Terug
Gepubliceerd op 24/10/2022

2022_CBS_08494 - Omgevingsvergunning - OMV_2021149341. Wilmarsstraat 10. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 21/10/2022 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Koen Kennis, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2022_CBS_08494 - Omgevingsvergunning - OMV_2021149341. Wilmarsstraat 10. District Antwerpen - Goedkeuring 2022_CBS_08494 - Omgevingsvergunning - OMV_2021149341. Wilmarsstraat 10. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2021149341

Gegevens van de aanvrager:

Haven van Antwerpen - Brugge (Port of Antwerp - Bruges) met als contactadres Zaha Hadidplein 1 te 2030 Antwerpen

Ligging van het project:

Wilmarsstraat 10 2030 Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 15 sectie A nrs. 153C en 223F5

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

renovatie kerk Wilmarsdonk

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

Relevante voorgeschiedenis

-      29/03/2019: vastgesteld bouwkundig erfgoed: https://id.erfgoed.net/aanduidingsobjecten/105120;

-      13/09/1996: beschermd als monument: https://inventaris.onroerenderfgoed.be/aanduidingsobjecten/7024;

 

Bestaande toestand

Een kerktoren op een afgesloten perceel omgeven door industrieterreinen gekenmerkt door magazijnen en containeropslag.


Inhoud van de aanvraag

-          Reliëfwijziging;

-          Functiewijziging.

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Brandweerzone Antwerpen-Zwijndrecht - Hulpverleningszone 1 (Antwerpen)/ Brandweer Zone Antwerpen BZA

13 juli 2022

16 augustus 2022

Voorwaardelijk gunstig

Departement Omgeving/ Dienst VR

13 juli 2022

30 augustus 2022

Geen bezwaar

FOD Binnenlandse Zaken - ASTRID veiligheidscommissie

13 juli 2022

19 juli 2022

Gunstig

INFRABEL/ Infrabel Antwerpen, Limburg, Vlaams Brabant

13 juli 2022

19 juli 2022

Geen bezwaar

Onroerend Erfgoed

13 juli 2022

13 oktober 2022

Gunstig

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Archeologie

13 juli 2022

24 augustus 2022

Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Monumentenzorg

13 juli 2022

28 juli 2022

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het goed is gelegen in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Afbakening zeehavengebied Antwerpen (GRUP) (Besluit van de Vlaamse regering van 30 april 2013), binnen de afbakeningslijn.

De gebieden binnen de afbakeningslijn behoren tot het zeehavengebied Antwerpen.

Met uitzondering van de deelgebieden waarvoor in dit plan voorschriften werden vastgelegd, blijven de op het ogenblik van de vaststelling van dit plan bestaande bestemmings- en inrichtingsvoorschriften onverminderd van toepassing.

 

Het goed is volgens voornoemd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan bestemd als Gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven. Zulk gebied is bestemd om te functioneren als Vlaams havengebied als onderdeel van de haven van Antwerpen.

Het is bestemd voor zeehavengebonden en zeehavengerelateerde industriële en logistieke activiteiten en distributie-, opslag- en overslagactiviteiten die gebruikmaken van en aangewezen zijn op de zeehaveninfrastructuur.

Alle handelingen die nodig of nuttig zijn voor de realisatie van de bestemming en voor de exploitatie van de haven en de bedrijven zijn toegelaten.

Daartoe worden ook de volgende werken, handelingen, voorzieningen, en wijzigingen gerekend:

- de aanleg en het onderhoud van infrastructuur die nodig is voor de toegankelijkheid of voor verbindingen langs de waterzijde en langs de landszijde;

- het laguneren of op een andere wijze bergen of verwerken van baggerspecie.

Daarnaast is de ontwikkeling, het herstel en de instandhouding van tijdelijke ecologische infrastructuur toegelaten.

In het gebied zijn eveneens gebouwen of lokalen voor bewakingspersoneel toegelaten.

In het gebied zijn kantoorgebouwen niet toegelaten, tenzij ze noodzakelijk zijn voor en een inherent onderdeel zijn van de exploitatie van haven en industriële activiteiten. De bestaande kantoorgebouwen kunnen behouden blijven binnen het bestaande bouwvolume op het moment van definitieve vaststelling van dit gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan. Uitbreidingen zijn niet toegelaten.

 

De aanvraag dient beoordeeld te worden aan de hand van de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan.

De aanvraag is niet in overeenstemming met de bestemming en de voorschriften van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan maar in een omgevingsvergunning betreffende een constructie die definitief of voorlopig beschermd is als monument, kan worden afgeweken van stedenbouwkundige voorschriften, voor zover de betrokken handelingen worden geadviseerd vanuit het beleidsveld onroerend erfgoed.

Hetzelfde geldt voor handelingen aan of in de omgeving van een beschermd monument of binnen een beschermd stads- of dorpsgezicht, cultuurhistorisch landschap of archeologische site die aan al de volgende voorwaarden voldoen:
1° ze betreffen ontsluitingen, parkings, verhardingen, reliëfwijzigingen, ondergrondse constructies, technische constructies of onthaalinfrastructuur met een maximale vloeroppervlakte van 100 vierkante meter;
2° ze bevorderen het functioneren van de aanwezige of te vergunnen activiteiten binnen de beschermde goederen, vermeld in het eerste lid, of ze zorgen voor de valorisatie ervan (VCRO hfdst IV, afd. 1, art. 4.4.6).

 

Voor een straal van 500 meter rond de aanvraag is het voormelde GRUP tevens van toepassing met als bestemming Gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven en – voor de Noorderlaan in het oosten – Gebied voor verkeer- en vervoersinfrastructuur. Parallel langs de Noorderlaan loopt een overdruk met als aanduiding Leidingstraat. Het Churchilldok in het noorden heeft de bestemming Gebied voor waterweginfrastructuur.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).

De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag daar het hemelwater op natuurlijke wijze kan infiltreren in de bodem. De aanvraag voorziet, voor in geval van nood, in een ondergrondse drainage die aangesloten wordt op de bestaande riolering van het terrein. De grondwaterstand bevindt zich echter lager dan het maaiveldniveau na de ingreep waardoor natuurlijke infiltratie op het terrein in principe gewoon mogelijk is. 

 

Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).

De regelgeving betreffende de toegankelijkheid van gebouwen voor personen met een verminderde beweeglijkheid is niet van toepassing op de aanvraag daar de aanvraag betrekking heeft op een definitief beschermd monument.

 

Sectorale regelgeving

Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.

Het voorliggende project veroorzaakt geen significante toename aan verharde oppervlakte. Er kan worden geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

 

Milieu-effectenrapportage: Het komt toe aan de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag om te beslissen of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van en als onderdeel van de beslissing over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag.

Bij de beslissing over de volledig- en ontvankelijkheid is beslist dat de aanvraag geen betrekking heeft op een project als vermeld in bijlage I, II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004 houdende vaststelling van de categorieën van projecten, onderworpen aan milieueffectrapportage (milieueffectrapport). Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

 

Archeologienota: Overeenkomstig artikel 5.4.1 wordt bij bepaalde aanvragen van een omgevingsvergunning met ingreep in de bodem een archeologienota gevoegd.  

In voorliggende aanvraag, die door een publiekrechtelijke instantie is ingediend, bedraagt de ingreep in de bodem minder dan 1.000 m², is het project gelegen in industriegebied en buiten een archeologisch vastgestelde zone, waardoor de aanvrager niet verplicht is een archeologienota toe te voegen aan de aanvraag.

De bouwheer is echter op advies van de dienst archeologie van de stad Antwerpen een onderzoek met wetenschappelijke vraagstelling gestart om het mogelijk archeologisch ondergronds erfgoed in kaart te brengen.

 

Andere regelgeving

Vastgestelde inventaris van het bouwkundig erfgoed

De Kerktoren parochiekerk Sint-Laurentius is als bouwkundig element opgenomen in de inventaris van het bouwkundig erfgoed (vastgesteld bij besluit van de administrateur-generaal van 28 november 2014; ID R10761).

 

Beschermd onroerend erfgoed

De kerktoren is het enige overblijfsel van de Sint-Laurentiuskerk van het voormalige polderdorp Wilmarsdonk en is bij ministerieel besluit van 13 september 1996 beschermd als monument.

 

Omgevingstoets

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

Functionele inpasbaarheid

Temidden van industriegebied gelegen ten zuiden van het Churchilldok, bevindt zich de kerktoren van de voormalige parochiekerk Sint-Laurentius als enig bouwkundig overblijfsel van het verdwenen polderdorp Wilmarsdonk.

 

De kerktoren bevindt zich in zeer slechte staat en een restauratie dringt zich op voor de instandhouding van de toren. Tegelijk zal de herbestemming met kunstintegratie de signaalfunctie van de kerktoren versterken. De geschiedenis van de kerktoren, verweven met de geschiedenis van de haven, wordt op die manier toegankelijk gemaakt voor het publiek, weliswaar op vooraf bepaalde momenten (zoals Open Monumentendag, Havendagen,…).

 

Voorliggende aanvraag omvat volgende handelingen:

-      Het kunstproject bestaat uit het terugbrengen van het oorspronkelijk niveau, zijnde het maaiveldniveau van het gelijkvloers van de kerktoren. Deze ingreep beperkt zich tot het kadastraal perceel waarop de kerktoren zich bevindt. Het terrein zal vanaf de kerktoren afwateren in oostelijke en westelijke richting waar een ondergrondse drainagevoorziening geplaatst wordt. De uitgediepte zone zal worden begrensd door een keermuur in beton.

-      Op deze keermuur zal een frame van stalen buizen worden geplaatst waarop metalen platen met prints worden bevestigd. Deze prints stellen een reflectie van het heden en verleden voor.

 

De primaire toegang tot het perceel wordt voorzien via een toegangshelling met grasdallen in het zuidoosten van het perceel. Een secundaire toegang via een betonnen trap wordt voorzien in het noordoosten van het perceel.

 

In de verantwoordingsnota staat volgende: “Bijkomend kunnen, indien noodzakelijk en/of gewenst, containers worden geplaatst; dit zowel in functie van de bezoekersbegeleiding als controlebewaking.’ Deze containers maken geen deel uit van voorliggende aanvraag.

 

Daar de aanvraag de instandhouding en het behoud van de kerktoren bewerkstelligd, zijn de werken aanvaardbaar en inpasbaar. De voorziene omgevingsaanleg is sober en staat in functie van het monument. Door het oorspronkelijke maaiveldniveau van de nabije omgeving van het monument opnieuw te herstellen, wordt de monumentaliteit van de toren geaccentueerd.   

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De integratie van de geplande werken aan en in de bestaande omgeving blijven in harmonie met de reeds bestaande gebouwen en industriële handelingen. De impact van de geplande werken op de omgeving is beperkt.

 

Visueel-vormelijke elementen

Bij de restauratie van de kerktoren wordt gewerkt met bestaand bouwmateriaal, aangevuld met nieuw bouwmateriaal indien structureel noodzakelijk. Het doel is het behoud van de patine en de verschillende lagen van de geschiedenis. Hierbij wordt ook aandacht besteed aan bestaande inheemse elementen van fauna en flora. Zo worden de muurvaren waar mogelijk behouden en worden maatregelen getroffen voor het aantrekken van vleermuizen, slechtvalken, gierzwaluwen en zwarte roodstaarten.

Het perceel zal zo veel mogelijk worden onthard als contrast met het havengebied. Om de toegankelijkheid van het terrein te waarborgen, zullen de looproutes worden aangelegd met grasdallen.

 

De betonnen keermuur en sokkel is enerzijds gekozen om stabiliteitstechnische redenen en anderzijds om het contrast met de historische materialen en de ontharding van het perceel te accentueren.

 

Cultuurhistorische aspecten

De kerktoren van de voormalige Sint-Laurentiuskerk is beschermd als monument en is opgenomen in de vastgestelde inventaris van het bouwkundig erfgoed. Opname in deze inventaris betekent voor elk van de erfgoedobjecten dat zij een vorm van vrijwaring voor de toekomst genieten. Voor gebouwen en constructies opgenomen in de inventaris wordt de wijziging van de bestaande toestand van elk gebouw en/of constructie onderworpen aan de wenselijkheid van behoud. De aanvraag werd dan ook ter advies voorgelegd aan de dienst monumentenzorg van de stad Antwerpen en aan het Agentschap Onroerend Erfgoed van het Vlaams gewest.

 

Dienst monumentenzorg merkt op dat het dossier weinig detaillering bevat maar dit geeft geen aanleiding tot opmerkingen. Verwacht wordt wel dat een meer uitgebreid uitvoeringsdossier nodig zal zijn voor het Agentschap Onroerend Erfgoed. Dienst monumentenzorg sluit zich aan bij de eventuele opmerkingen die het Agentschap formuleert.

 

Het Agentschap Onroerend Erfgoed bracht een gunstig advies uit met als motivering dat de werken de conservering en instandhouding van de kerktoren beogen.

 

Advies werd gevraagd aan de dienst archeologie van de stad Antwerpen. Zij bevestigen dat de opmaak van een archeologienota niet verplicht is. Op vraag van de dienst archeologie werd wel een onderzoek met wetenschappelijke vraagstelling gestart om mogelijk archeologisch ondergronds erfgoed in kaart te brengen. Om dit verder te kunnen opvolgen vraagt de dienst archeologie om volgende voorwaarden op te leggen:

-      De bouwheer meldt 2 weken voor aanvang de start van de werken aan de stedelijke dienst archeologie (archeologie@antwerpen.be)

-      De bouwheer laat werfcontroles toe door stadsarcheologen.

-      De bouwheer gaat stelselmatig en gedegen om met de mogelijke archeologische vondsten van graven of andere structuren in de ondergrond. De bouwheer maakt hiervoor een gecoördineerd plan van aanpak op zodat het ondergrondse erfgoed niet verloren gaat.

Deze voorwaarden kunnen worden opgelegd in de vergunning.

 

Bodemreliëf

De aanvraag betreft een reliëfwijziging waarbij het oorspronkelijk maaiveldniveau van het gelijkvloers van de kerktoren wordt hersteld. De uitdieping bedraagt circa 1,20 meter en zal worden begrensd door een keermuur in beton.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Advies werd gevraagd aan de Brandweerzone Antwerpen. Zij brachten een voorwaardelijk gunstig advies uit. De opmerkingen en voorwaarden uit dit advies kunnnen worden gehecht aan de vergunning.

 

Daar de kerktoren voor publiek toegankelijk gemaakt wordt en op minder dan 2 kilometer gelegen is van een Seveso-inrichting, werd het advies ingewonnen van Team Externe Veiligheid van het Departement Omgeving. Door het kleinschalig karakter schatten zij de invloed op het externe mensriciso van die Seveso-inrichtingen klein in en uiten zij geen bezwaar tegen de aanvraag.

 

Advies werd gevraagd aan de Astrid Veiligheidscommissie van de Federale overheidsdienst Binnenlandse Zaken. Gezien de beperkte oppervlakte en de beperkte toegankelijkheid, leggen zij geen verplichting op tot Astrid indoordekking.

 

Door de aanwezigheid van spoorwegen in de nabijheid van de aanvraag, werd het advies ingewonnen van Infrabel, als beheerder van de spoorinfrastructuur. Zij uiten geen bezwaar.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

De site is niet vrij toegankelijk maar zal enkel worden opensteld bij een evenement (Havendagen, Open Monumentendag,…). De ontsluiting is voorzien via de zuidelijk gelegen Nietweg, welke voldoende gedimensioneerd is voor tijdelijk parkeren van korte duur. De Haven van Antwerpen-Brugge investeert tevens in een breed fietsnetwerk waarbij op termijn ook in de Nietweg een fietspad zal worden aangelegd. Dit maakt echter geen deel uit van voorliggende aanvraag.

 

Advies aan het college

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. de bouwheer meldt 2 weken voor aanvang de start van de werken aan de stedelijke dienst archeologie (archeologie@antwerpen.be)

2. de bouwheer laat werfcontroles toe door stadsarcheologen

3. de bouwheer gaat stelselmatig en gedegen om met de mogelijke archeologische vondsten van graven of andere structuren in de ondergrond. De bouwheer maakt hiervoor een gecoördineerd plan van aanpak op zodat het ondergrondse erfgoed niet verloren gaat

4. er dient te worden voldaan aan de voorwaarden uit het advies van de Brandweerzone Antwerpen

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

25 mei 2022

Volledig en ontvankelijk

13 juli 2022

Start openbaar onderzoek

21 juli 2022

Einde openbaar onderzoek

19 augustus 2022

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

26 oktober 2022

Verslag GOA

14 oktober 2022

naam GOA

Bieke Geypens

 

Onderzoek

De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Startdatum

Einddatum

Schriftelijke bezwaar-schriften

Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften

Petitie-lijsten

Digitale bezwaar-schriften

21 juli 2022

19 augustus 2022

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. de bouwheer meldt 2 weken voor aanvang de start van de werken aan de stedelijke dienst archeologie (archeologie@antwerpen.be)

2. de bouwheer laat werfcontroles toe door stadsarcheologen

3. de bouwheer gaat stelselmatig en gedegen om met de mogelijke archeologische vondsten van graven of andere structuren in de ondergrond. De bouwheer maakt hiervoor een gecoƶrdineerd plan van aanpak op zodat het ondergrondse erfgoed niet verloren gaat

4. er dient te worden voldaan aan de voorwaarden uit het advies van de Brandweerzone Antwerpen

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.