Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2022111700 |
Gegevens van de aanvrager: | de heer Jaouad Cherraoui met als adres Sint-Bernardsesteenweg 466 te 2660 Antwerpen |
Ligging van het project: | Sint-Bernardsesteenweg 466-468 te 2660 Hoboken (Antwerpen) |
Kadastrale percelen: | afdeling 36 sectie B nr. 24S6 |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | verbouwen van een eengezinswoning met handelsgelijkvloers |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 16/06/2022: weigering door deputatie (OMV_2021187685) voor het regulariseren van het wijzigen van de functie detailhandel naar reca en een verbouwing;
- 7/08/1946: toelating (1006#1169) voor het vernieuwen van het magazijn en het veranderen van de woning;
- 14/01/1937: toelating (1006#6018) voor veranderingswerken.
Vergunde toestand
- functie:
- bouwvolume:
Bestaande toestand
- gelijkvloers uitgebreid tot een bouwdiepte van circa 28,5 m over de gehele breedte met een kroonlijsthoogte van circa 2,87 m;
- uitbreiding op de eerste verdieping gesloopt vanaf een bouwdiepte van circa 12,5 m;
- eerste verdieping uitgebreid tot een bouwdiepte van circa 12,5 m over de gehele breedte;
- functie van het gelijkvloers gewijzigd van detailhandel naar dareca;
- indeling van het buitenschrijnwerk in de voorgevel op het gelijkvloers gewijzigd;
- tuin verhard voor een oppervlakte van circa 69 m².
Nieuwe toestand
- functie:
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
- inrichting:
Inhoud van de aanvraag
- slopen van een gedeelte van de eerste verdieping;
- wijzigen van de functie;
- uitbreiden van het volume;
- wijzigen van de voorgevel;
- wijzigen van de scheimuren.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Agentschap Wegen en Verkeer/ AWV - District Antwerpen Vergunningen | 13 september 2022 | 21 september 2022 | Voorwaardelijk gunstig |
Brandweerzone Antwerpen-Zwijndrecht - Hulpverleningszone 1 (Antwerpen)/ Brandweer Zone Antwerpen BZA | 13 september 2022 | 29 september 2022 | Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Ondernemen en Stadsmarketing/ Business en Innovatie | 13 september 2022 | 26 september 2022 |
Stadsontwikkeling/ Mobiliteit | 13 september 2022 | 16 september 2022 |
Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Vergunningen Milieu | 13 september 2022 | 29 september 2022 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de stedelijke agglomeratie van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Kleine Ring en respectievelijk de reservatiestrook voor de aanleg van lijninfrastructuur (de A102) tussen Merksem en Wommelgem, de R11 tussen Wommelgem en Mortsel, de oostelijke grens van Mortsel en Hove en de reservatiestrook voor pijpleidingen tussen Hove/Kontich en Hemiksem.
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:
- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;
- de eigen aard van het betrokken gebied;
- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de verordening toegankelijkheid.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
De aanvraag wijkt af van de en de stedenbouwkundige voorschriften van de bouwcode:
Minimale hoogte van de ruimte (art.21):
- De gerealiseerde uitbreiding achteraan heeft een vrije hoogte van circa 2,46 m. In de beschrijvende nota wordt aangehaald dat dit gedeelte van het restaurant niet gebruikt wordt om klanten te ontvangen. Hierom, en aangezien het over een beperkt deel van het restaurant gaat (circa 20%) waarbij de overige binnenhoogte varieert van 2,6 meter tot 2,78 meter, kan een afwijking worden toegestaan met toepassing van artikel 3 van de bouwcode.
Minimale oppervlakte buitenruimte (art.28):
- Door de scheiding tussen de horeca ruimte en de bovenliggende woonentiteit beschikt deze laatste niet meer over een voldoende grootte buitenruimte. Een buitenruimte wordt gezien als een minimale woonkwaliteit. In voorgaande vergunningsaanvraag werd er geen buitenruimte voorzien voor de woongelegenheid. Het voldoen aan dit artikel werd als voorwaarde voorgesteld voor het verlenen van een vergunning tijdens de beroepsprocedure. In de nieuwe aanvraag wordt er voor het 3-slaapkamerappartement een buitenruimte voorzien van 6,34 m², waarbij dit minimaal 8m² moet bedragen. Er is geen gegronde aanleiding om af te wijken van dit voorschrift. In voorwaarden zal opgelegd worden het terras uit te breiden tot 8 m², wat gezien de ligging tegen de doorlopende en hogere scheimuur, stedenbouwkundig aanvaardbaar is.
Stabiliteit en scheidingsmuren (art.34):
- Volgens de plannen werd ter hoogte van de linkerbuur niet overal een dakopstand voorzien van minimaal 0,3 m. Dit is strijdig met artikel 34 van de Bouwcode. Van dit voorschrift kan met het oog op het voorkomen van brandoverslag niet afgeweken worden.
Aangezien het dak voorzien moet worden van een groendak kan afgeweken worden van een minimale opstand van 30cm wanneer er tussen de scheidingswand en de vegetatie een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimumklasse A2FL-s2) van minstens 30cm breed aanwezig is. Dit wordt opgelegd als voorwaarde voor vergunning.
Vetafscheiders en olieafscheiders (art.44):
- Horeca-inrichtingen en andere bedrijven en instellingen waar voedsel wordt verwerkt en/of waar warme maaltijden ter plekke worden geconsumeerd, zijn verplicht hun afvalwater via vetafscheiders te lozen. Dit wordt dan ook in voorwaarde opgenomen van vergunning.
Functionele inpasbaarheid
Gelet op het onderwerp van de aanvraag werd er advies ingewonnen bij de stedelijke dienst business en innovatie:
“Gunstig advies voor het regulariseren van een functiewijziging naar reca op de gelijkvloerse verdieping van een pand gelegen in de zone buurtwinkelgebied Sint-Bernardsesteenweg. De Beleidsnota Detailhandel 2020 stelt dat in deze zones er gestreefd wordt naar een goede mix tussen enerzijds gelijkvloers wonen en anderzijds kleinschalige buurt ondersteunende handel, reca of diensten.”
Het gegeven gunstig advies wordt vanuit stedenbouwkundig oogpunt bijgetreden. Er kan gesteld worden dat de aanvraag functioneel inpasbaar is in deze woonomgeving.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
De aanvraag voorziet het regulariseren van een functiewijziging en het uitbreiden van het gelijkvloers verdiep tot 28,25 meter. De aanvraag is gelegen in afgebakend buurtwinkelgebied Sint-Bernardsesteenweg, waar er gelijkaardige bouwdieptes op het gelijkvloers voorkomen. Er kan hierdoor gesteld worden dat de uitgevoerde uitbreidingswerken niet storend zijn voor de omgeving en in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening. Het voorstel is bijgevolg ruimtelijk aanvaardbaar.
Visueel-vormelijke elementen
Volgens de aangeleverde plannen zijn er geen visuele wijzigingen aan de voorgevel. Op de foto’s toegevoegd aan het dossier wordt er echter opgemerkt dat er een ‘reclamebak’ boven de vitrine geplaatst werd. Deze wordt bijgevolg ook niet mee opgenomen in de vergunning. Het aanbrengen van gevelreclame langs de voorgevel valt onder de vergunningsplicht. Mogelijk gewenste gevelreclame zal worden afgetoetst aan de bepalingen opgelegd in de bouwcode.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Het dossier werd voorwaardelijk gunstig geadviseerd door de brandweer. De voorgestelde voorwaarden worden integraal opgenomen als voorwaarde van vergunning.
Het advies van het Agentschap Wegen en Verkeer is als voorwaardelijk gunstig opgeladen in het omgevingsloket, maar het is een gunstig advies zonder voorwaarden. Om die reden kunnen geen voorwaarden uit dit advies overgenomen worden. In het advies worden er ook een aantal aandachtspunten over een gewestweg meegedeeld. Het wordt aangeraden aan de aanvrager en diens architect om alsnog deze aandachtspunten te raadplegen.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat een omgevingsvergunningsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 30 van de bouwcode, herzien op 1 maart 2018, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding en wijzigen van het aantal wooneenheden. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 0 parkeerplaatsen.
“De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding en of functiewijziging.
Een in vergunde toestand handelshuis wordt omgevormd naar een woning met aparte ingang en een reca gelijkvloers van ongeveer 115m².
Er is geen uitbreiding van het aantal wooneenheden, dus ook geen bijkomende parkeerbehoefte. De oppervlakte van het recagedeelte is even groot als de oppervlakte van de detailhandel dat vergund was. Er is geen uitbreiding waardoor geen bijkomende behoefte. De ruimte van detailhandel, in de toekomst reca, is ook te klein om een behoefte voor op te leggen.
De werkelijke parkeerbehoefte is 0 parkeerplaatsen.”
|
De plannen voorzien niet in nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.
|
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0.
Dit aantal is toereikend.
|
Fietsvoorzieningen:
“Er zijn geen uitbreidingen dus ook geen bijkomende fietsparkeerbehoefte. Er worden bij de aparte ingang naar de woning nu wel 2 plaatsen voorzien.
Vanuit stedenbouwkundig oogpunt wordt er aangesloten bij het gegeven advies van de stedelijke dienst mobiliteit. De aanvraag heeft geen ongunstige mobiliteitsimpact.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. Na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
2. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.
3. De bovengelegen woonentiteit moet beschikken over een rechtstreeks toegankelijke buitenruimte conform artikel 28 van de bouwcode. Dit kan door het terras langs de doorlopende scheimuur te verlengen.
4. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand;
5. Er moet een vetafscheider voorzien worden conform artikel 44 van de bouwcode.
6. De voorziening voor gevelreclame die niet op de plannen opgetekend staat maar wel zichtbaar is op de foto’s, wordt uitgesloten uit de vergunning.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 19 augustus 2022 |
Volledig en ontvankelijk | 13 september 2022 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 12 november 2022 |
Verslag GOA | 21 oktober 2022 |
naam GOA | Gerd Cryns |
De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Schriftelijke bezwaarschriften | Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften | Petitielijsten | Digitale bezwaarschriften |
0 | 0 | 0 | 0 |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. Na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
2. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.
3. De bovengelegen woonentiteit moet beschikken over een rechtstreeks toegankelijke buitenruimte conform artikel 28 van de bouwcode. Dit kan door het terras langs de doorlopende scheimuur te verlengen.
4. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand;
5. Er moet een vetafscheider voorzien worden conform artikel 44 van de bouwcode.
6. De voorziening voor gevelreclame die niet op de plannen opgetekend staat maar wel zichtbaar is op de foto’s, wordt uitgesloten uit de vergunning.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.