Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2022093608 |
Gegevens van de aanvrager: | de heer Aron Van Haeren met als adres Molenstraat 27 te 2550 Kontich |
Ligging van het project: | Van Erstenstraat 54 te 2100 Antwerpen |
Kadastrale percelen: | afdeling 32 sectie B nr. 930R3 |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | wijzigen van de functie van een achtergebouw |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 14/10/2005: vergunning (3155#477) voor een functiewijziging van atelier naar autostaanplaatsen en atelier, het maken van een dakterras en een gevelwijziging (niet uitgevoerd);
- 01/01/1958: toelating (626#11154) voor een uitbreiding;
- 01/01/1948: toelating (627#18269) voor het oprichten van een woning;
- 01/01/1947: toelating (329#13716) voor het bouwen van een suikerbakkerij.
Vergunde toestand
- functie:
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
Bestaande toestand
overeenkomstig met de vergunde toestand, uitgezonderd van:
- functie: gemengd gebouw met een dokterspraktijk, circusschool en gemeenschapslokalen.
Nieuwe toestand
- functie:
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
- inrichting:
Inhoud van de aanvraag
- slopen van deel van het volume van de achtergebouw;
- wijzigen van de functie van werkplaats naar wonen;
- vermeerderen van het aantal woongelegenheden van 2 naar 4;
- wijzigen van de gevel;
- doorvoeren van (interne) constructieve werken.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Brandweerzone Antwerpen-Zwijndrecht - Hulpverleningszone 1 (Antwerpen)/ Brandweer Zone Antwerpen BZA | 27 juli 2022 | 17 augustus 2022 | Voorwaardelijk gunstig |
Fluvius System Operator/ Fluvius | 27 juli 2022 | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag | Geen tijdig advies ontvangen waardoor het geacht wordt gunstig te zijn |
Water-link | 27 juli 2022 | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag | Geen tijdig advies ontvangen waardoor het geacht wordt gunstig te zijn |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Ondernemen en Stadsmarketing/ Klantencontacten en Dienstverlening/ Loket Thema Wonen - huisnummering | 27 juli 2022 | 8 augustus 2022 |
Stadsontwikkeling/ Mobiliteit | 27 juli 2022 | 28 juli 2022 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021�)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
Het betreft een perceel met vooraan een meergezinswoning bestaande uit een gelijkvloerse garage en twee appartementen op de bovenliggende verdiepingen. Op het perceel is tevens een achterbouw voorzien dat als werkplaats vergund is. De aanvraag betreft voornamelijk het wijzigen van de functie van deze achterbouw naar twee zelfstandige woongelegenheden. Het aantal woongelegenheden en functies in het hoofdvolume vooraan blijft ongewijzigd.
Een woonfunctie achteraan het perceel is niet in overeenstemming met de kenmerkende functies in het binnengebied.
Wanneer de nabije en ruimere omgeving in beschouwing genomen wordt, dan stellen we vast dat de aanwezige woonfuncties voornamelijk aan de rand van het bouwblok gesitueerd zijn met daarachter een tuinzone. In het binnengebied zijn een aantal bijgebouwen aanwezig. Deze zijn vooral vergund als garageboxen, ateliers en magazijnen zoals zelf ook aangegeven in de beschrijvende nota in de aanvraag. Een functie zoals magazijn, werkplaats of atelierruimte is aanvaardbaar achteraan het perceel. Een meergezinswoning is hier functioneel niet inpasbaar.
Schaal – ruimtegebruik – bouwdichtheid
Inzake volumetrie betreffen de aanpassingen voornamelijk het afbreken van de onvergunde ‘koten’ in de tuinzone en het voorzien van twee patio’s voor de nieuwe woongelegenheden. Het hoofdgebouw aan de straat blijft ongewijzigd.
Bij een aanvraag tot een omgevingsvergunning wordt het project steeds afgetoetst aan de goede ruimtelijke ordening van de omgeving. In de bestaande toestand legt de achterbouw met zijn bouwvolume en oppervlakte een aanzienlijke hypotheek op de ruimtelijke kwaliteit van het bouwblok. Bij een functiewijziging dient de ruimtelijke situatie verbeterd te worden zowel op perceelniveau als voor de omgeving. Bijgevolg dient voor de achterbouw, ter verbetering van de leefbaarheid en ruimtelijke kwaliteit in het bouwblok, een volumeverlaging te worden voorzien. Binnengebieden dienen ontpit te worden. Ontpitten biedt een meerwaarde qua kwaliteit en eventueel toekomstig gebruik. Open ruimte in de achtertuinen biedt kwaliteit aan alle omwonenden. Het ontpitten van het binnengebied zal ook een grote meerwaarde betekenen voor de aangrenzende achtertuinen door verlaging van de tuinmuren.
De aanleg van de voortuin is strijdig met artikel 27 van de bouwcode. Enkel de strikt noodzakelijke verhardingen naar toegangsdeuren en garagepoorten zijn toegelaten.
Gelet op de knelpunten inzake functionele inpasbaarheid en schaal, en de bijkomende parkeerbehoefte dat de aanvraag met zich meebrengt, zoals in de parkeerparagraaf hieronder berekend, kan gesteld worden dat de aanvraag de druk op het perceel en de omgeving verhoogt waardoor de draagkracht van de site wordt overschreden.
De aanvraag is bijgevolg niet in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening van de plaats.
Visueel-vormelijke elementen
De aanpassingen aan de voorgevel beperken zich tot het wijzigen van de toegangspoort naar het binnengebied. Er wordt een poort in hekwerk geplaatst.
Verder worden de gevels van de achterbouw geïsoleerd en voorzien van een wit gevelpleister en arduinen plint. Het buitenschrijnwerk wordt voorzien in donkerkleurig aluminium.
Vanuit stedenbouwkundig oogpunt zijn de voorgestelde materialen inpasbaar.
Mobiliteitsimpact
Toetsing parkeerbehoefte
Het algemene principe is dat een omgevingsvergunningsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 30 van de bouwcode, herzien op 1 maart 2018, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding en wijzigen van het aantal wooneenheden. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 2 parkeerplaatsen.
De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding en of functiewijziging. De nieuwe functie betreft 2 nieuwe woonentiteiten. De parkeerbehoefte is 2.
|
De plannen voorzien in 0 bijkomende nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.
Er worden geen nieuwe parkeerplaatsen voorzien. De bestaande gelijkvloerse verdieping van het hoofdvolume is reeds vergund als autobergplaats.
|
Het aantal te realiseren bijkomende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0.
De bebouwing op het perceel laat geen bijkomende parkeerplaatsen toe.
|
Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 2.
Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 2 – 0 = 2. Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.
|
Fietsvoorzieningen
Voor dit project dienen er 6 overdekte, afsluitbare fietsstalplaatsen voorzien te worden. Deze werden ingetekend in een aparte fietsberging.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te weigeren, omwille van onverenigbaarheden met een goede ruimtelijke ordening.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 2 juli 2022 |
Volledig en ontvankelijk | 27 juli 2022 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 25 september 2022 |
Verslag GOA | 8 september 2022 |
naam GOA | Katrine Leemans |
Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning te weigeren.
De plannen waarvan het overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, maken integraal deel uit van dit besluit.