Terug
Gepubliceerd op 29/11/2022

2022_GR_00664 - Nieuw belastingreglement: woningen zonder inschrijving - Belastingreglementen 2023-2025: opheffing en nieuwe versies - Goedkeuring

gemeenteraad
ma 28/11/2022 - 19:30 Stadhuis
Opgeheven
Dit besluit handelt over een Belastingreglement.
Dit besluit werd opgeheven

Deze beslissing werd opgeheven met het gemeenteraadsbesluit van 26 juni 2023 (jaarnummer 391) met ingang van 1 januari 2023, voor wat betreft artikel 17.

Deze beslissing werd opgeheven met het gemeenteraadsbesluit van 27 november 2023 (jaarnummer 736) met ingang van 1 januari 2024, voor wat betreft artikel 32.

Deze beslissing werd opgeheven met het gemeenteraadsbesluit van 18 december 2023 (jaarnummer 839) met ingang van 1 januari 2024, voor wat betreft artikel 14.

Deze beslissing werd opgeheven met het gemeenteraadsbesluit van 18 december 2023 (jaarnummer 844) met ingang van 1 januari 2024, voor wat betreft artikel 33.

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester-voorzitter; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Claude Marinower, raadslid; Filip Dewinter, raadslid; Gerolf Annemans, raadslid; Jan Penris, raadslid; André Gantman, raadslid; Anke Van dermeersch, raadslid; Güler Turan, raadslid; Peter Mertens, raadslid; Liesbeth Homans, raadslid; Mie Branders, raadslid; Joris Giebens, raadslid; Johan Klaps, raadslid; Caroline Bastiaens, raadslid; Danielle Meirsman, raadslid; Martine Vrints, raadslid; Koen Laenens, raadslid; Franky Loveniers, raadslid; Kevin Vereecken, raadslid; Yasmia Setta, raadslid; Kristel Somers, raadslid; Ilse van Dienderen, raadslid; Nordine Saidi Mazarou, raadslid; Sevilay Altintas, raadslid; Omar Fathi, raadslid; Sanne Descamps, raadslid; Manuëla Van Werde, raadslid; Nathalie van Baren, raadslid; Patrick Van den Abbeele, raadslid; Hicham El Mzairh, raadslid; Sam Van Rooy, raadslid; Sam Voeten, raadslid; Karen Maes, raadslid; Koenraad De Vylder, raadslid; Tatjana Scheck, raadslid; Wim Jochems, raadslid; Lotte Mintjens, raadslid; Niel Staes, raadslid; Fatima Talhaoui, raadslid; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Wouter Vanbesien, raadslid; Mohammad Nawabi, raadslid

Verontschuldigd

Nahima Lanjri, raadslid; Peggy Pooters, raadslid; Imade Annouri, raadslid; Khadija Chennouf, raadslid; Lise Vandecasteele, raadslid

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester-voorzitter
2022_GR_00664 - Nieuw belastingreglement: woningen zonder inschrijving - Belastingreglementen 2023-2025: opheffing en nieuwe versies - Goedkeuring 2022_GR_00664 - Nieuw belastingreglement: woningen zonder inschrijving - Belastingreglementen 2023-2025: opheffing en nieuwe versies - Goedkeuring

Motivering

Gekoppelde besluiten

Aanleiding en context

In het bestuursakkoord 2019-2024 werd opgenomen dat de stad Antwerpen wil inzetten op een gezonde en sluitende stadsbegroting die in evenwicht is (resolutie 527).
Het heffen van belastingen is één van de middelen die de stad Antwerpen ter beschikking heeft om de voormelde doelstellingen van het bestuursakkoord waar te maken.

Leegstand en verwaarlozing van woningen en gebouwen
Er wordt in het bestuursakkoord 2019-2024 heel wat aandacht besteed aan het proactief en retroactief tegengaan van leegstand en verwaarlozing van woningen en gebouwen waardoor de kwaliteit van het woonaanbod en handelspanden verbeterd kan worden. Algemeen wil de stad Antwerpen dat meer mensen een kwaliteitsvolle en betaalbare woning kunnen vinden en dat de stad aantrekkelijker wordt voor bedrijven om er zich te vestigen.
Op 17 december 2019 keurde de gemeenteraad de volgende reglementen goed voor de aanslagjaren 2020 tot en met 2025 (jaarnummer 749):

  • belastingreglement op de tweede verblijven;
  • belastingreglement op de leegstaande woningen of gebouwen;
  • belastingreglement op uiterlijk verwaarloosde onroerende goederen;
  • belastingreglement op ongeschikt en/of onbewoonbaar verklaarde woningen.

Om de doelstellingen van het bestuursakkoord op een nog efficiëntere manier na te streven, worden de volgende wijzigingen doorgevoerd:

  • het belastingreglement op de tweede verblijven dooft uit op 31 december 2023;
  • er komt een nieuw belastingreglement op woningen zonder inschrijving;
  • het belastingreglement op de leegstaande woningen of gebouwen wordt aangepast;
  • het belastingreglement op uiterlijk verwaarloosde onroerende goederen wordt aangepast;
  • het belastingreglement op ongeschikt en/of onbewoonbaar verklaarde woningen wordt aangepast.

Aanpassing aan overige reglementen
Op 30 november 2021 keurde de gemeenteraad de opcentiemen op de Vlaamse milieuheffing voor aanslagjaar 2022 goed (jaarnummer 691).
In het licht van de financiële behoeften van de stad worden naast bovenstaande reglementen de opcentiemen op de Vlaamse milieuheffing voor het aanslagjaar 2023 goedgekeurd.

De wijzigingen aan de overige reglementen die bij dit besluit worden aangepast, betreffen geen inhoudelijke maar tekstuele aanpassingen die:

  • de leesbaarheid van het reglement bevorderen;
  • verwijzen naar nieuwe wetgeving;
  • werden ingeschreven om de nieuwe en/of vernieuwde reglementen op elkaar af te stemmen.

Juridische grond

Het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen en latere wijzingen.

De omzendbrief KB/ABB 2019/2 van 15 februari 2019 betreffende de gemeentefiscaliteit.

Het decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid.

De Vlaamse codex ruimtelijke ordening.

Vlaamse Codex Wonen van 2021.

Regelgeving: bevoegdheid

Artikel 170, §4 van de Grondwet: uitdrukkelijke bevoegdheid van de gemeenteraad voor het invoeren van belastingen.

De artikelen 40, §3 en 41, 14° van het Decreet over het lokaal bestuur: exclusieve bevoegdheid van de gemeenteraad om de gemeentelijke belastingen vast te stellen.

Argumentatie

BELASTINGREGLEMENT OP DE WONINGEN ZONDER INSCHRIJVING

Er wordt voorgesteld om de belasting op tweede verblijven te vervangen door een belasting op woningen zonder inschrijvingen. Het nieuwe belastingreglement voorziet in een jaarlijkse belasting geheven op de woningen op het grondgebied van de stad Antwerpen waar op 1 januari van het aanslagjaar niemand is ingeschreven in het bevolkingsregister of vreemdelingenregister én die effectief werden gebruikt in het kalenderjaar voorafgaand aan het aanslagjaar.

De stad verliest inkomsten als er in een bepaalde woning niemand wettelijk ingeschreven is, ook al  wordt die woning effectief gebruikt. Met deze belasting vraagt de stad een compensatie in de vorm van een financiële bijdrage voor woningen waarvoor de stad, indien er wel een inschrijving in het bevolkingsregister of in het vreemdelingenregister zou zijn, aanvullende personenbelastingen zou ontvangen. Bovendien stimuleert de stad met deze belasting de eigenaars om woningen ter beschikking te stellen van personen die zich in Antwerpen willen vestigen en domiciliëren.

De definitie van een woning in dit reglement wordt ontleend aan de Vlaamse Codex Wonen van 2021, om deze begrippen zo veel mogelijk op elkaar af te stemmen. Ter verduidelijking van het begrip wonen geeft het reglement ook aan welke onroerende eigendommen worden uitgesloten van de ‘klassieke’ vorm van een woning, zoals gedefinieerd. Het gaat hier over elke woning, met uitzondering van de woningen die op 1 januari van het desbetreffende aanslagjaar vallen onder één van de volgende categorieën:

  • Collectieve zorg- of wooninstelling zoals o.m. ziekenhuizen, rustoorden voor bejaarden, rust- en verzorgingstehuizen, kazernes, internaten, kloosters, opvangcentra of gevangenissen;
  • Studentenhuizen en – kamers die aangemeld zijn bij de stad Antwerpen (Kotweb);
  • Hotels, jeugdherbergen en panden die stedenbouwkundig vergund zijn voor verblijfsrecreatie;
  • Woning opgenomen in het stedelijke register van leegstaande woningen/gebouwen of de Vlaamse inventaris van ongeschikt en/of onbewoonbaar verklaarde woningen;
  • Woning die als toeristisch logies is aangemeld bij toerisme Vlaanderen.

Een woning die niet effectief wordt gebruikt, kan volgens het vernieuwd belastingreglement op leegstaande woningen en gebouwen worden opgenomen op het leegstandsregister en belast worden. Op deze manier wordt een samenloop van belastingen vermeden.

De woning moet bovendien effectief in gebruik zijn. Dit wil zeggen dat ze moet ingericht zijn voor gebruik, er een verbruik van nutsvoorzieningen moet zijn en dat de woning onderhouden wordt zoals een redelijk en voorzichtig persoon dat zou doen. Het effectief gebruik kan worden aangetoond aan de hand van geleverde bewijsstukken of door een controle ter plaatse. 

Er wordt gekozen voor een forfaitair tarief van 1.000,00 EUR. Dit tarief heeft geen verband met de feitelijke inkomsten van de belastingplichtige of met het kadastraal inkomen van de eigenaar. Het bedrag is ondeelbaar en is dus verschuldigd voor het hele aanslagjaar.

De belastingplichtige is, in tegenstelling tot in het belastingreglement op de tweede verblijven, de volle eigenaar van de woning op 1 januari van het aanslagjaar. Het is immers de eigenaar die in zijn volle beslissingsbevoegdheid kiest welk gebruik wordt gemaakt van de woning. Bovendien biedt deze situatie meer mogelijkheden bij de inning van de belasting, aangezien de eigenaar, in tegenstelling tot een gebruiker, officieel geregistreerd is. Enkel in het geval dat de woning waarop de belasting betrekking heeft verhuurd wordt als hoofdverblijfplaats, is de belasting verschuldigd door de huurder.

Bij gebrek aan een volle eigenaar is de belasting verschuldigd door de erfpachter, de vruchtgebruiker, de opstalhouder of de houder van een zakelijk recht van bewoning op 1 januari van het aanslagjaar. 

Woningen waarvan het (gebrek aan) gebruik reeds in andere reglementen wordt belast, worden eveneens vrijgesteld om een samenloop van belastingen te voorkomen. Het gaat om de woningen op het register van de leegstaande woningen en gebouwen en de Vlaamse inventaris van de ongeschikt / onbewoonbaar verklaarde woningen.

In het belastingreglement op woningen zonder inschrijving worden een aantal vrijstellingen voorzien:

  • De tijdelijk leegstaande woning waarvan het bewijs wordt voorgelegd dat zij in het kalenderjaar voorafgaand aan het aanslagjaar gedurende ten minste zes opeenvolgende maanden als hoofdverblijf werd aangewend. Het gaat dan in de regel niet om een bestendige toestand, maar om een overgangsperiode. Voor die gevallen wordt in een welomlijnde en in de tijd beperkte vrijstelling voorzien;
  • De woning waarvoor een huurcontract als hoofdverblijfplaats werd afgesloten  in het   kalenderjaar voorafgaand  aan het aanslagjaar en waarvoor er een inschrijving in het bevolking- of vreemdelingenregister werd geregistreerd uiterlijk op 31 januari van het aanslagjaar.
  • De woning waar op 1 januari van het aanslagjaar geen inschrijving is door verbouwingswerken mits voorlegging van:
    • een omgevingsvergunning waarvan de werken gestart en gemeld zijn aan de stad vóór 1 januari  van het aanslagjaar, of
    • afdoende bewijzen van niet vergunningsplichtige renovatiewerken gestart in het kalenderjaar voorafgaand aan het aanslagjaar .

Ze kan slechts één keer toegekend worden aan dezelfde eigenaar voor dezelfde woning. Deze vrijstelling biedt eigenaars de kans om de verbouwingen af te ronden zonder belast  te worden omdat er geen inschrijving in hun woning geregistreerd staat;

  • Woningen gebruikt voor beschermd en/of begeleid wonen;
  • De woning die uitsluitend gebruikt wordt door het kind of de kinderen van de eigenaar, voor zover het kind of de kinderen in de stad Antwerpen studeert/studeren. Hiervoor dient de eigenaar een attest voor te leggen van een onderwijsinrichting in de stad Antwerpen waarin uitdrukkelijk vermeld staat dat het kind of de kinderen, gedurende het schooljaar waarin 1 januari van het aanslagjaar valt, onbezoldigd voltijds dagonderwijs heeft/hebben gevolgd. Op die manier wil de stad aan eigenaars de mogelijkheid bieden om hun kind(eren) te laten studeren in Antwerpen, zonder daarvoor op zoek te moeten gaan naar een andere studentenkamer dan de woning in kwestie. Bovendien is deze vrijstelling tijdelijk van aard aangezien de periode dat de kinderen van eigenaars studeren beperkt is;
  • De woning die gebruikt wordt voor het uitoefenen van een dienstverlenende activiteit, op voorwaarde dat:
    • er geen structurele wijzigingen aan de woning worden uitgevoerd, zodat de woning meteen terug gebruikt kan worden voor haar eigenlijke functie, namelijk wonen. De woning dient voorzien te zijn van sanitair en een kookgelegenheid;  
    • de woning voorzien is van de nodige nutsvoorzieningen (zoals water, elektriciteit en gas);
    • de woning effectief gebruikt wordt voor het uitoefenen van een dienstverlenende activiteit. Het louter hebben van een inschrijving in de Kruispuntbank van Ondernemingen geeft geen recht op deze vrijstelling.

            Stad Antwerpen heeft de mogelijkheid om deze voorwaarden ter plaatse te controleren.

De woningen die gebruikt worden om een dienstverlenende activiteit uit te oefenen worden vrijgesteld omdat deze in theorie ook onderworpen zijn aan de belasting op vestigingen.  Op deze manier vermijdt de stad dat ondernemingen belast worden voor meerdere reglementen van de stad Antwerpen;

  • De belastingplichtige die geen einde kan stellen aan de belastbare toestand ingevolge een vreemde oorzaak die hem niet kan worden toegerekend.

Met deze vrijstelling zorgt de stad ervoor dat er een vrijstelling gegeven kan worden in ongewenste belastbare situaties, die ontstaan zijn buiten de wil van de belastingplichtige om.  Alvorens deze vrijstelling toe te kennen bekijkt de administratie de situatie geval per geval en worden alle elementen in overweging genomen alvorens een beslissing te nemen.

Voor dit belastingreglement geldt een aangifteplicht: de personen die een aangifteformulier ontvangen dienen dit volledig en correct ingevuld terug te sturen naar de dienst Eigendomsbelasting. De personen die geen aangifteformulier ontvangen dienen zelf aangifte te doen, uiterlijk op 30 juni van het aanslagjaar.

De woningen zonder inschrijving zijn conform de overgangsbepaling van dit reglement voor het eerst belastbaar in aanslagjaar 2023. Voor aanslagjaar 2023 kunnen belastingplichtigen een vrijstelling krijgen door aan te tonen dat er een effectief en niet-occasioneel gebruik is en dat ze de nodige actie hebben ondernomen om de belastbare toestand te vermijden. Hiermee geeft de stad onder andere de eigenaars die hun woning verhuren de kans om de belasting te vermijden voor het geval de huurder tegen de wil van de eigenaar in de woning niet registreert als zijn/haar hoofdverblijfplaats. Om de continuïteit te verzekeren blijft het belastingreglement op de tweede verblijven van toepassing tot en met 31 december 2023. Teneinde een samenloop van belastingen te vermijden, worden belastingplichtigen die voor aanslagjaar 2023 belast worden conform het belastingreglement op tweede verblijven vrijgesteld van de belasting op woningen zonder inschrijving voor aanslagjaar 2023. 

De dienst Eigendomsbelasting is belast met toezicht op en uitvoering van het reglement.

BELASTINGREGLEMENT OP DE LEEGSTAANDE WONINGEN OF GEBOUWEN

Het huidige reglement op de leegstaande woningen of gebouwen wordt gewijzigd. De voornaamste wijziging is dat de stad met de definitie van een leegstaande woning afstapt van het strikt gebruik volgens functie. De voorbije jaren heeft de administratie in verschillende dossiers gemerkt dat panden volgens de strikte formulering van het reglement opgenomen kunnen worden op het leegstandsregister aangezien ze niet gebruikt werden volgens functie, maar dat uit de feitelijke situatie blijkt dat die panden wel effectief in gebruik zijn.

Om deze onwenselijke situaties te vermijden wordt in het nieuwe reglement een leegstaande woning als volgt beschreven: ‘Een woning die gedurende een periode van ten minste 12 opeenvolgende maanden niet aangewend wordt in overeenstemming met hetzij de woonfunctie, hetzij elke functie die een effectief en niet-occasioneel gebruik van de woning met zich meebrengt’.

Een andere wijziging is dat er in het vernieuwde reglement een vrijstelling wordt ingebouwd voor leegstaande gebouwen buiten een kernwinkelgebied. Een kernwinkelgebied wordt gedefinieerd als een ‘gebied dat als dusdanig wordt omschreven in het op 1 januari van het aanslagjaar van kracht zijnde besluit van de gemeenteraad betreffende de afbakening van de winkelgebieden in de strategische beleidsnota detailhandel’. De vrijstelling bestaat erin dat de eigenaar van een leegstaand gebouw buiten een kernwinkelgebied geen belasting dient te betalen, op voorwaarde dat het gebouw gedurende een periode van 12 opeenvolgende maanden effectief en niet-occasioneel wordt gebruikt. Deze vrijstelling kan maximaal 2 maal toegekend worden voor hetzelfde gebouw. 

De reden dat deze vrijstelling in het reglement wordt ingeschreven is dat het in deze situatie meestal gaat om panden waarin voorheen een detailhandel gevestigd was. Door het feit dat warenhuizen en andere grote winkels meer en meer aan populariteit winnen, merken we dat er in de praktijk steeds minder detailhandels bestaan, zeker buiten kernwinkelgebieden. Deze panden komen vervolgens leeg te staan, maar de eigenaars krijgen deze, ondanks de wil om ze te verhuren, moeilijk verhuurd als detailhandel. Dergelijke panden worden vaak gebruikt voor een andere functie dan detailhandel. Volgens de definitie zouden deze panden in aanmerking komen voor een opname op het leegstandsregister. Om dergelijke situaties te vermijden, wordt de vrijstelling in het reglement opgenomen. Met de beperking om de vrijstelling slechts 2 maal toe te kennen wil de stad de eigenaars toch stimuleren om leegstand binnen deze termijn weg te werken.

De overgangsbepalingen in het vernieuwde reglement op de leegstaande woningen of gebouwen bestaan uit twee artikels:

  • Artikel 13.1: belastbaar tijdstip en berekening: ‘De woningen die belastbaar waren in aanslagjaar 2022 en die ondertussen niet geschrapt zijn uit het gemeentelijk register blijven belastbaar volgens het tarief en de berekening uit artikel 6. Voor aanslagjaar 2023 zal voor de berekening van het aantal belastbare jaren (Y) vertrokken worden van het aantal belastbare jaren van aanslagjaar 2022 +1, indien ondertussen de eigenaar niet gewijzigd is.’;
  • Artikel 13.2: Vrijstellingen: ‘Een reeds toegekende vrijstelling op basis van dezelfde of gelijkaardige grond onder een vorig belastingreglement kan door dezelfde eigenaar voor dezelfde woning of gebouw niet opnieuw worden verkregen op basis van het huidige belastingreglement. Indien op een vrijstelling meerdere aanslagjaren beroep kan worden gedaan, dan wordt het aantal jaren waarvoor, onder een vorig belastingreglement, al een vrijstelling werd toegekend in mindering gebracht van het totaal aantal jaren vrijstelling op (basis van dezelfde of gelijkaardige grond) voorzien in dit belastingreglement’.

De overige wijzigingen in het belastingreglement betreffen geen inhoudelijke maar tekstuele aanpassingen die de leesbaarheid van het reglement bevorderen, verwijzen naar nieuwe wetgeving of werden ingeschreven om de nieuwe en/of vernieuwde reglementen op elkaar af te stemmen.

BELASTINGREGLEMENT OP UITERLIJK VERWAARLOOSDE ONROERENDE GOEDEREN 

De wijzigingen in dit belastingreglement betreffen geen inhoudelijke maar tekstuele aanpassingen die de leesbaarheid van het reglement bevorderen, verwijzen naar nieuwe wetgeving of werden ingeschreven om de nieuwe en/of vernieuwde reglementen op elkaar af te stemmen.

De overgangsbepalingen in het vernieuwde reglement op uiterlijke verwaarloosde onroerende goederen bestaan uit twee artikels:

  • Artikel 14.1: Belastbaar tijdstip en berekening: De woningen die belastbaar waren in aanslagjaar 2022 en die ondertussen niet geschrapt zijn uit het gemeentelijk register blijven belastbaar volgens het tarief en de berekening uit artikel 7. Voor aanslagjaar 2023 zal voor de berekening van het aantal belastbare jaren (Y) vertrokken worden van het aantal belastbare jaren van aanslagjaar 2022 +1, indien ondertussen de eigenaar niet gewijzigd is.’;
  • Artikel 14.2: Vrijstellingen: ‘Een reeds toegekende vrijstelling op basis van dezelfde of gelijkaardige grond onder een vorig belastingreglement kan door dezelfde eigenaar voor dezelfde woning of gebouw niet opnieuw worden verkregen op basis van het huidige belastingreglement.

Indien op een vrijstelling meerdere aanslagjaren beroep kan worden gedaan, dan wordt het aantal jaren waarvoor, onder een vorig belastingreglement, al   een vrijstelling werd toegekend in mindering gebracht van het totaal aantal jaren vrijstelling (op basis van dezelfde of gelijkaardige grond) voorzien in dit belastingreglement.’.

BELASTINGREGLEMENT OP ONGESCHIKT EN/OF ONBEWOONBAAR VERKLAARDE WONINGEN 

De wijzigingen in dit belastingreglement betreffen geen inhoudelijke maar tekstuele aanpassingen die de leesbaarheid van het reglement bevorderen, verwijzen naar nieuwe wetgeving of werden ingeschreven om de nieuwe en/of vernieuwde reglementen op elkaar af te stemmen.

De overgangsbepalingen in het vernieuwde reglement op ongeschikt en/of onbewoonbaar verklaarde woningen bestaan uit twee artikels:

  • Artikel 14.1: Belastbaar tijdstip en berekening: ‘De woningen die belastbaar waren in aanslagjaar 2022 en die ondertussen niet geschrapt zijn uit de Vlaamse inventaris blijven belastbaar volgens het tarief en de berekening uit artikel 7. Voor aanslagjaar 2023 zal voor de berekening van het aantal belastbare jaren (Y) vertrokken worden van het aantal belastbare jaren van aanslagjaar 2022 +1, indien ondertussen de eigenaar niet gewijzigd is.’;
  • Artikel 14.2: Vrijstellingen: ‘Een reeds toegekende vrijstelling op basis van dezelfde of gelijkaardige grond onder een vorig belastingreglement kan door dezelfde eigenaar voor dezelfde woning of gebouw niet opnieuw worden verkregen op basis van het huidige belastingreglement. 

Indien op een vrijstelling meerdere aanslagjaren beroep kan worden gedaan, dan wordt het aantal jaren waarvoor, onder een vorig belastingreglement, al een vrijstelling werd toegekend in mindering gebracht van het totaal aantal jaren vrijstelling op (basis van dezelfde of gelijkaardige grond) voorzien in dit belastingreglement.’.

BELASTINGREGLEMENT OP DE TWEEDE VERBLIJVEN

Aangezien het belastingreglement op woningen zonder inschrijving vanaf 2024 het belastingreglement op de tweede verblijven vervangt is het niet langer nodig om dit laatste reglement tot en met aanslagjaar 2025 van toepassing te laten zijn. Daarom wordt het reglement op de tweede verblijven enkel van toepassing voor aanslagjaar 2023.

De overige wijzigingen in dit belastingreglement betreffen geen inhoudelijke maar tekstuele aanpassingen die de leesbaarheid van het reglement bevorderen, verwijzen naar nieuwe wetgeving of werden ingeschreven om de belastingreglementen op elkaar af te stemmen.

BELASTINGREGLEMENT OP DE EXPLOITATIEVERGUNNINGEN VAN TAXIDIENSTEN EN/OF DIENSTEN VOOR VERHUUR VAN VOERTUIGEN MET BESTUURDER 

De wijzigingen in dit belastingreglement betreffen geen inhoudelijke maar tekstuele aanpassingen die de leesbaarheid van het reglement bevorderen, verwijzen naar nieuwe wetgeving of werden ingeschreven om de belastingreglementen op elkaar af te stemmen.

BELASTINGREGLEMENT OP DE KAMERS EN/OF PLAATSEN, DIENSTIG ALS RENDEZ-VOUSHUIZEN

De wijzigingen in dit belastingreglement betreffen geen inhoudelijke maar tekstuele aanpassingen die de leesbaarheid van het reglement bevorderen, verwijzen naar nieuwe wetgeving of werden ingeschreven om de belastingreglementen op elkaar af te stemmen.

REGLEMENT MET BETREKKING TOT DE ACTIVERINGSHEFFING OP ONBEBOUWDE BOUWGRONDEN EN KAVELS EN BELASTING OP BRAAKLIGGENDE INDUSTRIEGRONDEN 

De wijzigingen in dit belastingreglement betreffen geen inhoudelijke maar tekstuele aanpassingen die de leesbaarheid van het reglement bevorderen, verwijzen naar nieuwe wetgeving of werden ingeschreven om de belastingreglementen op elkaar af te stemmen.

BELASTINGREGLEMENT OP DE DRIJFKRACHT, DE HEFKRACHT EN DE MOTOREN 

De wijzigingen in dit belastingreglement betreffen geen inhoudelijke maar tekstuele aanpassingen die de leesbaarheid van het reglement bevorderen, verwijzen naar nieuwe wetgeving of werden ingeschreven om de belastingreglementen op elkaar af te stemmen.

BELASTINGREGLEMENT OP DE HORECA 

De wijzigingen in dit belastingreglement betreffen geen inhoudelijke maar tekstuele aanpassingen die de leesbaarheid van het reglement bevorderen, verwijzen naar nieuwe wetgeving of werden ingeschreven om de belastingreglementen op elkaar af te stemmen.

BELASTINGREGLEMENT OP DE HUIS-AAN-HUISVERSPREIDING VAN RECLAMEBLADEN EN GELIJKGESTELDE PRODUCTEN 

De wijzigingen in dit belastingreglement betreffen geen inhoudelijke maar tekstuele aanpassingen die de leesbaarheid van het reglement bevorderen, verwijzen naar nieuwe wetgeving of werden ingeschreven om de belastingreglementen op elkaar af te stemmen.

BELASTINGREGLEMENT OP DE INNAME VAN DE OPENBARE WEG 

De wijzigingen in dit belastingreglement betreffen geen inhoudelijke maar tekstuele aanpassingen die de leesbaarheid van het reglement bevorderen, verwijzen naar nieuwe wetgeving of werden ingeschreven om de belastingreglementen op elkaar af te stemmen.

BELASTINGREGLEMENT OP DE LIJK- EN ASBEZORGING VAN PERSONEN NIET INGESCHREVEN IN HET BEVOLKINGS OF VREEMDELINGENREGISTER VAN DE STAD ANTWERPEN EN OP OPGRAVINGEN VAN STOFFELIJKE OVERSCHOTTEN EN OPGRAVINGEN EN/OF OVERBRENGINGEN VAN ASURNEN 

De wijzigingen in dit belastingreglement betreffen geen inhoudelijke maar tekstuele aanpassingen die de leesbaarheid van het reglement bevorderen, verwijzen naar nieuwe wetgeving of werden ingeschreven om de belastingreglementen op elkaar af te stemmen.

BELASTINGREGLEMENT OP DE OMGEVINGSVERGUNNING 

In dit belastingreglement wordt de vrijstelling voor het bijkomend volume bij het bouwen, herbouwen of verbouwen van woningen of gebouwen door autonome gemeentebedrijven van de stad verwijderd. De reden hiervoor is dat de autonome gemeentebedrijven reeds op basis van algemene rechtsbeginselen beschikken over bepaalde vrijstellingen. Bovendien wil de stad Antwerpen hiermee het goede voorbeeld geven. Het verwijderen van deze vrijstelling is in het verleden ook voor andere reglementen, zoals in het belastingreglement met betrekking tot de ontbrekende parkeerplaatsen, doorgevoerd. Hierdoor wordt er meer eenvormigheid gecreëerd tussen de verschillende reglementen.

De overige wijzigingen in dit belastingreglement betreffen geen inhoudelijke maar tekstuele aanpassingen die de leesbaarheid van het reglement bevorderen, verwijzen naar nieuwe wetgeving of werden ingeschreven om de belastingreglementen op elkaar af te stemmen.

BELASTINGREGLEMENT OP DE OVERNACHTINGEN IN TOERISTISCHE LOGIES 

De wijzigingen in dit belastingreglement betreffen geen inhoudelijke maar tekstuele aanpassingen die de leesbaarheid van het reglement bevorderen, verwijzen naar nieuwe wetgeving of werden ingeschreven om de belastingreglementen op elkaar af te stemmen.

BELASTINGREGLEMENT OP VASTE, DYNAMISCHE EN MOBIELE RECLAME, RECLAMESTANDS EN STEIGERDOEKRECLAME 

De wijzigingen in dit belastingreglement betreffen geen inhoudelijke maar tekstuele aanpassingen die de leesbaarheid van het reglement bevorderen, verwijzen naar nieuwe wetgeving of werden ingeschreven om de belastingreglementen op elkaar af te stemmen.

BELASTINGREGLEMENT OP HET TAKELEN EN BEWAREN VAN VOERTUIGEN

De wijzigingen in dit belastingreglement betreffen geen inhoudelijke maar tekstuele aanpassingen die de leesbaarheid van het reglement bevorderen, verwijzen naar nieuwe wetgeving of werden ingeschreven om de belastingreglementen op elkaar af te stemmen.

BELASTINGREGLEMENT OP DE UITBATINGSVERGUNNINGEN EN WEDKANTOREN

De wijzigingen in dit belastingreglement betreffen geen inhoudelijke maar tekstuele aanpassingen die de leesbaarheid van het reglement bevorderen, verwijzen naar nieuwe wetgeving of werden ingeschreven om de belastingreglementen op elkaar af te stemmen.

BELASTINGREGLEMENT OP DE VALSE ALARMMELDINGEN 

De wijzigingen in dit belastingreglement betreffen geen inhoudelijke maar tekstuele aanpassingen die de leesbaarheid van het reglement bevorderen, verwijzen naar nieuwe wetgeving of werden ingeschreven om de belastingreglementen op elkaar af te stemmen.

BELASTINGREGLEMENT OP DE VESTIGINGEN 

In het huidige belastingreglement op de vestigingen worden land-, tuin- en bosbouwondernemingen aan een ander tarief belast dan andere vestigingen. De reden hiervoor is dat deze ondernemingen door de aard van hun activiteit per definitie een grotere oppervlakte nodig hebben om hun activiteiten uit te oefenen. Met het vernieuwde reglement wil de stad ook ondernemingen die actief zijn in het uitbaten van luchthavens belasten aan hetzelfde tarief dan dat voor land-, tuin en bosbouwondernemingen. Ondernemingen die actief zijn in het uitbaten van luchthavens hebben door de aard van hun activiteiten immers ook een grotere oppervlakte nodig om economisch rendabel te zijn en dus is het niet wenselijk om deze bedrijven te belasten aan et standaardtarief.

De overige wijzigingen in dit belastingreglement betreffen geen inhoudelijke maar tekstuele aanpassingen die de leesbaarheid van het reglement bevorderen, verwijzen naar nieuwe wetgeving of werden ingeschreven om de belastingreglementen op elkaar af te stemmen.

BELASTINGREGLEMENT MET BETREKKING TOT DE OPCENTIEMEN OP DE GEWESTELIJKE MILIEUHEFFING 

Omwille van de financiële behoefte van de stad is het nodig om in 2023 opcentiemen op de gewestelijke milieuheffing te heffen.

De opcentiemen op de Vlaamse milieuheffing kunnen enkel voor het komende jaar vastgesteld worden.

Artikel 1 van het besluit van de Vlaamse regering betreffende de medewerking van de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij aan de inning van gemeentelijke opcentiemen op sommige milieuheffingen bepaalt dat het gemeenteraadsbesluit het aantal opcentiemen bepaalt dat voor het volgende jaar wordt geheven.

Daarom worden de opcentiemen op de gewestelijke milieuheffing voor aanslagjaar 2023 goedgekeurd. Het tarief blijft ongewijzigd ten opzichte van aanslagjaar 2022 en is bepaald op 20 opcentiemen.

AANVULLENDE GEMEENTEBELASTING OP DE PERSONENBELASTING 

De wijzigingen in dit belastingreglement betreffen geen inhoudelijke maar tekstuele aanpassingen die de leesbaarheid van het reglement bevorderen, verwijzen naar nieuwe wetgeving of werden ingeschreven om de nieuwe en/of vernieuwde reglementen op elkaar af te stemmen

BELASTINGREGLEMENT MET BETREKKIG TOT DE OPCENTIEMEN OP DE DOOR HET VLAAMS GEWEST GEHEVEN HEFFING OP DE LEEGSTAANDE EN/OF VERWAARLOOSDE BEDRIJFSRUIMTEN 

De wijzigingen in dit belastingreglement betreffen geen inhoudelijke maar tekstuele aanpassingen die de leesbaarheid van het reglement bevorderen, verwijzen naar nieuwe wetgeving of werden ingeschreven om de nieuwe en/of vernieuwde reglementen op elkaar af te stemmen

BELASTINGREGLEMENT MET BETREKKING TOT DE OPCENTIEMEN OP DE ONROERENDE VOORHEFFING 

De wijzigingen in dit belastingreglement betreffen geen inhoudelijke maar tekstuele aanpassingen die de leesbaarheid van het reglement bevorderen, verwijzen naar nieuwe wetgeving of werden ingeschreven om de nieuwe en/of vernieuwde reglementen op elkaar af te stemmen.

Algemene financiële opmerkingen

Omwille van de overgangsbepalingen in de verschillende reglementen zijn er geen budgettaire gevolgen voor het aanslagjaar 2023. De budgettaire gevolgen vanaf aanslagjaar 2024 zullen verwerkt worden in de eerstvolgende aanpassing van het meerjarenplan.

Besluit

Bij dit besluit werd een amendement ingediend: 2022_AM_00062 - Amendement van raadslid Ilse van Dienderen: buurtfietsenstalling in leegstaande woningen of gebouwen.

De gemeenteraad keurde dit amendement niet goed. 

De gemeenteraad keurt bij monde van de fractievoorzitters volgend besluit goed.
Stemden ja: N-VA, Vooruit, PVDA, CD&V en Open VLD.
Stemden nee: Groen.
Hebben zich onthouden: Vlaams Belang. 

De gemeenteraad beslist:

Artikel 1

De gemeenteraad keurt het belastingreglement op de woningen zonder inschrijving voor de aanslagjaren 2023 tot en met 2025 goed.

Artikel 2

De gemeenteraad heft volgend besluit dat door de gemeenteraad werd goedgekeurd op 17 december 2019 (jaarnummer 749) op, met ingang vanaf 1 januari 2023: Gemeentelijke fiscaliteit - Belastingreglementen 2020-2025. Eigendomsbelastingen – Goedkeuring.

Artikel 3

De gemeenteraad keurt het belastingreglement op uiterlijk verwaarloosde onroerende goederen voor de aanslagjaren 2023 tot en met 2025 goed.

Artikel 4

De gemeenteraad keurt het belastingreglement op de leegstaande woningen of gebouwen voor de aanslagjaren 2023 tot en met 2025 goed.

Artikel 5

De gemeenteraad keurt het belastingreglement op ongeschikt en/of onbewoonbaar verklaarde woningen voor de aanslagjaren 2023 tot en met 2025 goed.

Artikel 6

De gemeenteraad keurt het belastingreglement met betrekking tot de activeringsheffing op onbebouwde bouwgronden en kavels en de belasting op braakliggende industriegronden voor de aanslagjaren 2023 tot en met 2025 goed.

Artikel 7

De gemeenteraad keurt het belastingreglement op de tweede verblijven voor het aanslagjaar 2023 goed.

Artikel 8

De gemeenteraad heft volgend besluit dat door de gemeenteraad werd goedgekeurd op 29 maart 2021 (jaarnummer 155) op, met ingang vanaf 1 januari 2023: Gemeentelijke fiscaliteit - Belastingreglement 2021-2024 exploitatievergunningen taxidiensten en/of diensten voor verhuur voertuigen met bestuurder. Intrekking en aangepaste versie – Goedkeuring.

Artikel 9

De gemeenteraad keurt het belastingreglement op de exploitatievergunningen van taxidiensten en/of diensten voor verhuur van voertuigen met bestuurder voor de aanslagjaren 2023 tot en met 2024 goed.

Artikel 10

De gemeenteraad heft volgend besluit dat door de gemeenteraad werd goedgekeurd op 31 mei 2021 (jaarnummer 336) op voor wat betreft artikel 2, met ingang vanaf 1 januari 2023: Gemeentelijke fiscaliteit - Belastingreglementen bedrijfsbelasting 2021-2025. Wijzigingen omwille van coronacrisis – Goedkeuring.

Artikel 11

De gemeenteraad keurt het belastingreglement op de kamers en/of plaatsen, dienstig als rendez-voushuizen voor de aanslagjaren 2023 tot en met 2025 goed.

Artikel 12

De gemeenteraad heft volgend besluit dat door de gemeenteraad werd goedgekeurd op 29 juni 2020 (jaarnummer 408) op voor wat betreft artikelen 5, 6 en 7, met ingang vanaf 1 januari 2023: Gemeentelijke fiscaliteit - Belasting- en retributiereglementen 2020-2025. Aanpassingen omwille van coronacrisis – Goedkeuring.

Artikel 13

De gemeenteraad keurt het belastingreglement op de huis-aan-huisverspreiding van reclamebladen en gelijkgestelde producten voor de aanslagjaren 2023 tot en met 2025 goed.

Artikel 14

De gemeenteraad keurt het belastingreglement op de drijfkracht, de hefkracht en de motoren voor de aanslagjaren 2023 tot en met 2025 goed.

Artikel 15

De gemeenteraad keurt het belastingreglement op vaste, dynamische en mobiele reclame, reclamestands en steigerdoekreclame voor de aanslagjaren 2023 tot en met 2025 goed.

Artikel 16

De gemeenteraad heft volgend besluit dat door de gemeenteraad werd goedgekeurd op 20 september 2021 (jaarnummer 563) op, met ingang vanaf 1 januari 2023: Gemeentelijke fiscaliteit - Belastingreglement op de horeca 2021-2025. Wijziging omwille van coronacrisis – Goedkeuring.

Artikel 17

De gemeenteraad keurt het belastingreglement op de horeca voor de aanslagjaren 2023 tot en met 2025 goed.

Artikel 18

De gemeenteraad heft volgend besluit dat door de gemeenteraad werd goedgekeurd op 17 december 2019 (jaarnummer 785) op voor wat betreft artikelen 6, 8, 9, 10 en 14 met ingang vanaf 1 januari 2023: Gemeentelijke fiscaliteit - Belastingreglementen 2020-2025 – Goedkeuring. 

Artikel 19

De gemeenteraad keurt het belastingreglement op de lijk- en asbezorging van personen niet ingeschreven in het bevolkings- of vreemdelingenregister van de stad Antwerpen en op opgravingen van stoffelijke overschotten en opgravingen en/of overbrengingen van asurnen voor de aanslagjaren 2023 tot en met 2025 goed.

Artikel 20

De gemeenteraad keurt het belastingreglement op het takelen en bewaren van voertuigen voor de aanslagjaren 2023 tot en met 2025 goed.

Artikel 21

De gemeenteraad keurt het belastingreglement op de inname van de openbare weg voor de aanslagjaren 2023 tot en met 2025 goed.

Artikel 22

De gemeenteraad keurt het belastingreglement op de valse alarmmeldingen voor de aanslagjaren 2023 tot en met 2025 goed.

Artikel 23

De gemeenteraad keurt het belastingreglement op de omgevingsvergunning voor de aanslagjaren 2023 tot en met 2025 goed.   

Artikel 24

De gemeenteraad heft volgend besluit dat door de gemeenteraad werd goedgekeurd op 24 november 2020 (jaarnummer 653) op, met ingang vanaf 1 januari 2023:  Gemeentelijke fiscaliteit - Belastingreglementen bedrijfsbelasting 2021-2025 – Goedkeuring.

Artikel 25

De gemeenteraad keurt het belastingreglement op de overnachtingen in toeristische logies voor de aanslagjaren 2023 tot en met 2025 goed.

Artikel 26

De gemeenteraad heft volgend besluit dat door de gemeenteraad werd goedgekeurd op 20 september 2021 (jaarnummer 570) op, met ingang vanaf 1 januari 2023: Gemeentelijke fiscaliteit - Belastingreglement op de uitbatingsvergunningen en wedkantoren 2021-2025. Wijziging – Goedkeuring.

Artikel 27

De gemeenteraad keurt het belastingreglement op de uitbatingsvergunningen en de wedkantoren voor de aanslagjaren 2023 tot en met 2025 goed.

Artikel 28

De gemeenteraad heft volgend besluit dat door de gemeenteraad werd goedgekeurd op 28 september 2020 (jaarnummer 507) op voor wat betreft artikel 1, met ingang vanaf 1 januari 2023: Gemeentelijke fiscaliteit - Belasting- en retributiereglementen 2020-2025. Bijkomende wijzigingen omwille van coronacrisis – Goedkeuring. 

Artikel 29

De gemeenteraad keurt het belastingreglement op de vestigingen voor de aanslagjaren 2023 tot en met 2025 goed.

Artikel 30

De gemeenteraad keurt het belastingreglement met betrekking tot de opcentiemen op de gewestelijke milieuheffing voor het aanslagjaar 2023 goed.

Artikel 31

De gemeenteraad heft volgend besluit dat door de gemeenteraad werd goedgekeurd op 17 december 2019 (jaarnummer 748) op, met ingang vanaf 1 januari 2023: Gemeentelijke fiscaliteit - Aanvullende gemeentebelastingen en opcentiemen op de onroerende voorheffing 2020-2025 – Goedkeuring.

Artikel 32

De gemeenteraad keurt de aanvullende gemeentebelasting op de personenbelasting voor de aanslagjaren 2023 tot en met 2025 goed.

Artikel 33

De gemeenteraad keurt het belastingreglement met betrekking tot de opcentiemen op de onroerende voorheffing voor de aanslagjaren 2023 tot en met 2025 goed.

Artikel 34

De gemeenteraad heft volgend besluit dat door de gemeenteraad werd goedgekeurd op 17 december 2019 (jaarnummer 770) op, met ingang vanaf 1 januari 2023: Gemeentelijke fiscaliteit - Opcentiemen op de gewestelijke heffing op leegstaande en/of verwaarloosde bedrijfsruimten 2020-2025 – Goedkeuring.

Artikel 35

De gemeenteraad keurt het belastingreglement met betrekking tot de opcentiemen op de door het Vlaams Gewest geheven heffing op de leegstaande en/of verwaarloosde bedrijfsruimten voor de aanslagjaren 2023 tot en met 2025 goed.

Artikel 36

De gemeenteraad neemt kennis van de gecoördineerde belastingreglementen.

Artikel 37

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.

Bijlagen