefte is slechts een inschatting. Parkeren mag in geen geval afgehandeld worden op het openbaar domein.

Het totale aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 17.

 

Dit aantal is toereikend.

Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 0.

 

Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.

Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus niet van toepassing.

 

 

Ontsluiting/bereikbaarheid

Op het inplantingsplan zijn de parkeerplaatsen zodanig ingetekend dat enkele deuren van “magazijn 2” die naar buiten toe openen, in het parkeervak openen. Dit moet vermeden worden om schade aan de wagens of een geblokkeerde deur te voorkomen. Er wordt opgelegd in de voorwaarden van de vergunning dat de parkeerplaatsen naar achter verschoven moeten worden, zodanig dat tussen “magazijn 2” en de parkeervakken minimum 1,5 m ruimte aanwezig is. De voetgangersmarkering kan dan ook tussen de parkeervakken en de muur van het gebouw geplaatst worden. Zo komen voetgangers niet in conflict met in- of uitrijdende wagens. Bovendien zijn ze dan ook afgeschermd van vrachtwagens die op het terrein rijden om te laden en lossen.

 

De voetgangersmarkering moet doorlopen tot aan de beide ingangen van het kantoorgebouw. Het kantoorgebouw ligt namelijk erg dicht tegen de rijbaan. De voetgangersmarkering brengt zo extra zichtbaarheid voor voetgangers. Dit wordt opgelegd als voorwaarde bij de vergunning.

 

Fietsvoorzieningen

Er wordt een fietsenstalling voorzien voor 16 fietsen. Het is niet duidelijk of hier oplaadmogelijkheden voor elektrische fietsen voorzien zijn. Deze moeten voorzien worden (bouwcode, artikel 29). Dit wordt opgelegd als voorwaarde bij de vergunning.

 

Laden en lossen

Op verschillende luchtfoto’s (Google Earth, Google Maps, Geopunt), op Google Streetview en op de bij de aanvraag bijgevoegde foto’s is te zien dat de ruimte die nu ingetekend staat als parking voor personenwagens, gebruikt wordt door vrachtwagens. Deze vrachtwagens kunnen hier niet staan wanneer er hier een personenwagenparking is met voetgangersbewegingen. Voor de vrachtwagens zal elders op de site plek gezocht moeten worden. Wachtrijen en laden en lossen mogen nooit afgehandeld worden op de openbare weg.

 

Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu

 

Overseas Distribution Company is een logistiek bedrijf dat aan het Houtdok beschikt over 12.512 m² opslagruimte, verdeeld over drie magazijnen. Ten zuiden van magazijn 2 aan de Merantistraat wordt een kantoorruimte bijgebouwd. Hierdoor wijzigt rubriek 16.3.2.a en wordt rubriek 17.4 nieuw aangevraagd. Rubriek 12.3.2 (batterijladers) wordt geactualiseerd aan de huidige situatie. Deze rubrieken zijn alle klasse 3.

 

De exploitant was reeds vergund voor de opslag van 30 ton tabak onder klasse 2 rubriek 40.2. Met voorliggende aanvraag wordt deze opslag verhoogd naar 95 ton. Dit blijft klasse 2 rubriek 40.2 maar zorgt er wel voor dat het hier niet om een beperkte verandering gaat zoals oorspronkelijk door de exploitant aangevraagd.

 

Van de gevraagde wijzigingen wordt geen significante hinder verwacht. Het betreft immers bestaande, correct ingerichte magazijnen. Het kantoorgebouw dient enkel voor eigen gebruik. De exploitant vroeg met voorliggende aanvraag een vergunning voor onbepaalde duur. Dit is niet mogelijk aangezien de basisvergunning geldig is tot 28 augustus 2035.

 

Voorliggende project is niet MER-plichtig. De aanvraag heeft geen betrekking op een activiteit die voorkomt op de lijst van bijlage III (besluit van de Vlaamse Regering van 1 maart 2013 inzake de nadere regels van de project-m.e.r.-screening).

 

De vergunningverlenende overheid is verplicht om een advies in te winnen bij het Agentschap Onroerend Erfgoed als de vergunningsaanvraag betrekking heeft op ingedeelde inrichtingen of activiteiten in of aan: een beschermde archeologische site, een beschermd monument, een beschermd cultuurhistorisch landschap of een beschermd stads- of dorpsgezicht (decreet van 12 juli 2013 betreffende het onroerend erfgoed artikel 6.4.4§3). Dat is hier niet het geval.

 

Een bijkomend wateradvies is niet vereist en de vergunningsaanvraag voldoet aan de doelstellingen van artikel 5 van het decreet integraal waterbeleid. Dit blijkt uit de toepassing van de beoordelingsschema’s van de watertoets.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.

2. de voorwaarden opgelegd door de dienst Mobiliteit dienen strikt te worden nageleefd:

-     de parkeervakken naar achter te verschuiven, zodanig dat tussen de gevel van “magazijn 2” en de parkeervakken minstens 1,5 m ruimte aanwezig is;

-     de voetgangerslooplijnen te verplaatsen naar de ruimte tussen de parkeerstrook en het gebouw;

-     de voetgangerslooplijnen door te trekken tot aan de beide ingangen van het kantoor;

-     oplaadmogelijkheden te voorzien voor elektrische fietsen;

-     wachtrijen en laden en lossen mogen nooit afgehandeld worden op de openbare weg. Hiervoor dient een exclusieve ruimte voorzien te worden op eigen terrein.

3. een septische put te voorzien, conform artikel 43 van de bouwcode.

4. te voldoen aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid, namelijk door het voorzien van een vlakke wand- en vloerbreedte van minstens 0,5 m naast de krukzijde van de toegangsdeur naar de kleedkamer heren, het bureel met loket en van de gang naar de achterliggende hal.

 

Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Mits voldaan wordt aan de algemene en sectorale vergunningsvoorwaarden, is deze aanvraag in overeenstemming met de VLAREM wetgeving. Vanuit milieutechnisch oogpunt wordt positief advies gegeven de gevraagde wijziging te vergunnen tot einddatum van de lopende vergunning, met name 28 augustus 2035.

 

Geadviseerde rubriek(en)

 

Rubriek

Omschrijving

Geadviseerd voor

12.3.2°

accumulatoren (gebruik van): vaste inrichtingen voor het laden van accumulatoren door middel van toestellen met een geïnstalleerd totaal vermogen van meer dan 10 kW;

- 71,00 kW

16.3.2°a)

koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioningsinstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW;

- 3,88 kW

17.4.

opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter;

5.000 liter
(nieuwe rubriek)

40.2.

opslagplaatsen voor tabak of tabakswaren met een capaciteit van meer dan 10 ton, met uitzondering van deze bedoeld onder rubriek 48.

65 ton

 

Gecoördineerde rubriek(en)

 

Rubriek

Omschrijving

Gecoördineerd

3.6.1.

afvalwaterzuiveringsinstallaties, met inbegrip van het lozen van het effluentwater en het ontwateren van de bijhorende slibproductie voor de behandeling van huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, met een debiet van meer dan 600 m³/jaar;

650 m³/jaar

12.3.2°

accumulatoren (gebruik van): vaste inrichtingen voor het laden van accumulatoren door middel van toestellen met een geïnstalleerd totaal vermogen van meer dan 10 kW;

54,80 kW

15.1.2°

al dan niet overdekte ruimte voor het stallen van meer dan 25 motorvoertuigen of aanhangwagens, die geen personenwagens, bromfietsen, motorfietsen of spoorvoertuigen zijn;

26 voertuigen

16.3.2°a)

koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioningsinstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW;

14,92 kW

17.4.

opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter;

5.000 liter

19.6.2°a)

opslagplaatsen voor hout (hout, houtschors, riet, vlas (houtachtig gedeelte), stro of soortgelijke producten), met uitzondering van deze bedoeld onder rubriek 48, met een capaciteit van meer dan 40 tot en met 200 m³ in een lokaal;

150 m³

40.2.

opslagplaatsen voor tabak of tabakswaren met een capaciteit van meer dan 10 ton, met uitzondering van deze bedoeld onder rubriek 48.

95 ton

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

4 april 2022

Volledig en ontvankelijk

9 juni 2022

Start openbaar onderzoek

19 juni 2022

Einde openbaar onderzoek

18 juli 2022

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

22 september 2022

Verslag GOA

2 september 2022

naam GOA

Katrijn Apostel en Bieke Geypens

 

Onderzoek

De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Startdatum

Einddatum

Schriftelijke bezwaar-schriften

Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften

Petitie-lijsten

Digitale bezwaar-schriften

19 juni 2022

18 juli 2022

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.

2. de voorwaarden opgelegd door de dienst Mobiliteit dienen strikt te worden nageleefd:

-     de parkeervakken naar achter te verschuiven, zodanig dat tussen de gevel van “magazijn 2” en de parkeervakken minstens 1,5 m ruimte aanwezig is;

-     de voetgangerslooplijnen te verplaatsen naar de ruimte tussen de parkeerstrook en het gebouw;

-     de voetgangerslooplijnen door te trekken tot aan de beide ingangen van het kantoor;

-     oplaadmogelijkheden te voorzien voor elektrische fietsen;

-     wachtrijen en laden en lossen mogen nooit afgehandeld worden op de openbare weg. Hiervoor dient een exclusieve ruimte voorzien te worden op eigen terrein.

3. een septische put te voorzien, conform artikel 43 van de bouwcode.

4. te voldoen aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid, namelijk door het voorzien van een vlakke wand- en vloerbreedte van minstens 0,5 m naast de krukzijde van de toegangsdeur naar de kleedkamer heren, het bureel met loket en van de gang naar de achterliggende hal.


Brandweervoorwaarden

De brandweervoorwaarden uit het verslag met referentie BW/DVA/2022/H.00330.A3.0027 zijn van toepassing. 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

 

De vergunning omvat thans volgende rubriek(en):

 

Rubriek

Omschrijving

Gecoördineerd

3.6.1.

afvalwaterzuiveringsinstallaties, met inbegrip van het lozen van het effluentwater en het ontwateren van de bijhorende slibproductie voor de behandeling van huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, met een debiet van meer dan 600 m³/jaar;

650 m³/jaar

12.3.2°

accumulatoren (gebruik van): vaste inrichtingen voor het laden van accumulatoren door middel van toestellen met een geïnstalleerd totaal vermogen van meer dan 10 kW;

54,80 kW

15.1.2°

al dan niet overdekte ruimte voor het stallen van meer dan 25 motorvoertuigen of aanhangwagens, die geen personenwagens, bromfietsen, motorfietsen of spoorvoertuigen zijn;

26 voertuigen

16.3.2°a)

koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioningsinstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW;

14,92 kW

17.4.

opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter;

5.000 liter

19.6.2°a)

opslagplaatsen voor hout (hout, houtschors, riet, vlas (houtachtig gedeelte), stro of soortgelijke producten), met uitzondering van deze bedoeld onder rubriek 48, met een capaciteit van meer dan 40 tot en met 200 m³ in een lokaal;

150 m³

40.2.

opslagplaatsen voor tabak of tabakswaren met een capaciteit van meer dan 10 ton, met uitzondering van deze bedoeld onder rubriek 48.

95 ton

 

Artikel 4

Het college beslist dat de omgevingsvergunning geldig is voor onbepaalde duur. De vergunning voor de ingedeelde inrichting of activiteit wordt verleend tot 28 augustus 2032, de eindtermijn van de lopende milieuvergunning.

Artikel 5

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.