Terug
Gepubliceerd op 14/11/2022

2022_CBS_08997 - Omgevingsvergunning - OMV_2022070554. NSB-straat 5. District Ekeren - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
do 10/11/2022 - 09:00 digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2022_CBS_08997 - Omgevingsvergunning - OMV_2022070554. NSB-straat 5. District Ekeren - Goedkeuring 2022_CBS_08997 - Omgevingsvergunning - OMV_2022070554. NSB-straat 5. District Ekeren - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2022070554

Gegevens van de aanvrager:

mevrouw Evelyn Rochtus met als adres NSB-straat 5 te 2180 Antwerpen

Ligging van het project:

NSB-straat 5 te 2180 Ekeren (Antwerpen)

Kadastrale percelen:

afdeling 35 sectie F nr. 791M2

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

bouwen van een tuinhuis

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          27/05/1999: vergunning (872#1354) voor het verbouwen van een woning.

 

Vergunde toestand

-          functie en bouwvolume:

  • eengezinswoning van twee bouwlagen onder zadeldak in gesloten bebouwing;
  • bouwdiepte: 15 m vanaf de voorgevellijn;

-          inrichting:

  • voor- en achtertuin.

 

Bestaande toestand

-          in overeenstemming met de laatst vergunde toestand, afgezien van:

  • de voortuinstrook werd volledig verhard;
  • extra verhard terras in de achtertuin, van circa 20 m²;
  • houten tuinhok, links achteraan op het perceel.

 

Nieuwe toestand

-          conform bestaande toestand (dus mits regularisatie van bijkomende verhardingen in voor- en achtertuin), uitgezonderd:

-          functie en bouwvolume:

  • nieuw perceelsbreed tuinhuis, tegen de achterste perceelgrens;
    • kroonlijsthoogte van 3 m en nokhoogte van 3,90 m;

-          gevelafwerking:

  • roodbruine gevelsteen, houten schuifpoort en buitenschrijnwerk, zwarte schuifrail, zinken regenwaterafvoer en dakbekleding in antracietkleurige dakpannen.

 

Inhoud van de aanvraag

-          slopen van een tuinberging en nieuw bouwen van een tuinhuis;

-          regulariseren van het volledig verharden van de voortuin en van het aanleggen van een terras in de achtertuin;

-          eventuele wijzigingen aan het hoofdgebouw, de woning, maken expliciet geen deel uit van deze aanvraag.

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied dat op de kaart welke de bestemmingsgebieden omschrijven bruinomrand en met het Romeinse cijfer III overdrukt is.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:

- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

- de eigen aard van het betrokken gebied;

- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.
 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • artikel 27 – Open ruimte: de voortuin werd volledig verhard (daar waar slechts de strikt noodzakelijke verhardingen worden toegestaan) en de gecombineerde oppervlakte in de achtertuin, van terrasverharding en tuinhuis samen, bedraagt meer dan het maximaal toegelaten 1/3de van de totale oppervlakte van de achtertuin;
  • artikel 34 – Stabiliteit en scheidingsmuren: vermelde muren beschikken ter hoogte van alle drie de perceelgrenzen niet over een opstand van minstens 30 cm ten opzichte van het hoogst aangrenzende dakvlak;
  • artikel 39 – Infiltratie- en buffervoorzieningen: het is aan de hand van de aangeleverde informatie niet eenduidig af te leiden of het terras in de achtertuin aan 1 à 2 % afhelt naar het omliggende terrein of is aangelegd opdat het aflopende regenwater op natuurlijke wijze kan infiltreren op eigen terrein.

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
 

-          Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

 

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Beoordeling afwijkingen van de voorschriften

Er zijn geen gegronde stedenbouwkundige redenen om af te wijken van de geldende voorschriften, met uitzondering de afwijking die betrekking heeft op de verharde oppervlakte in de achtertuin. De afwijking daar is voldoende klein, circa 74 m² onverhard in plaats van minimaal 76 m² conform artikel 27 van de bouwcode, om een afwijking gunstig te adviseren.

 

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag voorziet het optrekken van een nieuwe tuinberging in de tuin van een vergunde eengezinswoning en gelet op de ligging van laatstgenoemde in een meer dan voldoende ontwikkeld woongebied, is er in deze dan ook effectief sprake van een correcte functionele inpasbaarheid.

 

Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid

De voorziene volumetrie, een perceelsbreed bijgebouw achteraan in de tuin, met een footprint van slechts ± 21 m² en een hoogte tussen 3 en 3,90 m, is zonder meer ruimtelijk aanvaardbaar en bovendien ingepast in zijn gebouwde context – dit aangezien zonder meer de omvang en hoogte van gelijkaardige bijgebouwen op de aanpalende percelen wordt overgenomen. Bijkomend blijft er meer dan voldoende onbebouwde tuinruimte over om een degelijke woonkwaliteit te garanderen.

Het advies inzake schaal en ruimtegebruik is dan ook zonder meer gunstig.

 

Visueel-vormelijke elementen

De te hanteren materialen, roodbruin metselwerk, houten afwerking en schrijnwerk en donkergrijze dakpannen, zijn sowieso aanvaardbaar voor dit type van bijgebouw en zijn bovendien reeds voorkomend in de onmiddellijke omgeving, waardoor er zonder meer sprake is van een correcte visuele inpassing in de gebouwde context.

Het advies voor dit deelaspect van de aanvraag is bijgevolg eenduidig gunstig.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke omgevingsvergunningsaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeerparagraaf is niet van toepassing omdat de in deze aanvraag vervatte werken geen aanleiding geven tot de vermeerdering van het aantal woongelegenheden.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van dakafwerking die valt onder brandreactie klasse A1 of A2 (EN 13501-1) of de plafondzijde te beschermen met een materiaal met brandwerendheid van minimaal EI60, en dit met een breedte van minimaal 30 cm.

2 Het terras moet voldoen aan de bepalingen van artikel 39 van de Antwerpse bouwcode.

3. De verhardingen in de voortuinstrook dienen aldus te worden aangepast, zodat wordt voldaan aan de bepalingen van artikel 27 van de Antwerpse bouwcode inzake voortuinen.

4. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

5. Alle vergunningsplichtige wijzigingen, handelingen en werken, anders dan het oprichten van een tuinhuis en de verhardingen in voor en achtertuin, worden uitgesloten uit deze vergunning.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

1 augustus 2022

Volledig en ontvankelijk

20 september 2022

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

19 november 2022

Verslag GOA

2 november 2022

naam GOA

Gerd Cryns

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van dakafwerking die valt onder brandreactie klasse A1 of A2 (EN 13501-1) of de plafondzijde te beschermen met een materiaal met brandwerendheid van minimaal EI60, en dit met een breedte van minimaal 30 cm.

2 Het terras moet voldoen aan de bepalingen van artikel 39 van de Antwerpse bouwcode.

3. De verhardingen in de voortuinstrook dienen aldus te worden aangepast, zodat wordt voldaan aan de bepalingen van artikel 27 van de Antwerpse bouwcode inzake voortuinen.

4. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

5. Alle vergunningsplichtige wijzigingen, handelingen en werken, anders dan het oprichten van een tuinhuis en de verhardingen in voor en achtertuin, worden uitgesloten uit deze vergunning.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.