Terug
Gepubliceerd op 17/10/2022

2022_CBS_08308 - Omgevingsvergunning - OMV_2022094525. Belpairestraat 25. District Berchem - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 14/10/2022 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2022_CBS_08308 - Omgevingsvergunning - OMV_2022094525. Belpairestraat 25. District Berchem - Goedkeuring 2022_CBS_08308 - Omgevingsvergunning - OMV_2022094525. Belpairestraat 25. District Berchem - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2022094525

Gegevens van de aanvrager:

BV ERZET IMMO met als adres Markgravelei 151 te 2018 Antwerpen

Ligging van het project:

Belpairestraat 25 te 2600 Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 21 sectie B nr. 250F2

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

uitbreiden van een eengezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          06/02/1992: vergunning (961#1092) voor het verbouwen van een woning.

 

Vergunde toestand

-          functie:

  • eengezinswoning;

-          bouwvolume:

  • gesloten bebouwing van 2 bouwlagen onder een schuin dak;
  • bouwdiepte gelijkvloerse verdieping aan de rechterzijde tot circa 16 m en aan de linkse zijde tot circa 11,5 m;
  • bouwdiepte verdieping tot circa 8 m;

-          voorgevelafwerking:

  • gevel met detaillering in simili belijning in het pleisterwerk.

 

Bestaande toestand

-          voorgevelafwerking: in tegenstelling tot wat in de beschrijvende nota vermeld wordt door de architect, werd de voorgevel wel gewijzigd:

  • vlakke witte bepleisterde gevel;
  • antracietkleurige houten buitenschrijnwerk;
  • grijs gecementeerde plint en betonnen raamdorpels.

 

Gewenste toestand

-          bouwvolume:

  • gesloten bebouwing van 3 bouwlagen onder een schuin dak;
  • bouwdiepte gelijkvloerse verdieping over de volledig breedte tot circa 12,5 m;
  • bouwdiepte verdiepingen tot circa 8 m;

-          voorgevelafwerking:

  • geheel geïsoleerde voorgevel tot over de perceelgrens, afgewerkt met wit geschilderd vlak pleisterwerk;
  • grijs gecementeerde gevelplint onderaan de voorgevel;
  • doorlopende belijning onder de ramen met grijze aluminium druiplijst;
  • natuurkleurig houten buitenschrijnwerk;
  • verticale hemelwaterafvoer links in de voorgevel;
  • houten grijs geschilderde kroonlijst;
  • rode dakpannen.

 

Inhoud van de aanvraag

-          uitbreiden van een eengezinswoning:

  • verhogen van het gebouw tot 3 bouwlagen met daarboven een zadeldak
  • slopen van de bestaande achterbouw en bouwen van een nieuwe gelijkvloerse achterbouw;

-          wijzigen van de scheidingsmuren en verhogen van de tuinmuren;

-          verbouwen van een eengezinswoning

  • isoleren en wijzigen van de voorgevel;
  • doorvoeren van interne constructieve werken.

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-         Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend punt:

  • artikel 6 Harmonie en draagkracht:
    de arrière corps is een kenmerkend element voor het gevelritme van de straat, maar verdwijnt door het na-isoleren van de voorgevel;
  • artikel 11 Afwerken van gevels en materiaalgebruik:
    • het simili-pleisterwerk werd vervlakt en wordt van isolatie voorzien;
    • de geveldetails in natuursteen worden vervangen door geveldetails in beton en aluminium;
  • artikel 34 Stabiliteit en scheidingsmuren:
    • ter hoogte van het zadeldak beschikken de scheidingsmuren niet over een minimale opstand van 0,3 meter;
    • de enkelvoudige scheidingsmuren hebben slechts een massieve en dragende dikte van 0,15 meter langs de eigen zijde van de perceelgrens < minimale 0,18 meter;
  • artikel 41 Kenmerken aansluiting van de leidingen op het openbaar rioolstelsel:
    §2 de verticale hemelwaterafvoer in de voorgevel wordt rechtstreeks aan de straat aangeboden en het wordt niet verduidelijkt of de onderste 1,2 meter slagvast voorzien wordt.

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.

Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-          Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De woningen in de Belpairestraat variëren tussen twee tot vier bouwlagen. In de omgeving zijn zowel platte daken, als mansardedaken of zadeldaken aanwezig.

 

De aanvraag betreft het uitbreiden van de eengezinswoning van twee bouwlagen tot drie bouwlagen met bijkomend een zadeldak. De bouwdiepte van de nieuwe bouwlagen blijft behouden conform de onderliggende bouwlagen en sluit maximaal aan bij de achtergevels van de aanpalende woningen. De nieuwe kroonlijsthoogte betreft 11,5 meter en de nokhoogte betreft 14,13 meter. Dit wordt gunstig geadviseerd.

 

De aanbouwen worden gesloopt en vervangen door een nieuwe gelijkvloerse aanbouw. De nieuwe gelijkvloerse bouwdiepte betreft rechts 12,71 meter en links 13,17 meter. Dit sluit voldoende aan bij de kenmerkende bouwdiepte in de omgeving. Er wordt een tuin van circa 16,7 m² behouden, welke volledig groen en onverhard aangelegd wordt. Dit wordt gunstig geadviseerd.

 

De bouwheer wenst de voorgevel en achtergevel uit te breiden door deze te isoleren en te bepleisteren. Het na - isoleren van de gevels is vanuit stedenbouwkundig oogpunt aanvaardbaar. Door het energiezuinig renoveren van woningen wordt er bijgedragen aan de klimaatambities, wat wordt gestimuleerd.

 

De stad Antwerpen hanteert een afwegingskader op aanvragen voor een stedenbouwkundige vergunning voor buitengevelisolatie. Bij een gunstig advies tot plaatsing van buitengevelisolatie is men verplicht om de werken over de volledige dikte van 14cm uit te voeren. Op die manier wordt er maximale energiebesparing gerealiseerd binnen de bepalingen van het rooilijnendecreet.

 

De voorgevel wordt voor de bestaande geveldelen uitgebreid met 14cm, wat overeen komt met het afwegingskader zoals hierboven beschreven. De nieuwe delen van de voorgevel worden meer geïsoleerd door de constructieve delen dunner te voorzien. Gelet op het feit dat hierbij van beneden tot boven eenzelfde gevellijn bekomen wordt, hiertegen geen bezwaar.

 

Visueel-vormelijke elementen

De voorgevel wordt van isolatie voorzien. Om vervlakking van het straatbeeld tegen te gaan, dient er vanuit de zorg voor de architecturale kwaliteit aandacht besteed te worden aan een aantal ontwerpdetails bij het opnieuw bepleisteren van de gevel. Concreet dienen de afmetingen van de raamopeningen en de arrière corps behouden te blijven, moeten de bestaande decoratieve gevelreliëfs steeds evenveel uit het vernieuwde gevelvlak springen als in bestaande toestand het geval is en moet er gebruik worden gemaakt van hoekprofielen voor het pleisterwerk die niet zichtbaar zijn in de gevel.

 

In de Belpairestraat zijn zowel gevels in een baksteenarchitectuur als gevels in lichte pleister (in de vorm van simili-natuursteenimitatie) aanwezig. Wat kenmerkend is in het straatbeeld is het gebruik van vooruitstekende horizontale geveldetails in natuursteen, het massief afwerken van de gevel onderaan met een natuurstenen plint en het beëindigen van de gevel door het gebruik van een vooruitspringende kroonlijst.

 

De geveldetails in natuursteen worden vervangen door een plint in beton en gevelbrede raamdorpels in aluminium. Dit betreft een verarming van het materiaalgebruik van de straat. In voorwaarde wordt opgelegd deze geveldelen in natuursteen te voorzien.

 

De simili pleisterwerk wordt vervangen door een meer vlakke uitwerking in pleister. In combinatie met de hierboven vermelde verarming van het materiaalgebruik is dit niet aanvaardbaar. Indien dit gebeurt in combinatie met vooruitstekende geveldetaillering in natuursteen, kan de nieuwe uitwerking in pleister wel aanvaard worden. Bijkomend wordt opgemerkt dat wanneer er pleisterwerk is voorzien als gevelmateriaal, de randen van bijvoorbeeld raamopeningen voorzien worden van hoekprofielen. Dergelijke hoekprofielen moeten onzichtbaar worden uitgevoerd.

 

De arrière-corps is een veel voorkomend detail bij aaneengesloten bebouwing. Ter hoogte van de perceelsgrens springt het gevelvlak terug, en dit over de volledige gevelhoogte. Dit levert een verticale ritmering op die percelering in het straatbeeld nuanceert. Ook dit is kenmerkend in de Belpairestraat. Dit detail eigen aan de stedelijke context dient behouden te blijven.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Bij het plaatsen van buitengevelisolatie dient er aandacht besteed worden aan een aantal voorwaarden in functie van het inpalmen van het openbaar domein.

 

Wanneer er zich in de bestaande toestand openbare verlichtingsarmaturen (of andere elementen van nutsvoorzieningen) bevinden aan de gevel moeten deze na het uitvoeren van de werken opnieuw gemonteerd worden aan de gevel op een duurzame manier (eventueel met een achterliggende constructie). Deze elementen moeten ten allen tijde kunnen hersteld worden of weggenomen worden. Indien nodig wordt hiervoor contact opgenomen met de dienst openbaar domein.

 

Wanneer de nieuwe constructie tot op het openbaar domein komt moet er rekening mee worden gehouden dat het voetpad in de toekomst hersteld kan worden zonder dat er aan de voorgevel ingrepen moeten gebeuren. Dit kan door de bestaande stoeptegel voor de werken weg te nemen en na de werken terug te plaatsen. Dit wordt in voorwaarden opgelegd.

 

Zo dient de loopzone van het trottoir obstakelvrij te zijn en minstens 1.50 m breed, zodat twee mensen er comfortabel naast elkaar kunnen lopen en een rolstoelgebruiker er gemakkelijk kan draaien. Deze 1,50m (exclusief boordsteen) wordt gehanteerd als absoluut minimum. Dit impliceert dat wanneer men zijn buitengevel langs de buitenzijde wenst te isoleren, er voor de aanvang van de werken een minimale obstakelvrije ruimte van 1,64m (1,50m obstakelvrije ruimte moet er overblijven na het uitvoeren van de werken over 0,14m) moet zijn, van aan de rooilijn tot aan de boordsteen. De Belpairestraat is voldoende breed, zodat het na het uitvoeren van de werken het voetpad voldoende kwalitatief zal blijven.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. De arrière-corps te behouden en vrij te laten van materiaal en isolatie.

2. De plint onderaan het gelijkvloers en de doorlopende raamdorpels ter hoogte van de verdiepingen in natuursteen te voorzien. De natuurstenen doorlopende raamdorpels en het vooruitstekende deel van de plint moeten even ver uit het gevelvlak naar voor voorzien worden als de bestaande geveldetails.

3. De hoekprofielen die inherent zijn aan het gevelpleisterwerk, onzichtbaar uit te voeren.

4. De nieuwe constructie te laten aansluiten op het openbaar domein zodanig dat toekomstige werkzaamheden aan het openbaar domein kunnen plaatsvinden, los van herstelwerken aan de nieuwe constructie.

5. Wanneer er zich in de bestaande toestand openbare verlichtingsarmaturen (of andere elementen van nutsvoorzieningen) bevinden aan de gevel moeten deze na het uitvoeren van de werken opnieuw gemonteerd worden aan de gevel op een duurzame manier (eventueel met een achterliggende constructie). Deze elementen moeten ten allen tijde kunnen hersteld worden of weggenomen worden. Indien nodig wordt hiervoor contact opgenomen met de dienst openbaar domein.

6. De dikte van de gewijzigde en nieuwe delen van de scheidingsmuren te voorzien conform artikel 34 van de bouwcode.

7. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van:

-          bij het platte dak: dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.);

-          bij het zadeldak: dakisolatie die valt onder brandreactie klasse A1 of A2 (EN 13501-1) of de plafondzijde te beschermen is met een materiaal met brandwerendheid van minimaal EI60.

8. De verticale hemelwaterafvoer in de voorgevel te voorzien conform artikel 41§2 van de bouwcode.

9. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

6 juli 2022

Volledig en ontvankelijk

26 augustus 2022

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

25 oktober 2022

Verslag GOA

7 oktober 2022

naam GOA

Wim Van Roosendael

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. De arrière-corps te behouden en vrij te laten van materiaal en isolatie.

2. De plint onderaan het gelijkvloers en de doorlopende raamdorpels ter hoogte van de verdiepingen in natuursteen te voorzien. De natuurstenen doorlopende raamdorpels en het vooruitstekende deel van de plint moeten even ver uit het gevelvlak naar voor voorzien worden als de bestaande geveldetails.

3. De hoekprofielen die inherent zijn aan het gevelpleisterwerk, onzichtbaar uit te voeren.

4. De nieuwe constructie te laten aansluiten op het openbaar domein zodanig dat toekomstige werkzaamheden aan het openbaar domein kunnen plaatsvinden, los van herstelwerken aan de nieuwe constructie.

5. Wanneer er zich in de bestaande toestand openbare verlichtingsarmaturen (of andere elementen van nutsvoorzieningen) bevinden aan de gevel moeten deze na het uitvoeren van de werken opnieuw gemonteerd worden aan de gevel op een duurzame manier (eventueel met een achterliggende constructie). Deze elementen moeten ten allen tijde kunnen hersteld worden of weggenomen worden. Indien nodig wordt hiervoor contact opgenomen met de dienst openbaar domein.

6. De dikte van de gewijzigde en nieuwe delen van de scheidingsmuren te voorzien conform artikel 34 van de bouwcode.

7. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van:

-          bij het platte dak: dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.);

-          bij het zadeldak: dakisolatie die valt onder brandreactie klasse A1 of A2 (EN 13501-1) of de plafondzijde te beschermen is met een materiaal met brandwerendheid van minimaal EI60.

8. De verticale hemelwaterafvoer in de voorgevel te voorzien conform artikel 41§2 van de bouwcode.

9. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.