Terug
Gepubliceerd op 26/09/2022

2022_CBS_07704 - District Antwerpen. Broederminstraat 51 - 2021146 - Vraag tot opname vergunningenregister wegens vermoeden vergunning - Kennisneming

college van burgemeester en schepenen
vr 23/09/2022 - 09:00 Stadhuis
Kennis genomen

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2022_CBS_07704 - District Antwerpen. Broederminstraat 51 - 2021146 - Vraag tot opname vergunningenregister wegens vermoeden vergunning - Kennisneming 2022_CBS_07704 - District Antwerpen. Broederminstraat 51 - 2021146 - Vraag tot opname vergunningenregister wegens vermoeden vergunning - Kennisneming

Motivering

Aanleiding en context

Op datum van 11 mei 2021 vroeg Yannick Verberckt om het pand gelegen Broederminstraat 51, district Antwerpen, op te nemen in het vergunningenregister wegens vermoeden van vergunning.  

De beoordeling van de aanvraag gebeurde aan de hand van volgende documenten:

  • plannen van de huidige toestand;
  • foto’s van de huidige toestand;
  • luchtfoto’s;
  • kadastrale gegevens en/of kadastraal plan;
  • bewonersgegevens en/of bewonersgrafiek;
  • volgende archiefstukken:
  • toelating van 20/10/1911.

1. Bestaande juridische toestand
Geldende bestemmingsplannen:

Gewestplan:
Het goed is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009. 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)  

Kadastrale gegevens:
Het pand, Broederminstraat 51 district Antwerpen, met kadastrale ligging (afd. 10) sectie K 1711 N  is kadastraal gekend als huis met vier woongelegenheden.

Voor dit pand werden de volgende relevante vergunningen / toelatingen verleend:
- Op 20 oktober 1911 werd een toelating afgeleverd voor twee huizen en twee winkelhuizen. 

2.Bestaande feitelijke toestand
Omschrijving van de bestaande toestand:
Het pand betreft een rijwoning met vier bouwlagen onder een plat dak en bestaat momenteel uit een appartement op het gelijkvloers, een appartement op verdieping 1, een appartement op verdieping 2, een appartement over verdiepingen 2, 2,5 en 3 en een appartement op verdieping 3.

Overtredingen:
 Er werd geen proces-verbaal van overtreding teruggevonden.

Argumentatie

Het voorwerp
De aanvraag betreft de vraag tot opname in het vergunningenregister van een constructie met de functie van huis en vier woonentiteiten. 

De bewijsvoering
Volgens de kadastrale gegevens dateert de ingebruikneming van het gebouw van voor 1919. 

Het pand is, samen met naburige panden, aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed ‘Eclectisch ensemble’ (ID: 209452):

In 1910-1912 worden de percelen op de hoeken van de Broederminstraat met de Sint-Laureis- en de Lange Achteromstraat met nieuwe burgerhuizen, winkelhuizen en meergezinswoningen bebouwd. Het hoekcomplex Broederminstraat 49 (linker buur) werd samen met de flankerende meergezinswoningen in de Broederminstraat 51 en Lange Achteromstraat 2-4, circa 1911 gebouwd door aannemer Herman Huet, voor eigen rekening.  

Uit de kadastergegevens blijkt dat, voor de datum van het gewestplan, reeds vier woningen aanwezig waren. Uit de bevolkingsgegevens blijkt dat, tussen 1962 en 1967, vier gezinnen tegelijkertijd waren ingeschreven. Nadien stond het pand een periode leeg tot wanneer er vanaf 1985 opnieuw vier gezinnen tegelijkertijd woonden. De bewoning door vier gezinnen voor 9 november 1979 is met andere woorden voldoende bewezen.  

In het archief werden bouwplannen teruggevonden van 1911. Hieruit blijkt dat de huidige bestaande toestand niet langer volledig overeenstemt.

Zo blijkt uit het gelijkvloerse grondplan dat de oppervlakte van de koer werd verkleind. De koer werd deels bebouwd en toegevoegd aan het bouwvolume. Dit wordt bevestigd door de kadastergegevens die aangeven dat de onbebouwde ruimte van het perceel 5m² groot is terwijl de koer in de huidige toestand slechts een oppervlakte heeft van ca. 1,5m². Uit de luchtfoto’s van 1974 blijkt onvoldoende duidelijk dat dat de koer reeds gedeeltelijk werd bebouwd. Er zijn onvoldoende bewijzen voor het verkleinen van de buitenruimte op het gelijkvloers vóór 9/11/1979. Dit wordt dan ook uitgesloten van opname in het vergunningenregister, conform de rode aanduiding op de plannen.  

Uit de plannen blijkt ook dat er enkele constructieve werken werden uitgevoerd. Zo werden er een opening in een dragende muur dichtgemaakt (ter hoogte van het gelijkvloers, tussen de gang en de achterbouw) en werd er een interne trap geplaatst tussen de ruimten in de entresol op verdieping 2 en 2,5. Ook werd een deel van de dragende muur op het gelijkvloers tussen de huidige zithoek en keuken verwijderd. Deze werken zijn niet bewezen als zijnde gebeurd vóór 9 november 1979 en worden uitgesloten van opname in het vergunningenregister, zoals in rood aangeduid op de plannen. 

Verder komt de voorgevel in de bestaande toestand niet overeen met de bouwplannen uit 1911. De verklaring hiervoor is te vinden bij de beschrijving van het ‘Eclectisch ensemble’ (ID: 209452):

De vier meergezinswoningen werden veel soberder uitgevoerd dan voorzien op de gevelplannen: de afwisselend rechthoekige, rondbogige en korfbogige muuropeningen zijn allemaal als getoogd uitgevoerd en de met stucwerk versierde muurvelden zijn opgevuld met eenvoudige baksteenmozaïeken. De meergezinswoningen tellen vier bouwlagen onder plat dak. Eenvoudige gele of witte bakstenen parementen met baksteenmozaïek in muurvelden, hardstenen plint, verticale ritmering door pilasters. 

Tot slot is uit de foto’s van de achtergevel op te merken dat het terras op de derde verdieping en het grote schuifraam tussen de leefruimte en het terras niet dateren van vóór 9 november 1979. Ze worden uitgesloten van opname in het vergunningenregister, conform de rode markeringen op de plannen. 

Voorgaande bewijst voldoende dat de constructie, inclusief de functie van wonen en vier woonentiteiten, dateert van voor de inwerkingtreding van de Wet op Stedenbouw (22 april 1962), met uitzondering van (zoals in rood aangeduid op de plannen):

  • het uitbreiden van het bebouwde volume op het gelijkvloers en hierdoor verkleinen van de buitenruimte (koer);
  • het gedeeltelijk verwijderen van de dragende muur tussen de huidige zithoek en keuken op het gelijkvloers;
  • het plaatsen van een interne trap in de entresol tussen verdieping 2 en 2,5;
  • het dichtmaken van een opening in een dragende muur ter hoogte van het gelijkvloers, tussen de gang en de achterbouw;
  • het creëren van een terras op het platte dak van de entresol;
  • het plaatsen van nieuw buitenschrijnwerk (groot schuifraam) in de achtergevel op de derde verdieping.

Juridische grond

Iedere constructie waarvan aangetoond is dat ze gebouwd werd voor 22 april 1962 ofwel tussen deze en voor de eerste invoering van het gewestplan (3 oktober 1979, van kracht 9 november 1979), dient te worden opgenomen in het vergunningenregister als “vergund geacht” in toepassing van artikel 5.1.3. §1 en §2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke ordening.

Regelgeving: bevoegdheid

Het college is bevoegd in het kader van de opmaak van het vergunningenregister en de actieve onderzoeksplicht in toepassing van  artikel 5.1.3 §1 en §2, en artikel 7.6.2. §1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college neemt kennis van de opname van de constructie Broederminstraat 51, district Antwerpen, inclusief de functie van wonen en vier woonentiteiten, in het vergunningenregister wegens vermoeden van vergunning, met uitsluiting van (zoals in rood aangeduid op de plannen): 

  • het uitbreiden van het bebouwde volume op het gelijkvloers en hierdoor verkleinen van de buitenruimte (koer);
  • het gedeeltelijk verwijderen van de dragende muur tussen de huidige zithoek en keuken op het gelijkvloers;
  • het plaatsen van een interne trap in de entresol tussen verdieping 2 en 2,5;
  • het dichtmaken van een opening in een dragende muur ter hoogte van het gelijkvloers, tussen de gang en de achterbouw;
  • het creëren van een terras op het platte dak van de entresol;
  • het plaatsen van nieuw buitenschrijnwerk (groot schuifraam) in de achtergevel op de derde verdieping.

Artikel 2

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.

Artikel 3

Het college geeft opdracht aan:

DienstTaak
SW/V/SVEen duplicaat van deze beslissing te bezorgen aan het kadaster voor eventuele aanpassing van de kadastrale gegevens.
SW/V/SVEen duplicaat van deze beslissing te bezorgen aan maatschappelijke veiligheid/ stadstoezicht (MV/ST) voor eventueel verder gevolg.
SW/V/SVEen duplicaat van deze beslissing te bezorgen aan maatschappelijke veiligheid/ bestuurlijke handhaving (MV/ BH)voor eventueel verder gevolg.
SW/V/SVEen duplicaat van deze beslissing te bezorgen aan DL/huisnummering voor eventuele aanpassing van de gegevens.